Kaderdocument Sociaal Domein 2022-2027 gemeente Heerde

Geldend van 27-06-2022 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 27-06-2022

Intitulé

Kaderdocument Sociaal Domein 2022-2027 gemeente Heerde

afbeelding binnen de regeling

Voorwoord

We leven in een onzekere tijd op het moment dat we deze tekst schrijven. Rusland is Oekraïne binnengevallen, het is daar oorlog. Alle beelden en berichten die voorbijkomen snijden door je ziel. Deze oorlog raakt Nederland en ook de gemeente Heerde. Een nieuwe vluchtelingenstroom is op gang gekomen. Ook nu nemen we deze mensen gastvrij op in de gemeente Heerde. De oorlog en de, in Europees verband genomen, maatregelen hebben gevolgen voor ons en zullen ons raken. En dan hebben we het nog niet over de twee jaar coronapandemie die we achter de achter de rug hebben en die de gemeente Heerde ook hard geraakt heeft. We weten niet of er nog een nieuwe coronavariant opduikt waardoor er nieuwe maatregelen worden ingevoerd. We hebben zorgen over wat dit allemaal met een samenleving doet. Vooral voor de kwetsbare mensen en mensen die rond moeten komen van een laag inkomen. Blijft alles wel betaalbaar voor hen? Kunnen we als gemeente Heerde wel voldoende doen?

En toch houden we vertrouwen en hoop. Bijvoorbeeld door de reactie van Nederland en zeker ook die van onze inwoners. De wil om vluchtelingen op te vangen en de gulle donaties aan de hulporganisaties. De spontane acties die ontstonden tijdens de coronapandemie om elkaar door deze moeilijke periode heen te helpen. Dat geeft veel hoop en vertrouwen. Vertrouwen dat we altijd omzien naar elkaar wanneer dat nodig is. Hoop dat we er samen uitkomen als samenleving. Alleen samen kunnen we moeilijke tijden doorkomen.

We krijgen ook vertrouwen als we zien zie hoe hard de gemeentelijke organisatie werkt om de inwoners van de gemeente zo goed mogelijk te ondersteunen. Hoop omdat we samen met u vormgeven aan de Heerder samenleving. Vertrouwen als we zien dat we in 2021 met Steun- en informatiepunt STIP een stevige en professionele uitvoeringsorganisatie hebben neergezet, laagdrempelig en dicht bij de inwoner. Een plek waar de menselijke maat centraal staat en waar inwoners met al hun vragen en zorgen terecht kunnen. En waar medewerkers klaar staan om antwoord te geven en inwoners op weg te helpen. Om weer die stip aan de horizon te bieden.

We zijn blij met dit gedegen kaderdocument. Met dit document, dat samen met inwoners en onze maatschappelijke partners is gemaakt, geven we richting aan het beleid voor de komende jaren. Een document waarin ruimte is voor actuele ontwikkelingen. Dit doen we samen. Met elkaar als Heerder samenleving.

Het geeft vertrouwen om te zien hoeveel we samen met elkaar, voor elkaar kunnen krijgen. Samen zorgen we voor Heerde. Vandaar ook onze slogan: Samen zijn we Heerde, doet u mee?

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerde

Maart 2022

Leeswijzer

Voor u ligt het nieuwe kaderdocument Sociaal Domein van de gemeente Heerde, dat geldig is van 2022 tot en met 2027. Dit kaderdocument heeft vijf thema’s met in totaal tweeëntwintig opgaves. De thema’s zijn de overkoepelende onderwerpen waarin we samenwerken binnen het sociale domein. De opgaves zijn een concrete vertaling hiervan. In de opgaves komt naar voren waar we staan en wat onze ambities zijn. Ook wordt bij de opgaves in “hoe laten we het zien” beschreven waar of op welke wijze we de voortgang in ambities laten zien.

Na de inleiding leest u in het eerste hoofdstuk de missie en visie op het sociaal domein, gevolgd door de uitgangspunten en de maatschappelijke trends die ten grondslag liggen aan dit kaderdocument. In hoofdstukken drie tot en met acht staan de thema’s en de bijbehorende opgaves waar we komen jaren onze aandacht op richten. Voor de leesbaarheid van dit document zijn de bronnen, die gebruikt zijn bij het tot stand komen van dit document, opgenomen in de bijlage.

Dit kaderdocument heeft vijf thema’s met in totaal tweeëntwintig opgaves.

Inleiding

Dit kaderdocument geeft weer hoe de gemeente Heerde de komende vier jaar inspeelt op de actuele ontwikkelingen en trends. Naast de reguliere taken geven we een aantal ontwikkelingen de komende vier jaar extra aandacht. Centraal in dit kaderdocument staan begrippen zoals eigen kracht, zelfredzaamheid, normaliseren, kansengelijkheid, leefbaarheid, gezondheid. Daarnaast staan ook begrippen als veiligheid, vroegsignalering en (sociale) inclusie centraal. Mantelzorgers, vrijwilligers, sport en cultuur zijn belangrijke pijlers voor de ontwikkelingen binnen het sociaal domein.

Het sociaal domein richt zich primair op uitvoeringstaken op basis van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo), de Participatiewet, de Jeugdwet en de Wet publieke gezondheid. Door de invoering van onder andere de Wet verplichte ggz, de Wet zorg en dwang en diverse andere wetswijzigingen zijn er nieuwe taken naar de gemeente gekomen. We verwachten in de komende jaren nog meer wetswijzigingen die invloed hebben op het sociaal domein. Zo komen de voorzieningen voor beschermd wonen de komende jaren naar de regiogemeenten.

Welke invloeden zien we de komende vier jaar

De economische situatie en de arbeidsmarkt beïnvloeden vooral het gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen. De dynamiek op gebied van participatie verandert ook doordat er nieuwe groepen toe zijn getreden tot de bijstand. Verder hebben de wijzigingen van bijvoorbeeld de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de nieuwe Wet inburgering 2021 consequenties voor de taken van de gemeente.

We zien dat de komende jaren de vergrijzing invloed heeft op het sociaal domein. Het zorgt voor een groeiend aantal inwoners met ondersteunings- en zorgvragen. Maar ook voor een groeiend personeelstekort in de zorg. (Gezondheids-)problemen staan nooit op zich zelf. Er is vaak samenhang met andere problemen, zoals armoede, eenzaamheid en het ontstaan van huiselijk geweld.

Als het gaat om opvoeden en -groeien hebben sommige kinderen/jongeren en ouders te maken met behoorlijke uitdagingen. In deze groep bevinden zich bovendien de meest kwetsbare en hulpbehoevende jeugdigen, waar zich een opstapeling van zorg en ondersteuning voordoet. Vroegtijdige signalering is daarom van groot belang om tijdig ondersteuning te bieden en verergering van problemen te voorkomen.

Het (volks)gezondheidsbeleid staat in het licht van positieve gezondheid. Positieve gezondheid is een bredere kijk op gezondheid. Met deze benadering draag je bij aan het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven om te gaan. Én om zo veel mogelijk eigen regie te voeren.

Uitdagingen en veranderingen

Binnen het sociaal domein komen er steeds meer taken en verantwoordelijkheden bij de gemeente te liggen. Het komt geregeld voor dat we hiervoor onvoldoende budget ontvangen vanuit het rijk. De grootste verandering is dat de gemeente een beweging moet gaan maken van binnen naar buiten. Hierdoor komt de gemeente dichter bij de inwoner. Ook bouwt de gemeente meer aan partnerschappen met zorgaanbieders, lokale partners, sportvereniging én steeds meer met de inwoners zelf. Dit vraagt een ambtelijke organisatie die uitwisseling zoekt met de samenleving. De gemeente krijgt meer verantwoordelijkheid maar moet ook loslaten en ketenpartners het vertrouwen geven. De gemeente wordt opdrachtgever maar ook samenwerkingspartner van (zorg)organisaties.

Samenvatting

Het sociaal domein staat de komende jaren voor grote uitdagingen. Naast de uitvoering van de reguliere taken, hebben we oog voor de nieuwe ontwikkelingen en de invloed van maatschappelijke trends. Voor het uitvoeren van de taken werken we vanuit onze missie en visie. We werken vanuit vijf centrale thema’s:

  • 1.

    Benut de kracht van de samenleving

  • 2.

    Gezondheid als basis

  • 3.

    Veilig en leefbaar

  • 4.

    Gelijke kansen

  • 5.

    Passende ondersteuning

Naast deze thema’s gaan we ook in op de opgaves die voor ons liggen om een houdbare toekomst te realiseren

Binnen de vijf thema’s werken we met opgaves

De opgaves gaan over onderwerpen zoals eenzaamheid, mantelzorg en vrijwilligers, overgewicht, roken en middelengebruik, sport en bewegen, mentale gezondheid van jongeren, doorgaande zorglijnen, dementie, huiselijk geweld, psychische kwetsbaarheid, langer thuis wonen, nieuwkomers, middelengebruik, LHBTI+, armoede, schulden, laaggeletterdheid en een houdbare toekomst voor de Jeugdwet, Wmo en de participatiewet. Vanuit de participatiebijeenkomsten met onze inwoners, ketenpartners en maatschappelijke organisaties hebben we in beeld gebracht wat de belangrijke trends en ontwikkelingen zijn. Bij het opstellen van de opgaves is rekening gehouden met hun inbreng. Daarnaast zijn de uitgangspunten meegenomen die enerzijds door de raad en anderzijds door de Rijksoverheid zijn aangegeven.

De gemeente Heerde is een betrokken gemeente die zich proactief opstelt

We gaan uit van de kracht van onze samenleving en ondersteunen waar dat nodig is. We hebben een brede kijk op gezondheid en zetten in op vroegtijdige signalering en ondersteuning. Dit doen we vanuit een laagdrempelige toegang via het Steun en informatiepunt, STIP.

Een belangrijk uitgangspunt is inclusie en diversiteit

Mensen kunnen om verschillende redenen worden uitgesloten van volwaardige deel name aan de samenleving. Bijvoorbeeld door een beperking, hun leeftijd, etnische herkomst, seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Maar ook door armoede of laag-geletterdheid. We willen dat iedereen mee kan doen in onze samenleving. De thema’s en opgaves in het kaderdocument worden uitgewerkt in uitvoeringsprogramma’s die een jaarlijkse of tweejaarlijkse duur hebben. In een uitvoeringsprogramma staat concreet beschreven hoe we werken aan de ambities uit dit kaderdocument.

1. Visie en missie

De gemeente Heerde gaat uit van de kracht van onze samenleving. Vanuit de gemeente bieden we passende en tijdige ondersteuning. We onderscheiden hierin ondersteuning via preventie, basishulp en individuele voorzieningen, maar zien dit vooral in samenhang met elkaar. De samenhang tussen het fysieke en het sociale domein is daarbij belangrijk. De dagelijkse leefomgeving moet:

  • gezond en veilig zijn.

  • uitnodigen tot een gezonde leefstijl.

  • de kans bieden op zelfredzaamheid en participatie voor elke inwoner.

In onze visie leest u waar we, als gemeente Heerde, vanuit het sociaal domein voor staan.De missie geeft aan wat we samen met onze inwoners willen bereiken.

Visie

Samen zijn wij Heerde: een betrokken en betrouwbare gemeente, waar iedereen een veilige basis heeft, mee kan doen en waar we samen werken aan een leefbare samenleving.

Missie

In Heerde werken we samen en kijken we naar elkaar om. Inwoners leiden, zelf of met inzet van anderen, een gezond en veilig leven. Waar nodig bieden wij passende en tijdige ondersteuning.

2. Uitgangspunten en trends

2.1 Uitgangspunten

Belangrijke uitgangspunten binnen het sociaal domein zijn:

  • het bevorderen van de samenredzaamheid.

  • het werken vanuit inwonersperspectief.

  • het gericht inzetten van preventie.

  • ervoor te zorgen dat iedereen kan meedoen.

We gaan ervan uit dat de Heerdense samenleving zoveel mogelijk problemen zelf oplost. Inwoners moeten het met elkaar realiseren waarbij de gemeente ondersteunt als het inwoners niet samen lukt.

Een betrokken, proactieve gemeente

De rol van de gemeente is betrokken en vooral proactief. Als proactieve gemeente kijken we mee hoe zelfredzaamheid en het proces dat erop is gericht om iets meer ‘normaal’ te maken (normaliseren) zich ontwikkelt. Daarbij zijn we veel bezig met het vroegtijdig signaleren, waardoor problemen op tijd aan de oppervlakte komen. Deze problemen worden samen met de inwoner direct aangepakt. Hiermee voorkomen we dat dat deze erger worden en uit de hand lopen. Als dit niet te voorkomen is, bieden we passende ondersteuning. Ondersteuning bestaat uit onder andere stimuleringsregelingen, welzijnsactiviteiten en algemeen toegankelijke voorzieningen. Als dit aanbod niet voldoet, zetten we maatwerk in. Ondersteuning via maatwerk is op de persoon en zijn of haar situatie gericht.

Samen zorgen we ervoor dat iedereen mee kan doen

De gemeente zet in op normaliseren

Normaliseren zien we als het gesprek aangaan over wat we als ‘normaal gedrag’ zien in onze samenleving. Zo willen we bijvoorbeeld het gesprek over de opvoeding stimuleren. Het is waardevol om met anderen te delen waar je in de opvoeding tegenaan loopt. Normaliseren gaat over de bewustwording dat niet alles ondersteuning nodig heeft.

We staan voor een goede kwaliteit van dienstverlening

Er is vroegtijdig zicht op wat er gebeurt voordat iemand zich meldt voor een maatwerkvoorziening bij de gemeente. Als we vroeg met de inwoner in gesprek zijn is er ruimte om de vraag meer centraal te zetten, ook voordat er kwetsbare situaties dreigen te ontstaan. Daarvoor is het wel nodig dat er een sterk toegerust lokaal team is waarin expertise is geborgd om met deze vragen om te gaan.

Laagdrempelige toegang via STIP (Steun- en informatiepunt)

Sinds 1 januari 2021 heeft de gemeente Heerde een integrale toegang voor het sociale domein, het Steun- en informatiepunt (STIP). STIP werkt met een eenduidige werkwijze en visie, nu nog vanuit de locaties in Heerde en Wapenveld. STIP is dé plek voor inwoners om vragen te stellen rondom werk, inkomen, gezondheid, opvoeden, opgroeien, sport en bewegen en zorg en welzijn.

STIP is: klantgericht, laagdrempelig, veilig, daadkrachtig, geeft antwoorden en doet wat nodig is.

