Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 6 december 2022, met kenmerk PZH-2022-820332777, tot vaststelling van de Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland (Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland)

Geldend van 17-12-2022 t/m heden

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 6 december 2022, met kenmerk PZH-2022-820332777, tot vaststelling van de Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland (Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland)

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland;

Gelet op:

  • -

    de Verordening (EU) Nr. 2021/1060 van het Europese Parlement en de Raad, van 24 juni 2021, houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid;

  • -

    de Verordening (EU) Nr. 2021/1058 van het Europese Parlement en de Raad, van 24 juni 2021, inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds;

  • -

    het Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 18 juli 2022 tot goedkeuring van het programma “EFRO 2021-2027 West-Nederland” voor steun uit het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling in het kader van de doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei” voor de regio’s Flevoland, Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland in Nederland;

  • -

    het Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 5 juli 2022, nr. WJZ/22233414, houdende aanwijzing van de beheerautoriteit en de auditautoriteit voor het Programma EFRO 2021-2027 West-Nederland;

  • -

    het Programma EFRO West-Nederland 2021-2027;

  • -

    de Uitvoeringswet EFRO;

  • -

    de Regeling Europese EZK- en LNV-subsidies 2021 (REES 2021);

  • -

    de Beleidsregel Programma EFRO West-Nederland 2021-2027;

  • -

    het Samenwerkingsconvenant partners Kansen voor West 2021 – 2027;

  • -

    artikel 1:3, vierde lid, juncto titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

Overwegende dat het Programma EFRO West-Nederland 2021-2027 tot doel heeft om de regionale economie in Zuid-Holland een duurzame en innovatieve impuls te geven en de gefinancierde projecten binnen het programma daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan de realisatie van de provinciale ambities 3 ‘Schone energie voor iedereen’ en 4 ‘Een concurrerend Zuid-Holland’;

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland

Paragraaf 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

  • -

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    beleidsregel: door de beheerautoriteit vastgestelde Beleidsregel voor het Programma EFRO West-Nederland 2021-2027, Gemeenteblad Gemeente Rotterdam nr. 203876 van 5 mei 2022;

  • -

    beheerautoriteit: bevoegde bestuursorgaan voor de uitvoering van het programma;

  • -

    beschikking: subsidieverstrekking door de beheerautoriteit in het kader van het programma, waarbij de activiteiten dezelfde zijn als voor onderhavige subsidieregeling en waarin nadere afspraken rond de verantwoording van de subsidie worden vastgelegd;

  • -

    openstelling: deelplafond binnen het programma, waarvan het besluit tot vaststelling wordt genomen door de beheerautoriteit;

  • -

    openstellingstrategie Zuid-Holland: op het moment van aanvragen geldende door Gedeputeerde Staten vastgestelde openstellingsstrategie over de beschikbare EFRO-middelen voor de provincie Zuid-Holland in het programma;

  • -

    prioriteit 1: prioriteit 1 van het programma voor zover het betreft: beleidsdoelstelling 1 ‘Een slimmer Europa door de bevordering van een innovatieve en slimme economische transformatie’; specifieke doelstelling i: ‘Versterking van de onderzoeks- en innovatiecapaciteit en invoering van geavanceerde technologieën’;

  • -

    prioriteit 2: prioriteit 2 van het programma voor zover het betreft beleidsdoelstelling 2: ‘Een groener, koolstofarm Europa door de bevordering van een schone en eerlijke energietransitie, groene en blauwe investeringen, de circulaire economie, aanpassing van de klimaatverandering, risicopreventie en risicobeheer’; specifieke doelstelling i: ‘Bevorderen van energie-efficiëntie maatregelen en verminderen CO₂ uitstoot’; of specifieke doelstelling iii: ‘Ontwikkelen van slimme energie systemen, grids en opslag’; of specifieke doelstelling iv: ‘Bevorderen van de transitie naar een circulaire economie’;

  • -

    programma: het programma EFRO West-Nederland 2021-2027 (CCI 2021NL16RFPR002) als bedoeld

  • -

    onder Titel III, hoofdstuk 1 Verordening 2021/1060, ook wel Kansen voor West III;

  • -

    provinciale cofinanciering: subsidie verstrekt door de provincie Zuid-Holland op grond van deze regeling;

  • -

    Rijkscofinanciering: subsidie verstrekt door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat op grond van hoofdstuk 4 van de REES 2021;

  • -

    vigerend regionaal beleid: beleidskader van de provincie Zuid-Holland dat bij een openstelling van het programma is gevoegd.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestatie

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor een activiteit die:

    • a.

      op grond van prioriteit 1 of prioriteit 2 van het programma in aanmerking komt voor subsidie; en

    • b.

      past binnen het vigerende regionale beleid.

