Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en invordering van Leges Oss 2023

Geldend van 21-12-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van Leges Oss 2023

De raad van de gemeente Oss;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 november 2022;

gelet op het advies van de Raadadviescommissie van 1 december 2022;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet:

besluit:

vast te stellen de:

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES 2023.

Hoofdstuk 1 Titel hoofdstuk 1

Paragraaf 1 Titel paragraaf 1

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse Identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse Identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    bewijzen van onvermogen en stukken nodig voor ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging en andere periodieke uitkeringen, beneden € 450,00 per jaar;

  • 2.

    stukken en diensten, welke ambtshalve ter voldoening aan wettelijke of administratieve voorschriften moeten worden afgegeven of opgemaakt of verricht, tenzij daarvoor anders is bepaald;

  • 3.

    stukken en inlichtingen, welke worden gevraagd door of vanwege het rijk, de provincie, de gemeenten, de waterschappen, veenschappen en veenpolders of enig ander openbaar lichaam, met uitzondering van de bedrijven der openbare lichamen, alsmede door vertegenwoordigers van vreemde mogendheden hier te lande;

  • 4.

    stukken en diensten, waarvan de kosteloze afgifte of verstrekking bij enig wettelijk voorschrift aan de gemeentebesturen is opgelegd;

  • 5.

    vergunningen voor het maken van muziek op openbare straten door muziekkorpsen;

  • 6.

    stukken, diensten en inlichtingen, welke worden gevraagd door of ten behoeve van de gemeente Oss of haar diensten;

  • 7.

    beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van gemeentelijke belastingen;

  • 8.

    beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding, of toelage dan wel verhoging hiervan met betrekking tot enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente Oss;

  • 9.

    beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas;

  • 10.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • 11.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • 12.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5 Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingplichtige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen acht dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt dat de leges genoemd in hoofdstuk 8 moeten worden voldaan binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

  • 1. Indien de heffing van leges geschiedt bij wijze van abonnement, wordt behoudens het bepaalde in het vierde lid van dit artikel, bij tussentijdse beëindiging van een abonnement, indien deze plaatsvindt voordat een halfjaar van de geldigheidsduur daarvan is verstreken, ontheffing verleend onder de hierna te noemen voorwaarden.

  • 2. Indien het abonnement is gebaseerd op aantallen, zal de ontheffing worden verleend tot een bedrag gelijkstaand met de helft van het verschuldigde met dien verstande, dat het verschuldigde na ontheffing niet lager mag zijn dan het tarief, geldend voor het werkelijk aantal verstrekte diensten.

  • 3. Indien het abonnement is gebaseerd op tijdsduur, zal de ontheffing worden verleend tot een bedrag gelijkstaand met de helft van het verschuldigde met dien verstande, dat het verschuldigde na ontheffing niet lager mag zijn dan het tarief, geldend voor de werkelijk verlopen tijdsduur.

  • 4. De ontheffing wordt niet verleend als het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,30.

Artikel 10 Overdacht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende artikelen van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      artikel 3 (reisdocumenten);

    • 2.

      artikel 4 (rijbewijzen);

    • 3.

      artikel 5 (diversen verstrekkingen Burgerzaken);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De ‘Legesverordening Oss 2022’ van 16 december 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. De in artikel 8 genoemde ‘ROEB-lijst’ en onderdeel uitmakende van deze verordening wordt bekendgemaakt door terinzagelegging in het gemeentehuis.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

  • 5. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Legesverordening Oss 2023’.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 15 december 2022.

De griffier,

drs. P.H.A. van den Akker

De burgemeester,

drs. W.J.L. Buijs-Glaudemans

TARIEVENTABEL

tarieventabel behorende bij de Legesverordening Oss 2023

Indeling tarieventabel

Hoofdstuk:

onderwerp:

Hoofdstuk 1

Burgerzaken

Hoofdstuk 2

Fysieke Leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 3

Volkshuisvesting

Hoofdstuk 4

Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 5

Verkeer en Vervoer

Hoofdstuk 6

Diversen

Bijlage ROEB lijst

HOOFDSTUK 1BURGERZAKEN

Artikel 1.

Burgerlijke stand

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, dan wel de registratie van een partnerschap:

    • 1.1

      In het gemeentehuis Oss op maandag om 09.00 uur en 9.15 uur, € 0,00;

    • 1.2

      In het gemeentehuis van Oss voor een administratief huwelijk op maandag van 09.30 uur tot 12.00 uur en op dinsdag en woensdag van 09.00 uur tot 12.00 uur, € 175,00;

    • 1.3

      In het gemeentehuis Oss of het voormalige gemeentehuis van Ravenstein:

      • 1.3.1

        op maandag t/m donderdag van 09.00 tot 17.00 uur, € 370,00;

      • 1.3.2

        op vrijdag van 09.00 uur tot 17.00 uur, € 500,00;

      • 1.3.3

        op zaterdag van 10.00 uur tot 17.00 uur, € 700,00;

  • 2.