De medewerkers van STIP zijn: proactief, herkenbaar in de samenleving en gaan uit van één gezin, één plan, één regisseur. Ze vangen vroegtijdige signalen op en zetten die door naar de juiste persoon. We ondersteunen bij de vraag en regisseren waar het nodig is. Daarbij is het van belang dat medewerkers bij STIP continu kennis verbreden, verdiepen en delen. Kwaliteit in het werk is belangrijk en medewerkers stimuleren elkaar hierin.

Handelen binnen de middelen die ter beschikking staan

De manier hoe we onze ambities vorm gaan geven hangt samen met de middelen die hiervoor beschikbaar zijn. De Rijksoverheid stelt middelen voor het sociaal domein ter beschikking in de algemene middelen van de gemeente. Het is aan de gemeenteraad om jaarlijks te bepalen hoe deze middelen ingezet worden. De mate waarin de in dit document genoemde ambities uiteindelijk vorm krijgen, is afhankelijk van politieke keuzes.

Bij de rol die we als gemeente innemen moeten we rekening houden met wettelijke taken die we moeten uitvoeren, waarbij elke inwoner evenveel kansen krijgt en dezelfde rechten heeft. Dat betekent dat er soms wat meer behoudend gehandeld moet worden. In andere situaties zetten we ons als gemeente juist actiever in om de samenredzaamheid te ondersteunen.

Het uitgangspunt van de gemeente Heerde is dat we uitgaan van de kracht van de samenleving. Het inzetten van vroegtijdige signaleren en ondersteunen zorgt ervoor dat kwetsbare situaties op tijd gezien worden voordat deze uit de hand lopen. Op die manier stapelen bij de inwoner de problemen zich minder op. Er is dan minder noodzaak voor het inzetten van zwaardere, duurdere ondersteuning, waardoor er binnen de beschikbare middelen gehandeld kan worden.

(Sociale) Inclusie en diversiteit staan centraal

(Sociale) inclusie betekent dat iedereen kan meedoen, diversiteit dat iedereen kan zijn wie hij of zij wil zijn. Het internationaal erkende VN-verdrag handicap is een mensenrechtenverdrag en beschrijft de rechten van personen met een beperking of een chronische ziekte. Het verdrag spreekt de ambitie uit om te komen tot een samenleving die toegankelijk en inclusief is voor iedereen. Gelijke behandeling en participatie staan centraal. De gemeente Heerde staat ervoor dat inwoners volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving en niet worden uitgesloten. Denk hierbij aan uitsluiting door een beperking, leeftijd, etnische herkomst, seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Maar ook door armoede of laaggeletterdheid.

Met de bekrachtiging van het VN-verdrag is aan de Jeugdwet, Wmo en Participatiewet de verplichting toegevoegd om op te nemen hoe de gemeenteraad uitvoering geeft aan het verdrag. In dit kaderdocument wordt aan deze verplichting gehoor gegeven, daarom worden meerdere opgaves weergegeven waarin sociale inclusie en diversiteit centraal staan. De opgaves worden verder uitgewerkt in uitvoeringprogramma’s. We verbinden verschillende initiatieven en projecten die te maken hebben met de vorming van de inclusieve samenleving met elkaar. Op die manier kunnen genomen maatregelen effectiever gaan werken. Ook maken we inzichtelijk waar we in de toekomst extra accenten moeten leggen om de inclusiviteit binnen onze samenleving te versterken.

Mantelzorg en vrijwilligers zijn belangrijke pijlers

De gemeente Heerde heeft een hoog percentage aan mantelzorgers en vrijwilligers. Zij zijn de steunpilaren van onze samenleving. De ontwikkelingen die voor ons staan liggen, leggen in toenemende mate een belasting op mantelzorgers en vrijwilligers. De verwachting is dat het aantal mantelzorgers en vrijwilligers de komende jaren zullen afnemen. We willen mantelzorgers en vrijwilligers gericht ondersteunen. Daarnaast is het belangrijk om te zorgen dat er ook in de komende jaren voldoende vrijwilligers zijn en dat mantelzorgers niet overbelast raken.

Een bredere integrale kijk op gezondheid

De gemeente Heerde omarmt het idee achter positieve gezondheid. Gezondheid en welzijn gaat om veel meer dan de aanwezigheid van een medische aandoening. Het gaat om het voorkomen van ziekte. Het gaat om het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale levensuitdagingen om te gaan. Positieve gezondheid gaat erover dat iemand mee kan doen, goed voor zichzelf kan zorgen, kan genieten van het leven en vertrouwen heeft in de toekomst. Dit vraagt om een bredere kijk waarbij meerdere levensgebieden betrokken zijn. Binnen positieve gezondheid kijk we niet alleen naar de klacht maar naar de mens, de mogelijkheden en de kracht.

2.2 Maatschappelijke trends

Maatschappelijke trends hebben invloed op onze dienstverlening maar ook op onze visie. Uit de participatie onder inwoners en organisaties zijn drie belangrijkste trends naar voren gekomen, namelijk: vergrijzing, gezondheid en digitalisering. Daarnaast werd er ook aandacht gevraagd voor laaggeletterdheid, de krapte op woningmarkt en voor de toename in ongelijkheid. De impact van de coronacrisis werd ook vaak genoemd als een belangrijke ontwikkeling die invloed heeft op het sociaal domein. Deze trends zijn meegenomen in de opgaves die in hoofdstuk twee tot en met acht zijn uitgewerkt.

Vergrijzing: het aantal ouderen neemt de komende jaren sterk toe

Dat komt vooral doordat een grote groep de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Daarnaast stijgt het aantal ouderen door de toename van de levensverwachting. Met de vergrijzing neemt ook de grijze druk toe1. In 2040 zijn er voor iedere 65-plusser twee potentieel werkenden nodig. Hierdoor neemt de druk op de verzorgingsstaat enorm toe, omdat de werkenden de lasten van de ouderen dragen. Door de vergrijzing zien we een relatief groot en groeiend aantal inwoners met ondersteunings- of zorgvragen.

Toegenomen aandacht voor gezondheid en voeding

De laatste jaren is aandacht voor gezondheid en voeding in de samenleving onverminderd toegenomen. Dit omdat de schadelijke effecten van ongezond eten steeds vaker centraal staan. Zo zijn welvaartsziekten verreweg de grootste oorzaak van ziektelast in Nederland, met 35.000 doden en 9 miljard euro aan zorguitgaven per jaar. Er is extra aandacht voor roken, problematisch middelengebruik en overgewicht. Er wordt landelijk ingezet op een preventieve aanpak waarbij er aandacht is voor een gezonde leefstijl en gezond bewegen.

Digitalisering: de toenemende automatisering en toepassing van technologie

De digitalisering neemt op alle gebieden toe. Ook kan het gebruik van internet leiden tot overmatig sociale-mediagebruik en gameverslavingen. Automatisering leidt ertoe dat sommige banen verdwijnen en nieuwe banen ontstaan, die andere vaardigheden van mensen vragen. Ook brengen technologische ontwikkelingen kansen met zich mee. Zo zien we een toenemende rol voor domotica, robotisering en automatisering in de zelfstandigheid van inwoners en bijvoorbeeld de zorg. Digitalisering brengt verder nog nieuwe vraagstukken met zich mee zoals het waarborgen van de privacy en de toenemende controle op het gebruik van data. Ook is er het vraagstuk hoe je voorkomt dat een grote groep mensen met een beperking dreigt te worden buitengesloten door de verdergaande digitalisering.

Laaggeletterdheid

Laaggeletterde mensen hebben moeite met lezen en schrijven. Mensen gaan hierdoor bijvoorbeeld niet naar de huisarts, communiceren niet met overheidsinstanties, hebben problemen op hun werk of kunnen hun kinderen niet de juiste taalvaardigheden aanleren. Dit zorgt ervoor dat zij niet optimaal mee kunnen doen in de samenleving. Iemand wil het wel maar kan het niet door de laaggeletterdheid.

Krappe woningmarkt

De woningmarkt anno 2022 is oververhit. Ondanks dat het sociaal domein minder invloed heeft op dit vraagstuk, hebben de gevolgen invloed op het sociaal domein. Het levert nieuwe vraagstukken op. Denk hierbij aan jongeren die worden gedwongen langer thuis te wonen. Of inwoners die in een huis wonen met veel financiële lasten. Te denken valt ook aan partners die scheiden en niet direct een geschikte woonruimte vinden. Of woningen die vanwege leeftijdsgebonden beperkingen aangepast moeten worden, omdat men niet kan verhuizen naar een geschikte woning.

De opgaves binnen de woningmarkt krijgen een centrale plek binnen de omgevingsvisie van de gemeente Heerde en de uitwerking daarvan. Het sociaal domein zal bij de woningmarktontwikkeling intensief betrokken worden, ook door de sociale belangen en gevolgen van keuzes die gemaakt worden.

Kansengelijkheid staat onder druk

Steeds meer Nederlanders zijn hoger opgeleid, leven langer en zeggen gelukkig te zijn. Maar er zijn ook veel Nederlanders die niet goed meekomen. Zij hebben onvoldoende vaardigheden om de veranderingen in de samenleving bij te benen. Startposities zijn ongelijk, vanwege afkomst en opleidingsniveau, en worden steeds ongelijker.

Wie uit een hoogopgeleid gezin komt, heeft een grotere kans om zelf onderwijs op een vergelijkbaar niveau te volgen, lonend werk te vinden, een huis te kopen en in goede gezondheid te leven. Deze kans is minder groot als iemands ouders geen hoger onderwijs hebben genoten of in een niet-Westers land zijn geboren. Die achterstand is steeds moeilijker te overstijgen.

De gevolgen van corona

Corona heeft grote inbreuk gemaakt op de Heerdense samenleving. Het heeft effect op de psychische gesteldheid van al onze inwoners. Naast het verlies van dierbaren zien we ook dat de lockdowns en het thuiswerken veel invloed heeft. Daarnaast hebben jeugdigen langere tijd thuis onderwijs moeten volgen. We weten nog niet wat dit gemis aan sociale interactie voor gevolgen heeft op de langere termijn.

De coronacrisis is anno 2022 nog niet voorbij en blijft de komende tijd van invloed. Op alle facetten van het leven en dus ook binnen het sociale domein. De uitdaging voor de komende jaren is vooral dat we als samenleving ruimte inbouwen om met onzekerheid en veranderende omstandigheden om te gaan.

Thema’s en opgaves

In de volgende hoofstukken beschrijven we hoe we gehoor gegeven aan nieuwe ontwikkelingen en de invloed van maatschappelijke trends op het sociaal domein. Natuurlijk houden we bij de uitvoering van de reguliere wettelijke taken rekening met actuele ontwikkelingen. Sommige ontwikkelingen hebben meer aandacht nodig. Daarom hebben we thema’s uitgelicht waar we ons de komende jaren op willen richten. Deze thema’s zijn opgedeeld in opgaves. Met de thema’s sluiten we aan bij centrale onderwerpen die voortkomen uit onze missie en visie. Naast deze thema’s gaan we ook in op de opgaves die voor ons liggen om een houdbare toekomst te realiseren. Een toekomst waarin we de wettelijke taken kunnen uitvoeren vanuit de Jeugdwet(JW), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en Participatiewet (PW)

Vijf thema’s staan centraal:

  • 1.

    Benut de kracht van de samenleving

  • 2.

    Gezondheid als basis

  • 3.

    Veilig en leefbaar

  • 4.

    Gelijke kansen

  • 5.

    Passende ondersteuning

Opgaves voor een houdbare toekomst:

  • 1.

    Toekomstbestendig jeugdstelsel

  • 2.

    Houdbaar Wmo-stelsel voor de toekomst

  • 3.

    Houdbaar stelsel voor de Participatiewet(PW) voor de toekomst

3. Benut de kracht van de samenleving

3. Inleiding

De kracht van de samenleving zit voornamelijk in het omkijken naar elkaar. En daar waar nodig elkaar te helpen en ondersteunen. Samen bewegen we naar een sterke samenleving, waarin we oog hebben voor elkaar. Iedereen heeft hier een belangrijke rol in. Wij als gemeente en ook onze inwoners en organisaties. Onze gemeente maken we samen, voor en met elkaar. Hierbij zetten we de bedoeling centraal, niet het systeem. We stimuleren en nodigen onze inwoners actief uit zoveel mogelijk zelf te doen, zelf (mede)verantwoordelijk te zijn. Als dit niet lukt, ondersteunen we. Uitval en uitsluiting willen we voorkomen.

Voor de periode van 2022-2027 hebben we aandacht voor :

  • het verminderen van eenzaamheid bij ouderen.

  • het versterken van de maatschappelijke bijdrage van kunst en cultuur.

  • het ondersteunen en waarderen van vrijwilligers en mantelzorgers.

3.1 Verminderen van eenzaamheid bij ouderen

Binnen de gemeente zien we door vergrijzing een toename van oudere inwoners. Dat betekent een toename van chronische aandoeningen en ouderen die meerdere aandoeningen hebben. Ook zien we toename in geheugenproblematiek. Ongeveer een op de drie inwoners heeft een langdurige ziekte of aandoening. Naast de lichamelijke problemen zien we ook iets anders: de psychosociale en psychische problematiek. Onder ouderen zien we dat eenzaamheid, kwetsbaarheid, depressie en dementie toenemen. Gemeenten hebben de taak om aandacht te besteden aan het vroegtijdig signaleren van, het voorkomen en het verminderen van eenzaamheid. Dit is belangrijk omdat vereenzaming ten koste gaat van de emotionele en fysieke gezondheid.

Eenzaamheid is het gevoel niet verbonden te zijn met de mensen om je heen en met de wereld. We onderscheiden verschillende soorten eenzaamheid:

  • sociale eenzaamheid (door het gemis van contacten).

  • emotionele eenzaamheid (door het gemis aan betekenisvolle contacten).

  • eenzaamheid door het gevoel van zinloosheid.

Waar staan we?

Eenzaamheid draagt bij aan uiteenlopende psychische en fysieke klachten, zoals depressie, dementie, verslaving, beroertes, slaapproblemen en hart- en vaatziekten. Meer dan de helft van de 75-plussers voelt zich (weleens) eenzaam. Dat is een grote groep, die door de vergrijzing steeds groter wordt. In Heerde geeft 39% van de ouderen (65+) aan zich matig eenzaam te voelen en 10% voelt zich ernstig of zeer ernstig eenzaam.