  • 2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.

  • 3. De activiteit, bedoeld in het eerste lid, geeft de regionale economie in Zuid-Holland een duurzame en innovatieve impuls en levert de gefinancierde projecten binnen het programma een belangrijke bijdrage aan de realisatie van de provinciale ambities 3 ‘Schone energie voor iedereen’ en 4 ‘Een concurrerend Zuid-Holland’.

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie als bedoeld in artikel 2 wordt uitsluitend verstrekt aan aanvragers die in aanmerking komen voor subsidie als bedoeld in het programma.

Artikel 4 Beslistermijn

In afwijking van artikel 28 van de Asv beslissen Gedeputeerde Staten binnen 26 weken na ontvangst van de aanvraag over subsidieverlening.

Artikel 5 Toepasselijkheid

De Asv is van toepassing voor zover deze niet in strijd is met nationale of Europese wet- en regelgeving met betrekking tot het programma.

Artikel 6 Weigeringsgronden

In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 2 geweigerd indien de beoogde financiering op grond van het programma door de beheerautoriteit niet wordt verstrekt.

Artikel 7 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    activiteiten sluiten aan bij de provinciale inzet op het thema ‘innovatie’ zoals beschreven in de Openstellingstrategie Zuid-Holland en passen binnen prioriteit 1 van het programma.

  • b.

    activiteiten sluiten aan bij de provinciale inzet op het thema ‘verduurzaming van het Havenindustrieel complex’ zoals beschreven in de Openstellingstrategie Zuid-Holland en passen binnen prioriteit 2 van het programma.

  • c.

    activiteiten sluiten aan bij de provinciale inzet op het thema ‘verduurzaming van de gebouwde omgeving’ zoals beschreven in de Openstellingstrategie Zuid-Holland en passen binnen prioriteit 2 van het programma.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen kosten voor subsidie in aanmerking als bepaald door de beheerautoriteit.

Artikel 9 Subsidiehoogte

Subsidie wordt verleend voor zover het maximale subsidiepercentage van de totale subsidiabele kosten zoals bepaald in de openstelling, van de subsidies op grond van EFRO, Rijkscofinanciering en provinciale cofinanciering, die zijn verleend uit hoofde van de in artikel 2.1 genoemde prioriteiten van het programma, nog niet is bereikt.

Artikel 10 Rangschikking

De wijze van verdeling van het beschikbaar gestelde subsidiebedrag wordt bepaald in de betreffende openstelling.

Artikel 11 Overig (advies, opschortende/ontbindende voorwaarde subsidieverlening)

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken onder de opschortende voorwaarde dat subsidie is verstrekt door de beheerautoriteit.

Artikel 12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

De verplichtingen en voorwaarden die door de beheerautoriteit zijn opgenomen in de beschikking tot verlening van de subsidie in het kader van het programma zijn van toepassing.

Artikel 13 Prestatieverantwoording

De aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt uiterlijk binnen vier weken na dagtekening van de vaststelling door de Beheerautoriteit ingediend bij Gedeputeerde Staten.

Artikel 14 Bevoorschotting en betaling

  • 1. Het voorschot voor subsidies als bedoeld in artikel 2 bedraagt maximaal 80%.

  • 2. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd, waarvan de hoogte en de tijdstippen worden vastgelegd in de beschikking.

Artikel 16 Intrekking

De Subsidieregeling cofinanciering EFRO Zuid-Holland wordt ingetrokken, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin deze regeling wordt geplaatst.

Artikel 18 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland.

Ondertekening

Den Haag, 6 december 2022

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

Ir. Van Ginkel MCM, waarnemend secretaris

drs. J. SMIT, voorzitter

Toelichting behorende bij de Subsidieregeling cofinanciering EFRO 2022-2027 Zuid-Holland

Algemene toelichting

Achtergrond

Kansen voor West is het samenwerkingsverband tussen de vier Randstedelijke provincies (Noord- en Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland) en de vier grote steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht (P4G4) dat uitvoering geeft aan het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) voor landsdeel West. Doel is om de regionale economie in de Randstad een innovatieve en duurzame impuls te geven. Dit gebeurt door het verstrekken van subsidies aan het bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden in de regio.

