Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR684542
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR684542/1
Cultuurnota Haarlemmermeer
Geldend van 26-11-2022 t/m heden
Intitulé
Cultuurnota HaarlemmermeerRuimte voor Cultuur, kansen voor ondernemerschap
Deel 1: Visie 2013 2030
1. Inleiding: uitgangspunten van beleid
Voor u ligt onze visie op cultuurbeleid voor de periode tot 2030. Deze visie vervangt de Structuurnota Cultuur en publieke informatie Haarlemmermeer uit 1992. Aan het formuleren van deze nieuwe lange termijn visie ging een periode van participatie en onderzoek vooraf. Door de uitkomsten daarvan weten we dat deze visie past bij de vraag en de ambitie van inwoners, bezoekers, culturele instellingen, scholen en andere betrokkenen.
De afgelopen twintig jaar bouwde deze gemeente aan een cultureel voorzieningenniveau dat past bij het aantal inwoners en het atypische karakter van Haarlemmermeer. De aanwezigheid van kwalitatief goede culturele voorzieningen is een belangrijke factor in de waardering van het woon- en vestigingsklimaat. Met ons nieuwe cultuurbeleid maken wij nu een volgende stap en waarborgen en stimuleren een cultureel programma dat past bij onze inwoners en bezoekers en er voor zorgt dat zij nu en in de toekomst met plezier in onze gemeente wonen en verblijven.
Met ons nieuwe beleid willen wij de gemeente, zelfs in een tijd van bezuinigingen, cultureel aantrekkelijker maken. Daarom kiest de gemeente Haarlemmermeer voor een actief cultuurbeleid dat ruimte biedt aan kunst en cultuur en de kansen vergroot voor cultureel ondernemerschap. Ons cultuurbeleid creëert een cultureel programma, dat bestaat uit een cultureel aanbod dat wij als gemeente waarborgen en een aanbod aan kunst en cultuur dat door ondernemerschap tot stand komt.
Wij waarborgen die culturele activiteiten waarvan wij weten dat die noodzakelijk zijn om de Haarlemmermeerse samenleving goed te laten functioneren. Culturele activiteiten die, anders gezegd, maatschappelijk relevant zijn voor de inwoners en voor de bezoekers. Die maatschappelijke relevantie baseren wij op de uitkomsten van onderzoek en participatie1. Door de uitkomsten weten wij dat ons beleid leidt tot kunst en cultuur die een breed draagvlak hebben bij de culturele instellingen, het onderwijs, bewoners en ondernemers. Een cultureel aanbod dat beleving biedt en uitnodigt tot betrokkenheid. Naast de waarborg van dit cultureel aanbod geven wij de instellingen volop de ruimte om hun cultureel ondernemerschap uit te bouwen en zo een aanvullend en rijk programma aan te bieden. Wij vertrouwen op de vindingrijkheid, de ondernemingslust en de expansie van instellingen en initiatieven. Zij werken samen en zoeken afstemming en synergie, niet alleen binnen de gemeente maar ook in de gemeenten om ons heen.
Ruimte voor kunst en cultuur en kansen voor ondernemerschap vragen om een nieuwe rolverdeling tussen gemeente en de culturele instellingen. De gemeente investeert in de maatschappelijke vraag, in een aanbod van culturele activiteiten door het financieren van prestatieafspraken met de instellingen. De gemeente geeft de instellingen naast deze afspraken de ruimte om te ondernemen en daarbij nieuwe maatschappelijke allianties aan te gaan. De ruimte die wij geven leidt er uiteindelijk toe dat de inverdieneffecten en extra inkomsten van de instellingen ten goede komen aan een rijker cultureel programma. Dit betekent vrijheid om te ondernemen, maar uiteraard ook gebondenheid om te afspraken na te komen; vrijheid in gebondenheid. De gemeente verlegt met het nieuwe cultuurbeleid de koers van een nadruk op controle en verantwoording ‘achteraf’ naar regie, inspiratie en vertrouwen ‘vooraf’.
De gemeente Haarlemmermeer kiest voor het versterken van het culturele klimaat om de culturele en economische aantrekkingskracht van onze gemeente te vergroten. Dat doen we met vijf speerpunten van beleid:
- 1.
Het Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen
We zetten in op het Cultuurgebouw als centrum van de culturele infrastructuur in Haarlemmermeer en als som van de in het Cultuurgebouw gevestigde instellingen. Van daaruit bouwt het Cultuurgebouw aan een levendig netwerk met het cultureel initiatief in de kernen. Dat geldt zowel voor de culturele activiteiten van het Cultuurgebouw in de kernen als voor het kleinschalig (amateur) initiatief in de zesentwintig kernen.
- 2.
Cultureel ondernemerschap
Wij maken in onze afspraken met de instellingen ruimte voor cultureel ondernemerschap omdat ondernemerschap leidt tot een rijk, innovatief en passend cultureel aanbod voor inwoners, bedrijven en bezoekers van de gemeente. Door meer ondernemerschap slagen instellingen er in om het eigen financiële draagvlak te vergroten en meer maatschappelijke allianties aan te gaan.
- 3.
Cultuureducatie en cultuur voor jongeren
Wij stimuleren het creatief vermogen van kinderen en jongeren door aansluiting van cultuur met het onderwijs en ondersteunen de kennismaking van leerlingen met kunst en cultuur. Wij hechten aan meer maatwerk in het aanbod en de bemiddeling voor het onderwijs. Daarnaast maken we afspraken met culturele instellingen over educatieve activiteiten voor hun bezoekers. Wij vinden het belangrijk dat er in de gemeente een consistent aantrekkelijk cultureel aanbod is voor jeugd en jongeren, want die doelgroep is absoluut en relatief groot in de gemeente.
- 4.
Landschap en geschiedenis als inspiratiebron
Wij zetten in op meer aandacht voor de ontstaansgeschiedenis van Haarlemmermeer. Die unieke geschiedenis is nog altijd terug te vinden in het stedelijke en in het groene landschap. Musea, kunst, architectuur en cultuurhistorie tonen die landschappelijke en culturele kenmerken aan inwoners en bezoekers en leggen verbindingen tussen sporen uit het verleden en de hedendaagse en toekomstige ontwikkelingen in onze gemeente.
- 5.
Samenwerken en specialiseren in een regio
Haarlemmermeer is onderdeel van de metropoolregio en ingebed tussen een aantal steden met een omvangrijk cultureel aanbod. Wij geven in ons beleid daarom prioriteit aan die culturele programmering die bestemd is voor onze eigen inwoners en die activiteiten die voortkomen uit de unieke kwaliteiten van onze gemeente. Op een aantal specifieke onderwerpen zoeken wij afstemming met omliggende gemeenten
Onze visie beslaat de kunst en cultuur in Haarlemmermeer en houdt rekening met de ambities en vraag van inwoners, bezoekers, organisaties en culturele instellingen. In het bij deze visie behorend uitvoeringsprogramma werken we de visie uit en geven we aan wat, naar onze opvatting, de rol van de verschillende instellingen en die van de gemeente is.
2. Wat vooraf ging aan deze Cultuurnota
Van 1992 naar 2012
De Structuurnota Cultuur en publieke informatie Haarlemmermeer uit 1992 richtte zich vooral op het realiseren van een voorzieningenniveau dat past bij een gemeente met de omvang van Haarlemmermeer. De structuurnota is in de achter ons liggende periode grotendeels gerealiseerd, op sommige punten bewust niet uitgevoerd en deels door de tijd ingehaald.2 Tussen 1992 en 2011 stelde de gemeente op deelterreinen beleidsnota’s op om in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen. Dat geldt bijvoorbeeld voor cultuureducatie, beeldende kunst, cultureel erfgoed en musea en cultuurparticipatie. Ook de subsidiemethodiek is met ingang van 2011 herzien. In deze Cultuurvisie en het bijbehorende uitvoeringsprogramma bouwen wij hier op voort, bundelen we de nieuwste inzichten en vervangen en vernieuwen wij wat nodig.
Laat uw stem horen: kaders voor nieuw cultuurbeleid
We begonnen de voorbereidingen voor ons nieuwe cultuurbeleid met een startnotitie. In mei 2011 stelde de gemeenteraad Laat uw stem horen vast. De titel van de startnotitie verwijst naar het project “de stem van Haarlemmermeer, dat in het voorjaar van 2011 tijdens de opening van het Cultuurgebouw werd opgevoerd en waar duizend Haarlemmermeerders hun talenten hebben laten horen”. De startnotitie geeft zowel speerpunten als kaders aan:
Verantwoordelijkheid en rol van de gemeente
Gemeentelijke kunst en cultuurbeleid beslaan amateurkunst, volkscultuur, beeldende kunst en vormgeving (waaronder kunst in de openbare ruimte), erfgoed en musea, literatuur, monumenten en archeologie, podiumkunsten (muziek, dans, theater), nieuwe media en de educatie daarover (cultuureducatie). Kunst en cultuurbeleid hebben kunst en cultuur als doel (intrinsieke waarde). Wij kiezen in ons cultuurbeleid ook voor de toegevoegde waarde. Onder toegevoegde waarde verstaan we de bijdrage van kunst en cultuur aan een goed vestigingsklimaat en als ‘verbeelder’ van het imago en hybride karakter van onze gemeente en de geschiedenis en identiteit daarvan.
Gemeenten hebben nauwelijks wettelijke taken in cultuurbeleid. De gemeente maakt, via de VNG, wel afspraken met de rijksoverheid over haar rol. Die is vooral voorwaardenscheppend (subsidies) en stimulerend (projecten en programma’s en subsidiemethodiek). Daarnaast kiest elke gemeente, afhankelijk van grootte en kenmerken, haar eigen culturele voorzieningenniveau. Voor onze atypische gemeente vetrekken wij zeker niet vanaf een nulpunt. In de afgelopen jaren hebben wij ons toegelegd op het aanwezig zijn in de vele kernen en het fysiek creëren van voorzieningen. In ons nieuwe beleid richten wij ons nu juist op het consolideren wat we hebben bereikt en de ontwikkeling van inhoud en kwaliteit.
In de startnotitie verwoorden wij onze rol als volgt:
- •
De gemeente subsidieert een professioneel basisniveau van culturele instellingen met als doel een dynamische culturele programmering voor inwoners en bezoekers
- •
Het Cultuurgebouw vormt het culturele hart in Haarlemmermeer in een netwerk van culturele activiteiten in de kernen
- •
De gemeente heeft bij voorrang aandacht voor cultuureducatie, jongeren en musea
- •
Het uitgangspunt bij prestatieafspraken is cultureel ondernemerschap
- •
De voorwaarde voor ondernemerschap is samenwerking tussen culturele instellingen en meer uitstraling
Inhoudelijke kaders
De inhoudelijke kaders in de startnotitie zijn:
Wel doen
- •
De eigenheid van de Haarlemmermeer tonen, inspelen op trends en actualiteiten en flexibel zijn.
- •
Stimulerend zijn en ‘midden in het veld’ staan.
- •
Cultuureducatie, vanaf jonge leeftijd en gericht op jongeren en onderwijs.
- •
Gericht op activiteiten.
- •
Aandacht voor jongerencultuur
- •
Uitgaan van de eigen economische potentie en eigen kracht.
- •
De rol van de historische musea vormgeven.
- •
De inwoners van de Haarlemmermeer een goed en volledig beeld geven van het culturele aanbod.
- •
De gemeente moet een duidelijk beeld hebben van wat de inwoners van Haarlemmermeer aan cultureel aanbod willen.
- •
Maatwerk zijn
- •
Afstemming met andere beleidsterreinen (ruimte, economie)
Niet (meer) doen
- •
De verdeelregel amateurkunst in de huidige vorm voortzetten. Meer beoordeling op inhoud in plaats van werken op automatisme.
- •
Gericht zijn op subsidie en voorzieningen (investeren in stenen).
- •
Klakkeloos algemene cultuurregels (Rijk) uitvoeren.
- •
Haarlemmermeer spiegelen aan de G32 in verband met het atypische karakter van de gemeente.
- •
Volledig willen zijn, ondanks de idee van een overkoepelende visie.
- •
Generaliseren, iedere kern dezelfde voorzieningen en activiteiten.
- •
Cultuur als een op zichzelf staand gegeven beschouwen.
Van startnotitie naar een visie 2013 2030
Na vaststelling van de startnotitie in mei 2011 startte een periode van onderzoek en participatie ter voorbereiding van deze cultuurnota. De gemeente organiseerde in de periode tussen mei 2011 en januari 2012 in totaal zeven participatiebijeenkomsten voor culturele instellingen, belanghebbenden en deskundigen. Naast participatie voerde de gemeente onderzoek uit naar de beleving van cultuur in de kernen en de visie op cultuur van vertegenwoordigers van instellingen, naar de relatie tussen cultuur en het welvaartsniveau en de raakvlakken tussen cultuur en ruimtelijke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen. Menes voerde voor ons onderzoek uit onder jongeren in Haarlemmermeer.
In oktober 2011 lanceerde de gemeente de digitale CultuurAtlas (Haarlemmermeeratlas) waar alle culturele initiatieven, kunstwerken en monumenten voor het eerst in kaart zijn gebracht.
Opbouw van de Cultuurnota en leeswijzer
De Cultuurnota bestaat uit twee samenhangende delen: een visie die een perspectief formuleert op de periode tot 2030 en een (strategisch) uitvoeringsprogramma voor de periode 2013–2016 waarin we elke vier jaar onze prioriteiten benoemen.De duur van de Cultuurvisie is gekoppeld aan de termijn van de gemeentelijke Structuurvisie. Het programma zal elke vier jaar worden geëvalueerd en geactualiseerd.
Voor u ligt het eerste deel van de nota, de Cultuurvisie 2013 2030 en deze is als volgt opgebouwd: in paragraaf 3 gaan we kort in op de kenmerken van de gemeente Haarlemmermeer en de bijzondere geschiedenis. We focussen daarbij op die kenmerken die van invloed zijn op de cultuur in de gemeente en gaan kort in op de culturele infrastructuur in de omliggende gemeenten. In paragraaf 4 schetsen wij trends op economisch, demografisch, ruimtelijk, sociaal en cultureel gebied en voegen daar een financieel lange termijnperspectief aan toe. Vervolgens vatten we in paragraaf 5 de uitkomsten van onderzoek en participatie samen. In paragraaf 6 geven we een kort overzicht van de kunst en cultuur in Haarlemmermeer en de uitkomsten van een sterkte – zwakte analyse waarna we in paragraaf 7 op basis van het voorgaande onze visie en uitgangspunten voor cultuurbeleid 2013 – 2030 formuleren en geven we aan op welke wijze wij die visie willen gaan uitvoeren.
3. Ontstaansgeschiedenis en kenmerken Haarlemmermeer
Ontstaansgeschiedenis
Haarlemmermeer heeft een bijzondere ontstaansgeschiedenis die van invloed is op de culturele ontwikkeling van de gemeente. Begin 16e eeuw ontstaat het Haarlemmermeer uit vier plassen in Noord Holland. Het water met de bijnaam “Waterwolf”3 is woest en stormen en overstromingen slokken land en nederzettingen op. In de eerste helft van de 19e eeuw bedreigt het water ook de buitenranden van Amsterdam en Leiden. Die dreiging leidt tot het besluit om het gebied droog te maken. In drie jaar en drie maanden tijd (1849 – 1852) pompen drie stoomgemalen het meer droog.
De mannen die eerder de 62 kilometer lange Ringvaart uitgraven en de Ringdijk aanleggen zijn ook de mannen die in dienst van grootgrondbezitters de droogmakerij gaan bewerken. Het zijn pachters en zetboeren die afkomstig zijn uit de directe omgeving en uit de rest van Nederland. Deze pioniers hebben het niet gemakkelijk. Pas na 1900 levert het land winst op en veel boeren krijgen hun land dan ook in eigendom. Boeren bouwen hun boerderijen in de stijl van herkomst. Daarom kent de Haarlemmermeer nog steeds veel verschillende Nederlandse boerderijtypen.
Na de Tweede Wereldoorlog groeit de burgerluchtvaart en wint Schiphol snel aan betekenis. De luchthaven neemt een zesde van het gemeentelijk grondgebied in beslag.
Vanaf de jaren zeventig is Haarlemmermeer locatie voor nieuwbouw en groeit het aantal inwoners naar ruim 140.000 in 2011. Naast de groei in inwoners groeit het aantal bedrijfsvestigingen. De ligging van Haarlemmermeer maakt de gemeente aantrekkelijk voor (internationaal) bedrijfsleven. De gemeente heeft een grondoppervlak van18.500 hectare en kent 26 woonkernen die variëren van Hoofddorp en Nieuw Vennep tot Badhoevedorp, Vijfhuizen en Zwaansdijk.
Kenmerken
Haarlemmermeer ligt als een puzzelstuk in het land tussen de provincies Noord en Zuid-Holland gedrukt. In de gemeente zie je de ontwikkeling van agrarische gemeenschap naar woonplaats en werkplek terug. Met en binnen de Ringvaart en de Ringdijk is de oude structuur van de droogmakerij nog in het landschap terug te zien. Naast het oorspronkelijke agrarische cultuurlandschap , kenmerken oude kernen, de dynamiek van Schiphol, de nieuwbouwwijken en de Stelling van Amsterdam het landschap.
Haarlemmermeer is een van de New Towns4 en een atypische gemeente, het ontbreekt aan een organische stedelijke groei vanuit een historisch centrum. In plaats daarvan bestaat de gemeente uit vele kernen met even zoveel verschillende sferen en culturen. Dat atypische en de twee karakteristieken ‘eigentijds verleden en internationale dynamiek (of dorps en stads) zijn vanzelfsprekend van invloed op het cultuurbeleid.
De regio
Haarlemmermeer wordt omringd door historische steden met een aantrekkelijke binnenstad en een historisch gegroeid cultureel voorzieningenniveau. Leiden is in Nederland de derde museumstad en monumentenstad en heeft een aantal grote culturele voorzieningen. Haarlem staat vijfde als monumentenstad, heeft vier grote culturele instellingen (Toneelschuur, Partronaat, Philharmonie en Schouwburg) en een aantal belangrijke musea. Amsterdam biedt een compleet internationaal aanbod kunst en cultuur.
Amstelveen is met 80.000 inwoners en op cultureel gebied te vergelijken met de kern Hoofddorp. In Amstelveen zijn een aantal culturele instellingen: twee kunstmusea, (pop) podia en een aantal andere culturele instellingen gevestigd.