    In “De oude pastorie” te Macharen, Raadhuis Lithoijen of andere aangewezen vaste locatie:

    • 2.1

      op maandag tot en met donderdag van 9.00 uur tot 17.00 uur, € 470,00;

    • 2.2

      op vrijdag van 09.00 tot 20.00 uur, € 600,00;

    • 2.3

      op zaterdag en zondag van 09.00 uur tot 20.00 uur, € 800,00.

  • 3.

    Op een vrije locatie binnen het grondgebied van de gemeente Oss en in een bijzonder huis, € 370,00;

  • 4.

    Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een:

    • 4.1

      trouw- of partnerschapboekje met kunststof omslag, € 30,00;

    • 4.2

      trouw- of partnerschapboekje met lederen omslag, € 49,00;

    • 4.3

      duplicaat trouw- of partnerschapboekje met kunststof omslag, € 30,00;

    • 4.4

      duplicaat trouw- of partnerschapboekje met lederen omslag, € 49,00.

  • 5.

    Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke Stand voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan, € 15,00. De maximale tijdsbesteding wordt in overleg bepaald en vooraf goedgekeurd door de aanvrager.

  • 6.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag:

    • 6.1

      als beëdiging bij de rechtbank al heeft plaatsgevonden € 160,00

    • 6.2

      als beëdiging bij de rechtbank nog niet heeft plaatsgevonden € 323,00

  • 7.

    Het tarief bedraagt voor het wijzigen van een reeds aangemaakt dossier voor huwelijk of geregistreerd partnerschap, € 37,00;

  • 8.

    Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige bij de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, per getuige, € 20,00.

  • 9.

    Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal of een andere door de gemeente aangewezen locatie, hetgeen is opgenomen in dit artikel onder lid 1.3.1, 1.3.2 en 1.3.3, zijnde respectievelijk € 370,00, € 500,00 dan wel € 700,00.

  • 10.

    Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij geen gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal of een andere door de gemeente aangewezen locatie, € 18,00.

  • 11.

    Indien de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk ongeacht de oorzaak geen doorgang vindt en de afmelding;

    • 11.1

      meer dan één maand voorafgaand aan de geplande datum van de huwelijksvoltrekking, de registratie van het partnerschap dan wel de omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk aan de ambtenaar van de Burgerlijke Stand wordt medegedeeld, wordt ontheffing verleend van het bedrag dat op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is.

    • 11.2

      Niet meer dan één maand maar meer dan één week voorafgaand aan de geplande datum van de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk aan de ambtenaar van de burgerlijke stand wordt medegedeeld, wordt ontheffing verleend van de helft van het bedrag dat op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is.

    • 11.3

      Binnen een week voorafgaand aan de geplande datum van de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk aan de ambtenaar van de Burgerlijke Stand wordt medegedeeld, wordt geen ontheffing verleend van het bedrag dat op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is.

  • 12.

    Het is niet toegestaan te strooien binnen of buiten de gemeentelijke trouwlocaties met welke soort materialen dan ook voor, bij of na het huwelijk. Voor het opruimen en verwijderen van deze materialen wordt een tarief geheven van € 50,00.

Artikel 2

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het op verzoek van een ingeschrevene verstrekken van een al dan niet gewaarmerkt afschrift van hem betreffende gegevens in de basisregistratie personen, € 12,60;

  • 2.

    Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen en/of de bevolkingsadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier € 12,60.

  • 3.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot selectie van personen aan de hand van een geautomatiseerde selectie in de basisregistratie personen, per selectie, voor ieder uitgeselecteerd persoon € 0,27 met een minimum van totaal € 50,00.

Artikel 3

Reisdocumenten

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

    • 1.1

      van een nationaal paspoort:

      • 1.1.1

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

      • 1.1.2

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het bedrag wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

    • 1.2

      voor een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in lid 1.1 (zakenpaspoort):

      • 1.2.1

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

      • 1.2.2

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

    • 1.3

      van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

      • 1.3.1

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

      • 1.3.2

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

    • 1.4

      van een paspoort voor vluchtelingen of een paspoort voor vreemdelingen, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

    • 1.5

      van een Nederlandse identiteitskaart:

      • 1.5.1

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

      • 1.5.2

        voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden

    • 1.6

      voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.1 tot en met 1.5 genoemd document, zijnde een toeslag dat gelijk is aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

    • 1.7

      voor een vervangende identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon , is gelijk aan het maximale tarief dat is vermeld in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden, zoals laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met dien verstande dat het tarief wordt afgerond op € 0,05 naar beneden.

