Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Geldend van 01-01-2023 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

De raad van de gemeente Oldenzaal;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2022, nr.41/5, reg.nr. INTB-22-05688;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef on-derdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald:

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening Oldenzaal (Het plaatsen van voorwerpen op, aan of boven de weg) voor zover de aanvraag betrekking heeft op het aanbrengen van spandoeken op de bij besluit van het college van burgemeester en wethouders aangewezen plaatsen;

  • d.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene plaatselijke verordening Oldenzaal (Inzameling van geld of goederen);

  • e.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor zover die aanvraag betrekking heeft op bouwactiviteiten met betrekking tot een monument dat is opgenomen in het monumentenregister zoals bedoeld in artikel 6 van de Monumentenwet 1988, dan wel een zaak of terrein waaromtrent de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen ingevolge artikel 3 van deze wet het voornemen tot opname in het hiervoor genoemde monumentenregister heeft kenbaar gemaakt, dan wel een zaak die of een terrein dat is opgenomen in de gemeentelijke monumentenlijst zoals bedoeld in artikel 7 van de Erfgoedverordening 2010;

  • f.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het intrekken van een bouwvergunning als bedoeld in de Woningwet dan wel een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor zover die vergunning betrekking heeft op bouwactiviteiten;

  • g.

    maximaal vijf exemplaren van de verslagen van de raadsvergadering, de stukken behorende bij de raadsvergadering en de overige stukken behorende bij het Politiek Forum, bij afhaling door plaatselijke politieke groeperingen, plaatselijke afdelingen van landelijke politieke partijen, werkorganisaties, de plaatselijke pers, alsmede de Stichting Openbare Bibliotheek Oldenzaal;

  • h.

    een exemplaar van het verslag van de raadsvergadering, de stukken behorende bij de raadsvergadering en de overige stukken behorende bij het Politiek Forum, bij afhaling door scholen voor voortgezet onderwijs;

  • i.

    een exemplaar van de programmabegroting en de programmarekening, bij afhaling door de plaatselijke pers, plaatselijke politieke groeperingen, plaatselijke afdelingen van landelijke politieke partijen, wijkorganisaties, adviesorganen door het gemeentebestuur ingesteld dan wel aan een van deze organen gelijkwaardige positie innemend en de Stichting Openbare Bibliotheek Oldenzaal;

  • j.

    maximaal vijf exemplaren van de programmabegroting, bij afhaling door plaatselijke politieke groeperingen en plaatselijke afdelingen van landelijke politieke partijen.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt tot vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 4. Het bedrag van de heffing op grond van Titel 2 van de Tarieventabel wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op hele euro’s.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1. De leges als bedoeld in titel 1, hoofdstuk 1 tot en met 7, hoofdstuk 9 en 10 en hoofdstuk 18, onder 1.18.3, 1.18.4 en 1.18.5 van de in artikel 2 genoemde tarieventabel, worden geheven bij wege van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

  • 2. De leges voor zover niet genoemd in het eerste lid van dit artikel worden geheven bij wege van aanslag.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg wordt gedaan, op het moment van mailing van de kennisgeving.

  • 2. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges die worden geheven bij wege van aanslag worden betaald binnen één maand na dagtekening van het aanslagbiljet. Dit geldt ook in geval het totaalbedrag van de op één aanslag verschuldigde bedrag door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • -

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • -

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • -

      onderdeel 1.9.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • -

      hoofdstuk 16 (kansspelen).

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1. De Verordening leges 2022 van 20 december 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

  • 3. De in hoofdstuk 1 van titel 2 van de tarieventabel genoemde NEN-normen worden bekendgemaakt door terinzagelegging bij de publieksbalie van de gemeente.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening leges 2023.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 19 december 2022,

de griffier,

J.H. Brokers

de voorzitter,

P.G. Welman

Bijlage 1 tarieventabel behorend bij de Verordening leges 2023

TITEL 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

 
 

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk:

 

1.1.1.1

in de trouwzaal van het stadhuis op:

 