Haarlemmermeer maakt onderdeel uit van de metropoolregio Amsterdam. De metropoolregio wil in 2020 tot de kopgroep (global gateway en economische hotspot) van Europese steden behoren. Samenwerking binnen de regio staat bij die ambitie voorop. De regio streeft ook naar het wegnemen van obstakels voor de groei van een aantal voor deze regio kansrijke clusters. De creatieve economie5 is een van de clusters en die heeft zeker raakvlakken met kunst en cultuur.
4. Op weg naar 2030, trends en financieel perspectief
Demografie: De bevolking van Haarlemmermeer zal naar verwachting doorgroeien tot ruim 170.000 inwoners in 2025. Afhankelijk van of alle ontwikkelingsmogelijkheden op het gebied van woningbouw benut worden, kan dit aantal inwoners na 2025 verder doorgroeien tot ongeveer 190.000. Haarlemmermeer heeft een relatief welvarende bevolking. In 2007 had ruim 34 procent van de huishoudens een besteedbaar inkomen van 40.000 euro of meer. Landelijk bedraagt dit percentage 25 procent.
Door voortdurende nieuwe instroom zal het aandeel jongeren tot 15 jaar de komende decennia in verhouding groot blijven, zeker vergeleken met de gemiddelden in heel Nederland. In nieuwe wijken komen immers relatief veel gezinnen met kinderen of jonge mensen met een kinderwens wonen.
Toch zal ook Haarlemmermeer vergrijzen. Het aandeel ouderen boven de 64 jaar zal stijgen van circa 11 procent in 2010 tot bijna 17 procent in 2025. In absolute aantallen is dit een verdubbeling van het aantal inwoners van 65 jaar en ouder in de komende 15 jaar. In de ‘historische kernen’ van Haarlemmermeer is vergrijzing de komende 15 jaar de demografische trend. Nu al wonen er veel tweepersoonshuishoudens in de oudere leeftijdscategorie en is de groep 55- tot 65-jarigen sterk vertegenwoordigd.
Economie: Door de kredietcrisis, de instabiliteit van de eurozone en de economische groei in opkomende landen is het lastig om economische trends te duiden. De ene groep economen waarschuwt voor een teruggang en inkrimping die langere tijd zal duren. Een andere groep voorziet juist op relatief korte termijn een terugkeer naar economische consolidatie. Een derde wijst op een transformatie naar nieuwe vormen van welvaart waarbij innovatie en duurzaamheid uitgangspunten zijn. Zeker is dat Nederland een omslag doormaakt naar een kennis- en diensteneconomie die op globale schaal opereert en daar groeimogelijkheden heeft. De verwachting is dat in de energie en voedselvoorziening niet de globale schaal, maar juist het lokale en regionale netwerk aan belang zal winnen. Onderwijs, innovatie en internationale uitwisseling worden steeds belangrijker. Op microniveau zal de consument een betere dienstverlening vragen en meer aan prijsvergelijking doen. Zolang de economische recessie voortduurt en overheidsbezuinigingen invloed hebben op het besteedbaar inkomen maken consumenten naar verwachting in de eerste jaren na 2011 tot op individueel niveau scherpekeuzes in uitgaven. Haarlemmermeer wordt, met haar netwerkeconomie, ook getroffen door de economische recessie. Toch doet de gemeente het relatief goed en dat wordt vooral veroorzaakt door de centrale ligging (internationaal door Schiphol, regionaal in de Randstad en virtueel nabij de grootste internet exchange van de wereld).
Ruimte: Sociale duurzaamheid en kwaliteit van de leefomgeving zijn belangrijke uitgangspunten bij de trends in ruimtelijke ontwikkeling. Daarbij worden knooppunten belangrijker en de toekomstige gebiedsontwikkeling kleinschaliger. Dit gebeurt door (particuliere) initiatieven te bundelen en nieuwe vormen van collectiefopdrachtgeverschap. Oude en nieuwe gebruikers en bewoners zullen steeds meebepalen wat de waarde en betekenis van een gebied is. Door verschillende oorzaken (nieuwe werkvormen, kantoorconcepten en economische ontwikkeling) neemt de leegstand in de traditionele kantoorhuisvesting toe. Het tegengaan van die leegstand vraagt om innovatieve oplossingen en meer tijdelijk (her)gebruik.
Sociaal: Het sociaal maatschappelijk leven rust steeds meer op netwerken van gelijkgestemden die zich vormen op specifieke onderwerpen en (hulp)vragen. Zo maken mensen deel uit van het netwerk rondom de school van de kinderen, van het werk, de opleiding en groeperen zich op hobby’s en met leefstijlen. De netwerken zijn steeds meer virtueel, maar krijgen vaker ook een (tijdelijke) fysieke vertaling. Het belang van ontmoeting, uitwisseling, kortdurende actie of hulp en gastvrijheid neemt toe. Het switchen tussen een digitale en een fysieke werkelijkheid wordt steeds meer gebruik, in 2030 is bijna iedereen tot 30 jaar van jongs af aan opgegroeid met digitale middelen en iedereen onder de 60 werkt dan al zijn hele loopbaan met digitale middelen.
Cultuur: Ook hier zet de trend door naar een mondiale populaire cultuur die bekend is bij een groeiende groep wereldburgers. Juist daardoor groeit ook de behoefte aan ontmoeting op lokale en regionale schaal. De uitwisseling op mondiaal niveau vindt steeds meer virtueel plaats, op lokaal en regionaal niveau vooral ook in fysieke flexibele netwerken. Culturele instellingen kunnen daarop inspelen door op smaak en leefstijl activiteiten en ontmoetingen te organiseren en meer belevenis en educatie te bieden. Op lokale en regionale schaal groeit de belangstelling voor de eigen context, identiteit en geschiedenis.
Zo draagt cultuur ook bij aan het vormen van een eigen identiteit en aspecten van burgerschap.
De overheid beperkt haar verantwoordelijkheid voor een culturele infrastructuur en kiest voor een verzakelijking van aansturing en bekostiging door prestatieafspraken en aanbesteding. Wanneer het culturele aanbod in gelijke mate als in 2011 afhankelijk blijft van overheidssubsidie zal dat aanbod in de toekomst afnemen. Culturele instellingen zullen moeten verzakelijken en meer draagvlak zoeken bij de markt en bij maatschappelijke partners en betrokken particulieren (deelnemers, vrienden, vrijwilligers). Dat vraagt ondernemingslust, het sluiten van maatschappelijke allianties, klantgerichtheid, nieuwe competenties en dus ook een andere manier van werken en benaderen van de markt.
Financieel perspectief: De rijksbezuinigingen hebben met ingang van 2011 effect op de gemeentebegroting en samen met meer taken /minder inkomsten (grondexploitatie) zal de omvang van de gemeentelijke investeringen afnemen.6 Voor kunst en cultuur betekent dit:
Gemeentelijk perspectief
De gemeente bezuinigt ook op kunst en cultuur. In 2013 en 2014 korten we de subsidie aan de drie grote instellingen met totaal 10%. De instellingen doen in 2012 een voorstel hoe zij de korting (efficiency) in 2013 door willen voeren. De tweede korting met ingang van 2014 realiseren de instellingen door keuzes te maken in activiteiten en de financiering van activiteiten door derden/ profijtbeginsel. Randvoorwaarden bij de uitvoering van de bezuinigingen formuleren wij in de uitvoeringsprogramma’s cultuur en de programma’s van eisen.
Een deel van het cultuurbeleid, onderdeel beeldende kunst financieren we uit de opbrengst van de grondexploitatie. De opbrengst neemt af en die trend zet naar verwachting door.
Provinciaal en Rijks perspectief
De gemeente Haarlemmermeer ontving provinciale bijdragen voor eenmalige subsidies amateurkunst. Deze bijdrage stopt met ingang van 2013. De gemeente Haarlemmermeer ontvangt een bijdrage van het ministerie van OCW voor de uitvoering van de regeling cultuurparticipatie (volkscultuur, cultuureducatie en amateurkunst) en matcht deze bijdrage. Deze regeling stopt met ingang van 2013. In plaats daarvan start een nieuwe regeling die de kwaliteit van de cultuureducatie in het onderwijs wil versterken. Indirecte effecten ondervindt het cultuurbeleid van de verhoging van de BTW op podiumkunsten en beeldende kunsten van 6% naar 19%7, de beëindiging van de provinciale subsidie cultuureducatie (2011), de kortingen op rijkssubsidies (fondssubsidies, muziek en theateraanbod) en de mogelijkheden van de nieuwe Geefwet8 die de ondernemingsruimte van culturele instellingen vergroot.
5. Uitkomsten van onderzoek en participatie
Atlas voor gemeenten: woonaantrekkelijkheid en cultuur
Atlas van gemeenten publiceert elk jaar ranglijsten van de 50 grote gemeenten. Die ranglijsten beslaan diverse thema’s waaronder kunst en cultuur en bieden informatie waar gemeenten beleid op kunnen baseren. Leefbaarheid, cultureel aanbod en kwaliteit van de binnenstad zijn van belang voor het houden en krijgen van jonge huishoudens en verklaart de aantrekkelijkheid voor de helft, de aanwezigheid van werk is de andere helft. De meeste aantrekkelijke woonlocaties zullen de komende jaren tegen de trend van krimp in blijven groeien. Steden die in trek zijn bij jonge huishoudens krijgen een jongere bevolking, en daardoor hogere geboortecijfers en – op langere termijn – lagere sterftecijfers.
Woonaantrekkelijkheid
De woonaantrekkelijkheidsindex bestaat uit acht indicatoren: bereikbaarheid van banen vanuit de stad, het culturele aanbod, de veiligheid, de kwaliteit van het culinaire aanbod, het aandeel koopwoningen, het aandeel vooroorlogse woningen en de aanwezigheid van een universiteit (in mindere mate HBO). Het gebrek aan voorzieningen en de steeds slechtere bereikbaarheid van werk vanuit de new towns leidt tot de verwachting dat ook zij last zullen hebben van krimp. Vanuit het cultuurbeleid kan Haarlemmermeer dit tegengaan door bij te dragen aan een goed cultuuraanbod in het centrum en gespreid over andere kernen. Niet concurrerend met de omliggende steden, maar voldoende om jonge gezinnen en tweeverdieners te bedienen. Overigens scoort Haarlemmermeer op de sociaaleconomische index het hoogste van de 50 grootste gemeenten. Op woonaantrekkelijkheid staat onze gemeente op plaats 17 en de gemeente is in grootte ook de 17e gemeente.
Cultuur
Op cultuur scoort Haarlemmermeer minder goed ten opzichte van de andere gemeenten. In popmuziek eindigt Haarlemmermeer op plaats 42 van de 50. Bij de podiumkunsten staan we hoger, op plaats 30.·. Met film halen we plaats 43, maar Haarlemmermeer zal in deze rangorde gaan stijgen met de komst van de nieuwe bioscoop. Bij erfgoed bungelt de gemeente onderaan op 45, ook dat is echter goed verklaarbaar omdat de polder nog relatief jong is en we weinig rijksmonumenten hebben. Bij beeldende kunst en musea staan we op 35.
Een op het eerste gezicht niet al te opwekkende score en daarmee een uitdaging voor de culturele instellingen en voor de gemeente om daar – op onze speerpunten – verbetering in te krijgen. Enige relativering is echter op zijn plaats, we maakten ook een vergelijking tussen Haarlemmermeer en de andere zogenaamde New Towns en dan blijkt dat Haarlemmermeer gemiddeld scoort: in vergelijking met de andere scoort podiumkunsten bij ons hoger, beeldende kunst en musea gemiddeld, film loopt achter en de bibliotheek loopt voor. Haarlemmermeer wijkt dus niet zo af van gemeenten met een min of meer gelijke ontwikkelingsgeschiedenis of plattegrond, behalve in erfgoed (verklaarbaar) en de woonaantrekkelijkheid (beduidend hoger)
Uitkomsten van onderzoek en participatie
Omdat we het belangrijk vinden dat ons cultuurbeleid aansluit bij wat culturele instellingen en inwoners vinden van het cultureel aanbod in de gemeente organiseerden we acht bijeenkomsten waarin culturele instellingen, experts en andere belanghebbenden hun mening konden geven over cultureel ondernemerschap, publieksbereik, jeugd en cultuur, cultuureducatie, cultuur en de kernen en cultuur en het landschap.
We kozen voor die onderwerpen op basis van de startnotitie en op basis van de uitkomsten van verschillende onderzoeken die we uitzetten. De gemeentelijke afdeling onderzoek deed groepsinterviews in verschillende kernen naar de beleving van cultuur. Ook interviewde de afdeling vertegenwoordigers van culturele instellingen en bevroeg het digipanel naar cultuurparticipatie9. Jongerenbureau Menes sprak met ruim 80 jongeren uit Haarlemmermeer over hun opvattingen over kunst en cultuur.
Jongeren geven de voorkeur aan interactieve activiteiten, waarbij zij actief kunnen kijken en leren. Vooral in musea stellen zij dat op prijs. Zij willen graag een cultureel aanbod dat gekoppeld is aan uitgaan, filmbezoek en festivals. Muziek heeft van alle vormen van cultuur de voorkeur, maar het aanbod vindt men vaak te duur, te ver weg of het past niet in hun drukke agenda’s. Jongeren wijzen culturele instellingen erop dat hun marketing niet aansluit bij de doelgroep jongeren. Dat laatste bleek ook tijdens een sessie met jongeren en culturele instellingen. Het gat tussen (sommige) culturele instellingen en jongeren is (te) groot. Te vaak wordt nog gedacht vanuit een volwassenenperspectief. Dat slaat niet aan. Er is voldoende aanbod voor jongeren maar de communicatie en marketing laat te wensen over. Het aanwezige aanbod bereikt de jongeren te weinig. Inspelen op de nieuwste ontwikkeling is een manier om de interesse van jongeren te trekken. Als ze eenmaal binnen zijn is er de mogelijkheid om ze te binden, of in ieder geval een deel van de jongeren. Hoe? Door jongeren zelf te laten beleven, zelf reclame te laten maken, zelf invloed te geven aan de activiteiten.
De inwoners van de kernen hechten grote waarde aan de cultuur van hun leefomgeving. Dat betreft het eigen verenigingsleven en andere culturele activiteiten en de geschiedenis van de plek waar men woont. Zowel tijdens de bijeenkomsten als uit het onderzoek blijkt dat de cultuurhistorie en de variëteit van het landschap meer dan nu inspiratiebron kunnen zijn voor hedendaagse en toekomstige cultuur. Ook de professionals stellen dat het unieke van de ontstaansgeschiedenis, het erfgoed en landschap meer gepresenteerd kan worden met beeldende kunst en architectuur. Met hulp van kunst en cultuur kunnen ook inwoners aangeven wat volgens hen de kwaliteiten van kernen en landschap zijn.
Haarlemmermeer is een atypische gemeente en dat maakt dat cultuurbeleid andere uitgangspunten en een andere uitvoering vraagt dan in een stad met een historisch stadshart en een organisch gegroeid cultureel aanbod. Het cultureel initiatief in de verschillende kernen van de gemeente vraagt vooral om slimme combinaties om huisvestingsproblematiek op te lossen en meer speelplekken, ateliers, broedplaatsen en tentoonstellingsruimten te krijgen. Het Cultuurgebouw en de daar gevestigde instellingen kunnen een rol spelen in het netwerk tussen de kernen. Vaak opperden de cultureel actieve inwoners het belang van culturele uitwisseling en manifestaties.
Cultuureducatie in het onderwijs heeft onze prioriteit. Tijdens een sessie over dit thema benadrukten de aanwezigen daarnaast ook het belang van de (buitenschoolse) educatieve activiteiten in de verschillende culturele instellingen. De proeven met Kunst in Leren, waarbij kunst en cultuur bijdragen aan het onderwijs in bijvoorbeeld lezen en rekenen vinden draagvlak bij het onderwijs. Daarnaast bepleit onder andere het onderwijs om het aanbod aan kunst en cultuureducatie divers te maken, nieuwe media toe te voegen, vaker een thematische aanpak te kiezen en ook in te zetten op de deskundigheidsbevordering van de docenten en doorlopende leerlijnen.
Cultureel ondernemerschap blijkt voor de instellingen een lastig onderwerp, vooral omdat niet iedereen weet wat het betekent en omdat de invoering gepaard gaat met bezuinigingen. De culturele instellingen geven aan dat zij tijd nodig hebben om meer ondernemend te worden. Vaak vraagt ondernemerschap andere vaardigheden dan tot voor kort noodzakelijk waren om een culturele instelling te leiden. Wanneer instellingen cultureel ondernemers worden is het zaak om ook naar de gemeentelijke subsidievoorwaarden van de algemene subsidieverordening te kijken. Zo geven de instellingen aan dat men behoefte heeft om meer eigen vermogen op te bouwen en meer lange termijn zekerheid te hebben in verband met te nemen ondernemingsrisico.
Digipanel 2011
In december 2011 zette de gemeente een enquête uit bij het gemeentelijk digipanel. De enquêtevragen gingen in op de actieve en passieve cultuurparticipatie in Haarlemmermeer. De uitkomsten konden we vergelijken met eerder onderzoek uit 2006. De respons was dit keer lager dan vijf jaar geleden (35% tegenover 46%); in totaal vulden 450 panelleden de digitale vragenlijst in. De respondenten tonen net als in 2006 een grote interesse in cultuur; 93% van de deelnemers geeft dat aan, tegenover 97% in 2006.
De respondenten hebben vooral belangstelling voor muziek (88%), theater (85%) en film (82%). Ook musea (76%) en literatuur (52%) zijn populair bij het digipanel. Inwoners jonger dan 50 hebben een voorkeur voor de film; 50-plussers prefereren het museum. Dans, film, musea en literatuur zijn vooral volgens de onderzoeksuitkomsten vooral voor beter opgeleiden attractief.
Hoewel de interesse in cultuur onder de respondenten groot is, zijn toch weinig mensen daadwerkelijk verbonden aan een culturele instelling. Ongeveer 1 van de 12 respondenten is lid van een instelling10, 6% is donateur, 6% werkt er als vrijwilliger en 3% als medewerker (in loondienst).
