Raadsbesluit Verordening voor de behandeling van bezwaarschriften

Geldend van 21-12-2022 t/m heden

Intitulé

Raadsbesluit Verordening voor de behandeling van bezwaarschriften

De raad van de gemeente Best;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit

in te trekken de ‘Verordening commissie bezwaarschriften 2015’ en vast te stellen de ‘Verordening voor de behandeling van bezwaarschriften gemeente Best’.

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    bestuursorgaan: gemeentelijk orgaan dat het bestreden besluit heeft genomen (o.a. de raad, burgemeester en wethouders en de burgemeester);

  • -

    bezwaarmaker: indiener van een bezwaarschrift;

  • -

    commissie: adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Awb;

  • -

    voorzitter: voorzitter van de commissie.

Artikel 2. Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Het bestuursorgaan registreert het ingediende bezwaarschrift met de datum van ontvangst.

  • 2. Daarna wordt zo spoedig mogelijk contact opgenomen met de bezwaarmaker en eventuele andere belanghebbenden. Hierbij geeft het bestuursorgaan een uitleg over het vervolg van de procedure en de duur van de behandeling van het bezwaarschrift.

Paragraaf 2. Informele afhandeling en ambtelijk horen

Artikel 3. Vooronderzoek en informele behandeling

  • 1. Het bestuursorgaan onderzoekt of het bezwaarschrift informeel kan worden afgehandeld alvorens het verder in behandeling te nemen.

  • 2. De informele aanpak start door kort na binnenkomst van het bezwaarschrift hierover contact op te nemen met de bezwaarmaker en de voorbereider van het primaire besluit.

  • 3. Als het bezwaar in der minne wordt geschikt, legt het bestuursorgaan de gemaakte afspraken schriftelijk vast en neemt het zo nodig een nieuw besluit.

Paragraaf 3. Commissie

Artikel 4. Horen en adviseren door de commissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaarschriften.

  • 2. De commissie is belast met het horen en adviseren over de volledige heroverweging van bestreden besluiten.

  • 3. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van het civiele recht, de waardering van onroerende zaken, de belastingwetgeving alsmede de daarop gebaseerde verordeningen en nadere regelingen. De commissie is evenmin bevoegd ten aanzien van de categorie of categorieën van bezwaarschriften waarvan de behandeling is of wordt overgedragen aan een intergemeentelijke of regionale commissie.

  • 4. Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden van de kamer, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 5. Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en tenminste twee leden.

  • 2. De voorzitter, leden en plaatsvervangende leden worden door burgemeester en wethouders benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 6. Instelling kamers

  • 1. De commissie bestaat uit twee kamers; bewonerszaken en grondgebiedzaken.

  • 2. Burgemeester en wethouders bepalen de taakafbakening van de kamers.

  • 3. Elke kamer bestaat uit ten minste drie leden:

    • a.

      een voorzitter overeenkomstig artikel 7:13 van de Awb, zijnde de voorzitter of een van de leden van de commissie, uit haar midden aangewezen;

    • b.

      ten minste twee andere leden, door de commissie aangewezen uit haar midden.

Artikel 7. Secretaris

  • 1. De secretaris wordt door burgemeester en wethouders aangewezen. De secretaris is geen lid van de commissie.

  • 2. Burgemeester en wethouders wijzen ook een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 8. Zittingsduur

  • 1. De voorzitter, leden en plaatsvervangende leden worden benoemd voor een termijn van vier jaren. Het is mogelijk een keer herbenoemd te worden.

  • 2. De voorzitter en de leden kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan burgemeester en wethouders.

  • 3. De aftredende of ontslagnemende voorzitter of leden blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 9. Uitoefening bevoegdheden

  • 1. De voorzitter kan de volgende bevoegdheden van de hierna genoemde artikelen van de Awb zelfstandig uitoefenen:

    • a.

      verzoeken om een schriftelijke machtiging aan een gemachtigde (artikel 2:1, tweede lid);

    • b.

      stellen van een termijn aan de bezwaarmaker (artikel 6:6);

    • c.

      verzenden van stukken tijdens de behandeling door de commissie (artikel 6:17);

    • d.

      ter inzage leggen van het bezwaarschrift en de op de zaak betrekking hebbende stukken, dan wel toezenden daarvan aan een belanghebbende (artikel 7:4, tweede lid);

    • e.

      al dan niet op verzoek van een belanghebbende afzien van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens een hoorzitting van een andere belanghebbende, voor zover geheimhouding om gewichtige reden is geboden (artikel 7:6, vierde lid).

  • 2. De voorzitter kan de bevoegdheden als genoemd in het eerste lid overdragen aan de secretaris.