28% van de ouderen (65+) geeft aan zich emotioneel eenzaam te voelen en 30% voelt zich sociaal eenzaam. Volgens cijfers van de GGD 2020 is eenzaamheid in zijn algemeenheid toegenomen van 33% (2016) naar 42% (2020). De situatie rondom corona heeft hier mogelijk nog een negatief effect op gehad.

Wat is onze ambitie?

We verminderen eenzaamheid bij ouderen zoveel mogelijk. Daarvoor is het belangrijk dat we eenzaamheid bespreekbaar maken en dat het taboe hierover verdwijnt. Verder willen we tijdig signalen van eenzaamheid herkennen en signaleren. Bijvoorbeeld door hiervoor oog te hebben na specifieke levensgebeurtenissen zoals het overlijden van een partner, een scheiding of het hebben van schulden. Tot slot is het belangrijk om voldoende mogelijkheden en passende activiteiten te bieden. Zo kunnen we eenzaamheid vroegtijdig voorkomen en verminderen. De omgeving, buurten en ketenpartners hebben hierin een prominente rol.

Hoe laten we dit zien?

Het percentage eenzaamheid neemt af onder de 65+ers (GGD-monitor).

3.2 Versterken van de maatschappelijk bijdrage van Kunst en Cultuur

Kunst en culturele activiteiten dragen bij aan de ontwikkeling van jong en oud. Daarnaast kan het een bijdrage leveren aan de psychische gesteldheid door zingeving (betekenis aan je leven geven) en het stimuleren van de creativiteit. Ook zien we dat kunst en cultuur steeds meer een maatschappelijke functie hebben. Het brengt mensen bij elkaar en verbindt mensen. Werken met kunst en cultuur draagt bij aan de preventie van zorg en deelname aan de samenleving.

Waar staan we?

In Heerde is de kans op psychische problemen toegenomen van 39% in 2016 naar 45% in 2020 (GGD-monitor). Een gebrek aan zingeving kan leiden tot psychische problemen en eenzaamheid. Kunst en culturele activiteiten worden in Heerde in toenemende mate gebruikt om psychische problemen tegen te gaan. Door creativiteit en zingeving worden stress, eenzaamheid, geheugenproblemen en psychische problemen tegengegaan.

Wat zijn onze ambities?

Kunst en culturele activiteiten worden meer ingericht en gebruikt voor ontmoeting, sociale binding, kwaliteit van leven en zingeving. Kunst en Cultuur krijgen een nadrukkelijkere functionele rol binnen het sociaal domein.

We gaan gerichte kunst en culturele activiteiten inzetten om sociale verbinding, zingeving en de leefbaarheid in de wijken te versterken.

Hoe laten we dit zien?

We gebruiken cliëntervaringen om te laten zien welk effect kunst en culturele activiteiten hebben in het terugdringen van bijvoorbeeld psychische problemen en het voorkomen van eenzaamheid.

DOOR CREATIVITEIT EN ZINGEVING WORDEN STRESS, EENZAAMHEID, GEHEUGENPROBLEMEN EN PSYCHISCHE PROBLEMEN TEGENGEGAAN

3.3 Vrijwilligers ondersteunen, waarderen en stimuleren

Vrijwilligers zijn waardevol. Onmisbaar in Heerde. Wij zien dat vrijwilligerswerk de samenleving én de vrijwilliger gezond en veerkrachtig houdt. Vrijwillige inzet zorgt voor sociale innovatie en ondernemerschap doordat inwoners betrokken zijn bij maatschappelijke vraagstukken. Wij ondersteunen, waarderen en stimuleren vrijwilligerswerk.

Waar staan we?

Heerde kent veel vrijwilligers. 38% van de inwoners is actief als vrijwilliger. Dit is een stuk hoger dan het Nederlands gemiddelde van 25%. Vrijwilligers in Heerde zijn actief bij uiteenlopende activiteiten. Zoals bij sportverenigingen, maatschappelijke initiatieven, kerken, in de zorg en in welzijn. Veel inwoners doen vrijwilligerswerk bij een organisatie, maar ook veel vrijwilligerswerk wordt uitgevoerd tussen inwoners onderling. Heerde kent een vrijwilligersplatform met een betrokken kerngroep waar krachten van vrijwilligersorganisaties worden gebundeld.

We zien dat de vraag naar inzet van vrijwilligers toeneemt. De inhoud van werkzaamheden verandert in meer welzijn en ondersteuning op maat en het verrichten van allerlei hand- en spandiensten.

De afgelopen jaren is een dalende lijn te zien in het aantal vrijwilligers, er komen minder nieuwe vrijwilligers. De huidige vrijwilliger wordt ouder en kan zich minder inzetten in de toekomst. Gesprekken met vrijwilligersorganisaties over de ouder wordende vrijwilligers bevestigen dit. Het blijkt in de praktijk dat het lastiger wordt om nieuwe vrijwilligers te vinden en te binden. Daarbij zijn toekomstige vrijwilligers meer divers in hun motieven, wensen en behoeften. De behoefte naar incidenteel vrijwilligerswerk neemt toe en er is een afname in aanbod van (tijds-) intensief vrijwilligerswerk.

STIP speelt een belangrijke rol in ondersteuning van vrijwilligers

In het afgelopen jaar heeft STIP geïnvesteerd in een solide basis voor vrijwilligersondersteuning. Er is een samenwerking in gang gezet waar de coördinator vrijwilligerswerk en sociaal werkers een centrale rol hebben. Pilots met betrekking tot vrijwilligerswerk vallen hier onder. De samenwerking richt zich op verbreding van diverse terreinen waar vrijwilligers actief zijn, zoals welzijn, maatschappelijke activatie en participatie. We werken vanuit een gezamenlijke visie op vrijwilligers. Een digitaal vraag en aanbod kan een belangrijke rol spelen in het vinden, verbinden en samenwerken met andere vrijwilligersorganisaties. Dit is nog onvoldoende ontwikkeld in Heerde. Belangrijk is dat we verkennen hoe dit vorm kan krijgen in de toekomst.

Wat zijn onze ambities?

Het percentage vrijwilligers in onze gemeente blijft stabiel of neemt toe.

We bereiken dit door:

  • Vrijwilligers te ondersteunen in de uitvoering van hun werkzaamheden.

  • Vrijwilligerswerk en samenwerking met organisaties te verbreden op verschillende (beleids-) domeinen zoals jeugd, onderwijs, participatie, veiligheid, groen, armoede en schulden, (informele) zorg, cultuur, sport etc.. Dit doen we onder diverse (leeftijds-)groepen.

  • Vrijwilligers(-organisaties) te ondersteunen om, in samenhang en met afstemming, samen te werken aan maatschappelijke doelen die gericht zijn op de toekomst.

Hoe laten we dit zien?

Het percentage vrijwilligers in de gezondheidsmonitor van de GGD is over 4 jaar gelijk gebleven of toegenomen. Vrijwilligers zijn waardevol. Onmisbaar in Heerde. Wij zien dat vrijwilligerswerk de samenleving én de vrijwilliger gezond en veerkrachtig houdt. Vrijwillige inzet zorgt voor sociale innovatie en ondernemerschap doordat inwoners betrokken zijn bij maatschappelijke vraagstukken. Wij ondersteunen, waarderen en stimuleren vrijwilligerswerk.

3.4 Mantelzorgers ondersteunen en waarderen

Iemand is mantelzorger als hij of zij langer dan drie maanden en/of acht uur per week ondersteuning geeft aan een naaste. In de gemeente Heerde zien en waarderen we mantelzorgers. Een mantelzorger vervult een waardevolle taak in de informele zorg en is daarmee een belangrijke pijler van onze samenleving. Door mantelzorgers te ondersteunen kunnen zij dit langer en met plezier volhouden.

De vergrijzing en het langer thuis wonen zorgt ervoor dat steeds meer ouderen in de toekomst langer zelfstandig blijven wonen. Deze ontwikkelingen leggen een grotere druk op de belasting van mantelzorgers. Er komen meer mensen die mantelzorg ontvangen dan mantelzorgers. Hierdoor komt het aantal mantelzorgers onder druk te staan. In 2018 waren er voor één ontvanger ongeveer vijf mantelzorgers nodig. In 2040 wordt geschat dat deze verhouding gedaald is naar drie mantelzorgers op één ontvanger. Om aan de groeiende zorgvraag te voldoen, wordt in de toekomst naar verwachting vaker een beroep gedaan op mensen die mantelzorg verlenen en daarnaast werken. Mogelijk dat een tekort aan mantelzorgers in de toekomst opgevangen moet worden vanuit betaalde zorg. Om ervoor te zorgen dat de groep mantelzorgers niet overbelast raakt, is aandacht en passende ondersteuning van belang.

Waar staan we?

In de gemeente Heerde is 18% van de inwoners mantelzorger. Van de mantelzorgers geeft 2% aan zwaar belast te zijn. Het aantal mantelzorgers in Heerde is licht toegenomen en ligt hoger dan het landelijk gemiddelde met 14% mantelzorgers. Het aantal ontvangers van mantelzorg is toegenomen, van 11% in 2016 naar 15% in 2020. Ook kennen we ongeveer 80 jonge mantelzorgers die in hun thuissituatie (zorg) taken oppakken. Deze situaties kunnen kwetsbaar zijn en hebben een grote impact op het leven van een kind en hun toekomst

We waarderen de inzet van mantelzorgers en bieden hen ondersteuning. Dit is vast onderdeel binnen de werkwijze van STIP. Mantelzorgers ontvangen ondersteunende informatie, er is lotgenotencontact, diverse vormen van respijtzorg zoals logeervoorzieningen en dagbesteding. Mantelzorgers ontvangen jaarlijks waardering op verschillende manieren zoals het mantelzorgcompliment. Hierdoor worden mantelzorgers gehoord en in hun situatie gekend.

Er is in 2020 een onderzoek gedaan in Heerde naar de behoeften die leven onder mantelzorgers. Het onderzoek geeft aan dat ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers herhaaldelijk onder de aandacht gebracht moet worden. Ook moet er heldere (fysieke) informatievoorziening komen voor oudere inwoners. Tenslotte wordt aanbevolen om respijtzorg in de thuissituatie meer bekend te maken onder mantelzorgers. Uit evaluatie in 2021 komt naar voren dat de mantelzorgwaardering op prijs wordt gesteld door mantelzorgers.

Wat zijn onze ambities?

Onze ambitie zijn:

  • Overbelasting bij (jonge) mantelzorgers wordt voorkomen.

  • (Jonge) mantelzorgers worden gezien en gewaardeerd.

Dit bereiken we door:

  • Overbelasting bij mantelzorgers tijdig te signaleren.

  • Het ondersteuningsaanbod op diverse manieren bij mantelzorgers onder de aandacht te brengen.

  • Respijtzorg te ontwikkelen die aansluit bij de behoeften van ontvangers.

Hoe laten we dit zien?

Het percentage zwaarbelaste mantelzorgers in de gezondheidsmonitor van de GGD blijft gelijk of neemt af.

4. Gezondheid als basis

4. Inleiding

Gezondheid is meer dan ‘niet ziek zijn’. Gezondheid gaat ook over veerkracht, over meedoen in de maatschappij, betekenisvol werk hebben en over de omgeving waarin je leeft. Mensen zijn er in beginsel zelf verantwoordelijk voor dat ze gezond eten, goed voor zichzelf zorgen, voldoende bewegen, sociale contacten onderhouden en naar school of werk gaan. Maar niet iedereen leeft in de omstandigheden om zelf gezonde keuzes te maken en de dagelijkse verleidingen te weerstaan. Sommige mensen hebben daarvoor te weinig grip op hun gezondheid. Ze missen het vermogen om die grip te vergroten. Ook is er een grote groep mensen met een beperking die niet in staat is om mee te doen in de maatschappij.

Armoede, schulden, problemen rondom huisvesting, eenzaamheid, werkloosheid, een beperking, een lage opleiding of de kwaliteit en de inrichting van de leefomgeving. Ze hebben allemaal invloed op hoe gezond je bent en hoe gezond je je voelt. Het gaat het niet alleen om de lichamelijke kanten van gezondheid. Het gaat ook om het vermogen je aan te passen, welbevinden, eigen regie, veerkracht, participatie en zingeving. We pakken de gezondheidsvraagstukken vanuit een breed perspectief aan, waarbij we de verschillende domeinen overstijgen. Het gaat er niet om wat iemand niet meer kan, maar juist om wat iemand wel kan, belangrijk vindt en eventueel wil veranderen.

Voor de periode 2022-2027 geven we binnen dit thema aandacht aan het terugdringen van overgewicht, roken en alcoholgebruik en we stimuleren sport en bewegen. Ook geven we aandacht aan het bevorderen van de mentale gezondheidsproblematiek bij jongeren en het organiseren van een doorgaande lijn in de jeugdgezondheidszorg.

4.1 Terugdringen overgewicht, roken en middelengebruik

Overmatig alcoholgebruik, ongezonde voeding, te veel zitten en roken zijn verreweg de grootste oorzaak voor ziektelast in Nederland, met 35.000 doden en 9 miljard euro aan zorguitgaven per jaar. Ongezond gedrag wordt vooral bepaald door blootstelling aan omgevingsprikkels: zien roken doet roken bijvoorbeeld. Een overdaad aan verleidingen maakt het voor veel mensen bijna onmogelijk om minder en gezonder te eten of af te zien van alcohol. Vooral mensen met erfelijke aanleg of met aangeleerd gedrag in de vroege kinderperiode hebben moeite om weerstand te bieden tegen deze prikkels. Bij sommige inwoners leidt dit tot middelengebruik naast het roken en het alcoholgebruik.

Waar staan we?

In de gemeente Heerde heeft 50% van de inwoners overgewicht en houdt circa 45% (regiogemiddelde 41%) van de inwoners zich aan de alcoholrichtlijn. 16% van de inwoners met de leeftijd van 19+ rookt (regiogemiddelde 22%). Aandacht voor het niet roken en het stoppen met roken blijft dan ook een aandachtspunt.

We hebben een Lokaal Preventieakkoord opgesteld dat gebaseerd is op een Nationaal Preventieakkoord. Binnen dit akkoord zijn er met veel lokale organisaties afspraken gemaakt om overgewicht en het gebruik van middelen terug te dringen. Gezamenlijk bepalen de deelnemende partners welke doelen er jaarlijks behaald moeten worden. Daarnaast sluiten we aan bij regionale projecten.

Wat zijn onze ambities?