Instelling |
Bezoekers (in %) |
bezoekfrequentie (per jaar) |
Schouwburg De Meerse |
38 |
4 |
De Bibliotheek |
36 |
9 |
Pier K |
20 |
6 |
Merral Cinema Boulevard bioscoop |
19 |
2 |
Kunstfort Vijfhuizen |
14 |
1 |
Museum de Cruquius |
14 |
1 |
Historisch Museum Haarlemmermeer |
12 |
1 |
Filmhuis Het Oude Raadhuis |
11 |
2 |
Galerie De Meerse |
10 |
2 |
Poppodium Duycker |
10 |
2 |
Crash Luchtvaart en Verzetsmuseum '40-'45 |
5 |
2 |
Stichting Meer-Historie |
3 |
1 |
Rijksmuseum Schiphol |
2 |
1 |
Podium voor de Architectuur |
2 |
2 |
Historisch Archief Haarlemmermeer |
2 |
1 |
De afdeling onderzoek constateert geen noemenswaardige verschillen tussen de uitkomsten van het digipanelonderzoek 2006 en die van 2011. Ruim de helft van de Haarlemmermeerders (53%) heeft in de laatste 12 maanden één of meer culturele dan wel cultuurhistorische activiteiten bezocht. Eén op de vijf inwoners nam in de laatste 12 maanden ook actief deel aan één of meer culturele of cultuurhistorische activiteiten. Ruim één derde van de Haarlemmermeerders is tevreden over het gepresenteerde aanbod aan culturele of cultuurhistorische activiteiten; één op de tien is ontevreden. Bijna de helft van de respondenten vindt het aanbod aan cultuur in de gemeente toereikend. Ongeveer 1 op de 10 vindt het aanbod te beperkt.
Hoofdlijnen van sociaal, ruimtelijk en economisch beleid en raakvlakken met kunst en cultuur
We kondigden in de startnotitie al aan dat we het kunst en cultuurbeleid ook willen verbinden met economisch, ruimtelijk en sociaal beleid. Daartoe maakten we een scan van de kansrijke verbindingen. In het ruimtelijk domein verwoordt de nieuwe structuurvisie op de ruimtelijke ontwikkeling tot 2030 de ambitie om de atypische stedelijkheid te versterken, een duurzame en klimaatbestendige ruimte te waarborgen, de fysieke en sociale verbondenheid groter te maken en Haarlemmermeer te blijven positioneren als attractieve ontmoeting- en vestigingsplaats.
Op een aantal ambities en voornemens raakt de structuurvisie aan kunst en cultuur en zijn er goede kansen voor samenwerking. De kenmerken en waarden van het unieke landschap krijgen inhoud en vorm met cultuurhistorie, erfgoed, beeldende kunst, architectuur en educatie. Het Cultuurgebouw is een van de belangrijkste voorzieningen die het centrum van Hoofddorp attractiever kan maken. De optie dat in Haarlemmermeer in de toekomst een nieuw museumgebouw of een netwerk aan museale presentaties komt, is eveneens onderdeel van de structuurvisie.
Het economisch beleid zet in op de metropoolregio en bij die samenwerking kan cultuur aansluiten met creatieve economie en regionale afstemming van aanbod en voorzieningen. De kennis binnen het economisch beleid kan een rol spelen bij de ontwikkeling van het ondernemerschap in de culturele sector. Het startersbeleid kan relevant zijn voor culturele ZZP-ers en creatieve bedrijfjes. Bij herbestemming van leegstaande panden past ook een (tijdelijke) rol van cultuur (activiteiten, optredens, ateliers). Cultuurhistorie, de culturele festivals, het cultuurlandschap, culturele evenementen en monumenten dragen bij aan het evenementenbeleid dat recent is geactualiseerd.
Cultuur en sociaal beleid raken elkaar bij toptalent (sport en onderwijs), jongerenparticipatie, cultuur in het onderwijs en vrijwilligersbeleid (eerste prestatieveld WMO). In 2014 valt de gehele extramurale dagbesteding uit de AWBZ ook onder verantwoordelijkheid van de gemeente (WMO). Een deel van die dagbesteding bestaat uit creatieve activiteiten. Cultuur kan meer dan nu bij het uitvoeren van beleid samenwerken met gebiedsgericht beleid (programmering dorpshuizen, dorpsraden, wijkgericht werken, makelen van vraag en aanbod).
6. Kunst en cultuur in Haarlemmermeer
Culturele infrastructuur anno 2012
In oktober 2011 lanceerde de gemeente de CultuurAtlas Haarlemmermeer. Op deze website krijgen we een overzicht van de culturele infrastructuur in de gemeente. We vinden hier de professionele culturele instellingen, amateurorganisaties, de monumenten en de kunstwerken in de openbare ruimte. In Haarlemmermeer wonen verschillende professionele kunstenaars. De gemeente heeft 16 rijks -, 1 provinciaal, 47 gemeentelijke monumenten en 1 beschermd dorpsgezicht.
Onder de meer professionele instellingen scharen wij allereerst het Cultuurgebouw met Pier K, Schouwburg De Meerse, Bibliotheek Haarlemmermeer en Poppodium Duycker. In het Cultuurgebouw zijn ook Podium voor Architectuur (onderdeel van Pier K), Artquake (onderdeel van Duycker) en galerie de Meerse (onderdeel van Theater de Meerse) gevestigd.
Het Oude Raadhuis, een van onze monumenten, is een dependance van Theater de Meerse en brengt kleinschalig theater, film en beeldende kunst. Pier K heeft een tweede vestiging in Nieuw Vennep (met een brede culturele programmering) en voert diverse activiteiten gespreid over de gemeente uit. De bibliotheek heeft naast de hoofdvestiging 4 nevenvestigingen en (vooralsnog) een bibliobus.
Onder musea en erfgoed behoren Stichting Meerhistorie, Het Historisch Museum Haarlemmermeer, Museum De Cruquius, Museum Crash en het Historisch Archief Haarlemmermeer (gevestigd in het raadhuis). Deze organisaties zijn voor een deel gevestigd in cultuurhistorisch belangrijke objecten. Dit geldt ook voor Kunstfort bij Vijfhuizen, dat naast onderdeel van de stelling van Amsterdam ook een presentatie-instelling beeldende kunst is. In Badhoevedorp zit vrijwilligersorganisatie Galerie Kunst 2001. De gemeente kent veel beeldende kunst in de openbare ruimte en een beeldende kunst manifestatie die om het aantal jaar georganiseerd wordt.
Aan culturele evenementen en festivals kent Haarlemmermeer Mysteryland, Meerjazz en Meerlive en sinds 2011 de Week van de Amateurkunst. Meerwaarde organiseert het Zondagmiddagpodium, een reeks van optredens van muziek op verschillende locaties in de gemeente. Museum De Cruquius en De Meerse organiseren een concertreeks in het museum. De lokale omroep wordt verzorgd door Meeromroep, Het Oude Raadhuis en de Pier K vestiging in Nieuw Vennep vertonen (filmhuis) films en in Hoofddorp opent in april 2012 een nieuwe megabioscoop.
De luchthaven Schiphol heeft een dependance van het Rijksmuseum Amsterdam, een bibliotheek en verschillende kunsttoepassingen in de openbare ruimte.
Analyse van sterkten en zwakten
Wanneer we de culturele infrastructuur van Haarlemmermeer uit 2012 naast de uitkomsten van participatie en onderzoek houden dan zien we de volgende sterke en zwakke kanten.
Sterke kanten van de kunst en cultuur in Haarlemmermeer
- •
Het Cultuurgebouw dat we in 2011 openden is een zeer goed geoutilleerde en herkenbare accommodatie op een centrale plek in de gemeente.
- •
De museale activiteiten, de beeldende kunst initiatieven en de kunstwerken in openbare ruimte.
- •
Het open landschap van de polder, het werelderfgoed en herkenbare monumenten als bakens
- •
De spreiding van activiteiten en vestigingen van de Bibliotheek en Pier K in de kernen.
- •
Het diverse culturele initiatief verspreid over de vele kernen
- •
De kwaliteit en bereik van de cultuureducatie in het onderwijs
- •
Een groot (internationaal) cultureel aanbod in de omliggende gemeenten (inwoners van de gemeente hebben een grote keus)
Zwakke kanten van de kunst en cultuur in Haarlemmermeer
- •
Spreiding van het bereik van de professionele culturele voorzieningen in de kernen
- •
Het kleinere cultureel initiatief in de kernen participeert niet in een gemeentebreed cultureel netwerk
- •
Effectief ruimtegebruik in het Cultuurgebouw en de synergie en samenwerking tussen de instellingen in het Cultuurgebouw
- •
Te weinig ‘avond uit’ voorzieningen in Hoofddorp en geen goede bereikbaarheid (OV of fiets) van Hoofddorp
- •
De accommodatie van Historisch Museum Haarlemmermeer en de beperkte professionele formatie bij alle musea;
- •
De onbekendheid van de culturele unique selling points van Haarlemmermeer buiten de gemeente
- •
De cultuurmarketing gericht op de doelgroep jongeren
Gebaseerd op de sterke en zwakke kanten definiëren wij voor de toekomst de volgende kansen:
- •
Het Cultuurgebouw kan uitgroeien tot een aantrekkelijk en levendig cultureel centrum en daarmee de ontmoetingsplek van Haarlemmermeer (lokale functie);
- •
Verbinden van het landschap en het erfgoed met musea, beeldende kunst en kunst in de openbare ruimte (regionale/ nationale functie);
- •
Verbinden van de instellingen in het Cultuurgebouw met het vele cultureel initiatief in de kernen, verstevigen van het culturele netwerk tussen de 26 kernen;
- •
Uitbreiden van Cultuureducatie en meer verankeren in het onderwijs;
- •
Afstemmen van cultureel aanbod Haarlemmermeer met het aanbod in de regio;
- •
Samenwerken met andere beleidsterreinen, gebruik maken van de kennis & kunde in de gemeentelijke organisatie
De kansen werken wij uit in ons kunst en cultuurbeleid, maar daarbij houden we rekening met de volgende beperkingen en bedreigingen:
- •
De gemeentelijke bezuinigingen kunnen effect hebben op de omvang van het activiteitenpakket van de grotere culturele instellingen en de mogelijkheid bestaat dat er tussen 2013 en 2030 aanvullende bezuinigingen moeten plaatsvinden.
- •
De budgetten voor kunst en cultuur bij het rijk en de provincie nemen met ingang van 2013 af. Dat heeft een indirect effect op een aantal instellingen en culturele activiteiten in onze gemeente.
- •
De inwoners van de gemeente merken de bezuinigingen ook in hun eigen portemonnee en zullen hun individuele bestedingspatroon aanpassen. Dat kan effect hebben op de vraag naar kunst en cultuur. Zeker wanneer de tarieven, contributies en toegangsprijzen stijgen.
- •
De Musea en de beeldende kunst organiseren een aanbod dat ook buiten de gemeente aandacht kan trekken. De instellingen die hierin werkzaam zijn blijken echter kwetsbaardoor een gebrek aan professionele krachten en een deels slechte huisvesting
- •
Het Cultuurgebouw is groot en de vraag is of de huidige instellingen het gebouw genoeg kunnen blijven vullen. Met (cultureel) ondernemerschap en samenwerking moeten de instellingen de ruimte krijgen om het gebouw met activiteiten te blijven vullen.
7. Een visie op kunst en cultuur 2013 – 2030
Vanuit de inhoud van onze startnotitie en de uitkomsten van de daaropvolgende onderzoeken en bijeenkomsten hebben wij een beeld van de ambitie van de culturele instellingen in onze gemeente en de wensen van inwoners en bezoekers. Ook kunnen we aangeven welke kansen we willen verzilveren en met welke risico’s we dan rekening moeten houden. In dit hoofdstuk vertalen we de voorgaande informatie in een visie, vijf speerpunten van beleid en de rol van de gemeente.
Uit de opbrengst van onderzoek en participatie11 zijn de navolgende elementen gedestilleerd:
Geur, kleur en smaak
Wij willen dat kunst en cultuur de komende jaren de smaak, geur en kleur van de gemeente Haarlemmermeer verbeelden. Door een breed en divers cultureel aanbod is en blijft Haarlemmermeer een aantrekkelijke gemeente waar je nu en over twintig jaar graag wilt wonen, werken en verblijven.
Draagvlak
Wij willen dat kunst en cultuur in Haarlemmermeer herkenbaar zijn voor bewoners en bezoekers, uitnodigen tot betrokkenheid en een breed draagvlak hebben bij de culturele instellingen, het onderwijs, bewoners en ondernemers. Wij versterken het culturele klimaat, zodat de culturele en economische aantrekkingskracht van de gemeente vergroot.
Culturele activiteiten voor bewoners en bezoekers
Wij willen dat Haarlemmermeer een goed cultureel aanbod biedt voor de eigen inwoners en een aantal waardevolle culturele hoogtepunten en levendige culturele evenementen die voor zowel de inwoners als bezoekers aantrekkelijk zijn. Wij hechten bij het bieden van dat cultureel aanbod grote waarde aan het eigen initiatief, innovatie en het creatief vermogen van mensen.
Synergie en verbindingen
Het nieuwe cultuurbeleid gaat het culturele netwerk in Haarlemmermeer versterken tussen de vele kernen, tussen het cultureel initiatief en tussen ons cultureel verleden, heden en toekomst: synergie en verbindingen staan centraal!
Visie
Uit bovenstaande hebben wij onze visie voor de periode 2013 – 2030 gedefinieerd:
Naast wonen, werken en recreëren is een goed en kwalitatief cultureel aanbod een essentiële pijler voor het maatschappelijke belevingsniveau van Haarlemmermeer. Dit biedt onze inwoners niet alleen waardevolle culturele hoogtepunten en levendige culturele evenementen, tevens draagt dit actief bij aan de eigen verbondenheid en betrokkenheid.
De versterking van het culturele klimaat en het culturele netwerk zal, binnen een breed draagvlak samen met culturele instellingen, het onderwijs en ondernemers, bijdragen aan de stimulering van het cultureel initiatief en het innovatief en creatief vermogen van mensen.
Kunst en cultuur zal zo de smaak, geur en kleur van de gemeente Haarlemmermeer verbeelden, waardoor de culturele en economische aantrekkingskracht van de gemeente wordt vergroot.
Strategie: vijf speerpunten
Voor het realiseren van onze visie kiezen wij voor vijf speerpunten van beleid voor de lange termijn:
- •
Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen
- •
Cultureel ondernemerschap
- •
Cultuureducatie en jongerencultuur
- •
Landschap en geschiedenis als inspiratiebron
- •
Specialiseren en samenwerken in een regio
Deze vijf speerpunten geven inhoudelijk richting aan ons kunst en cultuurbeleid en zijn gebaseerd op de uitkomsten van het traject dat vooraf ging aan deze cultuurnota. In de uitvoeringsprogramma’s die wij met ingang van 2013 elke vier jaar opstellen vertalen wij de speerpunten naar de korte/ middellange termijn.
Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen
Het centrum van de culturele infrastructuur in onze gemeente is het activiteitenprogramma in het Cultuurgebouw en de daarin samenwerkende instellingen. Daar wordt een belangrijk deel van het cultureel aanbod voor de inwoners van Haarlemmermeer ontwikkeld en voor een deel ook weer verspreid over de andere kernen in de gemeente.
Maar het mag niet zo zijn dat het activiteitenprogramma van het Cultuurgebouw zich tot Hoofddorp beperkt. Het Cultuurgebouw bouwt, als spil, aan een levendig netwerk met het cultureel initiatief in de kernen en tussen de cultureel initiatieven in de kernen. Dat geldt voor de culturele activiteiten van de instellingen in het Cultuurgebouw in de kernen en voor het kleinschalige cultureel initiatief en de verenigingen in de 26 kernen. Ook de activiteiten van dit initiatief zijn divers en rijk, dat blijkt al uit de Cultuuratlas en verdienen het om door meer mensen te worden ervaren. Juist het Cultuurgebouw kan daarin een functie vervullen door het verbinden van dat cultureel (amateur) initiatief en het bieden van ondersteuning. Bij het laatste denken we aan het koppelen van vraag en aanbod naar podia, oefenruimtes, ateliers en dergelijke.
Als gemeente versterken we het cultureel initiatief in en tussen de kernen met onze genormeerde en eenmalige subsidies, want onderzoek toont aan dat een euro overheidsinvestering in amateurkunst tien euro oplevert12. We stellen daarbij de voorwaarde dat de ongeveer veertig amateurkunst – en volkscultuurinitiatieven naast de activiteiten in de eigen kern twee keer per jaar mee doen aan kernoverstijgende of gemeentebrede manifestaties.
Cultureel ondernemerschap
Het cultureel aanbod in de gemeente wordt verzorgd door de vier culturele instellingen in het Cultuurgebouw, een middensegment van culturele instellingen en een rijk cultureel (amateur) initiatief. Wij vinden het belangrijk dat de professionele instellingen alleen en samen op innovatieve en ondernemende wijze het aanbod verzorgen door actief doelgroepen op te zoeken, rekening te houden met de vraag en nieuwe producten te ontwikkelen. We bieden de instellingen de ruimte om een deel van hun benodigd budget met (nieuwe) allianties (bedrijfsleven, maatschappelijke partners, vriendenverenigingen en deelnemers), kostenbesparingen en nieuwe tariefstellingen te verdienen. Maar ondernemerschap en innovatie zijn niet alleen van belang omdat de overheidssubsidies teruglopen. Ondernemerschap is ook van belang om als culturele instelling nu en in de toekomst de concurrentie aan te kunnen gaan op de vrijetijdsmarkt en het publieksbereik op peil te houden. We passen binnen de kaders van de algemene subsidieverordening onze afspraken met de instellingen aan om cultureel ondernemerschap en innovatie te stimuleren.
Cultuureducatie en jongerencultuur
We stimuleren het creatief vermogen van kinderen door aansluiting van cultuur in het onderwijs en ondersteunen de kennismaking van leerlingen met kunst en cultuur door een brede mix te maken van de methodiek van Kunstmenu en Cultuurparcours, Kunst in Leren en doorlopende leerlijnen. De vraag van het onderwijs is daarbij voor ons leidend. Het is belangrijk dat culturele instellingen maatwerk kunnen leveren aan het onderwijs en ook zorgen voor een educatief aanbod voor de eigen bezoekers. We vinden het belangrijk dat er in de gemeente een consistent aantrekkelijk cultureel aanbod is voor jeugd en jongeren, want die doelgroep is relatief groot in de gemeente. We vinden het belangrijk dat deze groep Haarlemmermeer blijft waarderen als een aantrekkelijke gemeente. Dat betekent ook dat de culturele instellingen in onze gemeente hun marketing ook op de doelgroep jongeren richten.