Artikel 4

Rijbewijzen

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het in bijlage VI van de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer genoemde bedrag, vermeerderd met het in het artikel 104b van het Reglement rijbewijzen genoemde bedrag, waarbij de som van deze bedragen naar beneden wordt afgerond op een veelvoud van € 0,05.

  • 2.

    Het tarief als bedoeld onder lid 1, wordt, indien een reeds eerder aan aanvrager verstrekt rijbewijs als vermist is of wordt opgegeven, verhoogd met € 18,00;

  • 3.

    Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met het bedrag genoemd in de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer en verminderd met het bedrag genoemd in bijlage VI onder afdracht van gemeenten van die Regeling.

Artikel 5

Diversen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

  • 1.

    tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn, € 12,60;

  • 2.

    tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap, € 12,60;

  • 3.

    tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening, € 12,60.

HOOFDSTUK 2FYSIEKE LEEFOMGEVING/OMGEVINGSVERGUNNING

Artikel 6

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

  • 1.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, of het in behandeling nemen van een aanvraag voor beoordeling van een conceptaanvraag voor een omgevingsvergunning is verdisconteerd in de leges die voor de omgevingsvergunning in rekening worden gebracht.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een indicatieve beoordeling van een ruimtelijke ontwikkeling die vanwege de afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening alleen vergunbaar is of met toepassing van artikel 2.12, lid 1, onder a onder 3o van de Wabo of na vaststelling, herziening of wijziging van een bestemmingsplan:

    • a.

      voor eenvoudige beoordeling (nagenoeg uitsluitend beoordeling van de ruimtelijke aspecten),

      € 500,00;

    • b.

      voor meervoudige beoordeling (beoordeling meerdere aspecten nodig zoals ruimtelijke inpassing, kostenverhaal, milieuplanologische aspecten of andere aspecten van uitvoerbaarheid),

      € 1.000,00.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een indicatieve beoordeling van een ruimtelijke ontwikkeling die vanwege de afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening alleen vergunbaar is of met toepassing van artikel 2.12, lid 1, onder a onder 2o van de Wabo en waarbij sprake is van een meervoudige beoordeling:

    • a.

      voor meervoudige beoordeling (beoordeling meerdere aspecten nodig zoals ruimtelijke inpassing, kostenverhaal, milieuplanologische aspecten of andere aspecten van uitvoerbaarheid),

      € 1000,00.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor vooroverleg over en/of beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning voor een ruimtelijke ontwikkeling die vanwege de afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening alleen vergunbaar is met toepassing van artikel 2.12, lid 1, onder a onder 3o van de Wabo, of voor een aanvraag om vooroverleg over en/of beoordeling van een conceptaanvraag om vaststelling, herziening of wijziging van een bestemmingsplan:

    • a.

      voor eenvoudige beoordeling (nagenoeg uitsluitend beoordeling van de ruimtelijke aspecten),

      € 2.500,00;

    • b.

      voor meervoudige beoordeling (beoordeling van meerdere aspecten nodig zoals ruimtelijke inpassing, kostenverhaal, milieuplanologische aspecten of andere aspecten van uitvoerbaarheid),

      € 5.000,00.

  • 5.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor vooroverleg over en/of beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning voor een ruimtelijke ontwikkeling die vanwege de afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening alleen vergunbaar is met toepassing van artikel 2.12, lid 1, onder a onder 2o van de Wabo en waarbij sprake is van een meervoudige beoordeling:

    • a.

      voor meervoudige beoordeling (beoordeling van meerdere aspecten nodig zoals ruimtelijke inpassing, kostenverhaal, milieuplanologische aspecten of andere aspecten van uitvoerbaarheid),

      € 5.000,00.

  • 6.

    Het bepaalde in de leden 2 t/m 5 is niet van toepassing op aanvragen voor medewerking aan een ruimtelijke ontwikkeling die in de vorm van een aanvraag op uitnodiging, inspraakreactie of zienswijze beoordeeld kan worden in het kader van de wettelijk verplichte integrale herziening van het betreffende bestemmingsplan

Artikel 7

Omgevingsvergunning

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een project; de som van:

  • 1.

    de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en

  • 2.

    de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevoerd.

Artikel 8

Begripsomschrijvingen

  • 1.