1.1.1.1.1

maandag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot en met 15.30 uur

€ 415,00

1.1.1.1.2

zaterdag van 08.30 uur tot en met 15.30 uur

€ 1.000,00

1.1.1.1.3

zondag van 08.30 uur tot en met 15.30 uur

€ 1.425,00

1.1.1.1.4

buiten de in de onderdelen 1.1.1.1.1, 1.1.1.1.2 en 1.1.1.1.3 genoemde uren

€ 1.850,00

1.1.1.2

in of bij door de gemeente Oldenzaal aangewezen buitenlocaties

€ 415,00

 

(Deze leges zijn exclusief de kosten van de trouwlocatie zelf)

 

1.1.1.3

in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 415,00

1.1.1.4

Onverminderd het bepaalde in 1.1.1.2 en 1.1.1.3 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een eenmalig aan te wijzen locatie

€ 100,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een basishuwelijk

€ 200,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een spreekkamer van het stadhuis

€ 40,00

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of een partnerschapsboekje

€ 35,00

1.1.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag

€ 150,00

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige

€ 27,00

1.1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen binnen een periode van 28 dagen voorafgaand aan die gereserveerde datum

€ 80,00

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

 

1.2.

Het tarief bedraagt het maximum tarief zoals dat voor dit document is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden afgerond op een veelvoud van € 0,05 naar beneden voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

 

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

 

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

 

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

1.2.4.1

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

 

1.2.4.2

Tweede paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is voor de duur van 2 jaar

 

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

 

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

 

1.2.5.3

voor een persoon met uitreisverbod (artikel 23b in de Paspoortwet)

 

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag dat genoemd is in artikel 6 tweede lid onderdeel d van het Besluit paspoortgelden

 

1.2.7

Het tarief als genoemd in 1.2.6 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1 tot en met 1.2.5, slechts één keer per document berekend

 
 

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het in bijlage VI, onderdeel rijbewijs, van de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer genoemde bedrag, vermeerderd met het in het artikel 104b van het Reglement rijbewijzen genoemde bedrag, waarbij de som van deze bedragen naar beneden wordt afgerond op een veelvoud van € 0,05.

 

1.3.1.1

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met het bedrag genoemd in de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer en verminderd met het bedrag genoemd in bijlage VI onder afdracht van gemeenten van die Regeling.

 
 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie personen

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 13,50

1.4.3

In afwijking van het voorgaande onderdeel bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 13,50

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,00

 

 

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

 

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 12,50

 

 

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

 
 

vervallen in verband met inwerkingtreding AVG

 
 

 

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting of -rekening, per pagina

€ 0,07

1.7.1.2

een uittreksel van het in de onderdeel 1.7.1.1 bedoelde, per pagina of pdf

€ 0,12

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, de stukken behorende bij een raadsvergadering of de overige stukken behorende bij een Politiek Forum, per pagina of pdf

€ 0,12

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van door de gemeente vervaardigde statistische of sociologische rapporten, verslagen en (beleids)nota's, voor zover de voorraad strekt, per pagina of pdf

€ 0,12

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van een verordening, de toelichting op een verordening, bijlagen en tabellen bij een verordening, per pagina of pdf

€ 0,12

1.7.5

Het overeenkomstig de onderdelen 1.7.1, 1.7.2, 1.7.3 en 1.7.4 berekende bedrag wordt naar boven afgerond op een veelvoud van € 0,50.

 
 

 

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.8.1.1

een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,35

1.8.1.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 0,70

1.8.1.2

een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per stuk en per formaat lichtdruk

€ 10,00

1.8.1.3

vastgoedinformatie, per kadastraal perceel

€ 34,00

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object

€ 16,40

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 10,00

1.8.2.3

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3. vijfde lid, van de Erfgoedwet

€ 0,35

1.8.2.4

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 0,35

1.8.2.5

vervallen

 

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres

€ 6,70

1.8.3.2

het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

€ 6,70

1.8.3.3

het gemeentelijke adrescoördinatiebestand of delen daarvan, per adrescoördinaat

€ 6,70

 

 

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen

€ 41,35

1.9.2

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn

€ 13,50

1.9.3

tot het verstrekken van een legalisatie van een handtekening

€ 13,50

1.9.4

tot het verstrekken van een andere verklaring omtrent een persoon

€ 13,50

1.9.5

tot het verstrekken van een attestatie de vitae (akte)

Volgt tarief dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

1.9.6

tot het verstrekken van een huwelijksbevoegdheid

Volgt tarief dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

 

 

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk:

 

