Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en de invordering van leges Purmerend 2023

Geldend van 30-12-2022 t/m 01-05-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges Purmerend 2023

De raad van de gemeente Purmerend ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 september 2022 nr 1573246;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges Purmerend 2023

(Legesverordening Purmerend 2023)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

      een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het in behandeling nemen van een verzoek tot het verstrekken van een attestatie de vita t.b.v. een buitenlands pensioen;

  • d.

    het in behandeling nemen van een verzoek tot ontheffing op grond van artikel 87 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor artikel 5, eerste lid van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (het mogen fietsen in het voetgangers- gebied).

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. De leges zijn verschuldigd bij aanvang van het verlenen van de gevraagde dienst.

  • 2. De leges moeten worden betaald op het tijdstip waarop de kennisgeving als bedoeld in artikel 6 wordt gedaan en ingeval die kennisgeving wordt uitgereikt op het moment van uitreiken ervan.

  • 3. De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6 wordt toegezonden binnen een maand na dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 10 Overgangsrecht

  • 1. De Legesverordening Purmerend 2022 van 11 november 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Purmerend 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 november 2022

De griffier,

R.J.C. van der Laan

de voorzitter,

E. van Selm

Bijlage I Tarieventabel behorende bij de Legesverordening Purmerend 2023

Artikel

Omschrijving

Tarief

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

De tijden waarop een huwelijk kan worden voltrokken, een registratie van een partnerschap, een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk of een huwelijk kan worden herbevestigd, zijn opgenomen in het vigerende Reglement burgerlijke stand Purmerend. De tijden zijn tevens vermeld op de website van de gemeente. De tarieven bedragen:

1.1.1.1

in de trouwkamer van het stadhuis aan de Purmersteenweg op maandag t/m vrijdag

€ 540,00

1.1.1.2

buiten het stadhuis op een andere aangewezen trouwlocatie van maandag tot en met vrijdag

€ 675,00

1.1.1.3

buiten het stadhuis op een andere aangewezen locatie op zaterdag of zondag

€ 1.013,00

1.1.1.4

voor een korte zakelijke plechtigheid zonder toespraak, in de trouwkamer van het stadhuis aan de Purmersteenweg

€ 198,00

1.1.1.5

het tarief voor het in behandeling nemen van een nieuw verzoek tot het aanwijzen van een locatie als huis der gemeente

€ 156,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het optreden als getuige bij de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap door een medewerker van de gemeente, per getuige

€ 54,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor een geprint trouwboekje of partnerschapsboekje

€ 21,65

1.1.4

Het tarief bedraagt voor een gekalligrafeerd trouwboekje of partnerschapsboekje

€ 37,90

1.1.5

Het tarief bedraagt voor een bijschrijving in een trouwboekje of partnerschapsboekje door middel van kalligrafie

€ 6,50

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand voor ieder daaraan besteed kwartier (tevens minimaal tarief)

€ 18,60

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek wijzigen van de datum van een huwelijksvoltrekking, geregistreerd partnerschap, omzetting van een geregistreerd partnerschap, herbevestiging van een huwelijk

€ 49,50

1.1.7.1

Als op het moment van ontvangst van het verzoek tot wijziging datum huwelijksvoltrekking een trouw-of partnerschapsboekje boekje is opgemaakt, wordt het tarief verhoogd, met het tarief dat geldt voor een trouw- of partnerschapsboekje.

1.1.8

Voor het op verzoek annuleren van een huwelijk, geregistreerd partnerschap, omzetting van een geregistreerd partnerschap of herbevestiging van een huwelijk

€ 49,50

1.1.8.1

Als op het moment van ontvangst van het verzoek tot annulering een trouw- of partnerschapsboekje is opgemaakt, wordt het tarief verhoogd met het tarief dat geldt voor een trouw- of partnerschapsboekje

1.1.8.2

Voor de werkzaamheden die door buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand zijn verricht op het moment van ontvangst van het verzoek tot annulering wordt het tarief verhoogd met

€ 78,75

1.1.8.3

Bij annulering van een kosteloos of van een betaald huwelijk volgt geen restitutie van de leges voor uittreksels en afschriften als deze zijn afgegeven in verband met melding voorgenomen huwelijk.

1.1.9

Bij annulering vanwege een sterfgeval worden de leges zoals vermeld in 1.1.8 tot en met 1.1.8.2. niet in rekening gebracht. Onder sterfgeval wordt mede verstaan een sterfgeval in de familie van het bruidspaar tot en met de tweede graad alsmede het overlijden van één van de getuigen.