    Onder bouwkosten wordt verstaan:

    • a.

      de kosten die worden berekend aan de hand van de ‘ROEB-lijst” zoals opgenomen in de bijlage bij deze tarieventabel;

    • b.

      uitsluitend voor zover het in de aanvraag begrepen type bouwwerk naar zijn aard redelijkerwijs niet kan worden geacht te zijn opgenomen in de ‘ROEB-lijst’ wordt onder bouwkosten mede het volgende verstaan. De aannemingssom bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfredzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen.

  • 2.

    Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 3.

    In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens Wabo bedoeld.

  • 4.

    In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

  • 5.

    Onder kunstwerk wordt verstaan een object dat is gemaakt door een kunstenaar (met uitzondering van civiele werken zoals bruggen, geluidwallen e.d.). Een kunstenaar is iemand die zijn of haar creatieve talenten gebruikt bij om kunst te produceren.

Artikel 9

Tarieven voor bouwactiviteiten

  • 1.

    Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, als de bouwkosten bedragen:

    • a.

      € 2.250,00 of minder, € 54,00;

    • b.

      € 2.251,00 tot en met € 4.500,00, € 54,00 vermeerderd met 5,33% van de bouwkosten boven € 2.250,00;

    • c.

      tussen € 4.501,00 tot en met € 22.500,00, € 174,00 vermeerderd met 4,58% van de bouwkosten boven € 4.500,00;

    • d.

      tussen € 22.501,00 tot en met € 45.000,00, € 999,00 vermeerderd met 3,08% van de bouwkosten boven € 22.500,00;

    • e.

      tussen € 45.001,00 tot en met € 225.000,00, € 1.692,00 vermeerderd met 3,05% van de bouwkosten boven € 45.000,00;

    • f.

      tussen € 225.001,00 tot en met € 450.000,00, € 7.182,00 vermeerderd met 2,72% van de bouwkosten boven € 225.000,00;

    • g.

      € 450.000,00 of meer, 2,96% van de bouwkosten.

  • 2.

    Een gemeentelijk dan wel rijksmonument is vrijgesteld van leges en toeslagen als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a van de Wabo, met uitzondering van de toeslag genoemd in artikel 12 van deze verordening.

  • 3.

    Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen voor het plaatsen van een kunstwerk:

    • a.

      als de bouwkosten minder of gelijk aan € 10.000,00 bedragen, € 54,00;

    • b.

      als de bouwkosten meer dan € 10.000,00 bedragen, € 347,00.

  • 4.

    Het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen voor het plaatsen van een tijdelijke woon-unit bedraagt, € 500,00. Onderdeel 1.6 van de bouwkostenprijs in de ROEB- lijst vervalt.

  • 5.

    Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verlengen van een tijdelijke omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, € 54,00.

Artikel 10

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in artikel 9 bedraagt het tarief indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport, € 69,00.

Artikel 11

Verplicht advies agrarische commissie

Onverminderd het bepaalde in artikel 9 of in artikel 14 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld, € 998,25.

Artikel 12

Achteraf ingediende aanvraag

Onverminderd het bepaalde in artikel 9 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit, 50% van het tarief uit artikel 9 met een minimum van € 150,00.

Artikel 13

Aanlegactiviteiten

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder b van de Wabo bedraagt, € 46,00.

Artikel 14

Planologisch strijdig gebruik

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder c van de Wabo bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de artikelen 9 t/m 13:

  • 1.

    indien artikel 2.12, lid 1, onder a onder 1o van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking), € 200,00;

  • 2.

    indien artikel 2.12, lid 1, onder a onder 2o van de Wabo wordt toegepast voor activiteiten als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2. van de Wabo en het gaat om een buitenplanse kleine afwijking waarbij sprake is van een eenvoudige beoordeling, (nagenoeg uitsluitend beoordeling van de ruimtelijke aspecten of tijdelijke afwijking), € 300,00;

  • 3.

    indien artikel 2.12, lid 1, onder a onder 2o van de Wabo wordt toegepast voor activiteiten als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2. van de Wabo en het gaat om een buitenplanse afwijking waarbij sprake is van een meervoudige beoordeling (beoordeling meerdere aspecten nodig zoals ruimtelijke inpassing, kostenverhaal, milieuplanologische aspecten of andere aspecten van uitvoerbaarheid); de kosten die voor de te voeren procedure, zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen aan de aanvrager schriftelijk is medegedeeld en blijkt uit de begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld;

  • 4.

    indien artikel 2.12, lid 1, onder a onder 3 o van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking); de kosten die voor de te voeren procedure, zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen aan de aanvrager schriftelijk is medegedeeld en blijkt uit de begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld;

  • 5.

    indien artikel 2.12, lid 1, onder b van de Wabo wordt toegepast, € 300,00;

  • 6.

    indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, lid 3 of van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, lid 1, onder c van de Wabo, € 114,00;

  • 7.

    indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, lid 3 en artikel 2.12, lid 1, onder c van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationaal belang), € 300,00.