1.10.2.1.1

per pagina op papier van A4 formaat

€ 0,30

1.10.2.1.2

per pagina op papier van A3 formaat

€ 0,50

1.10.2.2

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustende kaart of tekening:

 

1.10.2.2.1

per pagina op papier van A4 formaat

€ 4,00

1.10.2.2.2

per pagina op papier van A3 formaat

€ 4,90

1.10.2.2.3

per pagina op papier van elk ander formaat tot een m²

€ 6,80

1.10.2.2.4

vermeerderd met

€ 4,20

 

voor elke m² waarmee de oppervlakte van de kaart of tekening de een m² te boven gaat;

 

1.10.2.3

een afdruk van de readerprinter, per afdruk

€ 0,50

1.10.2.4

een scan van een of meer foto's of andere documenten, per scan

€ 1,00

 

 

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet gereserveerd

 
 

 

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

 

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1

tot het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 75,00

1.12.2

tot het in behandeling nemen van een aanvraag voor een verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie en door de gemeente verstrekte geldlening

 

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1

tot het verkrijgen van een gemeentegarantie:

0,258%

 

van het te garanderen bedrag met een maximum van

€ 290,00

1.13.2

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 84,00

1.13.3

tot het verstrekken van een geldlening:

0,643%

 

van het te verstrekken bedrag met een maximum van

€ 585,00

 

 

Hoofdstuk 14 (Markt)standplaatsen

 
 

verplaatst naar Titel 3

 
 

 

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

 
 

verplaatst naar Titel 3

 
 

 

Hoofdstuk 16 Kansspelen

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten:

 

1.16.1.2.1

voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2.2

voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.2

De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste drie jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 75,00

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 4.000,00

 

 

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie en Nutsvoorzieningen

 

1.17.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming of vergunning omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden, waarvoor een instemmingsbesluit of vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de 'Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Oldenzaal' (AVOI)

€ 360,00

1.17.1.1

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het tarief genoemd in onderdeel 1.17.1, verhoogd met

€ 180,00

1.17.1.2

als de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen verhoogd met

€ 180,00

1.17.1.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel en/of leiding plaatsvindt, wordt het bedrag verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die terzake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.17.2

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 1.17.1.3 is uitgebracht, wordt een melding geacht in behandeling te zijn genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 

 

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

 

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.18.1

tot het verkrijgen en verlengen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het

 
 

Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

 

1.18.1.1

geldig voor een periode van ten hoogste drie dagen

€ 25,00

1.18.1.2

geldig voor een periode van meer dan drie dagen en ten hoogste 30 dagen

€ 50,00

1.18.1.3

geldig voor een periode van meer dan 30 dagen en ten hoogste 3 maanden

€ 75,00

1.18.1.4

geldig voor een periode van 1 jaar

€ 110,00

1.18.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 29,50

1.18.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 41,00

1.18.4

voor het verkrijgen of verplaatsen van een invalidenparkeerplaats

€ 50,00

1.18.4.1

voor het wijzigen van onderbord (kenteken) gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 20,00

1.18.4.2

Voor het reserveren van een gehandicaptenparkeerplaats

€ 140,00

1.18.5

tot het verkrijgen van een ontheffing van de aangewezen route voor transport van gevaarlijke stoffen als bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs):

€ 150,00

1.18.6

tot het verkrijgen, verlengen en vervangen van een parkeervergunning als bedoeld in onderdeel f van de Parkeerverordening 1993 of een opvolger daarvan, bij verlies, diefstal, wijziging van het in de vergunning genoemde kenteken of een andere wijziging

€ 20,00

 

 

Hoofdstuk 19 Diversen

 

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 75,00

TITEL 2

DIENSTVERLENING VALLEND ONDER FYSIEKE LEEFOMGEVING/

 

OMGEVINGSVERGUNNING

 

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.2

bouwkosten:

 

De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en als het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

 

Voor in onderstaande tabel genoemde “standaard” bouwwerken zijn minimale bouwkosten vastgesteld. Onder bouwkosten van die “standaard” bouwwerken wordt verstaan: het product van de normkosten voor het uit te voeren werk exclusief omzetbelasting en de bruto-inhoud, bruto-oppervlakte en/of lengte van het bouwwerk volgens onderstaande tabel. Daarbij wordt de bruto-inhoud en bruto-oppervlakte als volgt berekend: het oppervlakte van een bouwwerk wordt gemeten door het verticaal geprojecteerde oppervlak te meten. Daarbij worden uitstekende delen van ondergeschikte aard tot maximaal 0,5 meter buiten beschouwing gelaten; de bouwhoogte van een bouwwerk wordt gemeten vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; de inhoud van een bouwwerk wordt gemeten tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen. .Als de door de aanvrager opgegeven bouwkosten exclusief omzetbelasting hoger zijn dan het hiervoor genoemde product, dan wordt onder bouwkosten de door de aanvrager opgegeven (hogere) bouwkosten verstaan.