Landschap en geschiedenis als inspiratiebron
De inwoners van Haarlemmermeer hechten belang aan de cultuurhistorie, de ontstaansgeschiedenis, de vormen en lijnen in het landschap, de tegenstelling tussen dynamiek en rust en de relatie met de hedendaagse en toekomstige vormgeving in beeldende kunst, architectuur en museale presentaties. Deze kwaliteiten van Haarlemmermeer zijn unieke kwaliteiten waarop ook publiek van buiten de gemeente afkomt. Naast het netwerk van het Cultuurgebouw onder ons eerste uitgangspunt zien wij hierin een tweede netwerk dat bijdraagt aan een aansprekend cultureel programma: de activiteiten van de musea, cultuurhistorie, bibliotheek en archief, architectuur en de beeldende kunst.
De museale infrastructuur verbetert door de samenwerking tussen het Historische Museum Haarlemmermeer/ Meerhistorie en Museum De Cruquius en het voornemen om ook daadwerkelijk te fuseren. Wanneer de plannen voor nieuwbouw op het terrein van De Cruquius werkelijkheid worden, dan levert dat een museum op dat in potentie de hele geschiedenis van de Haarlemmermeer kan laten zien en ook een verbinding kan maken met de toekomstige ontwikkelingen in deze gemeente. Een museum dat eveneens een bijdrage kan leveren aan citymarketing en het cultureel bewustzijn van de inwoners van Haarlemmermeer.
Specialiseren en samenwerken in een regio
Haarlemmermeer is onderdeel van de metropoolregio en omringd door een aantal belangrijke culturele steden. Wij geven in ons beleid daarom prioriteit aan die culturele programmering die bestemd is voor onze eigen inwoners en die activiteiten die voortkomen uit de unieke kwaliteiten van Haarlemmermeer. Daarnaast willen we op een aantal onderwerpen regionale samenwerking en afstemming organiseren.
Rol gemeente
Gemeenten hebben in de taakverdeling tussen rijk, provincies en gemeenten de verantwoordelijkheid om deelname aan kunst en cultuur voor alle burgers mogelijk te maken. De eigen beleidsruimte is daarin groot. De gemeentelijke overheid heeft alleen wettelijke taken in de monumenten en archeologie en bij de lokale omroep en de uitvoerende taken van de bibliotheek. Daarbovenop maken gemeenten afspraken met het ministerie van OCW en landelijke cultuurfondsen om taken uit te voeren zoals in de uitvoering van cultuureducatie en beeldende kunst en vormgeving.
Wat een gemeente daarbuiten aan verantwoordelijkheid op zich neemt is een eigen keuze. De gemeente bepaalt dus grotendeels zelf hoe ver de ambitie op cultureel gebied reikt. Haarlemmermeer heeft cultuurbeleid als een van de zeven bestuurlijke ambities benoemd, omdat we de afgelopen twintig jaar voorzieningen hebben opgebouwd, die passen bij de bevolkingsomvang en het atypische karakter van onze gemeente. Nu de voorzieningen er zijn vinden wij het belangrijk dat er in en vanuit die voorzieningen activiteiten worden ontwikkeld en ondersteund die de kernen, inwoners en bezoekers van deze gemeente met elkaar verbinden.
In de uitvoeringsprogramma’s die we opstellen om deze Cultuurvisie te realiseren werken wij de vijf bovengenoemde speerpunten van beleid uit in doelen en inspanningen. Die inspanningen leveren wij slechts voor een beperkt deel zelf, wij verwachten dat de culturele instellingen in de gemeente vanuit hun deskundigheid en activiteitenaanbod meewerken in het behalen van de doelen. Onze rol daarbij is subsidiënt van prestaties die de culturele instellingen leveren, eigenaar van culturele accommodaties en regisseur van een goede spreiding van kunst en cultuur over de gemeente en van samenwerking en afstemming in de regio. Bij het uitoefenen van onze rol zijn ruimte voor cultureel ondernemerschap en het doorvoeren van deregulering onze uitgangspunten.
Deel 2: Uitvoeringsprogramma Cultuur: 2013 – 2016
1. Inleiding
Om onze Cultuurvisie 2013 – 2030 uit te voeren hebben we het voor u liggende programma cultuur opgesteld dat geldt voor de periode 2013 - 2016. Het programma bestaat uit vijf programmalijnen, die voortkomen uit de speerpunten van onze Cultuurvisie:
- 1.
Het Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen
- 2.
Cultureel ondernemerschap
- 3.
Cultuureducatie en cultuur voor jongeren
- 4.
Landschap en geschiedenis als inspiratiebron
- 5.
Samenwerken en specialiseren in een regio
Een keer in de vier jaar evalueren wij waar we staan in het bereiken van onze visie. Met de uitkomsten van die evaluatie, de politieke actualiteit en inbreng van belanghebbenden formuleren we elke vier jaar per programmalijn opnieuw ons beleid en nemen we de daarbij horende prestaties, planning, uitvoerende organisaties en het beschikbare budget op. Dat betekent dat we verwachten in vier programmaperioden (2013 – 2016, 2017 – 2020, 2021 – 2014, 2025 – 2028) onze visie te verwezenlijken. In 2028 is het dan weer tijd om onze visie als geheel tegen het licht te houden.
We kiezen voor een programmatische aanpak, omdat we zo concreet inzicht kunnen geven in de meerjarige doelen en inspanningen van ons cultuurbeleid. Door dat inzicht kunnen ook culturele instellingen en andere betrokkenen mee werken aan de doelen van beleid. Wij verwachten dat door onze gezamenlijke inzet het cultureel aanbod voor inwoners en bezoekers aan omvang, levendigheid en kwaliteit wint.
Leeswijzer
Bij de beschrijving van de programmalijnen hebben wij gekozen voor een volgorde waarin we eerst ingaan op het Cultuurgebouw als spil in een netwerk van 26 culturele kernen, daarna onze aanpak van cultureel ondernemerschap toelichten, vervolgens ons cultuureducatiebeleid presenteren en ingaan op de relatie tussen jongeren en culturele aanbod. Daarna komt de programmalijn landschap en geschiedenis als inspiratiebron aan bod en de laatste programmalijn gaat in op samenwerken en afstemmen in de regio. Na de beschrijving van de vijf programmalijnen staat een overzicht van de culturele instellingen in Haarlemmermeer die bijdragen aan het realiseren van de programmalijnen. Voor het uitvoeren van die prestaties ontvangen deze instellingen subsidie. Naast het overzicht van de instellingen gaan we daar kort in op de nieuwe verdeelregelingen. Aan het eind vindt u een financieel overzicht van de begroting voor de uitvoering van het programma.
evalueren en meten van de uitvoering
Het evalueren en meten van het bereik van onze beleidsdoelen is van belang om op koers te blijven bij de uitvoering van onze visie. Met de uitkomsten van evaluatie en onderzoek kunnen wij onze programmadoelen zo nodig aanpassen en actualiseren. Evalueren en meten doen wij gedurende de looptijd van het programma op drie manieren:
- 1.
In het eerste kwartaal van het vierde jaar van het uitvoeringsprogramma (het eerstkomende jaar is 2016) evalueren we de voortgang van de uitvoering. De uitkomst van de evaluatie is van invloed op de vierjaarlijkse bijstelling en actualisatie van het programma. Doel van de evaluatie is het meten en beoordelen van de effectiviteit van ons cultuurbeleid;
- 2.
Elk jaar vragen wij de instellingen in het Cultuurgebouw om een bijeenkomst te organiseren voor het cultureel initiatief in Haarlemmermeer waarbij (één van) de programmalijnen uitgangspunt zijn. Doel van de bijeenkomst is ontmoeting, kennisuitwisseling, netwerkvorming en draagvlak13.
- 3.
De afdeling onderzoek voert elk vierde jaar een onderzoek uit naar de cultuurparticipatie in Haarlemmermeer. Het meest recente onderzoek is van 2011. Begin 2016 herhalen we dit onderzoek en vergelijken de uitkomsten met 2011 en 2008. Doel is inzicht in de vraag van de inwoners naar cultureel aanbod en het stimuleren van een bij die vraag passend aanbod
Los van deze acties nemen wij in de programma’s van eisen op dat elke culturele instelling met een prestatiesubsidie een keer in de twee jaar een klanttevredenheidsonderzoek uitvoert.
2. Programmalijn: Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen
Een levendig Cultuurgebouw fungeert als ontmoetingspunt in de Haarlemmermeer en onderhoudt een netwerk van en tussen het cultureel initiatief in de kernen verspreid over de gemeente.
Stand van zaken
In 2011 opende het nieuwe Cultuurgebouw haar deuren waarin Pier K, de Bibliotheek Haarlemmermeer, Poppodium Duycker en Theater De Meerse gehuisvest zijn en een groot deel van hun activiteiten ontwikkelen. Het Cultuurgebouw is bewust in Hoofddorp gevestigd omdat daar, in de grootste kern, het centrum van de gemeente Haarlemmermeer is. Elke grotere stad kent culturele podia en culturele instellingen die overdag en ’s avonds culturele activiteiten organiseren en waar bewoners uit kunnen gaan.
Naast Hoofddorp bestaat onze gemeente ook uit 25 andere kernen en in al die verschillende kernen zijn er inwoners cultureel actief of (potentieel) belangstellend. Die geografische opbouw van de gemeente levert spanning op bij het maken van beleidskeuzes en in het organiseren van een activiteiten-aanbod. Want wat kun je alleen centraal aanbieden en welke voorzieningen en activiteiten horen dicht bij de inwoners in de buurt? Voor een deel van het aanbod kunnen we verwachten dat inwoners naar Hoofddorp komen, maar voor een deel van de activiteiten kunnen we dat niet. Dat geldt bijvoorbeeld voor kinderen en senioren, die minder makkelijk zonder begeleiding grotere afstanden afleggen.
Bibliotheek Haarlemmermeer en Pier K bieden daarom een deel van hun programma aan in nevenvestigingen buiten Hoofddorp. De Bibliotheek heeft locaties in Hoofddorp centrum, Hoofddorp Floriande, Badhoevedorp, Nieuw-Vennep en Zwanenburg en voorlopig nog een bibliobus14. Pier K heeft een nevenvestiging in Nieuw Vennep en voert activiteiten uit op locatie (bijvoorbeeld op scholen). Naast de activiteiten voor cultuureducatie heeft Pier K een programma voor culturele activiteiten in de kernen (Kunst in de Wijk). Theater de Meerse heeft een tweede kleine vestiging in het historische Oude Raadhuis, maar dat is vlakbij het Cultuurgebouw in Hoofddorp. De lokale omroep, Meeromroep, is toegankelijk in alle kernen.
De gemeente is eigenaar van het Cultuurgebouw en subsidieert een groot deel van de activiteiten van de daar gevestigde culturele instellingen. De gemeente subsidieert verschillende culturele instellingen die buiten Hoofddorp gevestigd zijn en verleent genormeerde en eenmalige subsidies amateurkunst, podiumkunsten en beeldende kunst aan verenigingen, festivals en kunstenaars gespreid over Haarlemmermeer.
Ontwikkelingen
Wanneer we kijken naar het Cultuurgebouw en de relatie tussen culturele initiatieven en instellingen in de 26 kernen in onze gemeente zien we de volgende ontwikkelingen die van invloed zijn op de uitvoering van het cultuurbeleid:
- •
De CultuurAtlas Haarlemmermeer is een digitale kaart van het cultureel initiatief in de gemeente. We startten de website in 2011 en elk initiatief kan zich melden om opgenomen te worden in het bestand. De website geeft een overzicht van het culturele initiatief en dat blijkt rijk en goed gespreid over de gemeente. Uit het onderzoek en de participatie ter voorbereiding van de nieuwe Cultuurnota bleek dat het cultureel initiatief in Haarlemmermeer vooral naar slimme combinaties van vraag en aanbod (oefenruimtes, ateliers, podia, optredens, exposities) en een platform voor afstemming zoekt.
- •
Met de komst van het Cultuurgebouw en de activiteiten van de musea in onze gemeente kunnen we een aantal kansrijke culturele netwerken aanwijzen die de culturele initiatieven in de kernen op inhoud en samenwerking bindt:
- o
Het eerste netwerk bestaat uit de samenwerking tussen de vier instellingen in het Cultuurgebouw (inclusief Podium voor Architectuur).
- o
Het tweede netwerk bestaat uit de samenwerking tussen Bibliotheek Haarlemmermeer, Podium voor Architectuur, het Historisch Archief Haarlemmermeer, Museum de Cruquius, Historisch Museum Haarlemmermeer, Meerhistorie, Kunstfort bij Vijfhuizen en museum Crash.
- o
Het derde netwerk bestaat uit de samenwerking van het Cultuurgebouw met het cultureel initiatief in de kernen met de nevenvestigingen, servicepunten, wijkprojecten, festivals (Week van de Amateurkunst) en een potentiele verwijs – en makelaarsfunctie voor verenigingen, initiatieven en instellingen.
- o
Het vierde netwerk is de omroep die vanuit de primaire functie de kernen met radio en televisie verbindt.
- o
- •
Met de verdeelregel genormeerde subsidies Amateurkunst ondersteunen wij ongeveer veertig verenigingen en initiatieven amateurkunst verspreid over de gemeente. De gemeenteraad heeft ingestemd met ons voornemen om voor deze verdeelregel meer inhoudelijke criteria te ontwikkelen. Naast de verdeelregel amateurkunst voeren wij nog een paar andere kleiner verdeelregels uit. Wij willen de inhoudelijke criteria en de methodiek meer stroomlijnen waardoor we het aantal verdeelregels terug kunnen brengen15.
- •
Het programma Cultuurparticipatie dat we, samen met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW), financieren houdt na 2012 op. Een van de drie thema’s in dit programma is amateurkunst16. Eerder beëindigde de provincie de ondersteuning van de amateurkunst in de gemeente.
- •
Geen enkele culturele instelling, in en buiten het Cultuurgebouw, ontkomt de komende jaren aan de gevolgen van economische recessie, onder andere via een korting op de gemeentesubsidie. In 2011 besloten wij al tot een korting van 10% op drie van de vier hoofdbewoners van het Cultuurgebouw. Het doorvoeren van die korting betekent dat er bij de instellingen in het Cultuurgebouw keuzes in werkwijze en programma gemaakt moet worden die effect kunnen hebben op de spreiding van activiteiten en diensten over de gemeente.
- •
De omroep maakte met ons de afspraak dat zij met ingang van 2013 zover zelfstandig zal zijn dat de gemeentelijke bijdrage terug kan naar het wettelijk minimum van 1,30 per huishouden.
Doelen 2013 - 2016
- 1.
Het Cultuurgebouw groeit uit tot de spil, makelaar en aanjager in een gemeente breed en actief cultureel netwerk
- 2.
Er is met ingang van 2013 aantoonbaar meer uitwisseling tussen de culturele initiatieven en organisaties in de kernen en het publiek.
Voornemens 2013 – 2016
Rekening houdend met de ambitie om met ons cultuurbeleid de kernen te verbinden en uitgaande van bovenstaande ontwikkelingen zetten wij de komende vier jaar in op:
- •
Het Cultuurgebouw groeit als culturele trekpleister in de Haarlemmermeer. Daar gaan de inwoners uit en naar het theater, naar concerten en speciale evenementen toe. Bezoekers van het winkelcentrum en van (straks de bioscoop) kunnen hun bezoek combineren met een activiteit in Pier K, de Bibliotheek, een bezoek aan een van de tentoonstellingen of een avond uit naar het theater of naar een popconcert. Deze functie van het Cultuurgebouw als geheel en de activiteiten van de daarin gevestigde instellingen heeft nog groeipotentie, zeker nu ook de bioscoop is geopend en de levendigheid van het plein toeneemt. Het Cultuurgebouw is dan het bloeiende centrum van cultuur en ondersteunt van daaruit het cultureel initiatief in de kernen. Het thema van onze citymarketing ‘ontmoeten en verbinden’ is ook hierbij het motto. Dat betekent dat het Cultuurgebouw de activiteiten in de kernen ondersteunt, een plek geeft en in zoveel mogelijk kernen (nieuwe) diensten aanbiedt. Dat laatste hoeft niet per se in een eigen gebouw, maar kan ook door samen te wonen (bijvoorbeeld in dorpshuizen), nieuwe vormen van dienstverlening (digitaal) en door inzet van vrijwilligers. Het Cultuurgebouw, en dan vooral de Bibliotheek en Pier K (inclusief Podium Architectuur), heeft door vestigingen en activiteiten elders in de gemeente een netwerk dat raakt aan het vele culturele initiatief in de kernen. Wij willen dat de rol van Het Cultuurgebouw in dat netwerk (nog) meer de rol van spil, makelaar en aanjager wordt.
- •
Wij vinden ook dat bij de keuzes die de Bibliotheek, De Meerse en Pier K maken om binnen hun activiteiten de bezuiniging op de gemeentelijke subsidie op te vangen dit ‘ontmoeten en verbinden’ leidraad moet zijn. Anders gezegd wij vinden dat deze culturele instellingen de bereikbaarheid en het op peil houden van activiteiten in de kernen mee moeten laten wegen. Wij vinden dat minimaal de drie grotere gebieden waarin we de polder indelen van diensten moeten worden voorzien17 Om de serviceverlening in de gebieden op peil te houden kunnen de instellingen kiezen voor nieuwe innovatieve vormen van dienstverlening en bijvoorbeeld ook multifunctioneel ruimtegebruik. Parallel daaraan kunnen de instellingen kiezen voor meer efficiency, samenwerking, kostenbesparing en ondernemerschap in het Cultuurgebouw.
- •
Wij hechten aan de historische en culturele functie van het Oude Raadhuis. Juist in die voor de gemeente zo symbolische accommodatie komt een aanbod van kleinschalig cultureel amateurinitiatief uit de gemeente, startende podiumkunstenaars, film en try-outs samen. Het Oude Raadhuis is een van de drie podia waarop Theater de Meerse activiteiten ontplooit. Wij vinden dat het Oude Raadhuis daarbinnen een onderscheidend profiel heeft. Wij gaan de begane grond van Het Oude Raadhuis ‘losknippen’ van de culturele functie en verhuren aan een commerciële partij. Voorwaarde is dat de nieuwe horecagelegenheid samenwerkt met Theater de Meerse.
- •
Wij passen de verdeelregel genormeerde subsidies amateurkunst aan en maken daarnaast een nieuwe verdeelregel eenmalige subsidies culturele projecten. In de eerste verdeelregel passen amateurkunstinitiatieven uit de hele gemeente, waarbij wij de prestatie verlangen dat het initiatief participeert in de Week van de Amateurkunst en in een andere ‘kern-overstijgende’ activiteit. De nieuwe verdeelregel culturele projecten bundelt het budget van alle huidige kleine verdeelregels. Voorwaarde voor subsidie is dat het project in inhoud en/of uitvoering en publieksbereik boven de kernen uitstijgt. De expositieactiviteiten van Galerie De Meerse verplaatsen wij van Theater de Meerse naar de samenwerkende culturele instellingen in het Cultuurgebouw.