  • 8.

    Indien artikel 2.12, lid 1 onder d van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit), € 300,00.

Artikel 15

Gedoogbeschikking bewoning recreatieverblijven

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gedoogbeschikking voor bewoning van een recreatieverblijf, € 325,00.

Artikel 16

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

  • 1.

    Indien de aanvraag voor een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder d van de Wabo bedraagt het tarief € 146,00.

  • 2.

    Het tarief in lid 1 wordt voor een inrichting met een oppervlakte van:

    • a.

      0 m2 tot 100 m2 verhoogd met € 99,00;

    • b.

      100 m2 tot 500 m2 verhoogd met € 1,00 per m2;

    • c.

      500 m2 tot 2.000 m2 verhoogd met € 499,00 vermeerderd met € 0,31 per m2 boven 500 m2;

    • d.

      2.000 m2 tot 5.000 m2 verhoogd met € 964,00 vermeerderd met € 0,08 per m2 boven 2.000 m2;

    • e.

      5.000 m2 tot 50.000 m2 verhoogd met € 1.204,00 vermeerderd met € 0,02 per m2 boven 5.000 m2;

    • f.

      boven 50.000 m2 verhoogd met € 2.104,00 vermeerderd met € 0,01 per m2 boven 50.000 m2.

  • 3.

    Voor het wijzigingen van een bestaande vergunning van een bouwwerk dat gedeeltelijk wordt vernieuwd, dan wel veranderd of vergroot, worden leges slechts berekend over het oppervlak van de ruimten die direct grenzen aan de beschouwde ruimte(n) met een maximum van tweemaal de oppervlakte van de ruimten die worden vernieuwd, veranderd of vergroot.

  • 4.

    Voor het wijzigen van een bestaande vergunning voor een veranderd gebruik zonder dat sprake is van verbouwing of anderszins worden de leges slechts berekend over het oppervlak waarvoor het gewijzigde gebruik geldt, vermeerderd me het oppervlak van de ruimten die direct grenzen aan de beschouwde ruimte(n) met een maximum van twee maal de oppervlakte van de beschouwde ruimte.

Artikel 17

Sloopactiviteiten

  • 1.

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumenten Verordening Oss 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument en voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht, per m3 te slopen inhoud € 0,13 met een minimum van € 30,00;

  • 2.

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de monumentenverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief per m3 te slopen inhoud € 0,13 met een minimum van € 30,00;

  • 3.

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder g van de Wabo, bedraagt het tarief per m3 te slopen inhoud € 0,13 met een minimum van € 30,00.

Artikel 18

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en lid 1, onder d van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief hetgeen voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager schriftelijk is medegedeeld en blijkt uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten.

Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 19

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2,2, lid 1 aanhef en onder e van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening Oss 2019, bedraagt het tarief € 114,35 onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten.

Artikel 20

Kappen

  • 1.

    Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand bedoeld in artikel 2.2 lid 1, aanhef en onder g van de Wabo in samenhang met een provinciale verordening of artikel 4:10 E van de Algemene plaatselijke verordening Oss 2019 een vergunning of ontheffing is vereist bedraagt het tarief, € 53,10 onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten.

  • 2.

    Indien een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand bedoeld in artikel 2.2, lid 1, aanhef en onder g van de Wabo in samenhang met een provinciale verordening of artikel 4:10 C van de Algemene plaatselijke verordening Oss 2019 een vergunning of een ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, € 211,35 onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten.

Artikel 21

Overschrijven vergunning/ontheffing

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een omgevingsvergunning bedraagt, € 12,00.

Artikel 22

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist bedraagt het tarief:

  • 1.

    indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken bedoeld in artikel 2.2, lid 1, onder j van de Wabo; het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

  • 2.

    Indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, lid 1, onder k van de Wabo; het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 23

Natura 2000-activiteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit), onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, bedraagt het tarief :

  • 1.

    Bij een aanvraag Gebiedsbescherming nieuw € 4.802,00;

  • 2.

    Bij een aanvraag wijzigen Gebiedsbescherming € 3.954,00;

  • 3.

    Bij het intrekken van een aanvraag Gebiedsbescherming overige € 2.626,00.