 

 

Tabel Bouwkosten 'standaard' bouwwerken (normkosten exclusief omzetbelasting)

 

Woningen :

Rijtjeswoningen

€ 200,= per m3

Twee onder één kapwoningen

€ 225,= per m3

Vrijstaande woning tot en met 600 m3

€ 260,= per m3

Vrijstaande woning > 600 m3

€ 290,= per m3

Appartement, één of meer bouwlagen

€ 260,= per m3

II. Uitbreiding bij woningen:

 

Latere aanbouw/vergroting

€ 350,= per m3

Garage / berging / tuinhuisje hout

€ 95,= per m3

halfsteens met plat dak

€ 125,= per m3

Halfsteens met kap

€ 135,= per m3

Spouw met plat dak

€ 150,= per m3

Spouw met kap

€ 170,= per m3

Dakkapel en dakopbouw

€ 1.000,= per m breedte

Carport/overkapping

€ 150,= per m2

Schuttingen en hekwerken

€ 60,= per m

 

III. Agrarische bouwwerken:

 
  • 1.

    Stallen

€ 43,= per m3

  • 2.

    Werktuigberging / schuur Damwandprofiel

€ 25,= per m3

Metselwerk

€ 48,= per m3

  • 3.

    Mestkelders onder de stallen

€ 83,= per m3

  • 4.

    Kassen

€ 31,= per m2

 

IV. Niet agrarische bouwwerken:

 
  • 1.

    Opslagloodsen (plaatstaal damwandprofiel)

€ 19,= per m3

(metselwerk)

€ 52,= per m3

  • 2.

    Kantoren / showroom / winkel / horeca

€ 273,= per m3

  • 3.

    Scholen / sporthal / verkoophal (grootschalige detailhandels vestiging)

€ 258,= per m3

  • 4.

    Noodschool / kleedgebouw (sportvereniging) / semi-permanente unit

€ 185,= per m3

  • 5.

    Industriehal (plaatstaal geïsoleerd)

€ 62,= per m3

(metselwerk)

€ 105,= per m3

 

B. Uitgangspunt “niet-standaard” bouwwerken:

 

Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel Bouwkosten zijn genoemd worden de bouwkosten (exclusief BTW) als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan de aan een derde in het economisch verkeer te betalen aanneemsom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de “Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) van het uit te voeren werk, of, voor zover deze ontbreekt: een raming van de aan een derde in het economisch verkeer te betalen prijs voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, berekend op de wijze als bedoeld in normblad NEN 2699, uitgave 2013, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd (exclusief BTW).

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.4

Vooroverleg: voordat een aanvraag wordt ingediend tot het verlenen van een vergunning om een bouwwerk te bouwen, kan aan de hand van een schetsplan worden gevraagd naar het oordeel van het bevoegd gezag omtrent de kans op het verlenen van een vergunning voor het bouwen van een, op basis van dat schetsplan, uitgewerkt bouwplan.

2.1.1.5

Moment van indienen: voor de aanvrager is een ontvangstbevestiging aangemaakt waarin vermeld staat dat de aanvraag ontvangen is en geregistreerd

2.1.1.6

Perceel: Het gebied waarop de (partiele) herziening /wijziging van het bestemmingsplan betrekking heeft

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2

Vooroverleg

 

2.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vooroverleg vanaf het moment van indienen

€ 150,00

 

 

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning vanaf het moment van indienen voor een project:

 
 

de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 
 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.1.1.1

als de bouwactiviteit betrekking heeft op een woning:

 

2.3.1.1.1.1

als de bouwkosten minder dan € 5.000 bedragen

€ 200,00

2.3.1.1.1.2

als de bouwkosten € 5.000 tot € 100.000 bedragen

€ 200,00

 

vermeerderd met

2,40%

 

van het bedrag waarmee de bouwkosten € 5.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.1.3

als de bouwkosten € 100.000 bedragen of meer

€ 2.480,00

 

vermeerderd met

2,20%

 

van het bedrag waarmee de bouwkosten € 100.000 te boven gaan.