- •
Wij vragen de instellingen in het Cultuurgebouw om een digitale marktplaats in te richten waarop (culturele) initiatieven en inwoners culturele vraag en aanbod kunnen plaatsen en uitwisselen. We linken de digitale marktplaats aan de CultuurAtlas. Naast de digitale marktplaats kunnen initiatieven uit de kernen ook contact leggen met de gemeentelijke gebiedsmakelaars. Juist zij kennen de kernen en de gemeentelijke organisatie van binnenuit en kunnen culturele vragen koppelen aan aanbod en faciliteiten.
- •
Wij vinden dat de functies van de Meeromroep en de Bibliotheek raakvlakken vertonen (informatievoorziening, (nieuwe) media, debat) en vinden dat de activiteiten van beide instellingen elkaar op termijn kunnen versterken. Een dergelijke samenwerking kan op termijn invulling geven aan de verbinding tussen Hoofddorp en de kernen en een bijdrage leveren aan de informatieverspreiding in de gemeente.
Realisatie en prestaties
Het realiseren van onze voornemens vraagt aan de gemeente en aan betrokken culturele instellingen specifieke inspanningen en prestaties. Het Cultuurgebouw wint aan uitstraling wanneer de vier bewoners, individueel en gezamenlijk nog meer zorgen voor een dynamisch en aansprekend aanbod. Dan wordt het Cultuurgebouw het bruisend cultureel ontmoetingscentrum waar alle inwoners van Haarlemmermeer kunst en cultuur kunnen ademen en beleven.
Het Cultuurgebouw zal andersom ondersteuning en plek moeten bieden aan de vele amateurinitiatieven om de culturele activiteiten in de kernen zichtbaar te maken. Hiertoe zal minimaal 1 jaarlijks gemeente breed festival ‘Week van de Amateurkunst”(WAK) worden georganiseerd. In de WAK kan het cultureel initiatief uit de kernen zich presenteren en wordt uitwisseling gestimuleerd. De samenwerkende instellingen in het Cultuurgebouw zetten in op het ondersteunen van cultureel initiatief in de kernen en op de inrichting van een digitale marktplaats voor vraag en aanbod tussen culturele verenigingen en aanbieders van werkruimte, speelplekken en andere faciliteiten.
Daarnaast vergroten we de afstemming tussen vraag en aanbod (professioneel en amateur) in de kernen door de inzet van de gemeentelijke gebiedsmanagers.
De gemeente zal bovenstaande met prestatie afspraken borgen en stimuleren. Naast de bestaande prestatiesubsidies met de grotere culturele instellingen stelt de gemeente twee verdeelregels op: genormeerde subsidies voor het amateurkunstinitiatief in de kernen en eenmalige subsidies voor kern overstijgende culturele projecten.
De prominente uitvoerders in deze programmalijn zijn:
- •
Pier K, Bibliotheek Haarlemmermeer, Theater de Meerse en
-
Poppodium Duycker (Cultuurgebouw)
- •
Meeromroep
- •
Amateurkunstinitiatieven en verenigingen en (semi) professionale instellingen cultuur
- •
Gemeente
Termijn
2013 - 2016
Budget
Budget verdeeld per lijn |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
510 Openbare bibliotheek/recreatie |
6.192 |
6.171 |
5.860 |
5.860 |
5.860 |
512 Kunstzinnige vorming |
6.468 |
6.406 |
6.085 |
6.085 |
6.085 |
513 Overig ontwikkelingswerk |
388 |
238 |
213 |
213 |
213 |
540 Kunst |
5.125 |
5.070 |
4.920 |
4.920 |
4.920 |
484 Subsidie kunst |
73 |
73 |
73 |
73 |
75 |
627 Jongerenwerk |
15 |
15 |
15 |
15 |
15 |
|
18.262 |
17.974 |
17.166 |
17.166 |
17.168 |
Mutaties Cultuurnota |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
510 Openbare bibliotheek/recreatie |
|
-101 |
-101 |
-101 |
-101 |
512 Kunstzinnige vorming |
|
-209 |
-209 |
-209 |
-209 |
513 Overig ontwikkelingswerk |
|
30 |
30 |
30 |
30 |
540 Kunst |
|
24 |
24 |
24 |
24 |
484 Subsidie kunst |
|
|
|
|
|
627 Jongerenwerk |
|
|
|
|
|
|
0 |
-256 |
-256 |
-256 |
-256 |
3. Programmalijn: Cultureel ondernemerschap
In onze visie leidt cultureel ondernemerschap uiteindelijk tot een rijk, innovatief en passend cultureel aanbod voor de inwoners en bezoekers van Haarlemmermeer. In deze programmalijn lichten wij toe hoe wij dat in de komende vier jaar een stap dichterbij willen brengen.
Stand van zaken en ontwikkelingen
Cultureel ondernemerschap raakt zowel aan instrumentele, organisatorische en financiële aspecten van de uitvoering van ons cultuurbeleid in de komende periode. Deze programmalijn leidt tot een eerste serie stimuleringsmaatregelen en voorwaarden die we voor de komende vier jaar invoeren. Cultureel ondernemerschap is daarmee een belangrijk uitgangspunt en, ook voor ons, nieuw. Vandaar dat we de stand van zaken en de ontwikkelingen van deze programmalijn in een nemen. We slaan samen met de culturele instellingen die dit aangaat een meer ondernemende en innovatieve weg in en we verwachten dat in de loop van de route het cultureel aanbod in onze gemeente, ondanks teruglopende overheidsfinanciering, rijker is en nog meer draagvlak heeft onder de inwoners en bezoekers. In deze programmalijn leggen we uit hoe wij dat willen bereiken. Daarbij gaan we ook in op de kansen en knelpunten die het versterken van cultureel ondernemerschap met zich meebrengen.
Wat verstaan wij onder cultureel ondernemerschap? Cultureel ondernemerschap betekent ondernemen vanuit het culturele product en daardoor kan de cultureel ondernemer de afhankelijkheid van overheidssubsidie verkleinen. Cultureel ondernemerschap kenmerkt zich door permanente innovatie van het productpakket, een imago van ‘the place to be’ waarbij gastvrijheid en gastheerschap belangrijke kernwaarden vormen, een open houding ten opzichte van initiatieven en impulsen vanuit het veld, samenwerking, het zoeken en grijpen van kansen, bereidheid tot het nemen van een zekere mate van risico en het meenemen van de eigen organisatie in de uitvoering van de visie op ondernemerschap. De cultureel ondernemer maakt voor de bekostiging van de exploitatie onder meer gebruik van overheidssubsidie, maar ziet de subsidie niet als de dekking van al zijn kosten. De cultureel ondernemer is innovatief en vindt zo wegen om delen van het productpakket exploitatietechnisch te positioneren dat geen – of althans minder dan in de huidige situatie – een beroep hoeft te worden gedaan op subsidiegelden of dat hij zijn aanbod kan vergroten zonder daarvoor meer subsidie te vragen. De cultureel ondernemer en zijn culturele organisatie winnen daarmee aan vrijheid.
Voor een goed begrip van de term ‘cultureel ondernemerschap’ kijken wij hoe een cultureel ondernemer zich onderscheidt van een ‘gewone’ ondernemer. In tegenstelling tot een ‘gewone’ ondernemer, die opereert in het private domein van ‘de commerciële markt’, heeft een cultureel ondernemer niet als primair bedrijfsdoel het genereren van rendement door middel van winst (-maximalisatie). Voor de gesubsidieerde instelling, ook als die gaat werken op basis van (meer) cultureel ondernemerschap, blijft, vinden wij, het primaire doel – de missie – het realiseren van een breed basispakket kunst- en cultuuractiviteiten van hoge kwaliteit voor inwoners, bedrijven, bezoekers en partners van de gemeente Haarlemmermeer. Een cultureel ondernemer – in tegenstelling tot een commerciële ondernemer – vanwege de inzet van subsidie – zal ook zorg dragen dat er een maatschappelijk verantwoorde balans is tussen financiële laagdrempeligheid van het aanbod voor minder draagkrachtige gebruikers binnen de bevolking en het volgen van de landelijk gangbare tariefstelling voor de gerealiseerde activiteiten. Tenslotte komen wij via de voorwaarde dat er door een brede uitsnede van de bevolking ook daadwerkelijk gebruik wordt gemaakt van het betreffende cultuuraanbod aan een derde onderscheid met een gewone ondernemer: de eis van breed maatschappelijk draagvlak. Deze eis van maatschappelijk draagvlak strekt zich praktisch gesproken ook uit tot dat deel van het productpakket dat zonder subsidie kan. Het is immers moeilijk voorstelbaar dat de gemeenschap subsidie zou willen blijven geven voor delen van het activiteitenpakket als andere delen van het activiteitenpakket afbreuk doen aan het maatschappelijk draagvlak voor de instelling.
Wanneer we kijken naar de culturele instellingen waarmee wij als gemeente prestatieafspraken maken dan stellen wij vast dat een deel van de culturele instellingen al zeer cultureel ondernemend en innovatief is en de andere instellingen in 2011 – 2012 de voorwaarden realiseren om meer cultureel ondernemend te kunnen worden. Dit laatste geldt vooral voor de instellingen die in 2011 in het Cultuurgebouw zijn gestart.
Doelen 2013 – 2016
- •
Het cultureel aanbod in Haarlemmermeer is minder afhankelijk van overheidssubsidie, het lukt culturele instellingen om het ‘eigen’ financieel draagvlak zoveel mogelijk te verbreden en verhogen;
- •
De drie grootste culturele instellingen vangen de bezuiniging van 10% op hun subsidie goed op;
- •
Het vergroten van het maatschappelijke draagvlak (nieuwe allianties) en het inzetten daarvan als een (financiële) succesfactor;
- •
het aanbieden van een kwalitatief en kwantitatief verantwoord, breed toegankelijk pakket cultuuractiviteiten dat bijdraagt aan de geur, kleur en smaak van de Haarlemmermeer;
Voornemens 2013 – 2016
Wanneer de gemeente gesubsidieerde instellingen meer ruimte wil bieden om te ondernemen stuiten we ook direct op een dilemma. Cultureel ondernemerschap gedijt met meer vrijheid voor de instelling en tegelijkertijd wil de gemeente meer kunnen sturen op prestaties en meer inzicht in de verantwoording van overheidssubsidies. Die twee, sturen en verantwoorden aan de ene kant en vrijheid en ondernemerschap aan de andere kant, staan elkaar snel in de weg. Wij willen dit dilemma oplossen door, binnen de voorwaarden van het subsidiebeleidskader en de geldende algemene subsidieverordening Haarlemmermeer, te kiezen voor de volgende aanpak:
Cultureel ondernemerschap is voor ons leidraad bij de subsidiemethodiek en dus met ingang van 2013 ook bij alle subsidieverleningen die voortkomen uit de uitvoering van de Cultuurnota. Voor het formuleren van de invoering en de voorwaarden maken wij onderscheid in drie categorieën van instellingen en initiatieven:
- 1.
4D (Instellingen Cultuurgebouw): meerjarig prestatiesubsidies
- 2.
Instellingen (overig) meerjarig prestatiesubsidies
- 3.
Instellingen en initiatieven genormeerde en eenmalige subsidies
Ad 1 Het Cultuurgebouw en de vier culturele instellingen in het Cultuurgebouw
We maken een onderscheid tussen ondernemen met het fysieke Cultuurgebouw en het cultureel ondernemen vanuit de culturele functies die in het gebouw gehuisvest zijn, te weten theater De Meerse, Pier – K, Bibliotheek Haarlemmermeer en Poppodium Duycker. Wat betreft het fysieke Cultuurgebouw geven wij de vier instellingen samen de ruimte om het gebouw te exploiteren
voor doeleinden die niet in tegenspraak zijn met de culturele functies. Hierbij valt te denken aan passende functies als horeca, verhuur en innovatieve en creatieve concepten als ‘seats to meet’ of samenzwolle.nl)18. De voorwaarden die wij hierbij stellen zijn dat deze vorm van exploitatie alleen plaatsvindt vanuit het gezamenlijke beheer en de gezamenlijke exploitatie van het Cultuurgebouw en dat de opbrengst verdeeld wordt over de vier instellingen op basis van een sleutel die past bij de bijdrage die iedere instelling levert en deels wordt ingezet bij het profileren van het Cultuurgebouw als geheel. We verwachten dat de vier instellingen hiervoor gezamenlijke afspraken maken.
Naast het ondernemen met het fysieke Cultuurgebouw zien wij kansen voor het cultureel ondernemen door de vier instellingen afzonderlijk. Wij bieden alle vier de ruimte om vanuit hun (primaire) culturele product maatschappelijk te ondernemen, alleen of samen allianties aan te gaan en daarmee aanvullende inkomsten te verwerven. Wij geven de vier instellingen afzonderlijk en samen vier jaar de ruimte om dit dubbele ondernemerschap op te bouwen. We stellen geen aanvullende inkomenseisen, bieden de instellingen meer gelegenheid om bestemmingsreserves en voorzieningen aan te leggen en de algemene reserves op peil te brengen en bieden binnen de prestatieafspraken ‘vrije’ ruimte voor innovatie.
Begin 2016, wanneer we dit uitvoeringsprogramma evalueren, gaan wij samen met de vier instellingen na, of het is gelukt om het ondernemerschap te vergroten en wat het effect is op de omvang van de culturele en aan cultuur gerelateerde activiteiten in vergelijking tot 2012. Ook gaan wij dan samen na of het ondernemen met het fysieke Cultuurgebouw heeft geleid tot het vergroten van de aantrekkingskracht van het gebouw op het publiek, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven.
Overige instellingen met prestatiesubsidies
De invoering van cultureel ondernemerschap bij de prestatiesubsidies aan de overige instellingen Kunstfort bij Vijfhuizen, Historisch Museum Haarlemmermeer, Museum de Cruquius en Meeromroep wijkt in zoverre af van de instellingen in het Cultuurgebouw dat de verhouding tussen subsidie en eigen inkomsten anders is of dat er al eerder afspraken zijn gemaakt om de eigen inkomsten te verhogen (Meeromroep). Met deze tweede groep instellingen maken wij wel, net als met de ‘grote’ vier in het Cultuurgebouw, meerjarige prestatieafspraken waarin wij binnen de afspraken ruimte voor innovatie ‘open’ laten en wij bieden deze instellingen ook de gelegenheid om bestemmingsreserves aan te leggen en / meer algemene reserve op te bouwen wanneer dit nodig is.
Wij gaan na of de prestatiesubsidies met Living History en Stichting Cruquiusconcerten onderdeel kunnen zijn van de prestaties van Museum de Cruquius. De prestatieafspraken met Galerie 2001 en Museum Crash houden wij beperkt.
Instellingen met eenmalige subsidie / verdeelregels cultuur
Andere instellingen en initiatieven kunnen voor subsidie een beroep doen op de twee nieuwe verdeelregels. In de programmalijn “Een levendig Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen” gaan we in op de criteria voor het beoordelen van aanvragen. In deze programmalijn kondigen we aan dat we vanuit de wens tot meer cultureel ondernemerschap bij de beoordeling van aanvragen voor eenmalige en genormeerde subsidies nooit meer financieren dan 70% van de kosten van het project, het initiatief of evenement. We verwachten, anders gezegd, dat elk cultureel initiatief in deze gemeente minimaal 30% van de projectkosten dekt uit inkomsten uit andere bronnen dan gemeentelijke subsidie19. Voorbeelden van andere bronnen zijn ‘contributies’, ‘sponsoring’, ‘kaartverkoop’, ‘donaties’ of subsidies van andere overheden en fondsen, de waarde van vrijwilligers en eigen middelen. De eenmalige subsidies zijn ook toegankelijk voor de meerjarig gesubsidieerde instellingen, maar ook zij moeten 30% van het project ‘nieuw’ financieren. Na twee jaar kijken we naar de tot dan gehonoreerde aanvragen en bepalen of we de 70%/30% ook in 2015 en 2016 voortzetten of de verhouding aanpassen.
Cultureel ondernemerschap en wet & regelgeving
Wanneer we van culturele instellingen verwachten dat zij meer cultureel maatschappelijk gaan ondernemen dan hebben we ook de verantwoordelijkheid om te zorgen dat onze eigen regelgeving het cultureel ondernemerschap niet nodeloos inperkt. Wij zijn overtuigd dat wij met de opzet die wij in deze programmalijn presenteren cultureel ondernemerschap stimuleren en dat de opzet past in de huidige algemene subsidieverordening Haarlemmermeer en subsidiebeleidskader. Maar er kunnen onverhoopt andere of nieuwe belemmeringen ontstaan, die wij nu nog niet voorzien. Dat gaan wij in 2013, in overleg met de meerjarig gesubsidieerde instellingen, na.
Realisatie en prestaties
Om een klimaat te vestigen waarin de instellingen in staat zijn aan bovengenoemde doestellingen te voldoen, zal aan de instellingen ruimte en zekerheid geboden worden. Met die voorwaarde zijn zij in staat nieuwe initiatieven te ontwikkelen. Dat ontwikkelen kan alleen, gezamenlijk of met commerciële partners of andere maatschappelijke organisaties. De gemeente draagt hieraan actief bij door het inrichten en invoeren van drie subsidiecategorieën, waarbij cultureel ondernemerschap leidraad is:
- •
meerjarige subsidies instellingen Cultuurgebouw
- •
meerjarige subsidies culturele instellingen overig
- •
eenmalige en genormeerde subsidies
Het invoeren van meerjarige subsidies20 geeft de instellingen zekerheid over een ‘vaste’ basis aan subsidies en gekoppelde prestaties, waarboven zij de ruimte krijgen om voor een deel vrij cultureel ondernemerschap te bedrijven en nieuwe creatieve en aansprekende maatschappelijke initiatieven te ontplooien. Dit vraagt van de gemeente een aanpassing van de lopende afspraken en dus een extra inspanning om dit binnen de gemeentelijke organisatie te kunnen realiseren.