Het doel is dat we inwoners, jongeren en ouderen, bewust maken van de negatieve effecten van het gebruik van alcohol en roken. Daarnaast leggen we het accent op gezonde voeding en voldoende beweging om zo overgewicht terug te dringen.

We willen de ambities realiseren die zijn vastgelegd in het lokale preventieakkoord, dat zijn:

  • Het opzetten van projecten gericht op het terugdringen van overgewicht, roken en middelengebruik. We monitoren de voortgang en het uitvoeren van de acties uit het lokale preventieakkoord, het regionale project Rookvrije Generatie en activiteiten rondom preventie drugsgebruik.

  • Handhaving en preventie werken nauw samen op het gebied van problematisch middelengebruik. Dit zien we terug in de gezamenlijke uitvoering van nieuwe vormen van preventieve aanpak.

Hoe laten we dit zien?

  • Het aantal inwoners met overgewicht neemt af volgens de GGD-gezondheidsmonitor.

  • Het aantal inwoners dat rookt en middelen gebruikt neemt af volgens de GGD gezondheidsmonitor.

4.2 Stimuleren van sport en bewegen

Sport en bewegen zijn belangrijke middelen om gezond op te groeien en vitaal ouder te worden. Voldoende beweging heeft invloed op zowel je lichamelijke als psychische gesteldheid. Het draagt bij aan het voorkomen van overgewicht en het helpt om fit te blijven. Daarnaast hebben sporten en bewegen ook een maatschappelijk functie: het brengt mensen bij elkaar.

Waar staan we?

Uit cijfers van GGD-gezondheidsmonitor 2020 blijkt dat in Heerde 53% van de volwassenen en senioren voldoet aan de beweegrichtlijnen 2017 (was in 2016 nog 50%). Deze beweegrichtlijnen zijn 150 minuten per week matig intensieve inspanning, 2x per week sporten en het voorkomen van veel stilzitten.

Wat zijn onze ambities?

  • We stimuleren de sport- en beweegdeelname onder alle inwoners van de gemeente Heerde, zowel in georganiseerd als ongeorganiseerd verband.

  • We zorgen voor duurzame sportaccommodaties met vitale verenigingen die in verbinding staan met het sociale domein. We realiseren de ambities en doelstellingen uit het lokale sport- en beweegakkoord Heerde.

Hoe laten we dit zien?

  • We monitoren de effecten van de projecten binnen het lokale sport- en beweeg-akkoord Heerde.

  • We zien een toename in het percentage mensen dat beweegt en sport. Hiervoor gebruiken we onder andere de gegevens van de gezondheidsmonitor van de GGD.

4.3 Bevorderen mentale gezondheid bij kinderen en jongeren

Een toenemend aantal kinderen en jongeren heeft te maken met mentale gezondheidsproblematiek. De coronacrisis en bijbehorende maatregelen heeft deze ontwikkeling negatief beïnvloed. Met name diegenen die zich al in een kwetsbare positie bevonden zijn extra geraakt door de gevolgen van corona. En hoewel veel jongeren draagkrachtig zijn, leven vragen rondom het mentaal welzijn onder een bredere groep jongeren. Niet alleen de coronamaatregelen, maar ook toenemende prestatiedruk speelt hierin een rol.

Waar staan we?

Al voor het uitbreken van de coronacrisis waren er zorgen over het welbevinden van jongeren. In 2019 had één op de vier een matig tot verhoogd risico op het ontwikkelen van psychosociale problematiek. De coronamaatregelen hebben deze negatieve tendens nog eens versterkt.

Jongeren in Heerde geven aan dat ze zich zorgen maken om hun mentale gezondheid. Tijdens de brainstormsessie over dit thema kwam naar voren dat jongeren graag iets willen hebben om naar uit te kijken, zoals een feestje of een evenement. Daarnaast missen ze een veilige plek waar ze zichzelf kunnen zijn en ze zich kunnen ontwikkelen. We constateerden dat er niet één oplossing is voor alle jongeren met psychosociale problemen.

Wat zijn onze ambities?

  • We willen de samenwerking met het onderwijs op het thema mentaal welzijn versterken.

  • We willen realiseren dat jeugdigen in hun omgeving durven te spreken over mentaal welzijn. Er rust geen taboe meer op mentale problematiek.

  • Elke jongere weet waar hij terecht kan voor vragen als hij niet lekker in zijn vel zit.

  • We willen de zorgproducten Jeugd-GGZ te onderzoeken, en waar nodig verbeteren en verrijken.

Hoe laten we dit zien?

  • Over vier jaar geven jongeren minstens een 7 aan het leven volgens de GGD-gezondheidsmonitor.

  • Jongeren ervaren minder taboes rondom mentale gezondheid (kwalitatief onderzoek).

  • Jongeren zijn op de hoogte van het aanbod aan (ondersteunings-)activiteiten (kwalitatief onderzoek).

  • Het aantal jeugdigen dat jeugd-GGZ ontvangt is afgenomen volgens de GGD gezondheidsmonitor.

4.4 Organiseren doorgaande lijn jeugdgezondheidszorg

Ieder kind verdient de best mogelijke start van zijn of haar leven en een optimale kans op een goede toekomst. De eerste 1000 dagen van een kind zijn heel belangrijk voor een goede start. De gezondheid van een kind voor, tijdens en na de geboorte blijkt een belangrijke voorspeller te zijn van problemen -zowel fysiek als mentaal- op latere leeftijd2.

De gemeente Heerde is verantwoordelijk voor de jeugdgezondheidszorg voor kinderen van 0-18 jaar. Deze taak wordt uitgevoerd door twee organisaties. De jeugdgezondheidszorg van 0-4 jaar wordt uitgevoerd door Vérian. De jeugdgezondheidszorg van 5-18 jaar verzorgt de GGD. Er zit dus een ‘knip’ in de jeugdgezondheidszorgdienstverlening. Op de vierde verjaardag van een kind vindt de overdracht plaats tussen de organisaties.

Waar staan we?

De uitvoeringorganisatie van de jeugdgezondheidszorg presenteert eenmaal per jaar een overzicht van het aantal risicofactoren in het kinddossier. Deze hebben te maken hebben met het kind en/of de ouder. Deze risico’s kunnen op een later moment uitmonden in problemen. In 2021 waren er 222 kinderen met een kinddossier met risicofactoren.

Wat zijn onze ambities?

De komende jaren willen we ons inspannen om de jeugdgezondheidszorg als een doorgaande lijn te organiseren. Waarbij we speciale aandacht hebben voor de eerste 1000 dagen van een kind.

Dit gaan we doen door middel van:

  • Het uitvoeren van de pilot 0-12 jaar. Hierbij vragen we aan de jeugdgezondheidszorgaanbieders om meer intensief met elkaar samen te werken. Dit om de overdracht van kinderen die 5 jaar worden, zo soepel mogelijk te laten verlopen.

  • Uitvoeren van het actieprogramma ‘kansrijke start’. Hierbij willen we ook de verlos-kundigen in onze gemeente betrekken.

Hoe laten we dit zien?

  • Door de pilot 0-12 jaar werken jeugdzorgprofessionals beter samen volgens deel-nemende ouders aan de pilot (kwalitatief onderzoek).

  • Vanaf 2023 tot 2027 zijn er jaarlijks 5 minder kinddossiers met risicofactoren aanwezig.

5. Veilig en leefbaar

5. Inleiding

Mensen kunnen beter functioneren als ze in een draagkrachtige omgeving wonen met goede sociale voorzieningen. Ook zijn voldoende mogelijkheden tot laagdrempelige deelname aan de samenleving belangrijk. Dit geldt vooral voor mensen die kwetsbaar zijn of een zorgbehoefte hebben. Maar ook voor jongeren die samen activiteiten willen ondernemen en mogelijkheden zoeken om zich te kunnen ontwikkelen. Zo maken we wijken leefbaar, bevorderen we sociale samenhang en voorkomen we veel zorg- en hulpvragen.

Veiligheid en vertrouwen zijn de smeerolie voor onze samenleving. Als mensen zich veilig voelen, durven zij zich vrij te bewegen en samen te werken. Voor kinderen is het belangrijk om in een veilige omgeving op te groeien. Een leven met liefde en aandacht is belangrijk voor een kind om zich te ontwikkelen. Het gevoel veilig te zijn is ook een basale menselijke behoefte en een recht voor kinderen.

Voor de periode 2022-2027 geven we binnen dit thema aandacht aan:

  • het versterken van het netwerk rondom mensen met dementie.

  • het verminderen van huiselijk geweld.

  • het ondersteunen van psychische kwetsbaarheid in de eigen omgeving vanuit het beschermd thuis wonen.

  • het bevorderen van het langer thuis wonen voor ouderen.

5.1 Versterken van het netwerk rond mensen met dementie

Dementie is een ziekte waarbij de geestelijke vermogens ernstig afnemen. Tijdens het ziekteproces neemt zowel het aantal als de ernst van de klachten toe. Daardoor kan iemand in het dagelijks leven minder goed of niet meer functioneren. Mensen met dementie leven gemiddeld 6,5 jaar met de ziekte. Gemiddeld zorgen mantelzorgers 40 uur per week voor hun naaste die dementie heeft. Voor mensen met dementie en hun mantelzorgers is de leefomgeving en de sociale ondersteuning erg belangrijk.

Waar staan we?

Eén op de vijf Nederlanders krijgt dementie. Door de toenemende vergrijzing neemt het aantal ouderen in Heerde toe. Hierdoor houden we rekening met een stijging van het aantal inwoners met dementie. Dit vraagt om draagkracht van de leefomgeving door een goede samenwerking tussen alle betrokken partijen.

De gemeente Heerde zet zich actief in om mensen met dementie en hun mantelzorgers zo lang mogelijk mee te laten doen in de samenleving. We maken vanuit STIP begeleiding op maat mogelijk voor mensen met dementie en hun mantelzorgers. Dit doen we samen met onze ketenpartners en de casemanagers dementie. Er zijn verschillende vormen van dagbesteding. Bij STIP bieden we de lichtere vormen van dagbesteding. Onze ketenpartners bieden dagbesteding waarbij meer er meer expertise gevraagd wordt in het begeleiden van de inwoner. Er is aanbod voor zowel lichte als zwaardere geheugenproblemen, waarbij er ook oog is voor de mantelzorgers.

Wat zijn onze ambities?

Inwoners met dementie moeten zo lang mogelijk volwaardig mee kunnen blijven doen in onze samenleving.

Hiervoor willen we onderzoeken welke specifieke drempels mensen met dementie en hun mantelzorgers ervaren in het huidige (zorg)aanbod. Samen met onze ketenpartners ontwikkelen we daarom mogelijkheden om deze drempels weg te nemen.

Hoe laten we dit zien?

  • We hebben zicht op het aantal inwoners met dementie, welke behoeftes zij hebben en welke drempels zij ervaren.

  • We maken een integraal actieplan om deze drempels weg te nemen. Dit doen we met de partijen die zich met dementie bezig houden.

  • We sluiten aan bij initiatieven van de huisartsen en zoeken samenwerking met de zorgverzekeraars om de ondersteuning voor dementerenden te optimaliseren.

5.2 Huiselijk geweld verminderen

Huiselijk geweld raakt de veiligheid van kinderen en volwassenen. Stress, bedreiging of angst is belastend en heeft effect op de gezondheid, het mentaal welbevinden en de ontwikkeling. Een effectieve aanpak van huiselijk geweld vraagt om een duidelijke verdeling van rollen en taken. Daarbij is samenwerking met (veiligheid)partners essentieel. Veiligheid staat hierbij voorop.

We zien dat we er vaak veel hulpverleners en andere partijen betrokken zijn bij huishoudens waar veiligheidsproblemen zijn. De communicatie tussen deze partijen is nog niet optimaal. Hierdoor ontbreekt soms de samenhang tussen de ingezette interventies. Ons doel is om deze acties beter op elkaar af te stemmen. Ook werkt de jeugdbeschermingsketen nog teveel in een estafettemodel in plaats van in teamverband. Elke organisatie voert nu alleen haar eigen taak uit en geeft de verantwoordelijkheid daarna door, in plaats van samenwerking.

Daarnaast besteden we meer aandacht aan specifieke problematiek en/of doelgroepen. Denk hierbij aan ouderenmishandeling en problematische echtscheidingen.

Waar staan we?

De meldingen van Veilig Thuis vertellen ons iets over de grootte van de problematiek van huiselijk geweld in Heerde. Het is bekend dat niet al het huiselijk geweld wordt gemeld. In Heerde zetten we in op het signaleren en melden van huiselijk geweld, zodat iedereen die huiselijk geweld ervaart dit meldt. Hierdoor stijgt het aantal meldingen bij Veilig Thuis en kunnen we tijdig interventies inzetten.

In 2021 zijn er in de eerste helft 16 meldingen van huiselijk geweld bekend vanuit Heerde bij meldpunt Veilig Thuis. Er is 26 keer advies ingewonnen door professionals en inwoners rondom huiselijk geweld. De politie (47%) en het onderwijs (27%) hebben het meest gemeld.

Vanuit STIP werken we samen met veiligheidspartners, zoals de politie, Veilig Thuis en de Jeugdbescherming. Binnen STIP werken we met de meldcode huiselijk geweld. Deze meldcode verplicht professionals een melding bij Veilig Thuis te doen bij vermoedens van huiselijk geweld. Daarnaast zijn er twee aandachtsfunctionarissen die advies en ondersteuning bieden bij een vermoeden van huiselijk geweld. We werken met een veiligheidsplan dat risicogestuurd en herstelgericht is.

Wat zijn onze ambities?

We willen huiselijk geweld en kindermishandeling terugdringen door:

  • Iedereen die beroepshalve te maken krijgt met (mogelijke) situaties van huiselijk geweld of kindermishandeling weet welke (specialistische) ondersteuning beschikbaar is en kent de meldcode en kan werken met een veiligheidsplan.

  • Voor slachtoffers is veiligheid duurzaam geborgd. Er is passende hulp beschikbaar en ook aan plegers wordt hulp geboden.

  • Partijen binnen zorg en straf zijn met elkaar in overleg over de aanpak van huiselijk geweld, waarbij de visie gefaseerde ketenzorg leidend is.

  • Binnen het thema huiselijk geweld hebben we aandacht voor specifieke doelgroepen en thema’s (zoals ouderenmishandeling, financiële uitbuiting, mensenhandel, etc).

  • Binnen STIP is een relatie- en echtscheidingscoach werkzaam, die al vroeg in het scheidingsproces in beeld is.