 

2.3.1.1.2

als de bouwactiviteit betrekking heeft op een niet-woning:

 

2.3.1.1.2.1

als de bouwkosten minder dan € 5.000 bedragen

€ 200,00

2.3.1.1.2.2

als de bouwkosten € 5.000 bedragen of meer doch minder dan

 
 

€ 250.000

€ 200,00

 

vermeerderd met

2,90%

 

van het bedrag waarmee de bouwkosten € 5.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.2.3

als de bouwkosten € 250.000 bedragen of meer doch minder dan

 
 

€ 500.000

€ 7.305,00

 

vermeerderd met

2,70%

 

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.2.4

als de bouwkosten € 500.000 bedragen of meer doch minder dan

 
 

€ 750.000

€ 14.055,00

 

vermeerderd met

2,5%

 

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.2.5

als de bouwkosten € 750.000 bedragen of meer doch minder dan

 
 

€ 1.000.000

€ 20.305,00

 

vermeerderd met

2,3%

 

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 750.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.2.6

als de bouwkosten € 1.000.000 bedragen of meer doch minder dan

 
 

€ 5.000.000

€ 26.055,00

 

vermeerderd met

2,0%

 

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 1.000.000 te boven gaan;

 

2.3.1.1.2.7

als de bouwkosten € 5.000.000 bedragen of meer

€ 106.055,00

 

vermeerderd met

1,0%

 

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000.000 te boven gaan

 
 

tot een maximum van

€ 150.000,00

 

 
 

Welstandstoets en extra welstandstoets

 

2.3.1.2.1

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1, 2.3.1.1 en 2.3.11.1 bedraagt het tarief, als een welstandstoets noodzakelijk is, naar boven afgerond op een veelvoud van € 1,00, met een minimum van

€ 90,00

 

3 0/00 van het deel van de bouwkosten tot en met € 230.000,00

 
 

plus 0,5 0/00 van het deel van de bouwkosten meer dan € 230.000,00 tot en met € 455.000,00

 
 

plus 0,25 0/00 van het deel van de bouwkosten meer dan € 455.000,00 tot en met € 680.000,00

 
 

plus 0,125 0/00 van het deel van de bouwkosten meer dan € 680.000,00.

 
 

 

2.3.1.2.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.1.1, 2.3.1.1 en 2.3.11.1 bedraagt het tarief, als zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is

€ 75,00

 

 
 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 300,00

 

 

2.3.1.4

Achteraf ingediende aanvraag

 
 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit 10% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een maximum van € 1.000,-

 
 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 225,00

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1

 

2.3.3.1

als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) en/of als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking)

€ 225,00

2.3.3.2

als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)

€ 3.500,00

 

tenzij anterieure overeenkomst is aangegaan. Indien dit laatste het geval is worden deze leges niet in rekening gebracht.

 

2.3.3.3

als artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan)

€ 350,00

2.3.3.5

als de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)

€ 3.500,00

 

tenzij anterieure overeenkomst is aangegaan. Indien dit laatste het geval is worden deze leges niet in rekening gebracht.

 

2.3.3.6

als de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving)

€ 3.500,00

 

tenzij anterieure overeenkomst is aangegaan. Indien dit laatste het geval is worden deze leges niet in rekening gebracht.

 
 

 

2.3.4

Vervallen

 
 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.5.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 600,00

 

 

2.3.6

Vervallen

 
 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads-

 
 

of dorpsgezicht

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 150,00

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 
 

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als ook sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 150,00

 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 
 

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als ook sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 150,00

 

 

2.3.10

Kappen

 
 

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als ook sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 75,00

 

 

2.3.11

Reclame

 

2.3.11.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken van een reclame, waarvoor op grond van de bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h, van de Wabo en niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 (bouwactiviteit) bedraagt het tarief

€ 150,00

 

 

2.3.12

Opslag van roerende zaken

 
 

Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel [2:10, vijfde lid, gereserveerd] van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als ook sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