Artikel 24

Flora- en fauna activiteiten (bescherming soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (Flora- en fauna activiteit), onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, bedraagt het tarief:

  • 1.

    Bij een aanvraag Soortenbescherming door burgers € 2.116,00;

  • 2.

    Bij een aanvraag Soortenbescherming infrastructureel en gebiedsgericht € 6.534,00;

  • 3.

    Bij een aanvraag Soortenbescherming overige € 4.780,00.

Artikel 25

Andere activiteiten

  • 1.

    Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

    • a.

      behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder i van de Wabo bedraagt het tarief; € 18,40;

    • b.

      behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving als bedoeld in artikel 2.2, lid 2 van de Wabo, bedraagt het tarief;

      • 1.

        als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning;

      • 2.

        als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 26

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, lid 1 van de Wabo bedraagt het tarief;

  • a.

    voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

  • b.

    voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

Artikel 27

Advies

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld;

  • 2.

    Indien een begroting als bedoeld in het vorige lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag is ingetrokken.

Artikel 28

Verklaring van geen bedenkingen

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in de voorafgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, lid 1 van de Wabo;

  • 2.

    Indien een bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld;

  • 3.

    Indien een begroting als bedoeld in het vorige lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 29

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, sloop- of aanlegactiviteit

Wanneer een aanvrager zijn aanvraag om omgevingsvergunning voor een bouw-, sloop- of aanlegactiviteit als bedoeld in de artikelen 9, 13 of 17 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, wordt een deel van de leges teruggeven. Deze teruggaaf bedraagt 60%.

Artikel 30

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, sloop- of aanlegactiviteit

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- sloop- of aanlegactiviteit als bedoeld in de artikelen 9, 13 of 17, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 10%.

Artikel 31

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, sloop- of aanlegactiviteit

Wanneer de gemeente een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, slopen- of aanleggen als bedoeld in de artikelen 9, 13 of 17 weigert, wordt een deel van de verschuldigde leges teruggegeven. De teruggaaf bedraagt 60% van de verschuldigde leges.

Artikel 32

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de artikelen 27 en 28 wordt geen teruggaaf verleend.

Artikel 33

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een naar de omstandigheden beoordeeld geringe wijziging in het project: de voor de oorspronkelijke bouwactiviteit geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in artikel 9 met een minimum van € 16,00.

Artikel 34

Bestemmingswijziging zonder activiteiten

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening, de kosten die voor de te voeren procedure zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager schriftelijk is medegedeeld en blijkt uit een begroting die vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

  • 2.

    Het tarief bedraagt, voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen en/of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder a, van de Wet ruimtelijke ordening, de kosten die voor de te voeren procedure zoals voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager schriftelijk is medegedeeld en blijkt uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

HOOFDSTUK 3VOLKSHUISVESTING

Artikel 35

Leegstandwet

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, lid 1 van de Leegstandwet, € 150,00.

  • 2.

    Het tarief tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, lid 9 van de Leegstandswet bedraagt, € 75,00.

  • 3.

    Indien aanvragen als bedoeld in het eerste en tweede lid gelijktijdig worden ingediend en woonruimte in hetzelfde gebouw betreffen, zoals flat, een school of een kantoor, worden de leges uit het eerste en tweede lid slechts eenmaal geheven. Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.

Artikel 35A

Huisvestingswet 2014

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

  • 1.

    een vergunning voor het onttrekken, omzetten en splitsen van woonruimte als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014, bedraagt € 113,00;

  • 2.

    een verhuurvergunning opkoopbescherming als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet, bedraagt € 113,00.

Artikel 36

Bebouwingsvoorschriften, toelichting op plannen e.d

De leges bedragen voor bebouwingsvoorschriften en toelichtingen op uitbreidingsplannen, komplannen en andere soortgelijke plannen per gehele of gedeeltelijke bladzijde tekst € 0,20, met een minimum per exemplaar van € 2,05.

HOOFDSTUK 4VASTGOEDINFORMATIE

Artikel 37

Bouwkundige- en technische tekeningen en informatieverschaffing

De leges bedragen:

  • 1.

    voor een kopie van een bouwkundige tekening of van een tekening van technische installaties of een gedeelte daarvan, per kopie, € 13,25;

  • 2.

    voor het opsporen van tekeningen als bedoeld onder lid 1 uit het gemeentelijke archief, per bestede tijdseenheid van 10 minuten of een gedeelte daarvan, € 6,13;

  • 3.

    voor het doen van nasporingen gevolgd door het geven van inlichtingen voor het opstellen van taxatierapporten voor onroerende zaken door derden;

    • a.

      van het ter plaatse geldende bestemmingsplan, per bestede tijdseenheid van 10 minuten of een gedeelte daarvan,

      € 6,13;

    • b.

      van de bodemsituatie, per bestede tijdseenheid van 10 minuten of een gedeelte daarvan,

      € 6,13.