  • We hebben een netwerk van professionals, die samenwerken rondom het thema scheiden.

Hoe laten we dit zien?

  • We verbeteren het signaleren van huiselijk geweld. Dit zien we in eerste instantie door een stijging van het aantal meldingen en adviesvragen richting Veilig Thuis. Ook zien we een stijging van het percentage meldingen vanuit STIP.

  • Nadat de signalering verbeterd is, realiseren we door het ingezette beleid een daling in het aantal casussen van huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • Het aantal (huiselijke geweld)casussen bij STIP waarbij echtscheidingen speelt is gedaald. Daarmee daalt het aantal ingezette maatwerkvoorzieningen.

  • Het aantal Onder Toezichtstellingen (OT’s) en besprekingen aan de jeugdbeschermingstafel zijn gedaald naar maximaal 1 problematische scheiding per jaar. Ook komt huiselijk geweld als gevolg van een problematische scheiding niet meer voor in 2027.

5.3 Psychisch kwetsbare inwoners ondersteunen

Psychische klachten hebben te maken met gevoelens, gedachten en gedrag. Mensen voelen zich bijvoorbeeld somber, gespannen, eenzaam of moe. Soms houdt dit gevoel langer aan en is er ondersteuning nodig. De gemeente Heerde ondersteunt met verschillende maatregelen binnen het programma Beschermd Thuis. Beschermd Thuis is gericht op psychische ondersteuning voor mensen met psychische en psychosociale klachten. Waar mogelijk in de eigen omgeving. Dit doen we door het aanbieden van ondersteuning bij problemen met zelfredzaamheid, regieverlies, verslaving en maatschappelijke opvang.

De komende jaren ligt de focus op het behoud van een goede samenwerking in de regio. Daarnaast willen we de lokale infrastructuur aanpassen, zodat we herstel in eigen omgeving kunnen bieden. De gemeente Heerde ontvangt zelf middelen om de ondersteuning voor mensen met psychische kwetsbaarheid te regelen. De komende jaren neemt het budget voor beschermd wonen af. Om ons hierop voor te bereiden is er een financiële verdeling gemaakt voor de komende jaren. De gemeente Heerde blijft samenwerken in de regio om de zogenoemde transitie samen vorm te geven. Dit is weergegeven in een regionaal Kaderdocument en samenwerkingsconvenant. We onderscheiden vijf thema’s: zorginfrastructuur in de wijk, welkom in de woonomgeving, werk, dagbesteding en financiële mogelijkheden.

Waar staan we?

In gemeente Heerde hebben we ongeveer tien cliënten die beschermd wonen. Een deel van de inwoners die beschermd wonen wordt in de toekomst ondersteund door onze lokale zorgprofessionals. Beschermd wonen in een instelling blijft beschikbaar voor wie dit nodig heeft. Voor diegene die het niet nodig hebben zijn er een aantal (inloop) voorzieningen die passen bij het herstellen in de eigen omgeving. Er zijn nog wel stappen te nemen als het gaat om samenwerking met ketenpartners. Het gaat daarbij om, zowel lokaal als in de regio, de zorgketen voldoende sluitend te maken. Om een complete benadering te realiseren, werken we vanaf 2022 in de regio met minder zorgaanbieders. In Heerde vraagt dit om een aanpassing in de toegang en samenwerking in de regio.

Wat zijn onze ambities?

  • We realiseren voor onze cliënten die beschermd wonen een passende plek in de eigen omgeving.

  • We bieden integraal herstel in de eigen omgeving in alle situaties waarbij dit mogelijk is.

  • Inwoners met psychische kwetsbaarheid ontvangen informele ondersteuning om (weer) zelfstandig te kunnen wonen. Als het nodig is, ontvangen zij passende professionele zorg en ondersteuning.

  • We sturen op voldoende geschikte huisvesting, op een plek die past bij inwoners waar wonen, welzijn en ondersteuning samenhangen.

Hoe laten we dit zien?

  • We laten zien hoeveel inwoners we ondersteunen vanuit beschermd thuis en hoe informele en professionele ondersteuning heeft plaatsgevonden.

  • Via storytelling laten we zien op welke wijze we integraal herstel hebben ingericht.

5.4 Bevorderen van het langer thuis wonen voor ouderen

De Rijksoverheid stimuleert ouderen om langer thuis te blijven wonen. Thuiswonende ouderen kosten de overheid namelijk minder geld dan ouderen die in een verpleeghuis wonen. Dat concludeert de Nederlandse Zorgautoriteit in de ‘Monitor Zorg voor Ouderen 2018’. Het programma langer thuis wonen stimuleert onder andere betere ondersteuning en zorg thuis en het realiseren van meer geschikte woningen voor ouderen.

Waar staan we?

Er is een toenemend tekort aan woningen voor ouderen in de gemeente Heerde. Dit komt doordat er op meerdere vlakken woonvragen zijn. Naast de reguliere vraag naar woningen is er grote vraag naar woningen voor vluchtelingenhuisvesting en uitstroom vanuit beschermd wonen. Ook is er vraag naar aangepaste woningen voor inwoners met lichamelijke beperkingen. Hierbij speelt dat de uitstroom uit bestaande woningen afneemt doordat men langer thuis blijft wonen. In onze gemeente zijn woonzorgvormen aanwezig voor deze doelgroepen. Bij sommige van deze doelgroepen gaat het om relatief kleine aantallen, waardoor woonvoorzieningen qua exploitatie ingewikkeld te realiseren zijn.

Wat zijn onze ambities?

De komende jaren werken we samen met het fysieke domein van de gemeente aan de volgende ambities:

  • We hebben inzicht in woonzorgaanbod en -vraag voor de doelgroepen ouderen, beschermd wonen en mensen met een verstandelijke beperking voor de korte en lange termijn.

  • We weten welke eisen we stellen aan woonvormen en wat de noodzakelijke voorzieningenniveau is in de omgeving van deze woonvorm.

  • We werken vanuit een gedragen visie op wonen en zorg.

Binnen de programma’s onder de omgevingswet gaan we in de gemeente Heerde samen met onze zorgpartners werken aan een kwalitatieve en kwantitatieve borging van wonen en zorg voor de korte en langere termijn.

Hoe laten we dit zien?

Binnen de programma’s onder de omgevingswet geven we de ambities vorm.

6. Gelijke kansen

6. Inleiding

In de gemeente Heerde willen we iedereen dezelfde kansen geven ongeacht leeftijd, achtergrond, seksuele geaardheid of beperking. Dit is belangrijk omdat je hiermee de vicieuze cirkels van armoede, problemen, ongezond leven en soms zelfs onveiligheid kunt doorbreken. Door kansen te creëren voor iedereen, benutten we ook zo veel mogelijk talent en potentieel. Waardoor we uiteindelijk een sterkere samenleving krijgen.

Voor de periode 2022-2027 geven we onder dit thema aandacht aan de opgaves en ambities waardoor we de kansengelijkheid in onze gemeente bevorderen.

6.1 Nieuwkomers duurzaam integreren en mee laten doen

Om de maatschappelijke en economische zelfredzaamheid van nieuwkomers te verbeteren, is goede begeleiding en wederzijdse betrokkenheid van de gemeente, ketenpartners én samenleving nodig. De nieuwe inburgeringswet zal daar bij helpen. Begeleiding is niet alleen tijdens het driejarige inburgeringstraject nodig, maar ook daarna. Op die manier kunnen inburgeringsplichtige nieuwkomers met plezier wonen en werken in de gemeente Heerde.

Waar staan we?

Er worden al verschillende maatregelen ingezet om inwoners na de inburgering te laten participeren. Afhankelijk van wat iemand zijn werkniveau is, volgt een ex-statushouder een activerings- of re-integratietraject bij werkleerbedrijf Lucrato. Eind november 2021 betrof dit drie tot achttien statushouders. Ook kan de inwoner uitstromen naar betaald werk. Voor diegenen die een lange afstand tot de arbeidsmarkt hebben, worden andere vormen ingezet zoals dagbesteding en sportactiviteiten.

In 2021 had 6,5% van de inwoners (1.227) een Westerse of niet-Westerse migratieachtergrond. Afgelopen jaar werden er 27 asielstatushouders gehuisvest in de gemeente. Dit zijn vooral gezinnen. Er zijn signalen van ketenpartners die erop wijzen dat (ex-)statushouders relatief vaker te maken hebben met problemen op verschillende leefgebieden. In het verleden is mede daardoor een deel ontheven van de inburgeringsplicht.

Er is relatief veel armoede onder mensen met een migratieachtergrond. Ruim 61% van de huishoudens met een Syrische achtergrond heeft een laag inkomen ten opzichte van 5% van de Nederlandse huishoudens zonder een migratieachtergrond. Verder zien wij dat slechts 1 op de 1000 huishoudens met een Syrische achtergrond gebruikmaakt van schuldsanering. Veel statushouders starten met schulden. Vaak zijn er schulden gemaakt om de reis naar Nederland te betalen. Voor het betalen van de lessen voor het inburgeringsexamen sloten statushouders in het verleden een lening af bij DUO. Dat is met de komst van de nieuwe Wet inburgering 2021 gewijzigd. Daarnaast sluiten ze voor de woninginrichting een lening af bij de gemeente. En veel statushouders zijn kort na vestiging in een gemeente nog niet financieel vaardig en gewend aan alle regelingen in Nederland.

Een deel van de inburgeringsplichtige nieuwkomers is laaggeletterd. Het betreft 8% van de gehele groep laaggeletterde inwoners. Er waren 102 kinderen (0-15 jaar) met een Westerse migratieachtergrond en 165 kinderen met een niet-Westerse migratieachtergrond in 2020. Kinderen die voor Voorschoolse en Vroegschoolse Educatie (VVE) in aanmerking komen, zijn in het zicht van de gemeente en de VVE-aanbieder. Ook worden kinderen van inwoners met een migratieachtergrond gestimuleerd mee te doen met activiteiten zoals de Zomerschool Epe-Heerde en de Voorleesexpress.

Wat zijn onze ambities?

  • Multiproblematiek onder inwoners met een migratieachtergrond neemt af.

  • Problemen op verschillende leefgebieden worden vanaf de start van het inburgeringstraject effectief aangepakt door de gemeente en ketenpartners.

  • Nieuwkomers ontwikkelen zich tot zelfredzame inwoners.

  • De gemeente biedt in samenwerking met ketenpartners passende ondersteuning en middelen, ook op financieel gebied.

  • Elke inwoner met een migratieachtergrond heeft een passende arbeids- of participatieplek.

  • Afhankelijk van de wensen en behoeften van de inwoner enerzijds, en de mogelijkheden op de arbeidsmarkt anderzijds, biedt de gemeente in samen-werking met ketenpartners een plek aan vanuit de gedachte dat een ‘broodbaan’ kan leiden naar een ‘droombaan’.

  • Nieuwkomers met kinderen die een VVE-indicatie krijgen toegewezen door de jeugdgezondheidszorg, stimuleren we in een vroeg stadium om gebruik te maken van het (taal)aanbod. De gemeente werkt samen met ketenpartners om dit te realiseren.

Hoe laten we dit zien?

  • Multiproblematiek onder inwoners met een migratieachtergrond neemt procentueel af.

  • 95% van de inburgeringsplichtigen slaagt de komende vier jaar voor het inburgeringstraject.

  • Het aantal inwoners met een migratieachtergrond dat geen passende arbeids- of participatieplek heeft neemt af.

  • Het aantal migratiekinderen met een VVE-indicatie neemt af. Dit zien we terug in de jaarlijks geregistreerde VVE-monitor.

6.2 Stimuleren positieve leefomgeving voor jongeren

Door het gebrek aan ontmoetingsplekken binnen de gemeente en de gevolgen van de coronamaatregelen, vermaakt een deel van jongeren zich op straat. We zien dat de tolerantie voor jongeren op straat is afgenomen. Ook zien we dat in sommige groepen alcohol en drugs wordt gebruikt en dat er zo nu en dan vernielingen worden gepleegd.

Het drugsgebruik onder jongeren in Heerde neemt toe en/of is verergerd. De gemeente Heerde kent een uitgebreid maatregelenpakket op het gebied van drugsgebruik. De GHB-aanpak en de gezinscoach gericht op verslaving zijn hier de belangrijkste interventies. Daarnaast zijn er tal van andere maatregelen die worden uitgevoerd, ingedeeld naar de vijf stadia van verslaving. Toch lijkt dit niet voldoende te zijn om de problematiek tegen te gaan.

Om deze negatieve spiraal te doorbreken, richten we de aandacht op een positieve invulling van de vrije tijd van jongeren als mogelijke oplossing voor dit probleem. Geïnspireerd op het IJslandse model3. Dit houdt in dat er allerlei sport- en spelactiviteiten worden georganiseerd voor en door jongeren. Ook wordt onderzocht of er meer ontmoetingsplekken voor jongeren kunnen worden gecreëerd. Dit alles om de verveling, maar ook het middelengebruik onder jongeren te laten dalen. Bij deze aanpak worden verschillende stakeholders betrokken, waaronder ouders/verzorgers en het netwerk om de jongeren heen.

Waar staan we?

De straathoekwerker heeft in 2020 het aantal hangplekken in kaart gebracht. Dit is in 2020 voor het eerst gedaan. Daarom is het lastig vast te stellen of het aantal hangplekken of hangjongeren is toegenomen in de afgelopen jaren. Er zijn wel meer incidenten en meer signalen van overlast binnengekomen bij de gemeente. Vanuit de politiegegevens is te zien dat het aantal overlastmeldingen is toegenomen, met name in 2021.

Uit de cijfers die beschikbaar zijn blijkt verder dat het drugsgebruik weinig afwijkt van andere gemeenten in de regio Midden IJssel/Oost-Veluwe (MIJ/OV): 7% in 2019 (GGD-gezondheidsmonitor). Wel komen er verschillende signalen binnen dat er drugs gebruikt en gedeald wordt onder jongeren, met name buiten het schoolplein.

Wat zijn onze ambities?

  • We willen de sociale omgeving van de jongeren gaan versterken (de zogenaamde versterkende factoren, waarbij het IJslands model als voorbeeld geldt).

  • Er is voldoende aanbod van zinvolle vrijetijdsbesteding voor jongeren, georganiseerd in samenwerking met onderwijs, jongeren en andere betrokkenen.

  • We creëren een plek voor jongeren op straat waar zij gecontroleerd bij elkaar kunnen komen.