 

2.3.12.1

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:

€ 75,00

2.3.12.2

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

€ 75,00

 

 

2.3.13

Natura 2000-activiteiten

 

2.3.13.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 75,00

 

 

2.3.14

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

 

2.3.14.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 75,00

 

 

2.3.15

Andere activiteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.15.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 75,00

2.3.15.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschap verordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 75,00

 

 

2.3.16

Omgevingsvergunning in twee fasen

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.16.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.16.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 
 

 

2.3.17

Beoordeling bodemrapport

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: als de oppervlakte van het perceel dat onderzocht is:

 

2.3.17.1

minder is dan 2.000 m² en het rapport wordt digitaal aangeleverd

€ 150,00

2.3.17.2

minder is dan 2.000 m² en het rapport wordt schriftelijk aangeleverd

€ 225,00

2.3.17.3

2.000 m² is of meer en het rapport wordt digitaal aangeleverd

€ 300,00

2.3.17.4

2.000 m² is of meer en het rapport wordt schriftelijk aangeleverd

€ 450,00

 

 

2.3.18

Advies

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 

 

2.3.19

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.19.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.19.1.1

als de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

€ 300,00

2.3.19.1.2

als een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

€ 300,00

 

 
 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

 

2.4.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg geheven leges, met uitzondering van de geheven leges voor de welstandstoets en de extra welstandstoets, in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

2.4.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

10%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

 

2.4.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

15%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

2.4.3

Als de aanvraag als bedoeld onder 2.3.1.1 en 2.3.3 van een particuliere woningeigenaar van activiteiten met betrekking tot de onderwerpen bouw en strijdig gebruik, die voldoen aan de Voorwaarden vermindering leges ivm duurzaamheidsmaatregelen, wordt het legesbedrag per bouwplan verminderd met

50%

 

met een maximum van

€ 10.000,00

 

voor zover die het in de programmabegroting vastgestelde budget niet overschrijdt

 
 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten/niet verder in behandeling genomen aanvraag

 

2.5.1.1

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1 intrekt voordat de aanvraag in behandeling is genomen als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht dan wel dat de aanvraag niet verder in behandeling wordt genomen als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de geheven leges. De teruggaaf bedraagt

75%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende bouwactiviteit verschuldigde leges.

 
 

 

2.5.1.2

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1 intrekt nadat de aanvraag in behandeling is genomen als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht doch voor het verlenen van de vergunning, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de geheven leges.

 
 

De teruggaaf bedraagt

50%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende bouwactiviteit verschuldigde leges.

 
 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten

 
 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen een jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende bouwactiviteit verschuldigde leges.

 
 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende bouwactiviteit verschuldigde leges. Hierbij moet onherroepelijk vaststaan dat de vergunning niet wordt verleend.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij een onherroepelijk vaststaande rechterlijke uitspraak.

 
 

 

2.5.4

Teruggaaf in verband met het realiseren van duurzaamheidsmaatregelen

 

2.5.4.1

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het isoleren van bestaande woningen en andere gebouwen

50%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.2

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het renoveren van een bestaande woningen waardoor die woning een NOM-woning wordt:

50%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.3

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de plaatsing van zonnepanelen voor de dekking van het eigen verbruik op het dak, aan de gevel van een bestaande woning of ander gebouw of in de eigen tuin:

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.4

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het aanbrengen van een begroeid/sedum dak op een bestaande woning of ander gebouw of nieuwbouw dan wel extra aantoonbare duurzaamheidsmaatregelen, zoals off-grid maatregelen, boven de wettelijke voorschriften vanuit het Bouwbesluit:

50%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.5

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het plaatsen van een buitenunit voor een warmtepomp met een geluidsproductie van de luchtunit van maximaal 40dB voor een bestaande woning of ander gebouw:

50%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.6

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit plaatsing van zonnecollectoren voor een zonneboiler op een bestaande woning of ander gebouw

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van

€ 10.000,00

2.5.4.7

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de bouw van zelfstandige, grondgebonden zonnepanelen:

 
 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel worden de leges beperkt tot een maximum van

€ 51.800,00

2.5.4.8

Indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de bouw van een of meer windturbines:

 
 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel worden de leges beperkt tot een maximum van

€ 51.800,00

 

 

