Algemeen mandaatbesluit statengriffie Zuid- Holland

Geldend van 23-12-2022 t/m heden

Intitulé

Algemeen mandaatbesluit statengriffie Zuid- Holland

Provinciale Staten van Zuid-Holland,

gelezen de voordracht van het Seniorenconvent van 20 december 2006, nummer 5775;

gelet op het bepaalde in artikel 2, lid 6 van de Instructie voor de statengriffier Zuid-Holland 2007, alsmede het bepaalde in afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten:

de in de bij dit besluit behorende mandaatlijst genoemde bevoegdheden aan de daarbij aangegeven mandaathouders te mandaten, een en ander onder de volgende algemene voorschriften:

Artikel 1 Omvang van mandaat

Voorzover uit de aard van de mandaten niet anders voortvloeit of in de mandaatlijst niet anders is vermeld, strekken de mandaten zowel tot het nemen van de besluiten ter zake van de gemandateerde bevoegdheden, als tot het ondertekenen van de krachtens mandaat genomen besluiten.

Artikel 2 Bijzondere voorschriften bij het mandaat

Naast de in het onderhavige besluit genoemde algemene bepalingen, dienen de verleende mandaten te worden uitgeoefend met inachtneming van de in de mandaatlijst genoemde bijzondere voorschriften.

Artikel 3 Plaatsvervanging

  • 1. Bij afwezigheid of ontstentenis van de mandaathouder, worden de mandaten uitgeoefend door diens formele plaatsvervanger(s).

  • 2. De mandaathouder stelt een instructie op voor de wijze waarop diens plaatsvervanger(s) van het mandaat gebruikmaken.

Artikel 4 Strijd met Algemene wet bestuursrecht

De mandaten worden niet uitgeoefend, voorzover dat in strijd zou zijn met de in de Algemene wet bestuursrecht opgenomen mandaatverboden.

Artikel 5 Ondermandaat

  • 1. Het is de mandaathouder toegestaan om ter zake van de hem verleende mandaten onder- mandaat te verlenen, tenzij dit bij bijzondere voorwaarde bij het betreffende mandaat uitrukkelijk is uitgesloten.

  • 2. De bij de mandaten gestelde bijzondere voorwaarden als bedoeld in artikel 2 van dit besluit worden door de ondermandaathouder op gelijke wijze in acht genomen.

  • 3. De verlening van ondermandaat door de mandaathouder behoeft de voorafgaande goedkeuring van het Fractievoorzittersoverleg uit Provinciale Staten, als bedoeld in artikel 90 van het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten van Zuid-Holland, tenzij onverwijlde spoed daaraan in de weg staat. In het laatstbedoelde ge- val wordt de verlening van het ondermandaat zo spoedig mogelijk en met redenen omkleed aan het Seniorenconvent gemeld.

Artikel 6 Mandaatsuitoefening door meerhoofdig gremium

Indien mandaat is toegekend aan een uit meerdere personen bestaand gremium, vindt besluit- vorming krachtens het mandaat plaats bij enkelvoudige meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken, heeft de voorzitter van het betreffende gremium de beslissiende stem.

Artikel 7 Terugtreden mandaathouder

  • 1. Een mandaathouder of ondermandaathouder onthoudt zich van besluitvorming, indien het in mandaat te nemen besluit hem persoonlijk aangaat.

  • 2. In gevallen als bedoeld in het eerste lid, waarin het een mandaathouder betreft, treedt het Fractievoorzittersoverleg uit Provinciale Staten voor de uitoefening van het mandaat in de plaats van de mandaathouder.

  • 3. In gevallen als bedoeld in het eerste lid, waarin het een ondermandaathouder betreft, wordt het in mandaat te nemen besluit genomen door de mandaathouder, welke het ondermandaat heeft verleend.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Het onderhavige besluit treedt in werking op de dag, nadat het in het Provinciaal blad bekend- gemaakt is.

Artikel 9 Citeertitel

Het onderhavige besluit kan worden aangehaald als "Algemeen mandaatbesluit statengriffie Zuid- Holland".

Ondertekening

Den Haag, 31 januari 2007.

Provinciale Staten van Zuid-Holland,

griffier,

voorzitter,

Bijlage 1 Mandaatlijst Statengriffie

MANDAATLIJST STATENGRIFFIE

Bevoegdheden

Mandaat / machtiging:

Bijzondere voorschriften

Fractie-voorzitters-overleg

(art. 90 RVO)

Staten-Griffier

Anders, nl:

ALGEMEEN

a.1

De benoeming van een of meer medewerkers van de Statengriffie tot plaatsvervangend Statengriffier (art. 104d Provinciewet).

 

X

 

Benoeming vindt plaats nadat daarover overleg gevoerd is met het Fractievoorzittersoverleg. De benoeming wordt schriftelijk aan de betrokken medewerker bekend gemaakt.

a.2

Het voor “eensluidend afschrift” waarmerken van statenbesluiten en andere door Provinciale Staten vastgestelde stukken.

