Subsidieregeling onderhoud en restauratie gemeentelijke monumenten Ermelo 2023

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling onderhoud en restauratie gemeentelijke monumenten Ermelo 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019;

overwegende dat:

  • het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het behoud van gemeentelijke monumenten;

  • de bepalingen van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019 van toepassing zijn, voor zover er in deze regeling niet iets expliciet over is bepaald;

  • de Verordening fysieke leefomgeving Ermelo en de Beleidsnotitie Monumentenzorg 2022 hierbij in aanmerking zijn genomen;

besluit vast te stellen de Subsidieregeling onderhoud en restauratie gemeentelijke monumenten Ermelo 2023.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening Ermelo 2019;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo;

  • c.

    eigenaar: een natuurlijk persoon of rechtspersoon, die in de kadastrale registers als eigenaar, erfpachter of houder van het recht van opstal staat ingeschreven;

  • d.

    gemeentelijk monument: monument dat is opgenomen in het gemeentelijk erfgoedregister als bedoeld in artikel 7.1 van de Verordening fysieke leefomgeving Ermelo;

  • e.

    onderhoud: onderhoudswerkzaamheden die noodzakelijk zijn om een monument in goede staat te houden en/of toekomstig groot onderhoud en restauraties te voorkomen of te verminderen;

  • f.

    restauratie: werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van een monument, die het normale onderhoud overstijgen.

Artikel 2. Doel

De subsidie wordt verleend om de gemeentelijke monumenten in Ermelo in stand te houden.

Artikel 3. Doelgroep

  • 1. Subsidie op grond van deze regeling wordt uitsluitend verleend aan de eigenaar van een gemeentelijk monument in Ermelo.

  • 2. In afwijking van lid 1 wordt er geen subsidie verleend aan een gemeente, provincie of de Staat.

Artikel 4. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Een subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt voor onderhouds- en restauratiekosten van een gemeentelijk monument.

Artikel 5. De subsidieaanvraag

  • 1. In afwijking van artikel 8 van de Asv voegt de aanvrager bij de aanvraag toe:

    • a.

      duidelijke omschrijving van de werkzaamheden;

    • b.

      (detail)foto’s van de huidige toestand;

    • c.

      begroting en/of offerte van de werkzaamheden, die tenminste gespecificeerd is in materiaal, kosten, uurloon, manuren en BTW;

  • 2. Daarnaast voegt de aanvrager bij de aanvraag om subsidie voor restauratiewerkzaamheden toe:

    • a.

      de onherroepelijke omgevingsvergunning van de restauratiewerkzaamheden of

    • b.

      bouwkundige tekeningen van de bestaande en nieuwe toestand:

      • situatietekening van het monument (schaal 1:1000)

      • plattegrond van iedere verdieping van het monument (schaal 1:100)

      • lengte en dwarsdoorsneden (schaal 1:100)

      • alle gevelaanzichten (schaal 1:100)

      • relevante details die verband houden met het uiterlijk van het monument (schaal 1:5).

  • 3. Het college kan bepalen dat naast in de in lid 1 en 2 genoemde gegevens andere gegevens worden ingeleverd.

Artikel 6. Subsidiabele kosten

  • 1. Onder subsidiabele onderhoudskosten worden verstaan die kosten welke worden gemaakt voor het:

    • a.

      herstel en vernieuwen van rieten daken (met deklatten en beperkt herstel van sporen);

    • b.

      herstel van dakvlakken gedekt met pannen, leien, lood, zink of koper en, uitsluitend in samenhang hiermee, het beperkt herstel van dakbeschot en sporen;

    • c.

      herstel van goten (in zink, koper of lood) inclusief de bijbehorende hemelwaterafvoeren;

    • d.

      het aanbrengen van goten waar deze niet eerder aanwezig waren, inclusief aansluitingen op riolering en open water;

    • e.

      herstel van buitenkozijnen, buitendeuren, raampartijen, luiken en herstel en/of terugplaatsen van stoepen, roedenverdeling, lijstwerk en luiken;