2.5.5

Voor de toepassing van onderdeel 2.5.4 wordt verstaan onder:

 
 

dB: decibel, de maat vor een hoeveelheid geluid;

 
 

EPC: Energie Prestatie Coëfficiënt;

 
 

Gj: Gigajoule;

 
 

K: temperatuur uitgedrukt in Kelvin;

 
 

m²: vierkante meter oppervlakte;

 
 

NOM-woning: nul-op-de-meter-woning, zijnde een woning waarin gedurende een jaar gemiddeld net zoveel energie wordt geproduceerd (door zon, wind of warmtepompen) als wordt verbruikt (voor verwarming, warm tapwater en huishoudelijk gebruik);

 
 

Rc: warmteweerstand (R) van een constructie ©

 
 

W: hoeveelheid energie uitgedrukt in Watt;

 
 

Wp: Wattpiek, het energievermogen aan elektriciteit dat met een zonnepaneel kan worden opgewekt;

 
 

Zonnecollector: apparaat dat zonlicht (direct licht bij zonnig weer en diffuus licht bij bewolkt weer) omzet in warmte;

 
 

Zonnepannel: paneel dat bestaat uit meerdere zonnecellen waarmee zonlicht omgezet wordt in elektriciteit.

 
 

 

2.5.6

De in onderdeel 2.5.4 opgenomen maximum teruggaafbedragen gelden per project. Onder project wordt verstaan een bouwplan dat of ontwikkeling die als eenheid moet worden beschouwd, gelet op de bouwkundige en perceelindeling, het opdrachtgeverschap, de eigendom, functie(s), bedoeling en het karakter van het bouwplan. Verschillende omgevingsvergunningen of aanvragen voor omgevingsvergunning kunnen deel uitmaken van één project.

 
 

 

2.5.7

Teruggaaf als gevolg van het overlijden van de aanvrager

 
 

Als een aanvrager van een omgevingsvergunning komt te overlijden en zijn nabestaanden hebben te kennen gegeven dat zij de aanvraag niet door willen zetten, bedraagt de teruggaaf

100%

 

van de voor de aanvraag van een omgevingsvergunning verschuldigde leges

 
 

 

2.5.8

Minimumbedrag voor teruggaaf

 
 

Een bedrag minder dan €75,00 wordt niet teruggegeven.

 
 

 

2.5.9

Geen teruggaaf legesdeel welstandstoets en extra welstandstoets, advies, beoordeling bodemrapport en verklaring van geen bedenkingen

 
 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2.1, 2.3.1.2.2, 2.3.16, 2.3.18 en 2.3.19 wordt geen teruggaaf verleend.

 
 

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

 
 

Gereserveerd

 
 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.000,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 1.675,00

 

 

Hoofdstuk 9 Overschrijven

 

2.9

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om overschrijving van een verleende vergunning op naam van een ander dan degene op wiens naam de vergunning is gesteld als bedoeld in artikel 10.3 van de Bouwverordening

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking

€ 75,00

TITEL 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN

 
 

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van

 

3.1.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 225,00

3.1.2

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 75,00

3.1.3

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet

€ 75,00

3.1.4

een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 35 van de Alcoholwet

€ 75,00

3.1.5

vervallen

 

3.1.6

een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning op grond van artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 225,00

 

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de APV, als het betreft

 
 

een evenement Categorie A

€ 75,00

 

een evenement Categorie B

€ 150,00

 

een evenement Categorie C

€ 300,00

 

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de APV, anders dan bedoeld in onderdeel 3.3.2:

 

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 4.047,00

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 4.047,00

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:11 van de APV:

 

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 300,00

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 300,00

 

 

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

 

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 5 (Markt)standplaatsen

 

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

3.5.1

om een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5 van de Marktverordening Oldenzaal

€ 75,00

3.5.2

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de APV (standplaatsvergunning):

 

3.5.2.1

geldig voor een dag

€ 25,00

3.5.2.2

geldig voor een periode van meer dan een dag en ten hoogste 30 dagen

€ 50,00

3.5.2.3

geldig voor een periode van meer dan 30 dagen

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.6.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenverordening,

€ 75,00

 

 

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 75,00

Behoort bij besluit van de raad van de gemeente Oldenzaal van 19 december 2022, nr.1242

Mij bekend,

De griffier,