Artikel 38

Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen

Om inzicht te verkrijgen in de beperkingen welke rusten op een perceel kan er inzage verkregen worden in Register en Registratie, hiervoor gelden de volgende tarieven:

  • 1.1

    inzage in het (digitaal) Register, € 0,00;

  • 1.2

    gewaarmerkt uittreksel uit Register, per uittreksel, € 10,20;

  • 1.3

    gewaarmerkt uittreksel uit Registratie, per uittreksel, € 10,20;

  • 1.4

    (On)belastverklaring, per verklaring, € 10,20;

  • 1.5

    Afschrift toelichting gemeentelijke beperkingen, per afschrift, € 15,30.

HOOFDSTUK 5VERKEER EN VERVOER

Artikel 39

Wegenverkeersreglement

De leges bedragen voor het verlenen van ontheffing op grond van artikel 123, 1e en 2e lid onder c van het Wegenverkeersreglement, € 104,15.

Artikel 40

Reglement verkeersregels en verkeerstekens

  • 1.

    De leges bedragen voor het verlenen van ontheffing ingevolge artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens per ontheffing, € 12,25;

  • 2.

    De leges bedragen voor het op verzoek van de houder aanbrengen van één of meer wijzigingen op het ontheffingsbewijs, mits gelijktijdig, € 4,10;

  • 3.

    De leges bedragen voor het verstrekken van een duplicaat van het ontheffingsbewijs, € 4,10.

Artikel 41

Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

  • 1.

    De leges bedragen voor het aanvragen van een gehandicaptenparkeerkaart ingevolge artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, €100,-;

  • 2.

    De leges bedragen voor het verstrekken van een duplicaat van een invalidenparkeerkaart, € 25,-;

  • 3.

    De leges bedragen voor het op verzoek van de houder aanbrengen van één of meer wijzigingen op de invalidenparkeerkaart, mits gelijktijdig, € 25,-.

Artikel 42

Voertuigenreglement

Het tarief bedraagt voor van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigenreglement, € 25,50.

Artikel 43

Gevaarlijke stoffen

De leges bedragen voor het verlenen van ontheffing om af te mogen wijken van de Route Gevaarlijke Stoffen en/of het mogen laden en lossen van gevaarlijke stoffen, als bedoeld in het Reglement betreffende het vervoer over land van gevaarlijke stoffen, Bijlage 2, Hoofdstuk II, artikel 5, per ontheffing, € 50,00.

Artikel 44

Gebruik weg/weggedeelten

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het anders gebruiken van de openbare weg dan ingevolge de bestemming aan die weg moet worden toegekend, € 203,20.

HOOFDSTUK 6DIVERSEN

Artikel 45

Beschikkingen e.d.

De leges bedragen voor:

  • 1.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het hebben van een terras ingevolge artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening Oss, € 157,20;

  • 2.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening Oss voor een reguliere standplaats als bedoeld in het Standplaatsenbeleid Oss uit 2010, € 212,40;

  • 3.

    het in behandeling nemen van een aanvraag ten behoeve van het inzamelen van kleding € 68,65.

Artikel 46

Overige Geluidshinder

De leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor ontheffing van geluidhinder als bedoeld in artikel 4:6A en B van de Algemene plaatselijke verordening Oss, bedragen, € 21,45.

Artikel 47

Kansspelen

Het tarief, voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen, bedraagt:

  • a.

    voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat € 56,50;

  • b.

    voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat € 56,50 en voor iedere volgende kansspelautomaat € 34,00;

  • c.

    de subonderdelen a. en b. zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden;

  • d.

    het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 27,46.

Artikel 48

Horeca

  • 1.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet bedraagt, € 411,63;

  • 2.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid van de Alcoholwet € 74,75;

  • 3.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet bedraagt , € 112,80;

  • 4.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid van de Alcoholwet bedraagt € 112,80;

  • 5.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet bedraagt, € 74,75;

  • 6.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een meerjarige ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet bedraagt, € 149,50.