Binnen de gedeelde kaders van het programma heeft de provincie Zuid-Holland zeggenschap over een vastgesteld deel van het EFRO-budget, waarvoor het onder de prioriteiten innovatie en klimaat openstellingen kan doen. Door deze sturingsmogelijkheden beschouwt de provincie de beschikbare EFRO-middelen als een aanvulling op haar reguliere begrotingsmiddelen en probeert het deze twee budgetlijnen op integrale wijze te programmeren.

De provincie zet met Kansen voor West III in op drie inhoudelijke thema’s:

  • Innovatie

  • Verduurzaming van het Haven Industrieel Complex (industrie)

  • Verduurzaming van de gebouwde omgeving (energie)

Voor elk van deze drie thema’s is een openstellingsstrategie uitgewerkt waarin de provinciale inzet van de beschikbare EFRO-middelen evenals de (mogelijke) inzet van provinciale cofinanciering voor de EU-programmaperiode 2021-2027 wordt toegelicht.

Doel van cofinanciering

Door de integrale wijze van programmeren acht de provincie het opportuun om bij bepaalde openstellingen de EFRO-middelen aan te vullen met provinciale middelen. Deze subsidieregeling stelt de provincie in staat om Kansen voor West III projecten te cofinancieren. Hierdoor kunnen op een thema bij een specifieke openstelling meer projecten worden gefinancierd dan wanneer enkel EFRO-middelen zouden worden ingezet. Tevens wordt het mogelijk om in bepaalde openstellingen met een hoger maximaal subsidiepercentage (bestaande uit EFRO-subsidie en/of Rijkscofinanciering en/of provinciale cofinanciering) te werken dan volgens de beleidsregel is toegestaan.

In deze regeling wordt gesproken over het verstrekken van subsidies. Dit begrip wordt gebruikt voor zowel de verlening als de vaststelling van een subsidie en als zodanig als neutraal begrip gebruikt in de Awb.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2 Subsidiabel activiteiten en prestatie

In dit artikel wordt beschreven dat er alleen subsidie kan worden gegeven aan projecten die in aanmerking komen voor een EFRO-subsidie van Kansen voor West III én passen binnen het vigerende regionale beleid dat voor de betreffende openstelling door de provincie Zuid-Holland is bijgevoegd.

Artikel 3 Doelgroep

Als de aanvrager niet behoort tot de doelgroep van het programma, dan wordt geen subsidie verstrekt.

Artikel 6 Weigeringsgronden

Er wordt alleen subsidie verstrekt aan projecten waarvoor tevens een EFRO-subsidie uit het programma is verstrekt. Daarbij moet de EFRO-subsidie zijn aangevraagd onder een openstelling van de provincie Zuid-Holland. Er wordt geen subsidie verstrekt aan projecten die een EFRO-subsidie hebben aangevraagd onder een openstelling van een van de andere programmapartners (Noord-Holland, provincie Utrecht, Flevoland, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam of stad Utrecht).

Artikel 7 Subsidievereisten

In deze subsidieregeling kan op de thema’s innovatie, verduurzaming van het Havenindustrieel complex en verduurzaming van de gebouwde omgeving een apart deelplafond worden vastgesteld. Deze thema’s passen binnen de inhoudelijke prioriteiten van het programma. Om in aanmerking te komen voor provinciale cofinanciering zullen de projectactiviteiten moeten aansluiten bij de in de openstellingsstrategie Zuid-Holland beschreven inzet op het thema waarvoor het deelplafond is vastgesteld.

Artikel 9 Subsidiehoogte

Bij iedere openstelling zal bij publicatie in het Gemeentelijk Blad en in de openstellingtekst op de website van Kansen voor West III het maximale subsidiepercentage en indien van toepassing de maximale en/of minimale subsidiehoogte worden vermeld. Dit subsidiepercentage kan bestaan uit een percentage EFRO-middelen, een percentage Rijkscofinanciering en/of een percentage provinciale cofinanciering. Afhankelijk van de openstelling kan het (maximale) subsidiepercentage voor provinciale cofinanciering van projecten verschillen.

Artikel 10 Rangschikking

Bij iedere openstelling zal in de openstellingtekst op de website van Kansen voor West III de wijze van verdeling worden vermeld. Indien in de openstelling is bepaald dat het subsidiebedrag wordt verdeeld op volgorde van ontvangst, komt de eerst ontvangen complete aanvraag die voldoet aan alle wettelijke minimumvereisten het eerst voor subsidie in aanmerking. Is in de openstelling bepaald dat het beschikbaar gestelde subsidiebedrag wordt verdeeld volgens de rangschikking naar geschiktheid, dan komt als eerste in aanmerking de complete aanvraag die voldoet aan alle wettelijke minimumvereisten én waaraan het hoogste puntenaantal is toegekend.