Aanvullende overwegingen
Meerjarige subsidieverlening en kernvoorzieningen
Voor zowel gemeente als instellingen zijn er argumenten om de subsidie voor een langere periode dan één jaar te verlenen. Zo is het voor instellingen belangrijk om richting potentiële partners over aantoonbare (financiële) zekerheden op de langere termijn te kunnen beschikken. De gemeente zal echter vanwege de jaarlijkse vaststelling van de gemeentebegroting door de gemeenteraad – nooit verder kunnen gaan dan het uitspreken van een intentie tot verlenen van subsidie in komende jaren. De programma’s van eisen kunnen wel voor meer jaren vooruit worden vastgesteld. Ook de optie zoals die in onlangs in het subsidiebeleidskader 2012 werd vastgelegd om een instelling als kernvoorziening (voor een bepaalde categorie cultuuractiviteiten) aan te merken, zal in deze tot meer zekerheid voor een instelling leiden. Wanneer het cultureel ondernemerschap in onze gemeente floreert, is het ons inzien niet meer noodzakelijk om instellingen als kernvoorziening aan te wijzen.
Risicobeheersing
Aan het streven naar (meer) ondernemerschap bij een gesubsidieerde instelling kleeft altijd het dilemma dat ondernemen risico met zich meebrengt. Een risico dat in het bedrijfsleven – wordt gedragen door de onderneming zelf. In een ideale situatie zou de instelling de subsidiërende overheid moeten vrijwaren van dit ‘ondernemersrisico’. Hoewel dit een bijzonder moeilijk realiseerbare randvoorwaarde is, zal niettemin worden gezocht naar een modus om het risico voor de overheid hanteerbaar te houden. Hiertoe zullen we onderzoeken of, en zoja op welke manier, de aan subsidieverlening verbonden systematiek van de interventiepiramide zich ook zal uitstrekken tot het ‘eigen’ bedrijfsmatig handelen van de instelling.
Algemene reserve
In aansluiting op het hiervoor benoemde thema van risicobeheersing willen wij de toegestane hoogte van de algemene reserve van een instelling verhogen binnen de mogelijkheden van de algemene subsidieverordening en het subsidiebeleidskader Haarlemmermeer. Wij maken hierover maatwerk afspraken met de gesubsidieerde instellingen.
Uitvoerders
Alle culturele instellingen en initiatieven in de gemeente die gemeentelijke subsidie ontvangen en de gemeente zelf.
Termijn
2013 - 2016
Budget
Budget verdeeld per lijn |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Lijn 2 Cultureel Ondernemerschap |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutaties Cultuurnota |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Lijn 2 Cultureel Ondernemerschap |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Programmalijn: Cultuureducatie en jongerencultuur
We stimuleren het creatief vermogen van kinderen en jongeren door integratie van cultuur in het onderwijs en ondersteunen de kennismaking van leerlingen met kunst en cultuur. Daarnaast zorgen culturele instellingen voor een educatief aanbod voor de eigen bezoekers. We vinden het belangrijk dat er in de gemeente een consistent aantrekkelijk cultureel aanbod is voor jeugd en jongeren, want die doelgroep is relatief groot in de gemeente.
Stand van zaken
De gemeente heeft de taak om op het gebied van cultuureducatie de culturele infrastructuur van de gemeente te ondersteunen en cultuureducatieve activiteiten te subsidiëren. De gemeenten zijn een belangrijke partner van het rijk bij de uitvoering van landelijk beleid. Door de landelijke projecten is een sterke behoefte ontstaan aan cultuureducatievoorzieningen op lokaal niveau ter ondersteuning van het onderwijs. Voor de uitvoering van deze taken subsidiëren gemeenten onder meer de centra voor de kunsten. De gemeente Haarlemmermeer heeft een breed en inhoudelijk goed cultuureducatiebeleid, dat ook landelijk waardering krijgt21. Tot en met 2012 bestond dat beleid in hoofdlijnen uit vier onderdelen:
- •
Het ondersteunen van het basis en voortgezet onderwijs om iedere leerling in contact te brengen met - en een mening te laten vormen over kunst, erfgoed en media. De gemeente zorgt voor de opzet en de uitvoering van de bemiddeling tussen het onderwijs en het culturele aanbod. Die bemiddeling vindt plaats voor het Kunstmenu (basisschool) en het Cultuurparcours (voortgezet onderwijs). De gemeente stelt per leerling een bedrag beschikbaar. Die financiële ondersteuning is aanvullend aan het budget dat de school zelf inzet (Londo en CEPO) en aan een eventuele ouderbijdrage. Het beschikbare budget is bestemd voor deelname aan de activiteiten en voor het eventuele vervoer naar de activiteit;
- •
De subsidiering van Pier K, de instelling voor de buiten - en binnen schoolse cultuureducatie, activiteiten in de brede school en naschoolse opvang en voor talentontwikkeling; Pier K voert haar beleid uit in vier ‘pieren’ waarvan drie relevant zijn in deze programmalijn: Kunst in Onderwijs, Kunst naar keuze en Kunst aan de top (vanaf 2013).
- •
Prestatieafspraken met culturele instellingen in de gemeente om projecten cultuureducatie op te zetten voor bezoekers (kinderen, jongeren, volwassenen en senioren) en/of aan te bieden aan het onderwijs (via Kunstmenu en Cultuurparcours).
- •
De financiële matching van het programma cultuurparticipatie 2009 – 2012 waarin cultuureducatie een van de drie thema’s is.
We bereiken met de cultuureducatie in het voortgezet onderwijs ook een deel van de doelgroep jongeren. Aan deze doelgroep besteedden we eerder geen specifieke aandacht in ons cultuurbeleid, terwijl de gemeente jongeren juist veel te bieden heeft. De gemeente subsidieert poppodium Duycker dat de programmering in belangrijk mate richt op jongeren. Duycker is naast poppodium ook werkplaats waar onder het label Artquake jongeren hun culturele ambitie kunnen verwezenlijken. Die culturele ambitie uit zich op muziekgebied, maar ook op elk ander terrein binnen kunst en cultuur. Ook Pier K heeft een (buitenschools) cursusaanbod waar jongeren aan deel kunnen nemen.
Ontwikkelingen
Cultuureducatie is in ons cultuurbeleid prioriteit. Door onze inzet op cultuureducatie stimuleren we het creatieve en kunstzinnig vermogen van onze inwoners, stimuleren we het publieksbereik voor kunst en cultuur en dragen we bij aan de aantrekkelijkheid van onze gemeente. Wij zetten de ondersteuning van de cultuureducatie daarom voort waarbij wij wel een aantal veranderingen doorvoeren. Die veranderingen komen voort uit recente ontwikkelingen:
- •
Vernieuwingen in de methode van cultuureducatie, waarbij kunst en cultuur meer integreren in het onderwijs en het leervermogen en plezier van het kind centraal staan. Twee (landelijke) voorbeelden hiervan:
- -
Cultuur in de spiegel: cultuur in de spiegel is een onderzoek van de Universiteit Groningen en de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) dat mede in opdracht van het ministerie van OCW is opgezet. Het onderzoek leidt tot de ontwikkeling en invoering van een volwaardig onderwijscurriculum cultuur door een ontwerp raamleerplan. In 2013 komt het raamleerplan beschikbaar voor het onderwijs. Iedere school kan daarmee zelf de leerlijn inrichten afhankelijk van de (soorten) kinderen; het streven is dat het cultuuronderwijs vakoverstijgend wordt, ingericht als doorlopende leerlijn en meer kwaliteit heeft dan voorheen.
- -
Kunst in Leren: ‘Kunst in Leren’, waarmee in 2012 in Haarlemmermeer geoefend wordt, gaat uit van een wezenlijke samenwerking tussen kunstdocenten en leerkrachten uit het onderwijs. Door deze samenwerking worden kunst en cultuur onderdeel van een lesthema, een leerlijn en kunnen bijdragen aan cognitieve vakken zoals rekenen en taal.
- -
- •
Het ministerie van OCW vervangt het Programma Cultuurparticipatie 2009-2012 door een nieuw programma Cultuureducatie met Kwaliteit.
- •
Scholen hebben een budget cultuureducatie per leerling beschikbaar, dat budget is een geoormerkt onderdeel van de financieringsstroom aan het onderwijs waarover het onderwijs prestatieafspraken maakt met de rijksoverheid. Niet alle scholen in Haarlemmermeer zetten dit budget ook daadwerkelijk geheel in als matching van de gemeentelijke bijdrage;
- •
De wens van het onderwijs in Haarlemmermeer om vrije keuzes te kunnen maken uit het aanbod van Cultuurmenu en Cultuurparcours, bijvoorbeeld naast het afnemen van het aanbod wil men graag themagericht of monodisciplinair kunnen werken en ook is er behoefte aan deskundigheidsbevordering van docenten.
- •
Ontwikkelingen in de inhoud van het aanbod en omgang met digitale cultuur.
Ontwikkelingen in de cultuur voor en door jongeren zijn:
- •
de gemeenteraad heeft aangegeven dat in het cultuurbeleid voor jongeren apart aandacht moet zijn. De doelgroep jongeren in Haarlemmermeer is relatief groot en vormt voor een deel ook het toekomstig publiek van culturele instellingen. Wij vinden het daarnaast belangrijk dat jongeren later aangeven dat Haarlemmermeer een leuke gemeente is om in op te groeien en waar ruimte is voor het grijpen van kansen.
- •
culturele instellingen realiseren zich dat juist deze doelgroep lastig te bereiken is en dat de energie die sommige instellingen er in stoppen niet voldoende resultaat oplevert.
Doelen 2013 - 2016
- •
het stimuleren van de kennismaking van kinderen en jongeren met de volle breedte van kunst en cultuur (passief en actief en van erfgoed tot nieuwe media) via het onderwijs en via de culturele instellingen.
- •
vergroten van het creatieve en kunstzinnig vermogen van kinderen en jongeren door aansluiting van van kunst en cultuur bij het onderwijs (bereik van 20.000 leerlingen 4 tot en met 16 jaar)
- •
het leveren van meer maatwerk aan het onderwijs
- •
de ontwikkeling van plezier in cultuur en kunstzinnig talent bij kinderen en jongeren
- •
een specifiek cultureel aanbod voor jongeren (receptief en actief)
- •
meer kennis over (het bereiken van) de doelgroep jongeren bij de culturele instellingen
Voornemens 2013 - 2016
Rekening houdend met de hierboven geschetste ontwikkelingen en de te bereiken doelen zetten we in 2013 – 2016 in op:
- 1.
Cultuureducatie in het basis en voortgezet onderwijs
Wij continueren de ondersteuning van het onderwijs in hun cultuureducatiebeleid en de financiering van de bemiddeling tussen het onderwijs en het culturele aanbod. Wij zijn voorstander van een meer integraal aanbod door Pier K van Kunstmenu, Cultuurparcours en Kunst in Leren (en straks de invoering van het raamplan Cultuur in de Spiegel) waarbij de ontwikkeling en begeleiding van de vraag en behoefte van het onderwijs uitgangspunt is. De vraag van het onderwijs varieert van de afname van een culturele activiteit tot thematische series, de begeleiding van docenten en beleidsplannen of de invoering van Kunst in Leren of Cultuur in de Spiegel. De Haarlemmermeerse culturele instellingen met prestatiesubsidie zijn in het aanbod vertegenwoordigd en weten zich vertegenwoordigd door Pier K.
We verwachten dat het aanbod aan het onderwijs kwalitatief goed is, alle disciplines (kunst, erfgoed, (nieuwe) media en literatuur) beslaat en varieert van (doe -) activiteit en kennismaking tot integratie van cultuur binnen het onderwijs (thematisch of ondersteunend).
Wij hebben bij het onderwijs aangekondigd dat wij verwachten dat bij de aanvraag van financiële ondersteuning van de gemeente de school ook de eigen cultuurmiddelen inzet (Londo/CEPO).
Wij gaan ter ondersteuning van de cultuureducatie en het onderwijs in de gemeente deelnemen in het nieuwe OCW programma Cultuureducatie met kwaliteit 2013 - 2016.
- 2.
Buitenschoolse cultuureducatie en ruimte voor talentontwikkeling 0 - 18 (Pier K)
Onze tweede prioriteit ligt bij cultuureducatie aan kinderen en jongeren tot 18 jaar.
Dit betreft cursussen en workshops in alle culturele disciplines en van kennismaking tot verdieping en begeleiding van daadwerkelijk artistiek talent. Kinderen en jongeren kunnen hierin op verkenning gaan, ontdekken waar zij plezier in hebben en waar hun talenten liggen. De cursussen worden verzorgd door geschoolde kunstenaars – docenten die plezier, passie en groei weten te begeleiden.
Deze categorie betreft ook de (buitenschoolse) educatieve activiteiten die culturele instellingen aanbieden aan de publieksgroep 18 – (ontdekken en (informeel) leren).
buitenschoolse cultuureducatie en ruimte voor talentontwikkeling 18 – 100 (Pier K)
Wat betreft het cursusaanbod cultuureducatie 18+ vinden wij dat wanneer er vanuit financiële overwegingen keuzes gemaakt moeten worden juist dit aanbod (deels) kostendekkend kan worden georganiseerd of onderdeel uit kan maken van een activiteitenpakket dat met de opbrengst van cultureel ondernemerschap wordt opgezet.
Jongeren en cultuur
De doelgroep jongeren is voor culturele instellingen moeilijk te bereiken. Jongeren geven zelf aan dat zij andere prioriteiten hebben afhankelijk van hun budget en tijd. Omdat de doelgroep specifiek is en om een deskundige aanpak vraagt zetten wij in op:
specifieke expertise bij het poppodium en Pier K
Pier K heeft de grootste expertise in het bereik van de doelgroep jongeren via het voortgezet onderwijs, die expertise zet Pier K in ter ondersteuning van de andere culturele instellingen in het bereik van jongeren. Het poppodium Duycker heeft de grootste expertise in het bereik van de doelgroep jongeren in de vrije tijd en Duycker biedt jongeren de gelegenheid om via Artquake in een vrije werkplaats cultureel actief te zijn. Daardoor hebben beide instellingen samen een grote expertise in het bereik van deze doelgroep, de begeleiding, het aanboren van talent, het binden van deze doelgroep en nieuwe vormen van cultuurmarketing (bijvoorbeeld via sociale media). We verwachten dat beide instellingen deze expertise bundelen, vergroten en inzetten (als makelaar jongerencultuur) om andere culturele instellingen te begeleiden in het bereik van jongeren.
Realisatie en prestaties
Cultuureducatie is een belangrijk onderwerp in Haarlemmermeer. Het vroegtijdig in contact komen met kunst en cultuur, vooral binnen het onderwijs, en het kunnen stimuleren, ervaren en beleven van cultuur door jongeren staat in Haarlemmermeer voorop.
De gemeente waarborgt in de afspraken met de aanbieders de bemiddeling tussen een breed en kwalitatief cultureel aanbod in het basis en voortgezet onderwijs. Daarbij hoort een vraaggerichte integratie van Cultuurparcours, Kunstmenu, Kunst in Leren en (toekomstig Cultuur in de Spiegel) en andere culturele projecten tot een overzichtelijk en divers aanbod aan het onderwijs.
De gemeente participeert met betrokken culturele instellingen in de opzet en uitvoering van het nieuwe programma Cultuureducatie met Kwaliteit 2013-2016 van het ministerie van OCW.
We stimuleren de diverse culturele instellingen met prestatieafspraken tot het ontwikkelen van een divers pakket aan educatieve culturele activiteiten aan het onderwijs en aan de eigen bezoekers. Pier K draagt zorg voor een aansprekend aanbod van cursussen en workshops cultuur voor de doelgroep 18 – en het aanbieden van een kennismaking met cursussen en workshops cultuur 18 +. Een aansprekend educatief en marktconform aanbod biedt ook mogelijkheden voor cultureel ondernemerschap.
Naast Pier K zet Duycker in op de ontwikkeling van projecten jongerencultuur. Duycker vergroot de expertise over culturele marketinginstrumenten van, voor en door jongeren en stelt deze expertise beschikbaar aan de andere culturele instellingen.
Uitvoerders
Alle culturele instellingen en initiatieven in de gemeente die gemeentelijke subsidie ontvangen. Een speciale rol is weggelegd voor Pier K als aanspreekpunt en makelaar cultuureducatie en Duycker in de ontwikkeling van projecten jongerencultuur.
Termijn: 2013 – 2016
Budget
Budget verdeeld per lijn |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Verdeelregel Cultuureducatie in het onderwijs |
240 |
240 |
240 |
240 |
240 |
bemiddeling in aanbod cultuureducatie |
73 |
73 |
73 |
73 |
73 |
484 Subsidie kunst |
313 |
313 |
313 |
313 |
313 |
Mutaties Cultuurnota |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Matching cultuureducatie met Kwaliteit |
|
75 |
75 |
75 |
75 |
484 Subsidie kunst |
|
75 |
75 |
75 |
75 |
Criteria
Criteria verdeelregel Cultuureducatie in het onderwijs:
- •
subsidie wordt verleend na akkoord door de projectleiding op het door de school samengestelde programma;
- •
subsidieverlening van € 10,21 per leerling, uitgaande van het verwacht leerlingenaantal op 1 oktober van het jaar waarvoor subsidie wordt verleend;
- •
aanvullend voor vervoer: per school basisbedrag van € 200, - aangevuld met € 0,50 per leerling vanaf de 51e leerling;
- •
subsidie wordt vastgesteld op basis van werkelijk besteed bedrag en werkelijk aantal leerlingen.
- •
Subsidie wordt vastgesteld op voorwaarde dat de school uit eigen cultuurmiddelen 10 euro per leerling per jaar bijlegt.
5. Programmalijn Landschap en geschiedenis als inspiratiebron
De unieke ontstaansgeschiedenis van Haarlemmermeer is nog altijd terug te lezen in het stedelijke en groene landschap. Musea, kunst, architectuur en cultuurhistorie tonen die landschappelijke en culturele kenmerken aan bewoners en bezoekers en leggen verbindingen tussen de sporen uit het verleden en de hedendaagse en toekomstige ontwikkelingen in onze gemeente.
Stand van zaken
Erfgoed
In 2011 stelde de gemeenteraad de nota 'Erfgoed op de kaart' vast. Cultureel erfgoed omvat cultuurlandschap, archeologie, monumenten en musea en archieven (materieel erfgoed) en verhalen, gewoonten en gebruiken (immaterieel erfgoed). De Erfgoednota gaat vooral in op cultuurhistorie (cultuurlandschap, archeologie en monumenten) en onze wettelijke rol daarin. Met de Erfgoednota willen we bereiken dat duidelijk is welk belang de gemeente Haarlemmermeer hecht aan het behoud van het cultureel erfgoed en op welke wijze wij dat behoud willen realiseren. Erfgoed kan bijdragen aan de profilering van Haarlemmermeer, ook buiten de gemeentegrenzen. Speerpunten van de nota zijn het beter benutten van cultureel erfgoed beter aansluiten bij ruimtelijke ontwikkelingen (ook voor moderne monumenten en beeldbepalende panden) en de herbestemming van monumenten.