  • We ondersteunen sportverenigingen om jongeren binnen hun vereniging te houden, ook na de basisschool.

  • Het middelengebruik onder jongeren en jongvolwassen daalt komende jaren door deze aanpak.

Hoe laten we dit zien?

Deze interventie vraagt om een lange adem. Een hele nieuwe generatie jongeren moet opgroeien met het idee dat je liever met vrienden wilt voetballen dan samen op straat verblijft. De gezondheidsmonitor van de GGD is daarmee een behulpzaam monitoringsmiddel. Deze wordt eens in de vier jaar afgenomen en vertelt ons vooral iets over de lange termijn. In 2022 komt er een nieuwe monitor. Deze zien we als een nulmeting. De verwachting is dat we dan in 2027 de eerste resultaten kunnen zien. Verder willen we onze ambities op de volgende wijze monitoren:

  • Het jongerenwerk organiseert jaarlijks aanbodgerichte activiteiten. Dit wordt gemonitord in het jongerenwerkmonitoringssysteem.

  • In gesprek met jongeren gaan we na of zij op de hoogte zijn van het aanbod en iets kunnen kiezen wat bij hen past (kwalitatief).

  • Het middelengebruik onder jongeren en jongvolwassen daalt komende jaren door deze aanpak. Overlast veroorzaakt door hangjongeren neemt af. Dit zien we door een afname in het aantal overlastmeldingen bij de politie.

6.3 Vergroten kansengelijkheid in het onderwijs en kinderopvang

Binnen het onderwijs en de kinderopvang staan drie ontwikkelingen centraal:

Alle kinderen hebben recht op kinderopvang

We vinden dat iedere ouder moet kunnen werken. Dit sluit aan bij het coalitieakkoord (december 2021, Kabinet Rutte IV) waarin is aangeven dat kinderopvang betaalbaar moet worden voor alle ouders.

Alle jeugdigen hebben recht op onderwijs/ontwikkeling

Ieder kind heeft en houdt recht op ontwikkeling en op onderwijs. Om mee te kunnen doen in onze samenleving, is het belangrijk om voldoende bagage mee te krijgen. Jongeren moeten hun capaciteiten en talenten kunnen gebruiken, zodat ze economisch en maatschappelijk zelfstandig worden.

Kansenongelijkheid en leerachterstanden worden verder aangepakt

De uitdaging wordt om lokaal acties in te zetten die een effect hebben op de leerachterstanden in de daarvoor aangewezen tijdsperiode. Belangrijk daarbij is dat er goed gekeken wordt welke ingezette acties blijken te werken en dat deze een vervolg krijgen.

Waar staan we?

De aandacht is uitgegaan naar de jongere die in Heerde woont, op school zit, of een traject volgt gericht op leren en werken. Sommigen hebben een baan en krijgen waar nodig een ondersteunings(zorg)aanbod. Via het netwerkoverleg kwetsbare jongeren Heerde houden ketenpartners en gemeente samen de vinger aan de pols bij (kans op) uitval.

Kinderopvang en voorschoolse educatie

In alle kernen van de gemeente Heerde is er kinderopvang. Van de 358 peuters in gemeente Heerde gaat 72% naar de kinderopvang. Het aantal kinderen dat in de gemeente Heerde naar de kinderopvang gaat is hoger dan vorig jaar en hoger dan landelijke cijfers. Voorschoolse educatie is beschikbaar in de kern Wapenveld en in de kern Heerde op kinderopvanglocaties (op twee locaties).

83% van de kinderen die in aanmerking komt voor VVE, ontvangt dit ook. Dit gaat wettelijk om 16 uur per week voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar.

Vroegschoolse educatie (4-6 jaar)

Ook in het basisonderwijs hebben VVE-doelgroepkinderen recht op vroegschoolse extra educatie. Alle basisscholen bieden vroegschoolse educatieprogramma’s aan. 76% van de VVE-doelgroepkinderen die in 2020 de overstap hebben gemaakt van de voorschool naar de vroegschool (basisonderwijs) hebben een (matige) positieve groei doorgemaakt. De helft daarvan heeft daarbij nog ondersteuning in de groep nodig.

Onderwijsvoorzieningen

De gemeente Heerde heeft in bijna alle kernen een basisschool. In de kern Heerde is één school voor voortgezet onderwijs (De Noordgouw) en in Wapenveld is één school voor voortgezet speciaal onderwijs (VSO) met een bovenregionale leerlingpopulatie (Het Sprengencollege). In de gemeente Heerde zijn geen scholen voor vervolgonderwijs. Dit betekent dat tenminste alle jongeren boven de 18 jaar die in de gemeente Heerde wonen, buiten de gemeente Heerde naar school gaan. De meerderheid geniet in Zwolle vervolgonderwijs bij het Deltion College.

Recht op onderwijs

In de gemeente Heerde wonen 2800 leer- en kwalificatieplichtige leerlingen. 95% van deze kinderen gaat naar school. Dit is vergelijkbaar met regionale cijfers. Ongeveer een vierde van de jongeren in de leeftijd van 12-17 jaar gaat buiten de gemeente Heerde naar school. Het merendeel gaat naar het RSG in Epe of naar het Deltion College in Zwolle. 163 jongeren hebben geen startkwalificatie behaald en bevinden zich daarmee in een kwetsbare positie (JIKP) (1) (Jongeren in een kwetsbare positie (JIKP) zijn jongeren tot 23 jaar die vanuit bepaalde onderwijsposities (pro, vso-profiel arbeidsmarkt en vervolgonderwijs, vmbo-basisberoepsgerichte leerweg, mbo-1) uit het onderwijs zijn gestroomd of zijn doorgestroomd naar of binnen het mbo (niveau 1 of niveau 2) in het daaropvolgende schooljaar). Het merendeel van hen staat ingeschreven bij het Voortgezet Speciaal Onderwijs. Door middel van het netwerkoverleg kwetsbare jongeren Heerde houden (regionale) ketenpartners en gemeente samen de vinger aan de pols bij (kans op) uitval.

Passend onderwijs is voor sommige leerlingen alleen haalbaar buiten de gemeentegrenzen. 114 kinderen maken daarvoor gebruik van leerlingenvervoer en 9 kinderen gaan met eigen vervoer.

Kansenongelijkheid en leerachterstanden

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) hanteert in haar landelijke beleid een grens dat 15% van de kinderen kans heeft op een onderwijsachterstand. 11% van alle peuters en basisschoolkinderen in de gemeente Heerde behoort tot de doelgroep met een (hoog risico op) onderwijsachterstand:

  • In Wapenveld heeft 14% van de kinderen kans op een onderwijsachterstand. In Heerde is dat 11%.

  • In Wapenveld heeft 14% van de basisschoolleerlingen risico op een onderwijsachterstand. In Heerde is dat 10%.

  • Splitsen we de cijfers uit naar peuters en naar basisschoolkinderen in de gemeente Heerde dan valt op dat (het risico op) de onderwijsachterstand vooral hoog is onder basisschoolkinderen.

Wat zijn onze ambities?

De komende jaren zetten we in op het vergroten van de kansengelijkheid van kinderen en jongeren in het onderwijs.

We werken aan kansengelijkheid door in te zetten op 5 domeinen (Sardes 2022):

  • De voorschoolse periode: we willen een hoger bereik hebben van de VVE-doelgroep.

  • In de school, met leerrecht als vertrekpunt bij iedere jongere: we willen de zorgstructuur in het onderwijs versterken.

  • Extra ontwikkeltijd.

  • Thuis: we bieden een integraal aanbod aan kwetsbare gezinnen.

  • In het netwerk: door lokale samenwerking tussen leerplicht en ketenpartners te versterken.

Hoe laten we dit zien?

We monitoren en evalueren de volgende resultaten en afspraken:

  • We willen het bereik van de VVE-doelgroep vergroten (jaarlijkse VVE-Monitor).

  • We monitoren of het aantal thuiszitters afneemt en hoe de inzet van Onderwijs Zorg Arrangementen (Oza) zich ontwikkelt.

  • We meten of het aantal Voortijdig Schoolverlaters (VSV) lokaal en regionaal afneemt (regionaal jaarverslag leerplicht).

  • We monitoren instroom van kinderen van statushouders in het onderwijs.

  • We willen inzicht in het stimuleren van ouderbetrokkenheid (bij kwetsbare kinderen).

6.4 Positie LHBTI+-ers versterken

Voor lesbische (L) vrouwen, homoseksuele (H) mannen, biseksuele personen (B),transgender-personen (T), intersekse (I) personen en personen met een andere achtergrond (+) (2)(Hier moet onder worden verstaan: aseksueel, queer, panseksueel, non-binair, gender non-conform en gender fluïd) is het niet altijd gemakkelijk om volwaardig mee te doen met de samenleving.

Een deel van hen kan niet zichzelf zijn. We zien uitsluiting wat kan leiden tot sociale isolatie. Een deel heeft te maken met pesten of met fysiek, psychisch en/of seksueel geweld. Negatieve reacties hebben impact op de gezondheid en het welzijn van LHBTI+-ers. Problemen met zelfacceptatie en het ontkennen van gender, sekse of seksualiteit kan leiden tot gezondheidsklachten, zoals stress, eenzaamheid, depressie of zelfs suïcidale gedachten.

Een religieuze omgeving heeft ook effect hierop. Negatieve opvattingen kunnen ervoor zorgen dat gelovige LHBTI+ers zich in een extra kwetsbare positie bevinden, en meer problemen hebben met zelfacceptatie. Vooral onder jongeren is dat het geval. Ook in Heerde zijn er jongeren die worstelen met de acceptatie van hun seksuele oriëntatie of genderidentiteit.

Waar staan we?

Er zijn verschillende cijfers bekend over thema’s die spelen bij LHBTI+ zoals veiligheid en sociale acceptatie. Uit landelijke cijfers van het CBS blijkt dat homoseksuele en lesbische personen meer te maken hebben met huiselijk en seksueel geweld dan hetero’s.

Met betrekking tot sociale acceptatie zijn er zowel regionale als lokale cijfers bekend die enigszins een beeld kunnen scheppen. Uit een recent onderzoek van de provincie

Gelderland blijkt dat 1 op de 9 LHBTI+-ers een lage acceptatie van de eigen ouders, broers en/of zussen ervaart. Cijfers van de GGD laten zien dat meer dan 25% van de jongeren en jongvolwassenen in de gemeente Heerde homoseksualiteit een beetje raar of erg raar vindt. Slechts de helft vindt transgenders normaal. In de regio Midden IJssel/Oost-Veluwe wordt er positiever naar homoseksualiteit en transgender gekeken dan in de gemeente Heerde.

Een deel van de doelgroep heeft te maken met discriminatie, al dan niet in combinatie met geweld. In 2021 werden er twee meldingen van discriminatie op grond van seksuele oriëntatie in de gemeente Heerde gedaan bij de politie.

Het is niet eenvoudig om op basis van bovenstaande cijfers een goed beeld te krijgen van de totale omvang van de opgave in Heerde. Op basis van gesprekken met andere betrokkenen, zoals het jongerenwerk en het preventieteam STIP, blijkt wel degelijk dat er een taboe rust op LHBTI+. Ook worstelen zowel jongeren als ouderen met hun seksuele identiteit of genderidentiteit. De specifieke (religieuze) omgeving speelt daarbij een belangrijke rol.

LHBTI+: ZOWEL JONGERE ALS OUDEREN WORSTELEN MET HUN SEKSUELE IDENTITEIT OF GENDERIDENTITEIT

Wat zijn onze ambities?

Elke LHBTI+ kan zichzelf zijn. Om dit te bereiken zetten we in op de volgende ambities:

  • We willen het taboe omtrent LHBTI+ doorbreken. We richten ons daarbij op scholen, sport, en op langere termijn, maatschappelijke instanties, zoals kerken.

  • LHBTI+-ers, hun omgeving en professionals weten waar ze terecht kunnen voor informatie en vragen over LHBTI+.

  • LHBTI+-ers en hun omgeving kunnen voor ondersteuning terecht bij STIP.

  • Professionals in de (thuis)zorg, welzijn en onderwijs ondervinden geen handelingsverlegenheid.

  • De gemeente laat in communicatie naar haar inwoners zien dat zij zich inzet voor het volwaardig laten meedoen van LHBTI+-ers.

Hoe laten we dit zien?

  • Door middel van peiling bij scholen, sportvereniging en kerken brengen we de toename van de acceptatiegraad van LHBTI+-ers in beeld.

  • Via reguliere informatiekanalen is informatie voorhanden voor inwoners of naasten van LHBTI+-ers.

  • Bij STIP kunnen LHBTI+-ers en/of hun directe omgeving terecht voor vragen en ondersteuning.

ELKE LHBTI+ER KAN ZICHZELF ZIJN

7. Passende ondersteuning

7. Inleiding

Als gemeente bieden we passende ondersteuning op het gebied van:

  • werk en inkomen

  • maatschappelijke deelname

  • het zelfstandig blijven wonen

  • zorg en ondersteuning voor gezinnen en jeugdigen

Dit varieert van een algemeen preventief aanbod tot het aanbieden van een maatwerkvoorziening. Het doel van preventie is te zorgen dat mensen samenredzaam blijven of worden door hun eigen kracht te vergroten. Ook heeft preventie als doel om het ontstaan van problemen te voorkomen of in een zo vroeg mogelijk stadium op te sporen. Zo kunnen we erger voorkomen.

Als preventie niet voldoende is, kunnen we een maatwerkvoorziening bieden. Dit is ondersteuning die is afgestemd op de persoonlijke situatie. We vinden het belangrijk dat deze ondersteuning kwalitatief goed is en blijft. Ook bieden we een passend aanbod van zowel preventieve als maatwerkvoorzieningen, zodat we alle inwoners met een hulpvraag zo goed mogelijk kunnen helpen.

Voor de periode 2022-2027 geven we binnen dit thema aandacht aan een aantal opgaves. We bieden passende ondersteuning en stimuleren dat iedereen naar vermogen mee kan doen. We ondersteunen bij armoede, schulden en bij laaggeletterdheid. In dit hoofdstuk lichten we deze opgaves verder toe.