    • f.

      herstel van windveren, schoorstenen, kapellen, hoeken keperlood;

    • g.

      herstel van dak-/torenluiken, loopbruggen, het luiken afgazen van torens;

    • h.

      inboeten, beperkt herstel muurwerk en opvoegen of pleisteren van gevels;

    • i.

      natuursteen: beperkt vervangen of inboeten;

    • j.

      behandeling van muur- of houtwerk ter regulering van de vochthuishouding dan wel ter bestrijding van zwamaantasting of houtaantasters;

    • k.

      herstel c.q. vervangen van de bestaande en indien nodig aanbrengen van een nieuwe bliksembeveiliging;

    • l.

      buitenschilderwerk en binnenschilderwerk wat betreft de buitenramen, -kozijnen en deuren, mits er een technische noodzaak bestaat;

    • m.

      uitwendig herstel van diverse bijgebouwen, zoals hooibergen, schuren, bakhuisjes, pompen, hekken, bruggen, koetshuizen, oranjerieën, theekoepels, voor zover opgenomen in de redengevende beschrijving van het monument;

    • n.

      herstel van glas-in-lood, beglazing en aanbrengen van beschermende beglazing voor gebrandschilderd glas;

    • o.

      vervanging en herstel van overige bouwelementen met waarde van grote zeldzaamheid of historische waarde;

    • p.

      het plaatsen of vervangen van achterzetbeglazing;

    • q.

      het stemmen, het verhelpen van storingen en het bijregelen van het mechaniek, alsmede incidentele werkzaamheden aan het pijpwerk van orgels;

    • r.

      het aanbrengen van inspectievoorzieningen zoals dakluiken en klimhaken.

  • 2. Onder subsidiabele restauratiekosten worden verstaan:

    • a.

      casco: kosten van herstel van het casco, dat wil zeggen de hoofdstructuur van het monument bestaande uit de dragende onderdelen en het omhulsel, te weten: dak-, kap- en gebintconstructie, vloeren, balklagen, dragende muren, fundering, kelder, gewelven, mits uit cultuurhistorisch oogpunt verantwoord uitgevoerd, kosten ten behoeve van het aanbrengen van een dakbeschot zijn subsidiabel waar dit niet aanwezig is en voor zover hiertoe een constructieve noodzaak bestaat. Indien de voorkeur wordt gegeven aan isolerende dakplaten kan de helft van de kosten in de meeste gevallen als subsidiabel worden aangemerkt;

    • b.

      alle in artikel 6 lid 1 sub a tot en met r van deze subsidieregeling vermelde kostensoorten die:

      • tegelijk worden uitgevoerd met een algehele restauratie respectievelijk algeheel cascoherstel en/of;

      • betrekking hebben op onderdelen die afzonderlijk of in hun gezamenlijkheid een aanzienlijk/substantieel deel van het gehele gebouw beslaan (grootonderhoud);

    • c.

      monumentale onderdelen: herstel van afzonderlijke monumentale onderdelen (in- en exterieur) al dan niet in combinatie met herstel van het casco, zoals opgenomen in redengevende beschrijving van monument, waaronder schouwen, vloeren, trappartijen, plafonds (hout, sleutelstukken, stuc), schilderingen, pleister- en schilderwerk als gevolg van restauratiewerk, bijzonder behang, raam- en deurpartijen met omlijsting, gevelonderdelen kroonlijsten, mits uit cultuurhistorisch oogpunt verantwoord uitgevoerd;

    • d.

      casco + monumentale onderdelen: reconstructies van verdwenen of in latere tijd gewijzigde onderdelen indien deze wijzigingen afbreuk doen aan de monumentale waarde van het geheel, mits uit cultuurhistorisch oogpunt verantwoord uitgevoerd, kosten van functieverbetering, mits uit cultuurhistorisch oogpunt verantwoord uitgevoerd;

    • e.

      herstel van specifieke technische installaties in monumenten van bedrijf en techniek, bijvoorbeeld stoommachines, dieselmotoren, raamzagen en persen;

    • f.

      het aanbrengen van technische installaties ten behoeve van bescherming van zeer waardevolle interieurelementen, bijvoorbeeld verwarming of luchtbevochtigingsinstallaties.