Juridische bescherming van waardevol erfgoed is niet het enige middel om behoud te realiseren. Het creëren van draagvlak bij bevolking, bezoekers, maar ook directies en medewerkers van de vele bedrijven in onze gemeente is van belang. Wij staan dan ook een actief en stimulerend erfgoedbeleid voor. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor de Erfgoedcommissie, die daarbij een proactieve rol speelt.
Museale infrastructuur
De gemeente ondersteunt drie musea, Museum de Cruquius (recent gerestaureerd en verbouwd, maar zonder adequate expositieruimte), het Historisch Museum Haarlemmermeer en Luchtoorlog en Verzetsmuseum Crash 1940 - 1945. Ook subsidiëren wij Stichting Meerhistorie en een initiatief dat geschiedenis verbeeldt in de musea (Living history). Los daarvan verlenen wij ook eenmalige subsidies aan andere historische verenigingen en initiatieven, dat doen we onder andere uit het programma Cultuurparticipatie (thema Volkscultuur) dat na 2012 eindigt. Het Historisch Museum Haarlemmermeer is gehuisvest in een accommodatie die niet meer aan de eisen van deze tijd voldoet.
Beeldende kunst, vormgeving en architectuur
De gemeente subsidieert Theater De Meerse voor uitvoering van Galerie De Meerse (gevestigd in zowel Het oude Raadhuis als in het Cultuurgebouw). De gemeente subsidieert Galerie 2001 in Badhoevedorp. De gemeente subsidieert Kunstfort bij Vijfhuizen voor de directie en het programma van tentoonstellingen in dit fort, dat onderdeel is van de Stelling van Amsterdam. De gemeente subsidieert Pier K voor het Podium voor Architectuur, het architectuurcentrum van Haarlemmermeer. Podium voor Architectuur is gevestigd in het Cultuurgebouw, maar organiseert de activiteiten ook op locatie bijvoorbeeld op Schiphol. De gemeente voert daarnaast een actief opdrachtenbeleid uit. Met een percentage van de opbrengsten van de grondexploitatie, soms aangevuld met een bijdrage uit een (bouw)project, geeft de gemeente kunstenaars opdracht voor kunsttoepassingen in de publieke ruimte. Ook het onderhoud van de collectie beelden in de openbare ruimte financieren wij uit de opbrengst van de grondexploitatie. Uit dezelfde opbrengst dekten wij de kosten voor de organisatie van een manifestatie beeldende kunst die tot 2011 meestal jaarlijks plaatsvond. De gemeente verstrekt kleine eenmalige subsidies aan kunstenaars en instellingen en heeft budget beschikbaar voor de ontwikkeling van broedplaatsen.
Ontwikkelingen
Erfgoed
De wet en regelgeving monumentenzorg en archeologie legt steeds meer verantwoordelijkheden bij gemeenten. Een van die verantwoordelijkheden bestaat uit een integrale benadering van cultuur(historie) en ruimtelijke ordening. Cultuurhistorie moet meegenomen worden in het bestemmingsplan en ter voorbereiding daarop bij structuur – en omgevingsvisies. Haarlemmermeer heeft, door haar relatief jonge bestaan, nog niet veel wettelijk beschermde monumenten en stads – en dorpsgezichten. Toch is de gemeente, juist door haar specifieke geschiedenis, rijk aan beeld - en identiteitsbepalende objecten (boerderijen, bomen, begraafplaatsen, wegstructuren, gebouwen). Juist die objecten illustreren de ontstaansgeschiedenis van de gemeente en voorzien in een historische belangstelling bij inwoners en het onderwijs. Een deel van het benodigd budget voor het behoud van de monumenten financiert de gemeente uit de opbrengst van de grondexploitatie (zie ook hieronder bij beeldende kunst). Die opbrengst loopt terug.
Museale infrastructuur
Binnen de gemeente bestaat al langer de ambitie om de museale infrastructuur te verbeteren. Juist in de musea krijgen bezoekers van binnen en buiten de gemeente een goed beeld van de unieke ontstaansgeschiedenis van Haarlemmermeer en de rol van het water en de droogmaking daarin.
Een van de plannen ter verbetering was het zogenaamde Poldermuseum, een experience met de potentie voor een (inter-) nationaal bereik. Omdat het ambitieuze plan niet meer paste binnen onze gemeentelijke ambities en het tijdsgewricht zetten wij het stop met een toezegging om op een andere wijze aan de verbetering van de museale infrastructuur te werken. De voorbereidingen voor het Poldermuseum leverden overigens wel degelijk een positief resultaat op. Vanuit cultureel ondernemerschap besloten het Historisch Museum Haarlemmermeer, Museum de Cruquius en Stichting Meerhistorie tot verregaande samenwerking met een toekomstige fusie als doel. Daardoor ontstaat synergie in het presenteren van de geschiedenis, het publieksbereik en het binden van een grote groep vrijwilligers.
Begin 2012 hebben deze organisaties een nieuw museaal plan aangekondigd uitgaande van een verhuizing van het Historisch Museum Haarlemmermeer naar een nieuw te bouwen accommodatie op het terrein van Museum de Cruquius, aangevuld met ruimte voor tijdelijke exposities. Dit plan is meer toegesneden op de kracht van de huidige musea dan het Poldermuseum en garandeert een gezamenlijk verteld verhaal over vroeger en nu.
Beeldende kunst, vormgeving en architectuur
Ook in onze gemeente loopt de ontwikkeling van nieuwbouw terug en daardoor ook de opbrengst van de grondexploitatie die wij inzetten voor opdrachten beeldende kunst in de publieke ruimte en het onderhoud daarvan. Naar verwachting dekt de opbrengst de kosten de komende jaren niet meer en moeten wij dus keuzes maken. Bij die keuzes houden wij voor ogen dat beeldende kunst, vormgeving en architectuur belangrijk zijn bij het zichtbaar maken van de specifieke culturele en historische kenmerken van onze gemeente en bij het vergroten van de aantrekkingskracht van onze gemeente (kwaliteit van de openbare ruimte, bakens in het landschap, dynamiek versus rust).
De gemeente organiseerde tot 2011 een kunstmanifestatie. Voorts wordt er weinig gebruik gemaakt van de huidige eenmalige subsidies beeldende kunst en gaat het realiseren van broedplaatsen langzaam. We constateren wel dat er vraag is naar creatieve werkruimtes en verzamelgebouwen22.
Samenwerking
De samenwerking tussen de instellingen voor beeldende kunst, erfgoed en de musea groeit, dat blijkt uit gezamenlijke projecten en uit de hechte samenwerking tussen de twee grotere musea. Ook de bibliotheek Haarlemmermeer en het Historisch Archief participeren in die samenwerking. De musea, Kunstfort bij Vijfhuizen en de gemeente werken samen in een museumplatform. Het Podium voor Architectuur, onderdeel van Pier K, bouwt eveneens aan lokale en nationale netwerken.
Doelen 2013 2016
- •
Het realiseren van de doelen in de al vastgestelde Erfgoednota
- •
Een betere museuminfrastructuur door het ondersteunen van de ambitie tot fusie van Museum deCruquius en Historisch museum Haarlemmermeer en participeren in het vooronderzoek naar een nieuwe museumaccommodatie.
- •
Integreren van beeldende kunst opdrachten in gebiedsontwikkeling en grote ruimtelijke ingrepen (ontwerp – structuurvisie)
- •
Meer synergie tussen beeldende kunst, architectuur, erfgoed, ruimtelijke ordening en citymarketing in de promotie van Haarlemmermeer buiten de gemeentegrenzen
- •
Meer creatieve werkruimtes op erfgoedlocaties of leegstaande (kantoor)locaties
Voornemens 2013 - 2016
Erfgoed
Wij voeren de erfgoednota uit 2011 onverkort uit. Dat betekent dat we inzetten op:
Cultuurhistorie23
Momenteel beschikken we over de subsidieverordening restauratie gemeentelijke monumenten. Deze regeling is voornamelijk gericht op het restaureren van monumenten. We merken dat veel panden in slechte staat zijn vanwege een gebrek aan regulier onderhoud. De maximale subsidie van €50.000, - is vaak echter te gering om een restauratie te doen.
Daarnaast vinden wij gemeente het van belang dat monumenten die op dit moment in goede staat verkeren ook in goede staat blijven, om grote restauraties zoveel mogelijk te voorkomen.
Wij zijn dan ook voornemens om de maximale hoogte van de subsidie anders in te vullen en de focus van de subsidie te verschuiven van stimulering van restauratie naar stimulering van regulier onderhoud. Dit laatste wordt ook al door de rijksoverheid ingezet (Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten, Brim). We willen een laagdrempelige instandhoudingsregeling ontwikkelen. Dit willen we op zo’n manier vormgeven dat een eigenaar naast financiële ondersteuning ook gestimuleerd wordt planmatig en efficiënt onderhoud te plegen.
We hebben een Archeologische Beleidskaart Haarlemmermeer opgesteld. De beleidskaart is de onderlegger voor het opstellen en herzien van bestemmingsplannen en dient tevens als onderlegger voor de besluitvorming bij vergunningverlening. In de Haarlemmermeer zijn op bescheiden schaal archeologische waarden aangetoond. Op een aantal plaatsen is bij nieuwe ontwikkelingen, vooral als dit grootschalig zijn, verkennend archeologisch onderzoek vereist. De gemeente voert dan ook een beleid dat in eerste instantie gericht is op behoud van waardevolle elementen en structuren, waarbij de omvang van de bodem verstorende activiteit bepalend is. Voor gebieden met een lage archeologische verwachtingswaarde wordt onderzocht of voor deze gebieden een gezamenlijk bureauonderzoek kan worden gedaan, in plaats van dat er steeds een los, per project, een bureauonderzoek wordt gedaan.
Beeldbepalende objecten
Beeldbepalende panden zijn panden die niet monumentwaardig zijn in de zin van de Monumentenwet 1988, maar die wel een duidelijke toegevoegde waarde vertegenwoordigen. Dit doordat de historische objecten bepalend en waardevol zijn voor het stedenbouwkundige beeld en/of de cultuurhistorische waarden binnen de gemeente. De beoogde bescherming treft vooral die delen van het pand, die bijdragen aan het straatbeeld. In tweede instantie wil de gemeente de mogelijkheden bekijken om beeldbepalende elementen in het bestemmingsplan te beschrijven en indien mogelijk een dubbelbestemming ‘beeldbepalende bouwwerken’ te geven. De juridische implicaties van de opname in het bestemmingsplan en eeneventuele rol van de erfgoedcommissie bij beoordeling van plannen die beeldbepalendepanden raken, dient in de komende beleidsperiode uitgewerkt te worden.
Moderne monumenten
Als gemeente zijn wij van mening dat erfgoedbeleid niet alleen een kwestie van terugblikken is, maar ook van vooruitkijken. In Haarlemmermeer zijn relatief veel moderne, kwalitatief hoogwaardig vormgegeven panden aanwezig. Objecten die in de (verre) toekomst mogelijk in aanmerking komen voor een wettelijke monumentenstatus. De erfgoedcommissie heeft een paar jaar geleden de moderne monumenten in beeld gebracht en in boekvorm uitgebracht. Dit neemt niet weg dat we altijd alert moeten zijn op moderne monumenten die hieraan toegevoegd kunnen worden.
Een deel van het gemeentelijk budget voor onderhoud van de monumenten komt ten laste van een percentage van de opbrengst van de grondexploitatie. De opbrengst van de grondexploitatie loopt terug en dat drukt de omvang van het onderhoudsbudget monumenten. Dat vinden wij een risicovolle ontwikkeling. Onderhoud is immers een wettelijke taak voor de gemeente en daarom hebben we het budget voor onderhoud monumenten dat voorheen ten laste van de GREX kwam als vast budget opgenomen in de begroting.
Museale infrastructuur
Wij zijn voorstander van de ontwikkeling van een professionele museumorganisatie en passende accommodaties voor het presenteren van de geschiedenis van Haarlemmermeer. Dat betreft de geschiedenis van het water en de geschiedenis van het ontstaan van de gemeente van vandaag de dag. Wij pleiten er tevens voor dat in de museale activiteiten aandacht kan zijn voor de toekomstige ontwikkeling, bijvoorbeeld van de luchtvaart, stedelijke ontwikkeling, landbouw/ voedselvoorziening en waterbeheer. Wij vertrouwen er op dat de presentaties passen bij het publiek van vandaag en morgen en het museum sociaal en educatief (zeer) actief is tot ver buiten onze gemeentegrenzen. De musea werven een groot deel van het benodigde budget zelf. Zij vragen de gemeente om medewerking bij de verkoop van de huidige accommodatie van het Historisch Museum en ondersteuning van het vooronderzoek. Wij wachten de uitkomsten van het vooronderzoek af en nemen pas dan besluiten over een mogelijke gemeentelijke betrokkenheid bij nieuwbouw. Door herschikking van bestaande budgetten zien wij wel mogelijkheid om het budget dat beschikbaar is voor de prestatiesubsidie aan beide musea samen met ingang van 2013 te verhogen met 18.000 euro.
Beeldende kunst, vormgeving en architectuur
Een goed beheer van de kunstwerken in de openbare ruimte vinden wij belangrijker dan het blijven uitbreiden van de collectie kunstwerken. We gaan daarom alleen nog kunstopdrachten uitschrijven wanneer we daarbij mee kunnen werken in grootschalige gebiedsontwikkelingen, zoals Park 21, Geniepark en infrastructurele opgaven. Ontwikkelingen van die omvang maken dat Haarlemmermeer zich met kunstwerken weet te onderscheiden en zelfs soms de passagiers die met vliegtuig arriveren of vertrekken vanuit de lucht kan verrassen. We stemmen ons opdrachtenbeleid daarom af met de opgaven in de structuurvisie en het lopend ruimtelijk ordeningsbeleid en koppelen daar ons GREX - budget aan als cofinanciering. Uitgangspunt daarbij is dat beeldende kunst bijdraagt aan de ruimtelijke kwaliteit van de inrichting van onze gemeente.
In het onderhoud van de collectie beelden in de openbare ruimte doet dezelfde onzekerheid zich voor als bij het onderhoud van de monumenten. Ook hier dreigt de opbrengst van de grondexploitatie in de toekomst niet meer voldoende te zijn voor het garanderen van goed onderhoud. Daarom hebben wij ook hier de mogelijkheid gezocht een deel van het benodigde budget vast op de begroting te plaatsen. Het budget kwam voorheen ten laste van de GREX.
In de programmalijn Het Cultuurgebouw als spil in een netwerk van culturele kernen kondigden wij al aan dat wij de opdracht aan Theater de Meerse voor de galerie – en tentoonstellingsfunctie overdragen aan de samenwerking van de vier instellingen in het Cultuurgebouw.
Samenwerking
Wij juichen de samenwerking tussen de instellingen voor beeldende kunst en architectuur, erfgoed en musea, de Bibliotheek Haarlemmermeer en het Historisch Archief toe. Door deze samenwerking krijgt het thema landschap en cultuur een profiel. Wij willen faciliteren dat de programma’s van deze instellingen ook aansluiten bij onze citymarketing, vooral omdat het hier gaat om een aspect van de gemeente dat bezoekers van ver buiten de gemeente kan aanspreken.
Wij willen de samenwerking op het thema landschap en cultuur stimuleren door het budget voor de kunstmanifestatie in uitvoering te geven aan een samenwerking van de musea, Kunstfort bij Vijfhuizen en Podium voor Architectuur. We vragen deze instellingen een gezamenlijk plan in te dienen voor een tweejaarlijkse manifestatie die het landschap en de dynamiek van Haarlemmermeer artistiek en cultureel illustreert en presenteert aan een regionaal en op termijn nationaal publiek. Zo’n manifestatie draagt bij aan de bekendheid van onze gemeente.
We zetten ons beleid voor broedplaatsen voort, maar leggen het initiatief bij externe organisaties zoals creatieve bedrijfjes, ontwikkelaars en stichtingen. Daarbij geven wij de voorkeur aan het inrichten van (tijdelijke) broedplaatsen op erfgoedlocaties of in leegstaande (kantoor)locaties.
Samenwerking tussen beeldende kunst, musea en erfgoed komt ook tot uiting in de educatieve activiteiten die deze instellingen ontwikkelen voor het onderwijs. Juist daar kunnen nieuwe generaties kennis nemen van het ontstaan van de plek waar zij wonen en opgroeien. In de Erfgoednota schreven wij al:
Cultuureducatie
Het Haarlemmermeerse cultureel erfgoed dient in de optiek van de gemeente een kennisbron voor geschiedenisonderwijs en voorlichting te zijn. Educatie is een belangrijk middel om het historisch besef van Haarlemmermeerders te versterken. Voor bewoners, gebruikers en toeristen vormt het cultureel erfgoed een beeldverhaal, de spiegel van de bewoningsgeschiedenis. Het in stand houden van en betekenis geven aan cultuurhistorische waarden waarborgt de overdracht van informatie over de loop van onze geschiedenis. Cultureel erfgoed ontstaat elke dag, maar het is zaak informatie van vroeger en verhalen van bewoners te bewaren en bewust te gebruiken voor vernieuwing, op zo’n manier dat cultuurhistorische informatie inspiratie oplevert. Archieven, musea en historische verenigingen spelen een logische en belangrijke rol bij de overdracht van dit immateriële en materiële cultureel erfgoed.
Er ligt een uitdaging om jongere generaties enthousiast te maken voor het Haarlemmermeers cultureel erfgoed.
Realisatie en prestaties
We realiseren deze programmalijn vooral door de uitvoering van de in 2011 vastgestelde erfgoednota. Maar niet alleen het behoud van ons erfgoed is belangrijk, ook het presenteren en uitdragen van onze ontstaansgeschiedenis aan inwoners en een breed publiek van elders is belangrijk. Bewaren, presenteren en beleven bepalen tenslotte de trots die we voelen voor onze woonomgeving. Om hieraan bij te dragen ondersteunen we het vooronderzoek van Museum de Cruquius /Historisch Museum Haarlemmermeer naar financiering van de nieuwbouw bij het gemaal Cruquius.