7.1 Stimuleren dat iedereen naar vermogen mee kan doen

Werken heeft een positief effect op ons welbevinden. Wanneer we ons kunnen inzetten en ontwikkelen op een manier die bij ons past, voorkomt dit problemen op andere levensdomeinen. De Participatiewet ondersteunt hierin en heeft als doel een inclusieve arbeidsmarkt te creëren. Een arbeidsmarkt waarin iedereen zich kan ontwikkelen, mee kan doen en waarin inwoners met en zonder arbeidsbeperking samen werken. Inwoners die niet actief kunnen zijn op de arbeidsmarkt doen mee door vrijwilligerswerk. Hierbij spelen we in op individuele kwaliteiten en situaties.

Waar staan we?

In Heerde ontvangt 2,1% van alle huishoudens een bijstandsuitkering. Dit ligt lager dan het landelijk gemiddelde van 5,2%. We verstrekken op dit moment 163 bijstands-uitkeringen.

Het aantal werkloosheidsuitkeringen (WW-uitkering) in Heerde is 134. We hebben het afgelopen jaar een enorme daling gezien, -35,6%, van het aantal WW-uitkeringen. We bevinden ons op dit moment in een periode met weinig werkloosheid op de arbeidsmarkt.

Voor de realisatie van de inclusieve arbeidsmarkt werken we samen met onze collega’s Wmo, WSW, Werkleerbedrijf Lucrato en (regionale) ketenpartners. We zetten alle bestaande middelen in. Ook nemen wij Social Return On Investment (SROI) op in onze aanbestedingen. Met SROI worden extra werk(-ervarings) plaatsen gecreëerd voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. In de regio Zwolle zijn we aangesloten bij de Human Capital Agenda, die zowel werkgevers als werkzoekenden ondersteunt bij re-integratievraagstukken.

Ondanks de daling van het aantal bijstandsuitkeringen heeft de invoering van de Participatiewet in 2015 nauwelijks geleid tot een verhoging van de baankansen. Dit geldt met name voor inwoners met een grotere afstand tot werk en de doelgroep die voorheen in de sociale werkvoorziening opgevangen werden. Die laatste groep heeft nog geen aansluiting gevonden op de gunstige arbeidsmarkt.

Wat zijn onze ambities?

De komende jaren werken we aan de volgende ambities:

  • We ondersteunen inwoners bij het vinden van een passende arbeidsplek.

  • We ondersteunen inwoners zodat zij naar vermogen kunnen participeren. Voor sommige inwoners is een reguliere arbeidsplek niet haalbaar. Deze inwoners ondersteunen wij bij het vinden van een passende participatieplek. Dit kan dagbesteding zijn, vrijwilligerswerk of een beschutte werkplek.

  • We zorgen voor eenduidige werkzoekenden- en werkgeversdienstverlening.

  • Werkzoekenden en werkgevers weten waar zij terecht kunnen met hun vragen over re-integratie. We werken regionaal aan harmonisering werkzoekenden- en werkgeversdienstverlening.

Hoe laten we dit zien?

  • Er is een daling te zien in het aantal bijstandsgerechtigden.

  • Het vermogen van inwoners om te participeren wordt gemonitord door te kijken naar het aantal vrijwilligersplekken en de beschutte werkplekken.

7.2 Ondersteunen bij armoede en schulden

Inkomen

Inwoners in onze gemeente zijn over het algemeen uitstekend in staat om in hun inkomen te voorzien door betaald werk. Als ze hun werk verliezen, vinden zij zelfstandig ander werk. Degenen die dit niet lukt, melden zich bij de gemeente als ze geen of onvoldoende inkomen hebben. De gemeente hanteert lokale en landelijke wettelijke kaders voor inwoners die een beroep doen op de bijstandsuitkering en aanvullende voorzieningen.

Armoede

Armoede kent meerdere definities. In de smalle zin gaat het om een tekort aan financiële middelen. In de brede zin van het woord verwijst het naar een veel groter probleem. Volgens het rapport “Opgroeien en opvoeden in armoede” hebben kinderen in armoede vaker:

  • een relatief hoger gewicht.

  • een achterstand op taalontwikkeling.

  • vaker ernstige psychische of sociale problemen.

  • minder kansen op de arbeidsmarkt dan hun leeftijdgenoten die niet in armoede leven.

Schulden

Mensen met schulden ervaren vaak chronische stress waardoor er andere gezondheidsklachten kunnen ontstaan. Ook is het voor mensen met schulden vaak moeilijk een baan te vinden en te behouden.

Waar staan we?

Armoede:

In 2019 had 5% van het aantal huishoudens een laag inkomen volgens de definitie die het CBS hanteert. In 2015 was dit nog 6%. Bij deze groep is de kans op armoede hoog.

In 2018 kwam 5% van alle kinderen in Heerde uit een huishouden met een inkomen van 120% van de bijstandsnorm. In 2015 was dit 6%.

Met bijzondere bijstand, minimabeleid (activiteitenbijdrage) en het Kindpakket bestrijden we de armoede in de gemeente Heerde. Hierbij hebben we bijzondere aandacht voor de ontwikkeling en het mee (kunnen) doen van kinderen.

Schulden:

In 2020 had 4,1% van alle gezinnen in de gemeente Heerde problematische schulden. In 2018 was dit nog 4,4%. Rondom schulddienstverlening zijn kaders opgesteld in het beleidsplan Schulddienstverlening 2022-2025. Onze schulddienstverlening is erop ingericht om schulden te voorkomen en anders in een zo vroeg mogelijk stadium te signaleren en op te lossen. Bij problematische schulden bieden we begeleiding en ondersteuning om bestaande problemen op te lossen. Hiervoor onderhouden we een samenwerking met verschillende ketenpartners.

Wat zijn onze ambities?

De komende jaren werken we aan de volgende ambities:

  • We optimaliseren de schulddienstverlening waar mogelijk zodat het aantal gezinnen met problematische schulden daalt. Landelijk zijn er veel initiatieven op dit gebied. We volgen deze en sluiten aan bij de interessante en/of noodzakelijke ontwikkelingen. De vroegsignalering van schulden die in 2021 is gestart, optimaliseren we waar mogelijk. Hierdoor kunnen we meer mensen in een vroegtijdig stadium ondersteunen. De ketensamenwerking die we hebben met Schulddienstverlening Zwolle, wooncorporatie Triada en vrijwilligersorganisatie Grip op de Knip blijven we actief onderhouden.

  • We optimaliseren de vangnetregelingen voor inwoners zoals het minimabeleid, bijzondere bijstand en het Kindpakket. We gaan in gesprek met de inwoners over deze regelingen. Hierdoor krijgen we een beter zicht op de effectiviteit ervan. Het beleid voor het Kindpakket, zoals dat afgelopen jaren is ingezet, continueren we. Hierbij hebben we bijzondere aandacht voor de ontwikkeling en het mee (kunnen) doen van kinderen.

Hoe laten we dit zien?

  • We zien een daling in het aantal gezinnen met problematische schulden en die in armoede leven.

  • Naar aanleiding van de gesprekken met inwoners doen we al dan niet kwalitatieve aanpassingen in de verschillende regelingen.

7.3 Ondersteunen van inwoners met laaggeletterdheid

Laaggeletterdheid is een indringend vraagstuk van onze samenleving. Mensen die laaggeletterd zijn hebben grote moeite met lezen en schrijven, maar ze zijn geen analfabeet. Mensen met analfabetisme kunnen helemaal niet lezen en schrijven. Ze kunnen dit ook niet, of heel moeizaam, ontwikkelen. Laaggeletterde mensen hebben onder meer moeite met het begrijpen van schriftelijke informatie, het invullen van formulieren, het begrijpen van informatie in openbare ruimten, en het voorlezen aan kinderen. Ze beheersen het Nederlands niet op het eindniveau vmbo of niveau mbo 2/3. Vaak blijven ook rekenvaardigheden achter.

Als iemand laaggeletterd is, heeft dat grote gevolgen. Mensen hebben vaker te maken met werkloosheid, schulden, gezondheidsproblemen en een lager inkomen. Ook heeft het invloed op de kinderen en hun schoolprestaties. Ze zijn minder vaak politiek en maatschappelijk actief.

MENSEN DIE LAAGGELETTERD ZIJN HEBBEN GROTE MOEITE MET LEZEN EN SCHRIJVEN, MAAR ZE ZIJN GEEN ANALFABEET. MENSEN MET ANALFABETISME KUNNEN HELEMAAL NIET LEZEN EN SCHRIJVEN.

Waar staan we?

In de gemeente Heerde heeft 14% van de inwoners moeite met lezen en schrijven. Dit is iets meer dan het landelijk gemiddelde van 12%. Opvallend in Heerde is dat de groep laaggeletterden voor een groot deel (24%) bestaat uit werkenden. Zij vallen in de leeftijdscategorie 50+, met een gezin en met Nederlands als moedertaal (NT-1). De kleinste groep laaggeletterden (8%) bedraagt inwoners met een migratieachtergrond. Dit is opvallend, omdat dit landelijk gezien de grootste groep is.

In Heerde hebben 11% van alle peuters en basisschoolkinderen een (hoog risico op) onderwijsachterstand. Vooral in de Wapenveld is het percentage kinderen met een onderwijsachterstand hoog met 14%. In 2020 heeft in de kern Heerde 10% van de basisschoolkinderen risico op een onderwijsachterstand. Laaggeletterdheid bij ouders kan bijdragen aan ontwikkelingsachterstanden van hun kinderen.

Wat zijn onze ambities?

  • We verbeteren de taalvaardigheden van onze inwoners.

  • Door gerichte ondersteuning willen we dat laaggeletterde inwoners volwaardig kunnen meedoen in onze samenleving.

Het verbeteren van taalvaardigheid zorgt ervoor dat een inwoner kan blijven meedoen in onze samenleving. We hebben aandacht voor het doorbreken van taboes en willen dat het aanbod goed aansluit bij de leervragen. We kijken goed naar wat er kwalitatief verbeterd kan worden. We zetten in op een integrale benadering en ondersteuning aan laaggeletterden en hun gezin.

Hoe laten we dit zien?

  • Bij meer inwoners zijn de taalvaardigheden meetbaar versterkt.

  • Per jaar breiden we het aantal deelnemers van het Taalpunt uit met 5 inwoners.

8. Een houdbare toekomst voor Jeugd, Wmo en Participatiewet

8. Inleiding

De komende jaren staat het sociaal domein voor meerdere uitdagingen. Uitdagingen die inhoudelijke aanpassingen vragen, maar die ook financiële gevolgen kunnen hebben. Er moet tijdig gereageerd worden op de ontwikkelingen. Als dat nodig is, brengen we aanpassingen aan. Niet alleen op de inhoud maar ook financieel.

Om passende ondersteuning te blijven bieden is het belangrijk om aandacht te hebben voor een houdbaar toekomststelsel voor Jeugd, Wmo en Participatiewet. Voor de periode 2022-2027 ligt er de opgave om het Jeugdstelsel, de Wmo en de Participatiewet bestendig te houden.

8.1 Een toekomstbestendig jeugdstelsel

Sinds de decentralisatie van de Jeugdwet stijgt het aantal kinderen dat jeugdhulp ontvangt. Deze groeiende zorgvraag is alarmerend. Het roept de vraag op hoe het kan dat er nu veel meer jeugdigen hulp nodig hebben dan voorheen. Dit is een groot en landelijk vraagstuk, maar speelt ook lokaal. Mogelijke oorzaken die benoemd worden, zijn: lange wachtlijsten, langere doorlooptijd van trajecten en verminderde uitstroom. Ook problemen op andere leefgebieden binnen het gezin hebben invloed op de jeugdhulp. Denk hierbij aan verminderde bestaanszekerheid, coronacrisis, mentale druk op jongeren en echtscheidingen.

Normaliseren en de-medicaliseren (minder zorg en gebruik medicijnen) worden gezien al belangrijke drijfveren in de transformatie van de jeugdhulp. Deze begrippen zijn nog onvoldoende uitgewerkt en weinig concreet. Ze zijn multi-interpretabel en er is een behoefte aan concrete invulling van deze begrippen.

Waar staan we?

Het aantal unieke cliënten is in de eerste jaren vanaf de decentralisatie flink gestegen. Vanaf 2018 lijken de aantallen zich iets te stabiliseren. Toch lijkt er volgens de prognose van 2021 een toename te zijn in het aantal unieke cliënten. De toenemende zorgvraag heeft financiële gevolgen voor gemeenten, zo ook voor de gemeente Heerde. Al jaren lukt het niet om met het budget voor de jeugdzorg rond te komen. De kosten voor de jeugdzorg zijn met de jaren gestegen en daarin is hetzelfde patroon te zien bij de toename in het aantal cliënten. Van 2015-2018 zijn de kosten sterk toegenomen. Vanaf 2019 is dit meer een gestage toename geworden. De gemiddelde kosten per traject zijn ook toegenomen. Dit heeft deels te maken met loon- en prijsstijgingen, maar het lijkt er ook op dat de zorgvraag van jeugdigen complexer is geworden.

Wat zijn onze ambities?

  • We hebben voor dit onderwerp meer informatie nodig om op de juiste sturingsmaatregelen in te kunnen zetten.

  • We krijgen nog meer inzicht in de ontwikkelingen binnen de jeugdhulp. Met name de aansluiting van het voorliggend veld en de jeugdhulp die vanuit STIP wordt geleverd is een aandachtspunt. Dit willen we meer gaan verbinden aan de cijfers rondom maatwerkvoorzieningen.

  • We gaan de cijfers uit de monitor sociaal domein meer verbinden aan de ingezette (beleids)maatregelen uit de uitvoeringsprogramma’s.

  • We willen inzetten op het inhoudelijke invulling en duiding van de cijfers en trends die we zien.

We willen invulling geven aan de begrippen normaliseren en de-medicaliseren:

  • We gaan met STIP in gesprek over de manier van hulpverlenen. Dit vraagt een verdere doorontwikkeling van het oplossingsgericht werken waar in 2021 mee is gestart.

  • We gaan meer inzetten op reflectie en het lerend vermogen. We willen ‘vertraging’ organiseren, zodat er niet vanuit ad-hoc situaties gehandeld wordt. In plaats daarvan maken we een weloverwogen plan.

  • We gaan het perspectief van de cliënt meer centraal stellen. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van ervaringsdeskundigen.

  • We zorgen ervoor dat de definitie van normaliseren op de bestuurlijke agenda komt. Wat accepteren wij als samenleving als ‘normaal’ of ‘goed genoeg’?

  • We gaan concrete projecten organiseren of maatregelen inzetten die handen en voeten geven aan normaliseren en de-medicaliseren. Goede voorbeelden hiervan zijn #Opladers, projecten rondom ouderbetrokkenheid en het jongerenwerk.