1.1.10

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

1.1.10.1.

Het tarief bedraagt voor een laissez passez voor lijken

€ 23,15

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

1.2.1.2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

1.2.2.

voor een nationaal paspoort , een groter aantal bladzijde bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1. (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

1.2.2.2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

1.2.3.

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

1.2.4.

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 58,80

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 70,30

1.2.5.2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 37,95

1.2.6.

van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

€ 34,25

1.2.7.

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1.tot en met 1.2.6. genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 52,96

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief tot het afgeven of vernieuwen dan wel het omwisselen van een rijbewijs bedraagt

€ 44,65

1.3.2

Het tarief onder 1.3.1. wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.3

Bij een verzoek tot het omwisselen van een buitenlands rijbewijs worden onder 1.3.1. vermelde leges verhoogd met de kosten voor het aangetekend verzenden van het rijbewijs

1.3.4

Het tarief wordt bij een aanvraag in verband met beschadiging of vermissing Van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met

€ 45,20

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 12,50

1.4.3

In afwijking van onderdeel 1.4.2 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid van het Besluit basisregistratie personen

€ 24,50

1.4.4

In afwijking van het voorgaande onderdeel bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid van het Besluit basisregistratie personen*

€ 7,50

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een persoonslijst als bedoeld in de Wet Brp artikel 2.55

€ 25,00

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van het Besluit basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier (tevens minimaal tarief)

€ 18,60

Abonnementen

1.4.7

A. bij abonnement met een geldigheidsduur van een kalenderjaar:

  • -

    voor 25 inlichtingen

€ 258,30

  • -

    voor 100 inlichtingen

€ 977,30

met dien verstande, dat voor een gedeelte van een kalenderjaar de leges per kwartaal worden berekend.

B. Inlichtingen uit de basisregistratie van de gemeente aan:

de schoolraad van het openbaar onderwijs en de besturen van de bijzondere scholen voor lager onderwijs, voor zover de inlichtingen verband houden met het opsporen van leerplichtige kinderen;

  • a)

    zonder abonnement, voor elke inlichting

€ 2,70

  • b)

    zonder abonnement, voor elke inlichting

  • -

    voor 100 inlichtingen

€ 190,15

  • -

    voor 500 inlichtingen

€ 817,15

  • c)

    bijzondere inlichting

€ 81,40

C. Een selectie van gegevens uit de basisregistratie:

per selectie bedraagt het basisbedrag

€ 399,40

voor iedere regel van een selectie wordt het basisbedrag verhoogd met

€ 0,60

  • -

    indien het een aanvraag betreft van één van de onder B genoemde instellingen, wordt het tarief gereduceerd tot 25%.

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister <geen onderdelen>

Hoofdstuk 6 Vervallen

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken <geen onderdelen>

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.1.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 24,15

1.8.1.2

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 78,70

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.8.2.1

objectgegevens voor de verkoop van de woning

€ 78,70

1.8.2.2

bodeminformatie over een perceel

€ 78,70

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

Tot verstrekking van een verklaring omtrent gedrag natuurlijke personen, het tarief zoals dat voor deze dienst geregeld is in de laatst vastgestelde “Regeling vergoeding verklaring omtrent het gedrag en gedragsverklaring aanbesteden”.

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap

€ 12,10

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 15,20

1.9.4

tot het waarmerken van een document

€ 15,20

1.9.5

tot het verkrijgen van een verklaring om in afwijking van de genoemde termijnen in artikel 16 van de Wet op de Lijkbezorging te mogen verbranden of begraven

€ 14,90

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,60

(tevens minimumtarief)

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

Niet van toepassing

1.11.2

Niet van toepassing

1.11.3

Niet van toepassing

1.11.4

Niet van toepassing

1.11.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: het verlenen van een vergunning voor ingebruikname van een zelfstandige huurwoning met een rekenhuur tot de liberalisatiegrens, als bedoeld in artikel 2.1.1 en van een standplaats, zoals bedoeld in art. 2.7.1 van de huisvestingsverordening gemeente Purmerend 2018.

€ 48,00

1.11.6

Niet van toepassing

1.11.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een voorrangsverklaring

€ 40,00

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1,12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet

€ 118,90

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

€ 118,90

1.13.1

Tot het verstrekken van een gemeentegarantie

€ 118,90

1.13.2

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 118,90

1.13.3.

het verkrijgen van toestemming om naast de geborgde eerste hypotheek een tweede hypotheek te mogen vestigen onder handhaving van de borgstelling van de verleende gemeentegarantie

Hoofdstuk 14 Vervallen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Vervallen

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 34,00

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 50,00

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening.