Artikel 7. Niet-subsidiabele kosten

De kosten voor tijdsinvestering, kilometervergoeding en/of aanschaf van gereedschappen bij zelfwerkzaamheden komen niet in aanmerking voor subsidie.

Artikel 8. Voorwaarden

  • 1. De subsidie wordt aangevraagd voor de in artikel 4 bedoelde activiteit.

  • 2. De werkzaamheden zijn of worden nog niet gestart tijdens de aanvraag en behandeltermijn van de aanvraag.

  • 3. Het gemeentelijke monument waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, is opgenomen in het erfgoedregister.

  • 4. Subsidie voor het onderhoud of de restauratie van het gemeentelijk monument wordt maximaal één maal per vijf jaar verleend voor hetzelfde doel.

  • 5. Als een omgevingsvergunning vereist is voor het uitvoeren van de werkzaamheden, moet deze onherroepelijk zijn voordat het college besluit om subsidie te verlenen.

  • 6. De door het college aangewezen personen die de controle uitvoeren, worden toegang verleend tot het monument en de gegevens die betrekking hebben op de onderhouds- en restauratiewerkzaamheden.

  • 7. De subsidie kan teruggevorderd worden als de uitvoering van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, niet uiterlijk twee jaar na de verzenddatum van de verleningsbeschikking heeft plaatsgevonden.

Artikel 9. Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Verantwoording vindt plaats met de factuur van het bedrijf dat de werkzaamheden heeft uitgevoerd en/of met de betaalbewijzen van de aangeschafte materialen. Bij zelfwerkzaamheden moeten ook bewijsstukken van de werkzaamheden ingeleverd worden, bijvoorbeeld foto’s van de situatie voor en na de werkzaamheden (het resultaat). Verantwoording vindt plaats maximaal een jaar na de verzenddatum van de verleningsbeschikking.

Artikel 10. Weigeringsgronden

De subsidie kan geweigerd worden als:

  • a.

    het monument waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, bestemd is om binnen een periode van tien jaar te worden afgebroken;

  • b.

    voor hetzelfde onderdeel van het monument waarvoor subsidie is vastgesteld binnen 5 jaar een nieuwe aanvraag monumentensubsidie wordt ingediend die te wijten is aan het onvoldoende onderhouden van het monument of slecht vakmanschap;

  • c.

    de activiteiten en/of kosten die naar het oordeel van het college niet of onvoldoende bijdragen aan het doel van deze regeling zoals gesteld in artikel 2.

Artikel 11. Subsidieplafond en berekening van de subsidie

  • 1. Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond voor deze subsidieregeling vast.

  • 2. De aanvragen worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 3. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 4. De gemeentelijke subsidie voor de in artikel 6 lid 1 bedoelde onderhoudskosten bedraagt maximaal 30% van het totaal van subsidiabele kosten met een maximum van € 3.500,00 per monument per jaar.

  • 5. De gemeentelijke subsidie voor de in artikel 6 lid 2 bedoelde restauratiekosten bedraagt maximaal 30% van het totaal van subsidiabele kosten met een maximum van € 7.000,00 per monument per jaar.

Artikel 12. Onvoorziene gevallen en hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet of onduidelijk is, beslist het college.

  • 2. Het college kan deze subsidieregeling, met uitzondering van de artikelen 1 en 2, in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2023.

Artikel 14. Intrekking

De regeling “Subsidie onderhoud en restauratie gemeentelijke monumenten gemeente Ermelo 10-04-2014” wordt ingetrokken per 1 januari 2023.

Artikel 15. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling onderhoud en restauratie gemeentelijke monumenten Ermelo 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Ermelo op

22 november 2022 onder nummer e220043537.

A.M. Weststrate,

secretaris,

mevrouw dra. Th. A.J. Burmanje

burgemeester,