Hoe laten we dit zien?

Het verbeterde informatieniveau moet zichtbaar worden in de verschillende rapportagedocumenten die we hebben. Dit houdt in:

  • Werken met vastgestelde KPI’s (kritieke prestatie-indicatoren) in de monitor sociaal domein.

  • Een verbeterde aanlevering van financiële gegevens voor de interne monitor van de gemeenten.

  • Een vaste set aan indicatoren voor de interne monitoring.

  • Afname in de jeugdhulp op bepaalde gebieden waar beleidsmaatregelen op zijn uitgevoerd.

Daarnaast willen we na deze vier jaar invulling hebben gegeven aan de begrippen normaliseren en de-medicaliseren. Dit houdt in dat:

  • We verankeren normaliseren en leren in de uitvoeringsvisie van STIP.

  • We realiseren minimaal twee concrete projecten/maatregelen die normaliseren als doel hebben.

8.2 Een houdbaar Wmo-stelsel voor de toekomst

De Wmo is in zijn huidige vorm niet langer houdbaar. Een andere en betere aanpak is nodig.”. Dit is de conclusie van een onderzoeksteam van de VNG op 22 januari 2021, waarbij het onderzoek is toegespitst op de groeiende zorgvraag van ouderen.

Waar staan we?

Goede zorg en ondersteuning is toegankelijke zorg en ondersteuning. Tegelijkertijd stijgen de maatschappelijke kosten hiervoor elk jaar. Een oorzaak van deze stijging is het invoeren van het abonnementstarief. Inwoners die voorheen zelf hun huishoudelijke hulp betaalden, kloppen sinds de invoering bij gemeenten aan. Gemeenten kunnen hierop niet zelf sturen. Hierdoor komt het bieden van zorg en ondersteuning aan inwoners voor wie dat noodzakelijk is, onder druk te staan.

In Heerde zien we dat de kosten voor huishoudelijke hulp, sinds het invoeren van het abonnementstarief, met circa 40% zijn toegenomen. Ook het aantal grote woningaanpassingen is sindsdien in Heerde verdrievoudigd.

Het VNG heeft namens de gemeenten een alternatief aangeboden dat recht doet aan de bedoeling van de Wmo én een goede uitvoering van het Wmo-abonnementstarief. De regering wil werken aan een eerlijker eigen bijdrage voor de huishoudelijke hulp met landelijke normen en met oog voor betaalbaarheid van lage- en middeninkomens. De financiële uitwerking van de plannen van de overheid brengt bij gemeenten nog veel vragen met zich mee.

Wat zijn onze ambities?

  • We willen, volgend op de landelijke ontwikkelingen, een eerlijk eigen bijdrage systeem voor huishoudelijke hulp in Heerde invoeren.

  • We leveren een actieve bijdrage aan het landelijke fundamentele onderzoek naar de houdbaarheid op de langere termijn. We nemen ambtelijk deel aan de landelijke discussie over de houdbaarheid en beheersbaarheid van de Wmo.

  • Het gesprek over de houdbaarheid van de Wmo moet ook op bestuurlijk niveau gevoerd worden. Dit gesprek gaan we de komende vier jaar voeren en faciliteren we vanuit de ambtelijke organisatie.

Hoe laten we dit zien?

Vastgestelde KPI’s (kritieke prestatie-indicatoren) in de monitor sociaal domein:

  • De uitgaven binnen de Wmo.

  • Het effect van de invoering van het eerlijke eigen bijdrage systeem.

8.3 Een houdbaar stelsel voor de Participatiewet(PW) voor de toekomst

Sinds de invoering van de Participatiewet is er veel veranderd. Die verandering geldt voor financiering. En ook de doelgroep die instroomt in de bijstand is gewijzigd. Voorheen kwamen mensen in aanmerking voor de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong). Nu stromen deze mensen de bijstand in. Een gevolg is dat een groot deel van de bijstandsgerechtigden een (te grote) afstand heeft tot de arbeidsmarkt. Dit wijzigt de dynamiek van de begeleiding. Bij een deel van de bijstandsgerechtigden ligt de focus in de toekomst op meedoen en participeren in de samenleving. Dit betekent ook iets voor het BUIG-budget. Het betekent dat een grotere groep in de bijstand komt waarvoor een inkomensvoorziening en een participatieplek nodig is.

Waar staan we?

Nieuwe taken voor de gemeente door wetswijzigingen

De dynamiek op gebied van participatie verandert ook door de wetswijzigingen als de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de nieuwe Wet inburgering 2021 (NWI). Deze wetswijzigingen brachten nieuwe taken mee voor de gemeente zoals de vroegsignalering van schulden en de inburgering van statushouders. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in 2021 de verbeterpunten van de Participatiewet (PW) laten inventariseren. Als de aanbevelingen uit dit rapport worden overgenomen kunnen we ook hier wetswijzigingen verwachten. Dit brengt dan nieuwe taken voor de gemeente met zich mee.

Nieuwe taken voor de gemeente door maatschappelijke ontwikkelingen

Ook de coronacrisis en energiecrisis brengen nieuwe, vaak tijdelijke, taken met zich mee. Voor onderwerpen als Tijdelijke overbruggingsregeling Zelfstandige ondernemers (Tozo) en de Tijdelijke ondersteuning van Noodzakelijke kosten (TONK) werd in sneltreinvaart beleid gemaakt en werd invulling gegeven aan de uitvoering. Ook voor de energiecrisis wordt een beroep gedaan op de gemeente om hier op korte termijn beleid op te maken.

Het BUIG-budget voor de bijstandsgerechtigden loopt in de pas

Als we terugkijken naar de financiering van de bijstand door de Rijksoverheid via het BUIG-budget, dan lopen we redelijk in de pas. Het ene jaar is er een tekort en het andere jaar houden we over. Voor de toekomst heeft het kabinet Rutte IV plannen om het minimumloon te verhogen waardoor ook de daaraan gekoppelde bijstandskosten zullen stijgen. Dit kan consequenties hebben voor de bekostiging van de Participatiewet.

Wat zijn onze ambities?

We streven naar een duurzame uitvoering van de Participatiewet

We verwachten dat de veranderingen onverminderd doorgaan. We streven ernaar om flexibel in te spelen op deze veranderingen en een duurzame uitvoering van de Participatiewet te realiseren. Dit betekent dat we elke inwoner de ondersteuning bieden die passend is.

Hoe laten we dit zien?

In de monitor van het sociaal domein laten we de wijzigingen zien op kwalitatief en financieel niveau met vastgestelde KPI’s (kritieke prestatie-indicatoren).

Bijlage Bronvermelding

Hoofdstuk 1 en 2 Visie, missie, uitgangspunten en trends

Van ziektezorg naar welzijn: zo creëren we de basis voor een gezonde samenleving (maatschapwij.nu) https://maatschapwij.nu/blogs/chantal-walg-van-ziektezorg-naar-welzijn/

Monitor wonen zorg provincie Gelderland https://www.regiofoodvalley.nl/fileadmin/regiofoodvalley.nl/documenten/FoodValley_-_Monitor_Wonen-Zorg_Provincie_Gelderland_2016_-_Factsheet.pdf

Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024

https://www.loketgezondleven.nl/documenten/landelijke-nota-gezondheidsbeleid-2020-2024

“Vooruitzichten bevolking, huishoudens en woningmarkt Prognose en scenario’s 2021-2035 (Abf research)”

https://www.google.com/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=&ved=2ahUKEwi8xK2q8pz1AhVL4qQKHYviAzkQFnoECB8QAQ&url=https%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbinaries%2Frijksoverheid%2Fdocumenten%2Frapporten%2F2021%2F06%2F29%2Frapport-vooruitzichten-bevolking-h

Woonagenda 2020-2023 van de gemeente Heerde

https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/externebijlagen/exb-2020-16307/1/bijlage/exb-2020-16307.pdf

De Sustainable Development Goals (SDG’s), zijn zeventien doelen om van de wereld een betere plek te maken in 2030. Ze zijn een mondiaal kompas voor uitdagingen als armoede, onderwijs en de klimaatcrisis:

Hoofdstuk 3 Benut de kracht van de samenleving

Tabellenboek Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2020, Noord- en Oost-Gelderland © GGD Noord- en Oost-Gelderland, september 2021: https://www.kvnog.nl/images/redactie/bestanden/_Cijfers/Tab%20VO%20NOG.pdf

Behoefteonderzoek mantelzorgers 2020 gemeente Heerde:

https://zorgvraag.heerde.nl/Zorg_en_welzijn/Actueel/Nieuws/Behoeften_van_mantelzorgers_onderzocht

Movisie “Kunst inzetten voor een betere kwaliteit van leven” 24 september 2020 kwaliteit van leven

https://www.movisie.nl/artikel/kunst-inzetten-betere-kwaliteit-leven

Movisie “Kunst en positieve gezondheid: het werkt!” 17 oktober 2018 zingeving

https://www.movisie.nl/artikel/kunst-positieve-gezondheid-werkt

Movisie” Werken met kunst en cultuur draag bij aan de preventie van zorg”

https://www.movisie.nl/artikel/culturele-interventies-dragen-aan-positieve-gezondheid

Movisie” Kunst en Cultuur steeds meer een maatschappelijk functie.”

https://www.movisie.nl/artikel/verbinding-tussen-kunst-cultuur-sociale-domein-wordt-steeds-belangrijker

Hoofdstuk 4 Gezondheid als basis

Sportakkoord gemeente Heerde lokale sport- en beweegakkoord sportakkoord Heerde

https://www.actiefheerde.nl/heerde/heerde-in-beweging/content/id/777/download-sport-en-beweegakkoord

GGD Gezondheidsmonitor 2019.

https://www.monitorgezondheid.nl/gezondheidsmonitor-jeugd

NJI (3 november 2021), ‘Leervertraging en zorg over welzijn door corona’. https://www.nji.nl/nieuws/leervertraging-en-zorg-over-welzijn-door-corona?utm_medium=email

Kansrijke Start | Kansrijke Start

https://www.kansrijkestartnl.nl/

GGD, coronapeiling maart 2021.

RIVM, dashboard september 2021

Hoofdstuk 5 Veilig en leefbaar

Thema: Veiligheid | Het recht op veiligheid - Kinderrechten.nl

https://www.kinderrechten.nl/thema-veiligheid/

Regionale inkoop Zorgregio MIJ/OV

https://www.zorgregiomijov.nl/aanbieders/104

Samen tegen huiselijk geweld, regiovisie Noord-Oost Gelderland

https://www.apeldoorn.nl/DATA/TER/projecten/ter_inzage/beleidsnotas/Regiovisie/concept%20Regiovisie%20Samen%20tegen%20huiselijk%20geweld%202020%20tm%202023.pdf

Regionaal ontwerp beschermd thuis Zorgregio 2030

https://www.zorgregiomijov.nl/images/Regionaal_Ontwerp_Beschermd_Thuis_2030_def.pdf

201605_visiedocument_gefaseerde_ketensamenwerkingvogtlander_van_arum_0.pdf (vng.nl)

https://vng.nl/files/vng/201605_visiedocument_gefaseerde_ketensamenwerkingvogtlander_van_arum_0.pdf

Van beschermd wonen naar een beschermd thuis, Advies Commissie Toekomst beschermd wonen. https://vng.nl/files/vng/van-beschermd-wonen_20151109.pdf

Home | Programma Langer Thuis ministerie VWS

https://www.programmalangerthuis.nl/

Hoofdstuk 6 Gelijke kansen

KIS Wijkmonitor 2021, Verschillen in leefsituatie tussen groepen naar herkomst IJsland model

https://www.verwey-jonker.nl/publicatie/kis-wijkmonitor-2021/

VVE monitor Gemeente Heerde, peildatum 1 januari 2021

https://www.trimbos.nl/kennis/ijslands-preventie-model

Jaarverslag Leerplicht, Gemeente Heerde 2020-2021

CBS, Verwachte onderwijsachterstand in Heerde, 2020 https://dashboards.cbs.nl/v3/onderwijsachterstanden/

JIKP: Om te bepalen of een jongere zich in een van deze kwetsbare posities bevindt, is gekeken naar de inschrijvingsgegevens op 1 oktober en 1 oktober een jaar later. De populatie betreft deelnemers uit het bekostigd en niet-bekostigd onderwijs, voor zover geregistreerd in BRON. https://www.onderwijsincijfers.nl/themas/jongeren-in-kwetsbare-positie/landelijke-gegevens-over-jongeren-in-kwetsbare-positie

De schijf van vijf van gelijke kansen, Sardes 2022

https://www.sardes.nl/pathtoimg.php?id=3873

Movisie (2021), Handreiking – de positie van christelijke LHBTI’s versterken.

Vizier (2021), Welzijnsonderzoek LHBTIQA+ Gelderland en Overijsel.

Monitor discriminatie 2020 Oost-Nederland (Artikel 1 Noord-Oost Gelderland (ADV), Vizier, (ADV), politie Oosten-Nederland, OM) voor 53 gemeenten.

Wat zijn de gevolgen van gratis kinderopvang? | NOS

https://nos.nl/artikel/2365081-wat-zijn-de-gevolgen-van-gratis-kinderopvang

Hoofdstuk 7 Passende ondersteuning

Rapport Opgroeien en opvoeden in armoede, 3e herziene versie, December 2020, NIJ, Nederlands Jeugdinstituut

https://www.nji.nl/system/files/2021-04/Opgroeien-en-opvoeden-in-armoede.pdf

Hoofdstuk 8 Een houdbare toekomst voor Jeugd, Wmo en Participatiewet.

VNG, lerend transformeren

https://lerendtransformeren.accounts02.wp-magazines.com/wp-content/uploads/sites/1676/2019/04/5-3A-Reflectie-Sterker.pdf

AEF onderzoek

https://www.aef.nl/nieuws/onderzoek-structurele-middelen-jeugdhulp-gepubliceerd

Toekomst Wmo en ouderenzorg: ‘Wat willen we nou met elkaar?’

Onderdeel van VNG Magazine nummer 1 (2021) VNG 22 januari 2021

Rapport Beschikbare en benodigde middelen voor de Participatiewet, Berenschot, 2021, in opdracht van de VNG

https://vng.nl/sites/default/files/2021-07/berenschotrapport-financien-participatiewet.pdf

Rapport Inventarisatie verbeterpunten Participatiewet, 2021, SZW

https://www.rijksoverheid.nl/regering/bewindspersonen/carola-schouten/documenten/rapporten/2022/02/21/bijlage-ii-expertrapport