€ 425,60

Hoofdstuk 17 <geen onderdelen>

Hoofdstuk 18 Instemmingsbesluiten

1.18

Het basistarief voor het in behandeling nemen van:

  • -

    een aanvraag voor het verkrijgen van instemming

  • -

    een aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning

als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur Purmerend 2016 bedraagt per aanvraag

€ 187,60

Dit basistarief wordt verhoogd met een opslag, afhankelijk van de lengte van de te graven sleuf. De verhoging bedraagt;

€ 2,50 per meter met een minimum van € 59,80 als de te graven sleuf een lengte heeft tussen de 0 en 100 meter;

€ 1,90 per meter met een minimum van € 209,10 als de te graven sleuf een lengte heeft tussen de 101 en 500 meter;

€ 1,20 per meter met een minimum van € 746,70 als de te graven sleuf een lengte heeft van meer dan 501 meter.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 2.1 lid 2 en 4 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur Purmerend 2016 bedraagt € 1,90 per melding Voor de berekening wordt het aantal meldingen aangehouden dat in het voorafgaande jaar door of namens de netwerkbeheerder gemeld zijn.

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (inrijverbod)

voor maximaal 2 weken

€ 27,00

voor een periode langer dan twee weken met een maximale geldigheidsduur van één jaar

€ 114,00

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.2.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BAWB)

1.19.2.1.1

Met medisch advies

€ 176,00

1.19.2.1.2

Zonder medisch advies

€ 93,00

1.19.2.2

tot het verlengen van de geldigheid van een document als bedoeld in 1.19.2.1

Gelijk aan tarief verkrijgen

1.19.2.3

tot het vervangen van een document als bedoeld in 1.19.2.1 in geval van verlies, diefstal, beschadiging of slijtage of duplicaat

€ 40,00

1.19.2.4

Tot het wijzigen van het kenteken van de gehandicaptenparkeerplaats

€ 51,00

1.19.2.5

Niet van toepassing

1.19.2.5.1

Niet van toepassing

1.19.2.5.2

Niet van toepassing

1.19.2.6.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag of besluit als bedoeld in artikel 34 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) voor:

1.19.2.6.1.

Een besluit inzake het wegverkeer (tijdelijke verkeersmaatregel) voor één tot drie dag(en)

€ 216,00

1.19.2.6.2.

Een besluit inzake het wegverkeer (tijdelijke verkeersmaatregel) voor één week

€ 432,00

1.19.2.6.3.

Een besluit inzake het wegverkeer (tijdelijke verkeersmaatregel) tot vier maanden

€ 864,00

1.19.2.6.4.

Een besluit inzake het wegverkeer Verkeersbesluit artikel 18 Wegenverkeerswet 1994

€ 216,00

1.19.2.6.5..

Voor spoedeisende werkzaamheden die binnen 24 uur moeten worden uitgevoerd (tijdelijke verkeersmaatregel)

€ 216,00

Hoofdstuk 20 Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.20.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 8,60

1.20.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.20.1.2.1

per pagina op papier van A4-formaat in zwart-wit

€ 0,30

1.20.1.2.2

per pagina op papier van A3-formaat in zwart-wit

€ 0,50

1.20.1.2.3

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

€ 0,60

1.20.1.2.4

per pagina op papier van A3-formaat in kleur

€ 1,10

1.20.1.3

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 50,80

1.20.1.4

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 7,45

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden, wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Voorfase

2.2

Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

2.2.1

Voor een indicatieverzoek

€350,00

2.2.2

Voor een omgevingsinitiatief

€1.000,00

2.3

Onverminderd het bepaalde onder onderdeel 2.2 verschuldigde bedrag, bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde verzoek een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Nota Omgevingskwaliteit 2020 dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand noodzakelijk is:

2.3.1

bij bouwkosten tot €20.000,-

€239,70

2.3.2

bij bouwkosten boven de €20.000,- wordt het tarief onder onderdeel 2.3.1 verhoogd met een percentage van de bouwkosten van

0,25%

met een maximum van

€2.750,00

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Bouwactiviteiten

2.3.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.1.1

een percentage van de bouwkosten van

3,0%

met een minimum van

€239,70

2.3.1.1.