Artikel 49

Exploitatievergunning horeca

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

  • 1.

    tot het verkrijgen van een exploitatievergunning, als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening, € 438,00;

  • 2.

    voor het wijzigen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening, € 112,80;

  • 3.

    tot het verkrijgen van een nachtvergunning (een exploitatievergunning voor horecaondernemers in het centrum van Oss met een uiterste sluitingstijd van 04.00 uur met bijzondere voorschriften), € 438,00;

  • 4.

    voor het wijzigen van een nachtvergunning als bedoeld in lid 3, € 112,80;

  • 5.

    tot het verkrijgen van een ontheffing sluitingstijd als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening, € 112,80.

Artikel 50

Exploitatievergunning speelautomatenhal of speelgelegenheid

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

  • 1.

    tot het verkrijgen van een exploitatievergunning, als bedoeld in artikel 2 van de Verordening Speelautomaten Oss 2011, € 438,00;

  • 2.

    voor het wijzigen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2 van de Verordening Speelautomaten Oss 2011, € 112,80;

  • 3.

    tot het verkrijgen van een exploitatievergunning, als bedoeld in artikel,2:39 van de Algemene plaatselijke verordening Oss 2019, € 438,00;

  • 4.

    voor het wijzigen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening Oss 2019, € 112,80.

Artikel 51

Prostitutiebedrijven

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening;

    • a.

      voor een seksinrichting € 1.098,00;

    • b.

      voor een escortbedrijf € 828,45.

  • 2.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening;

    • a.

      voor een seksinrichting € 275,00;

    • b.

      voor een escortbedrijf € 207,00.

Artikel 51a

Organiseren evenementen

  • 1.

    Onder een A-evenement (regulier evenement) wordt verstaan de voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-diensten niet noodzakelijk worden geacht;

  • 2.

    Onder een B-evenement (aandacht evenement) wordt verstaan de voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-diensten voorstelbaar worden geacht;

  • 3.

    Onder een C-evenement (risicovol evenement) wordt verstaan de voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-gemeente aan de hand van een risicoscan ingedeeld als een A-, B- of C-evenement.

  • 4.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft

    • a.

      een A-evenement, € 0,00;

    • b.

      een B-evenement, € 500,00;

    • c.

      een C-evenement, € 1.500,00.

Artikel 52

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur

  • 1.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van toestemming, per aaneengesloten (graaf/ blaas/ boor/ pers)werkzaamheden (of combinatie daarvan) van niet ingrijpende aard of spoedeisende werkzaamheden voor een tracé < 25 meter, inzake kabels en of leidingen: € 94,00.

  • 2.

    Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming of vergunning over tijdstip, plaats en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Telecommunicatiewet en artikel 5, eerste lid van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur (AVOI) : € 470,00

  • 3.

    Het tarief genoemd in lid 1 wordt bij aaneengesloten graafwerkzaamheden over een lengte van 25meter of meer, verhoogd met een toeslag:

    • a.

      tot 1.000m1, per strekkende meter: € 1,45;

    • b.

      van 1.000 m1 tot 2.500 m1, per strekkende meter : € 1,30.

  • 4.

    In afwijking van het gestelde in lid 2 en lid 3, worden bij projecten bij aaneengesloten graafwerkzaamheden vanaf 2.500 m1 kosten van € 2,10 per strekkende meter in rekening gebracht voor de afstand van 0 tot en met 2499 m1 geldt het tarief genoemd in lid 3.

  • 5.

    Als er door onvoorziene omstandigheden c.q. calamiteiten of overschrijding van geplande tijdsduur van het project meer uren nodig zijn, dan worden deze uren op basis van nacalculatie in rekening gebracht. Voor de extra uren, die vooraf kenbaar zijn gemaakt door de aanvrager, geldt een intern tarief van € 94,00 per uur. Als de werkzaamheden buiten de aangegeven periode vallen wordt een marktconform tarief voor externe inhuur in rekening gebracht.

  • 6.

    Voor graafwerkzaamheden vanaf 10.000 m1, kan op verzoek van de aanvrager een offerte met de begroting van de kosten worden opgesteld. Deze offerte wordt, inclusief onderbouwing, voorafgaand aan de aanvraagbehandeling, schriftelijk medegedeeld aan de aanvrager.

  • 7.

    Indien een begroting als bedoeld in het vorige lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 53

Rioolaansluiting

De leges bedragen voor de afgifte van een vergunning tot aanleg van een rioolaansluiting, € 87,80.

BIJLAGE behorende en deel uitmaken van de Tarieventabel behorende bij de Legesverordening Oss 2023. ROEB lijst (als bedoeld in artikel 8 van de tarieventabel).

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 15 december 2022.

De griffier,

drs. P.H.A. van den Akker

De burgemeester,

drs. W.J.L. Buijs-Glaudemans