 

X

 
 

a.3

Doorzenden van onjuist geadresseerde stukken, niet zijnde onjuist geadresseerde bezwaarschriften (art. 2:3 Awb).

 

X

 
 

a.4

Het bevestigingen van ontvangst van tot Provinciale Staten gerichte aanvragen tot het geven van een beschikking (waaronder elektronisch ingediende aanvragen in de zin van art.4:3a Awb).

 

X

 
 

a.5

Het bieden van gelegenheid tot aanvulling van aan Provinciale Staten gerichte aanvragen tot het geven van een beschikking met ontbrekende gegevens, een vertaling of een samenvatting (art. 4:5 Awb).

 

X

 
 

a.6

Verzenden van voortgangsberichten en mededelen van afdoeningstermijnen met betrekking tot aan Provinciale Staten gerichte aanvragen tot het geven van een beschikking (o.a. art. 4:14 Awb)

 

X

 
 

a.7

Het bieden van gelegenheid aan belanghebbenden om zienswijzen ten aanzien van een voorgenomen beschikking kenbaar te maken (art. 4:7 en 4:8 Awb).

 

X

 

Mandaat voor zover het voorgenomen besluit door of namens Provinciale Staten zal worden genomen en door de Statengriffie wordt voorbereid.

AVG EN UITVOERINGSWET ALGEMENE VERORDENING GEGEVENSBESCHERMING

b.1

Alle besluiten met betrekking tot gegevensverzame­lingen op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Uitvoeringwet Algemene Verordening Gegevensbescherming (UAVG) ten aanzien van stukken, die onder verantwoordelijk-heid van Provinciale Staten vallen.

 

X

 

Mandaat voor zover het gegevensverzamelingen betreft die onder de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten vallen.

Dit betreft ook het melden van inbreuken in verband met persoonsgegevens (Datalekken) als bedoeld in de AVG en de Uitvoeringswet AVG.

WET OPEN OVERHEID

c.1

Besluiten op grond van de Wet open overheid (Woo) ten aanzien van stukken, welke onder de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten vallen.

X

 
 

Mandaat voor zover het stukken betreft die onder de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten vallen.

c.2

Voorbereidende handelingen en procedurebesluiten in het kader van de Wet open overheid (Woo).

 

X

 

Handelingen en besluiten die nodig zijn voor het nemen van de besluiten genoemd bij c.1. Onder dit mandaat is onder meer begrepen, het verdagen van termijnen en het buiten behandeling stellen van verzoeken tot openbaarmaking.

BEZWAARSCHRIFTEN (m.b.t. besluiten van PS)

d.1

De aanhouding van bezwaarschriften tot het begin van de bezwaartermijn (art. 6:10, lid 2 Awb)

 

X

 

Mandaat voor zover het stukken betreft die direct onder de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten vallen (anders is art. 158, lid 1 onder e. van toepassing).

d.2

De Bevestiging van de ontvangst van bezwaarschriften (art. 6:14 Awb)

 

X

 

Idem.

d.3

Doorzenden van abusievelijk aan Provinciale Staten gezonden bezwaar- of beroepschriften (art. 6:15 Awb)

 

X

 
 

d.4

Mededeling van de intrekking van een besluit, waartegen een bezwaarschrift is gericht (art. 6:19, lid 3 Awb)

 

X

 

Idem.

d.5

Mededeling van het nemen van een nieuw besluit, in plaats van een besluit, waartegen een bezwaarschrift was gericht (art. 6:19, lid 3 Awb)

 

X

 
 

d.6

Mededeling van een besluit op aanvraag, tegen het uitblijven waarvan bezwaar of beroep aanhangig is (art. 6:20, lid 3 Awb)

 

X

 

Idem.

d.7

Verdaging van de termijn waarbinnen ten aanzien van een bezwaarschrift moet worden beslist (art. 7:10 Awb)

X

 
 

Idem.

d.8

Het eenmalig, dan wel doorlopend machtigen van medewerkers in dienst van, dan wel werkend onder verantwoordelijkheid van Provinciale Staten of van het College van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, teneinde Provinciale Staten bij rechterlijke colleges te vertegenwoordigen in het kader van de behandeling van bezwaar- en beroepschriften welke tegen besluiten van Provinciale Staten zijn gericht.

 

X

 
 

KLACHTBEHANDELING

e.1

Ontvangstbevestiging van klachten (art. 9.6 Awb)

 

X

 

Mandaat voor zover het klachten betreft die Provinciale Staten aangaan. Een en ander met inachtneming van de bepalingen in het Reglement behandeling klachten Zuid-Holland.

e.2

Verdaging van de termijn waarbinnen een klacht moet worden afgedaan (art. 9.11, lid 2 Awb)

 

X

 

Idem.