Als een aanvraag voor een(ver)bouwproject, zoals bedoeld in 2.3.1 betrekking heeft op de realisatie van een groen dak waarbij geldt dat het gewicht van het vegetatiedek minimaal 60 kg/m2 bedraagt en de dikte van de substraatlaag minimaal 5 centimeter, dan bedraagt het tarief 50% van de verschuldigde leges zoals vermeld in 2.3.1.1. Het dak moet voor tenminste 70% worden afgedekt met het vegetatiedek. De minder verschuldigde leges als gevolg van de korting van 50% bedraagt maximaal €50.000 per aanvraag. Als gebruik wordt gemaakt van de legeskorting zoals genoemd in de artikelen 2.3.1.1.3, 2.3.1.1.4, 2.3.1.1.5 en 2.3.1.1.6 kan geen aanspraak meer gemaakt worden op deze legeskorting.

2.3.1.1.2

Leges zijn niet verschuldigd als een aanvraag voor een (ver)bouwproject, zoals bedoeld in 2.3.1.1.1 enkel betrekking heeft op een realisatie van een groen dak. Voorwaarden hierbij zijn dat het gewicht van het vegetatiedek minimaal 60kg/m2 bedraagt, de dikte van de substraatlaag minimaal 5 centimeter bedraagt en het dak voor tenminste 70% is afgedekt met het vegetatiedek. Als gebruik wordt gemaakt van de legeskorting zoals genoemd in de artikelen 2.3.1.1.3, 2.3.1.1.4, 2.3.1.1.5 en 2.3.1.1.6 kan geen aanspraak meer gemaakt worden op deze legeskorting.

2.3.1.1.3

Indien bij een aanvraag voor een nieuwbouwproject, zoals bedoeld in artikel 2.3.1 door middel van een BREEAM-beoordeling of een hiermee gelijkwaardige beoordeling, aangetoond kan worden dat significante duurzaamheidsmaatregelen worden getroffen dan bedraagt het tarief 50% van de verschuldigde leges zoals vermeld in 2.3.1.1. De minder verschuldigde leges als gevolg van de korting van 50% bedraagt maximaal €100.000 per aanvraag. Onder significante duurzaamheidsmaatregelen wordt bij een BREEAM-beoordeling verstaan een beoordelingskwalificatie van het pakket aan duurzaamheidsmaatregelen van ten minste “excellent”.

2.3.1.1.4

Indien een aanvraag voor een verbouwproject, zoals bedoeld in 2.3.1 betrekking heeft op een bouwwerk met een utiliteitsfunctie met een aantoonbaar Energielabel A die voldoet aan de Regeling energieprestatie gebouwen, dan bedraagt het tarief 50% van de verschuldigde leges zoals vermeld in 2.3.1.1. De minder verschuldigde leges als gevolg van de korting van 50% bedraagt maximaal € 100.000 per aanvraag.

2.3.1.1.5

Indien een aanvraag voor een verbouwproject, zoals bedoeld in 2.3.1, betrekking heeft op een bouwwerk met een woonfunctie met een aantoonbaar Energielabel A die voldoet aan de Regeling energieprestatie gebouwen, dan bedraagt het tarief 50% van de verschuldigde leges zoals vermeld in 2.3.1.1. De minder verschuldigde leges als gevolg van de korting van 50% bedraagt maximaal € 100.000 per aanvraag.

2.3.1.1.6

Indien in combinatie met een verbouwproject als genoemd onder 2.3.1.1.4 of 2.3.1.1.5 tevens sprake is van vervanging van een asbestdak, dan bedraagt het tarief 25% van de verschuldigde leges zoals vermeld onder 2.3.1.1. De minder verschuldigde leges als gevolg van de korting van 75% bedraagt maximaal € 100.000 per aanvraag.

 

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Indien voor de beoordeling van de aanvraag bedoeld in onderdeel 2.3.1 een advies van een agrarische beoordelingscommissie nodig is worden de in dit hoofdstuk vermelde tarieven verhoogd met de productiekosten. Een begroting van deze kosten wordt voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt de aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager is medegedeeld. Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan de geraamde kosten, wordt teruggaaf verleend.

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

2.3.1.4.1

een percentage van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges van

10%

met een minimumbedrag van

€ 239,70

Aanlegactiviteiten

2.3.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.3.

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

2.3.3.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€638,40

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€638,40

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

25%

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

25%

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€437,80

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€437,80

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€437,80

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€638,40

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€638,40

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€9.919,25

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€1.709,95

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€437,80

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€437,80

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€437,80

2.3.5.

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

2.3.5.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€1.248,90

2.3.6.