  • 3. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

Artikel 10. Voorbereiding hoorzitting

  • 1. De voorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de hoorzitting waarin de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter nodigt de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste twee weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

  • 3. Binnen vijf werkdagen na de uitnodiging kunnen de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de hoorzitting te wijzigen.

  • 4. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt binnen vijf werkdagen na ontvangst van dit verzoek aan de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.

  • 5. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen, genoemd in het tweede tot en met vierde lid.

  • 6. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Als daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist.

Artikel 11. Hoorzittingen door middel van een beeld- en geluidverbinding

  • 1. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verzoek van de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan bepalen dat de hoorzitting geheel of gedeeltelijk door middel van beeld- en geluidverbinding plaatsvindt.

  • 2. De bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan kunnen tot vijf werkdagen na verzending van de uitnodiging verzoeken om fysiek aan de hoorzitting deel te nemen of het bezwaarschrift schriftelijk te behandelen. De voorzitter beslist zo spoedig mogelijk op dat verzoek.

  • 3. Belangstellenden kunnen tot uiterlijk vijf werkdagen voor de hoorzitting verzoeken om door middel van een beeld- en geluidverbinding een hoorzitting als bedoeld in het eerste lid bij te wonen. De eerste zin is niet van toepassing indien is bepaald dat de hoorzitting achter gesloten deuren zal plaatsvinden. De voorzitter beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

  • 4. Van een hoorzitting als bedoeld in het eerste lid worden geen beeldopnamen gemaakt, anders dan met voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van de aanwezigen.

Artikel 12. Onpartijdigheid leden

De voorzitter en de leden nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 13. Openbaarheid hoorzitting

  • 1. De hoorzitting van de commissie is openbaar.

  • 2. In afwijking van het eerste lid vindt de hoorzitting achter gesloten deuren plaats voor wat betreft bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van de Participatiewet, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Jeugdwet.

  • 3. De bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan kunnen een verzoek tot sluiting van de deuren aan de commissie richten. Een dergelijk verzoek dient uiterlijk drie werkdagen voor aanvang van de inhoudelijke behandeling van het ingediende bezwaar tot de commissie worden gericht.

  • 4. Onverminderd het bepaalde in de voorgaande leden kan de voorzitter of een van de aanwezige leden bepalen dat de hoorzitting achter gesloten deuren plaatsvindt.

Artikel 14. Verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb is digitaal en bestaat uit een geluidsopname van de hoorzitting.

  • 2. De geluidsopname wordt in de regel niet schriftelijk uitgewerkt.

  • 3. Op verzoek van de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan stelt de commissie de geluidsopname digitaal ter beschikking. Indien er sprake is van omstandigheden die daartoe aanleiding geven, kan de commissie toezending weigeren. In dat geval wordt een schriftelijk verslag verstrekt.

  • 4. In afwijking van het tweede lid wordt de geluidsopname alsnog schriftelijk uitgewerkt indien:

    • a.

      de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan daar om verzoekt, of;

    • b.

      een gerechtelijke instantie daar om verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure.

  • 5. Het schriftelijk verslag bevat in ieder geval:

    • a.

      namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid;

    • b.

      zakelijke vermelding van hetgeen over en weer is gezegd en wat verder op de hoorzitting is voorgevallen;

    • c.

      vermelding als de hoorzitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of als belanghebbenden of hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord;

    • d.

      verwijzing naar de op de hoorzitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 6. Het schriftelijk verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

Artikel 15. Nader onderzoek

  • 1. De commissie is bevoegd nader onderzoek te doen als zij dit na afloop van de hoorzitting wenselijk acht.

  • 2. De uit nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan toegezonden.

  • 3. De bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan kunnen binnen 2 weken na verzending van de nadere informatie schriftelijk reageren en indien gewenst aan de voorzitter vragen om een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op dit verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16. Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Als bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 17. Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt met het verslag, en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Als naar het oordeel van de voorzitter de termijn van twaalf weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juli aan de bestuursorganen verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 19. Vergoeding

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen de vergoeding van de voorzitter en de overige leden van de commissie vast.

  • 2. Na vaststelling van de vergoeding als bedoeld in het eerste lid, wordt de vergoeding jaarlijks geïndexeerd overeenkomstig het indexcijfer als bedoeld in de circulaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangaande de geïndexeerde bedragen van de (onkosten)vergoeding en toelagen voor politieke ambtsdragers van gemeenten.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 20. Intrekking oude regeling

De Verordening commissie bezwaarschriften 2015 wordt ingetrokken. Die verordening blijft evenwel van toepassing op de bezwaarschriften die zijn ingediend voordat deze verordening in werking treedt.

Artikel 21. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening voor de behandeling van bezwaarschriften gemeente Best.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van Best

in zijn vergadering van 12-12-2022.

Rian Swinkels

raadsgriffier

Hans Ubachs

voorzitter