PERSONELE AANGELEGENHEDEN

f.1

De bevoegdheid beslissingen te nemen ten aanzien van het sluiten van de collectieve arbeidsovereen-komsten door het IPO met het oog op de rechtspositie van de griffier en de medewerkers van de griffie.

X

 
 

PS (7084, 25-4-2018), besluit genomen in het kader van de Wnra. De griffier fungeert als contactpersoon en geleidt aangelegenheden betreffende de cao door naar het fractievoorzittersoverleg.

f.2

De bevoegdheden die rechtstreeks voortvloeien uit de Ambtenarenwet.

 

X

 

Met name artikel 3a, 4 en 5.

f.3

Het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten met de op de griffie werkzame ambtenaren (artikel 104e lid 2 Provinciewet, artikel 3.1, artikel 3.3, artikel 7.2 en hoofdstuk 10 CAO Provinciale sector)

 

X

 

Mandaat, machtiging voor het uitvoeren van de voorbereidende handelingen en besluiten m.b.t. de arbeidsovereenkomst van griffiepersoneel.

M.u.v. de bevoegdheden in de Provinciewet als bedoeld in artikel 104, lid 2 (benoemen, schorsen als disciplinaire maatregel en ontslaan van de griffier), 104a, tweede lid (instructie van de griffier), 104d, eerste lid (vervanging van de griffier) en 104e, eerste lid (vaststelling en wijziging van de organisatie van de griffie).

f.4

Psychologisch onderzoek sollicitant (art. 3.2, lid 2 CAO Provinciale sector)

 

X

 
 

f.5

Verplichting andere werkzaamheden te verrichten (art. 7.1 CAO Provinciale sector)

 

X

 
 

f.6

Het betaalbaar stellen van overlijdensuitkeringen (art. 8.6.2 en 8.6.3 CAO Provinciale sector)

 

X

 
 

f.7

Alle besluiten m.b.t. salaris t.a.v. de medewerkers van de Statengriffie (hoofdstuk 4, paragraaf 4.1 en 4.2 CAO Provinciale sector

 

X

 
 

f.8

Alle besluiten m.b.t. salaristoelagen t.a.v. de medewerkers van de Statengriffie

(hoofdstuk 4,paragraaf 4.3 CAO Provinciale sector)

 

X

 
 

f.9

Alle besluiten m.b.t. overige uitkeringen t.a.v. de medewerkers van de Statengriffie

(hoofdstuk 4, paragraaf 4.4 CAO Provinciale sector).

 

X

 
 

f.10

Alle besluiten m.b.t. het individueel keuzebudget (IKB) t.a.v. de medewerkers van de Statengriffie

(hoofdstuk 4, paragraaf 4.5 CAO Provinciale sector.

 

X

 
 

f.11

Alle besluiten m.b.t. vakantie en verlof t.a.v. de medewerkers van de Statengriffie

(hoofdstuk 6 CAO Provinciale sector)

 

X

 
 

f.12

Alle besluiten in het kader van gezondheid en arbeidsomstandigheden

(hoofdstuk 7 CAO Provinciale sector) t.a.v. individuele ambtenaren van de Statengriffie.

 

X

 
 

f.13

Alle besluiten in het kader van ontwikkeling, opleiding en inzetbaarheid

(hoofdstuk 9 CAO Provinciale sector) t.a.v. individuele ambtenaren van de Statengriffie.

 

X

 
 

f.14

Alle besluiten in het kader van orde en strafmaatregelen (Burgerlijk Wetboek) t.a.v. individuele ambtenaren van de Statengriffie.

X

 
 
 

f.15

Alle besluiten in het kader van de Regeling melden vermoedens van een misstand

(Bijlage 2 CAO Provinciale sector).

 

X

 
 

PERSONEELSHANDBOEK ZUID HOLLAND

g.1

Alle besluiten voortvloeiend uit het personeelshandboek t.a.v. ambtenaren van de Statengriffie gebaseerd op:

hoofdstuk 1 arbeidsvoorwaardenregeling

hoofdstuk 2 dienstreisregeling pzh

hoofdstuk 10 uitvoeringsregeling bezoldiging provincie Zuid-Holland

hoofdstuk 11 verplaatsingskostenregeling woon-werkverkeer pzh

 

X

 
 
 
 
 
 
 
 

VERHAALSWET ONGEVALLEN AMBTENAREN

h.1

Alle besluiten ter uitvoering van deze regeling t.a.v. ambtenaren van de Statengriffie.

 

X

 
 

Wet FLEXIBEL WERKEN

i.1

Besluiten m.b.t. verzoeken tot vermeerdering dan wel vermindering arbeidsduur o.g.v. Wet flexibel werken t.a.v. ambtenaren van de Statengriffie.

 

X

 
 

Wet aRBEID EN ZORG

j.1

Verlenen van verlof op basis van de Wet arbeid en zorgaan ambtenaren van de Statengriffie.

 

X