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.2

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument dan wel het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 239,70

2.3.6.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of de gemeentelijke erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.8.

Aanleggen of veranderen weg

 

2.3.8.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met een provinciale wegenverordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

 

2.3.9

Uitweg/inrit

2.3.9.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.10

Kappen

2.3.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.11

Opslag van roerende zaken

2.3.11.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€97,65

2.3.12

Natura 2000-activiteiten

2.3.12.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

2.3.13.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.14

Andere activiteiten

2.3.14.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling,

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€239,70

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

2.3.15.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft, verhoogd met

5%

met een minimum van

€239,70

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft, verhoogd met

5%

met een minimum van

€239,70

2.3.16

Advies

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16 is uitgebracht wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid van de Wabo:

2.3.17.2

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€684,65

2.3.17.3

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.4

Indien een begroting als bedoeld in subsubonderdeel 2.3.17.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.1.18

Ontheffing bouwlawaai

2.3.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot ontheffing bouwlawaai op grond van artikel 8.33 van het Bouwbesluit 2012:

€239,70

Hoofdstuk 4 Teruggaaf

2.4.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.4.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.4.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken na het in behandeling nemen ervan, maar voor het verlenen van de vergunning

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.4.2.

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.4.2.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

20%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.4.2.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.4.2 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.4.3.

Minimumbedrag voor teruggaaf

2.4.3.1

Een bedrag minder dan €239,70 wordt niet teruggegeven.

2.4.4

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

2.4.1

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

2.4.5

Niet behandelen aanvraag

2.4.5.1

Indien de aanvraag op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht bij besluit van het college van burgemeester en wethouders buiten behandeling wordt gelaten, wordt het volgende tarief in rekening gebracht:

€239,70

Hoofdstuk 5 Intrekking omgevingsvergunning

2.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b van de Wabo, tenzij onderdeel 2.4.1, 2.4.1.1 of 2.4.1.2 van toepassing is:

€ 239,70

Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

25%

2.6.1

van de op grond van die onderdelen voor de bouwactiviteit verschuldigde leges;

met een minimumtarief van

€239,70

en maximumtarief van

€2.960,30

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening

€9.919,25

2.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening

€7.969,40

 

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking

2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€239,70

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 714,25

3.1.2

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 274,00

3.1.2.1

een aanvraag tot wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 161,95

3.1.2.2

een aanvraag tot verlening van een vergunning met betrekking tot het hebben/plaatsen van terrassen als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 80,50

3.1.3

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, derde lid, van de Algemene plaatselijke verordening

geldig voor een periode van maximaal twee weken

€ 51,00

geldig voor een periode langer dan twee weken met een maximale geldigheidsduur van één jaar

€ 171,25

3.1.4

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet

€ 53,00

3.1.5

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 161,95

3.1.6

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet

voor één leidinggevende

€ 105,90

voor elke volgende leidinggevende

€ 91,25

3.1.7

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 114,00

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:

3.2.1

een evenement tot 500 bezoekers of deelnemers

€ 83,00

3.2.2

een evenement vanaf 500 tot 2.500 bezoekers of deelnemers

€ 223,00

3.2.3

een evenement vanaf 2.500 tot 5000 bezoekers of deelnemers

€ 432,40

3.2.4

een evenement met meer dan 5.000 bezoekers of deelnemers

€ 1.394,00

Hoofdstuk 3 Seksbedrijf

3.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen of verlengen van een vergunning voor een seksbedrijf als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 1.860,00

3.3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de vergunning, als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening:

25%

van de leges bedoeld in 3.3.1

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.4

tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken, van woonruimte aan de bestemming tot bewoning, het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte, het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a,b,c en d van de Huisvestingswet 2014 en als bedoeld in de vigerende Huisvestingsverordening gemeente van de Purmerend

€ 2.085,00

Hoofdstuk 5 Marktstandplaatsen

Vervallen

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag :

3.6.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 80,85

3.6.2

tot het wijzigen van een in onderdeel 3.6.1 bedoelde ontheffing

€ 80,85

Hoofdstuk 7 Kinderopvang

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in de artikelen 1.45 van de Wet kinderopvang tot opneming in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK):

3.7.1

voor het in exploitatie nemen van een gastouderbureau, kindercentrum (kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang)

€ 1.559,20

3.7.2

voor het aanbieden van gastouderopvang op het adres van de gastouder of op het adres van de vraagouder

€ 493,20

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 50,80

Behoort bij besluit van de raad van 3 november 2022

de raadsgriffier,

R.J.C. van der Laan