We vragen aan de musea, Podium voor Architectuur en Kunstfort Vijfhuizen om een plan op te stellen voor een manifestatie over het landschap, beeldende kunst en architectuur (inhoud, organisatie, marketing, financiën). Wanneer alle partijen en de gemeente, dit plan goedkeuren, dan stellen wij een budget beschikbaar voor de uitvoering van dat plan door deze organisaties. Daarmee samenhangend werken de betrokken instellingen aan presentaties en tentoonstellingen op het gebied van geschiedenis, architectuur en hedendaagse kunst om een groter publiek te bereiken en de unieke waarden van Haarlemmermeer uit te dragen. Wij verhogen de subsidies aan Museum de Cruquius en Historisch Museum Haarlemmermeer.
In ons opdrachtenbeleid beeldende kunst gaan we intensiever afstemmen met de opgaven in de structuurvisie en het lopend ruimtelijk beleid. Het aantal opdrachten wordt minder, de opdracht op zich omvangrijker worden. We dagen creatief ondernemers, ontwikkelaars en stichtingen uit om (tijdelijke) broedplaatsen voor creatieve ondernemers en bedrijfjes te realiseren op erfgoedlocaties zoals boerderijen en forten of op leegstaande (kantoor en winkel) locaties.
Uitvoerders
Naast de partijen in de Erfgoed nota zoals de erfgoedcommissie is een prominentere rol weggelegd voor onze musea en presentatieinstellingen (Historisch Museum Haarlemmermeer; Museum De Cruquius; Meerhistorie; Kunstfort Vijfhuizen en Podium voor Architectuur).
Termijn
2013 – 2016
Budget
Budget verdeeld per lijn |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2.012 |
2.013 |
2.014 |
2.015 |
2.016 |
540 Kunst |
528 |
528 |
528 |
814 |
814 |
541 Oudheidkunde en musea |
477 |
472 |
467 |
467 |
467 |
|
1.005 |
1.000 |
995 |
1.281 |
1.281 |
Mutaties Cultuurnota |
|
|
|
|
|
Bedragen * € 1.000 |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
540 Kunst |
|
160 |
160 |
160 |
160 |
541 Oudheidkunde en musea |
|
20 |
20 |
20 |
20 |
|
0 |
180 |
180 |
180 |
180 |
6. Programmalijn Samen werken en specialiseren in een regio
Haarlemmermeer is onderdeel van de metropoolregio en ingebed tussen een aantal belangrijke culturele steden. Wij geven in ons beleid daarom prioriteit aan die culturele programmering die bestemd is voor onze eigen inwoners en die activiteiten die voortkomen uit de unieke kwaliteiten van Haarlemmermeer. Daarnaast willen we op een aantal onderwerpen regionale samenwerking en afstemming organiseren.
Stand van zaken
Onze gemeente ligt tussen een aantal steden met een historisch centrum en een veelomvattend cultureel aanbod. De opbouw van onze gemeente en de decentrale ligging van een aantal kernen ten opzichte van Hoofddorp hebben tot gevolg dat een deel van het cultureel geïnteresseerde publiek eerder gebruik maakt van de culturele instellingen in Haarlem, Amsterdam en Leiden. We verwachten dat een deel van dat publiek opnieuw verleid kan worden door de komst van het Cultuurgebouw en het meer profileren van ons erfgoed en de beeldende kunst. Niet voor niets maken we met De Cruquius ook onderdeel uit van het ERIH netwerk.24We moeten echter ook accepteren dat het cultureel aanbod in Haarlemmermeer niet alles omvat en in sommige opzichten geen concurrentie is voor een deel van het aanbod in omliggende gemeenten. In tegenstelling tot de omliggende cultureel rijke steden ondervindt Haarlemmermeer ook geen grote druk van nieuwe culturele productie of nieuwe culturele instellingen die een beroep op subsidie van de gemeente. De culturele infrastructuur is daardoor overzichtelijk en, in het aantal en soort culturele instellingen, ook voldoende voor de vraag van onze inwoners. Het activiteitenaanbod aan kunst en cultuur kan natuurlijk altijd nog verder verbreden en verdiepen.
Als gemeente werken we op provinciale en regionale schaal samen ter voorbereiding van beleidswijzigingen cultuur die meer gemeenten raken. We zijn bijvoorbeeld betrokken bij beleidswijzigingen bij de provincie Noord-Holland en bij de voorbereiding van de nieuwe landelijke regeling Cultuureducatie met Kwaliteit. Haarlemmermeer werkt mee in de metropoolregio Amsterdam en de creatieve economie (waar kunst en cultuur onderdeel van zijn) is een van de thema’s in die samenwerking.
Ontwikkelingen
Eigen kracht
Tijdens de voorbereiding van onze Cultuurnota hebben wij onderzoek uitgevoerd en gesprekken gevoerd. Met de uitkomsten daarvan kunnen wij specifiek duiden waar de culturele kracht van Haarlemmermeer ligt en die kracht, vertaald in vijf uitgangspunten, is het vertrek voor ons nieuwe beleid. Kort samengevat richt Haarlemmermeer zich op het Cultuurgebouw en het vele (amateur) initiatief in de kernen en op de specifieke geschiedenis van de gemeente en de relatie tussen die geschiedenis, het landschap, de beeldende kunst en architectuur. Daarnaast onderscheiden wij ons met onze aanpak Cultuureducatie en Cultureel Ondernemerschap.
Concurrentie
Zeker nu het economisch slechter gaat en het potentiele publiek scherpere keuzes maakt voorafgaand aan het bezoek aan een culturele activiteit zien we ook het risico van concurrentie groeien. Dit kan vooral toenemen in de podiumkunsten waar bijvoorbeeld de pop podia in de regio (Haarlemmermeer, Amstelveen, Haarlem) kunnen proberen elkaars publiek ‘te kapen’ en de programmering niet af te stemmen. Wij zouden dat een ongewenste ontwikkeling vinden.
Samenwerking
De gemeente neemt deel aan afstemming van cultuurbeleid en culturele evenementen. Het initiatief daarvoor komt vooral van de gemeente Haarlem en de provincie Noord-Holland. Daarnaast zoeken instellingen zoals de Bibliotheek Haarlemmermeer samenwerking met organisaties in de omliggende gemeenten met als doel het bundelen van werkzaamheden en kostenreductie.
Financiën
Culturele instellingen en initiatieven uit onze gemeente zullen meer dan voorheen een beroep doen op fondsen, subsidies en bijdragen die een regionale, provinciale of landelijke herkomst hebben. Vanuit cultureel ondernemerschap vinden wij dat een goede ontwikkeling.
Doelen 2013 2016
- •
Meer bovenlokale samenwerking op broedplaatsen, erfgoed en beeldende kunst en festivals en evenementen
- •
Meer regionale afstemming in culturele programmering en marketing
Voornemens 2013 2016
Specialisatie
Met dit uitvoeringsprogramma maken wij duidelijk waar wij de komende jaren op inzetten. We kiezen er dus ook voor geen inspanning te plegen om voorzieningen en activiteiten binnen te halen die in onze gemeente ontbreken (denk vooral aan de professionele productie van cultuur, verschillende vormen van cultureel aanbod, opleidingen en ook kunstmusea). Die voorzieningen zijn aanwezig in de omliggende gemeenten. Dat ontslaat de culturele instellingen in Haarlemmermeer er overigens niet van om er alles aan te doen om de cultuur in onze gemeente te laten bloeien voor de eigen inwoners en voor al degenen die de gemeente (willen) bezoeken.
Regionale afstemming
Om concurrentie tegen te gaan willen wij dat de culturele instellingen die het betreft met elkaar afspraken maken over samenwerking en afstemming. Dat betreft het aanbod en de programmering (wat staat er op het podium en wanneer) en de marketing. Het resultaat kan zijn dat instellingen vooral samen gaan werken of juist tot de conclusie komen dat ieder een eigen specifiek profiel neerzet.
Bovenlokale samenwerking
Op een aantal onderwerpen en inspanningen gaan wij de bovenlokale samenwerking meer opzoeken. We kiezen daarbij voor onze aanpak voor de ontwikkeling, het beheer en het gebruik broedplaatsen (samenwerking met gemeente Amsterdam, Metropoolregio en met Bureau Broedplaatsen). We kiezen voor erfgoed, landschap, cultuureducatie en beeldende kunst waar we samenwerking kunnen vinden met de provincie Noord-Holland (Oneindig Noord-Holland, cultuurtoerisme, culturele planologie, stelling van Amsterdam en wet- en regelgeving monumenten en archeologie) en we stemmen nieuwe initiatieven voor culturele evenementen en festivals zo nodig af met de omliggende gemeenten. We hevelen de prestatiesubsidie voor Meerjazz over naar ons evenementenbeleid. Het evenementenbeleid zet in op een bovenlokale profilering van festivals en andere manifestaties.
inspanningen en prestaties
Het directe resultaat van deze programmalijn is niet direct in geld of producten samen te vatten. De activiteiten in de uitvoering dragen bij aan de ontwikkeling van onze eigen unieke waarden en eigenschappen. In juiste samenspraak met onze buurgemeenten wordt gestreefd naar een aanbod dat niet alleen voor onze eigen inwoners, maar ook de ons omliggende gemeenten zal aanspreken. Diversiteit in de regio in plaats van meer van hetzelfde. Dit zal bijdragen aan het succes en ook zelfstandig slagen van initiatieven ten goede komen.
Dit geldt voor de ontwikkeling van bijvoorbeeld de broedplaatsen, maar zeker ook voor evenementen met een bovengemeentelijk karakter (vgl. Sportevenementen, Dance festivals). Wij kiezen hierbij voor een eenduidige aanpak en daarom overhevelen we MeerJazz als volwassen evenement over naar de kaders van het evenementenbeleid.
Van de grote cultuuraanbieders verwachten wij het uitvoeren van de opgave om afspraken over specialisatie, afstemming en samenwerking te maken met collega instellingen in de omliggende gemeenten. De gemeente zal op gemeentelijk en provinciaal niveau actief inzet te plegen.
Uitvoerders
Culturele instellingen (meerjarig gesubsidieerden), de gemeente en festivals/evenementen
Budget
Budget verdeeld per lijn |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Lijn 5 Samenwerken |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutaties Cultuurnota |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Lijn 5 Samenwerken |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
7. Overzicht van culturele instellingen en verdeelregels
In dit hoofdstuk van het uitvoeringsprogramma geven we kort inzicht in de culturele instellingen in Haarlemmermeer die van de gemeente prestatiesubsidie ontvangen in ruil voor een cultureel activiteitenaanbod. Per instelling benoemen we kort het profiel en geven inzicht in de taken die de instelling op zich neemt. Aansluitend geven wij per instelling een overzicht van de prestatieafspraken die voor die instelling voortvloeien uit het uitvoeringsprogramma en het indicatieve budget dat hiervoor op de gemeentelijke begroting beschikbaar is. Het overzicht is een schets, de definitieve voorstellen voor prestaties komen in de programma’s van eisen en productbladen die elke prestatiegesubsidieerde instelling ontvangt.
Na het overzicht van de instellingen geven we een eerste blik in de twee nieuwe verdeelregels die wij ontwerpen. Ook dat is een eerste aanzet.
Schouwburg De Meerse
Schouwburg De Meerse (SDM) is gevestigd in het Cultuurgebouw en organiseert de activiteiten daar in twee zalen. De Grote Zaal, met een traditionele podium- en zaalindeling en 520 zitplaatsen. De kleinere Vlakke Vloer Zaal, waarin de verrijdbare tribune overloopt in de speelvloer, heeft 275 zitplaatsen. Daarnaast programmeert Schouwburg De Meerse in Het Oude Raadhuis (HOR) een theaterzaal van 100 stoelen plus (situatie begin 2012) twee expositieruimten beeldende kunst en een beeldentuin. Schouwburg De Meerse heeft van oudsher twee kerntaken: de podiumprogrammering (cabaret, kleinkunst, toneel, muziek, artfilms, dans, musical en muziektheater, kinder - en familievoorstellingen. En het beschikbaar stellen van podiumfaciliteiten aan het amateurkunstveld en daarnaast een meer afgeleide taak voor tentoonstellingen en verkoop van beeldende kunst. Voor de verhouding programmering voor een breed publiek en voor een kleiner publiek (minder bekend aanbod) gaan we uit van 70/30 en voor het Oude Raadhuis 50/50. Schouwburg De Meerse kiest met de activiteiten voor het profiel van een streekschouwburg met voor ieder wat wils.
Prestaties 2013 2016
- -
Het uitvoeren van bovengenoemde twee kerntake
- -
het ontwikkelen van een divers pakket aan educatieve culturele activiteiten aan het onderwijs en aan de bezoekers aan culturele instellingen;
- -
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
- -
Vergroten van het bereik onder de doelgroep 15 – 25 jaar
Poppodium Duycker
Duycker programmeert de grote zaal voor 750 bezoekers en een kleine zaal van 200. Daarnaast is een podiumcafé. Duycker heeft als kerntaken de poppodiumprogrammering en de werkplaats Artquake. Meer afgeleide taak is het beschikbaar stellen van werkruimte voor de cultuurbeoefening door jongeren (verhuur). Duycker is organisator en presentator van popmuziekactiviteiten in de brede zin. Zij biedt live popconcerten aan vanuit het uitgangspunt landelijk trendvolgend en lokaal trendsettend. Duycker organiseert ook dance-events. Artquake is educatie en kweekvijver jongerencultuur ineen. Jongeren nemen actief deel aan cultuur.
Prestaties 2013 2016
- •
Het uitvoeren van bovengenoemde kerntaken en afgeleide taak
- •
Het ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
- •
het ontwikkelen van een divers pakket aan educatieve culturele activiteiten aan het onderwijs en aan de bezoekers aan culturele instellingen;
- •
het aanbieden van een werkplaats voor de ontwikkeling van projecten jongerencultuur
- •
het ontwikkelen van expertise jongerencultuur en marketinginstrumenten gericht op de doelgroep jongeren en het aanbieden van deze kennis aan andere prestatiegesubsidieerde instellingen.
Bibliotheek Haarlemmermeer
De Bibliotheek Haarlemmermeer is een kenniscentrum van lezen en literatuur. Bibliotheek Haarlemmermeer heeft vijf volwaardige vestigingen. De bibliotheek is gecertificeerd en neemt deel aan het landelijke en provinciaal bibliotheeknetwerk. Samen vormen de vestigingen de basisbibliotheek. De bibliotheken zijn gevestigd in Hoofddorp Centrum en Floriande, Badhoevedorp, Nieuw-Vennep en Zwanenburg. De bibliobus bezoekt afwisselend Rijsenhout, Vijfhuizen, Zwanshoek, Lisserbroek, Abbenes, Burgerveen en Beinsdorp.
Behalve boeken heeft de bibliotheek ook kranten, tijdschriften, naslagwerken, bladmuziek, cd-roms, dvd's, muziek-cd's en games. Daarnaast organiseert de bibliotheek tentoonstellingen, lezingen en optredens en cursussen. In Hoofddorp Centrum bevindt zich het JongerenInformatiePunt (JIP), hier kunnen jongeren van 12 t/m 23 jaar terecht voor al hun vragen.
Op dit moment is ruim 25 % van de bevolking lid van de bibliotheek en zeker 60% bezoekt en gebruikt de bibliotheek in meer of mindere mate. Dit zijn meer dan 37.000 leden en 500.000 bezoekers op jaarbasis. Met elkaar lenen zij jaarlijks meer dan 1.000.000 media en het virtuele bezoek bestaat uit meer dan 10.000 unieke bezoekers per maand.
De algemene doelstelling is het bevorderen van deelname aan cultuur en educatie door het actief aanbieden van fysieke en digitale collectie, culturele activiteiten en een neutrale en veilige ontmoetingsplek.
De doelstelling is verder uitgewerkt in de volgende subdoelen:
- •
Kennis en Informatie: Laagdrempelige betrouwbare en actuele informatiebron op het gebied van welzijn, gezondheid en cultuur(historie);
- •
Ontwikkeling en Educatie: Ondersteuning bieden aan onderwijs om lees- en leerachterstanden te bestrijden;
- •
Kunst en Cultuur: Ontwikkelen van een activiteitenaanbod en hierbij samenwerken met culturele en erfgoedpartners in Haarlemmermeer;
- •
Lezen en Literatuur: Zorg dragen voor een maatschappelijke verankering van leesbevordering en houdt in haar collectievorming en tarievenbeleid rekening met de toegankelijkheid van literatuur, ook voor laaggeletterden en niet mobiele gebruikers;
- •
Ontmoeting en Debat: Aanbieden van ruimte voor ontmoeting en debat.
Prestaties 2013 2016
- -
Het uitvoeren van de vijf bovengenoemde kerntaken
- -
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
- -
Het ontwikkelen van een divers pakket aan educatieve culturele activiteiten aan het onderwijs en aan de bezoekers aan culturele instellingen;
- -
Samenwerken met Meeromroep
Pier K
Pier K presenteert zich als het vertrekpunt voor kunst en cultuur in Haarlemmermeer. In Pier K kun je actief en passief kennis maken met kunst en cultuur en, als je dat leuk of leerzaam vindt, je verder ontwikkelen in het deelnemen aan kunst en cultuur. Pier K ontwikkelt de activiteiten in een aantal lijnen of pieren: Kunst in Leren dat zich richt op cultuureducatie in het basis en voortgezet onderwijs, Kunst naar Keuze dat zich richt op cursussen en workshops buiten het onderwijs/ in de vrije tijd en Kunst in de Wijk dat zich richt op het organiseren van cultuur met en door inwoners in hun woon omgeving. Ook herbergt Pier K het Podium Architectuur (projecten, debat, expertmeetings op het grensvlak van architectuur, sociale ontwikkeling en ruimtelijke planvorming). De kerntaken van Pier K betreffen cultuureducatie in het onderwijs, cultuureducatie in de vrije tijd voor kinderen en jongeren, talentontwikkeling, amateurkunst en het podium architectuur. Afgeleide taak is de cultuureducatie voor volwassenen. Pier K heeft naast de vestiging in het Cultuurgebouw een tweede vestiging in Nieuw Vennep.
Prestaties 2013 2016
- •
Het uitvoeren van de bovengenoemde kerntaken en zo mogelijk van de afgeleide taak
- •
Waarborgen van de waardevrije bemiddeling tussen een breed en kwalitatief cultureel aanbod en het basis en voortgezet onderwijs
- •
Het vraaggericht integreren van Cultuurparcours, Kunstmenu, Kunst in Leren en (toekomstig Cultuur in de Spiegel) tot een overzichtelijk en divers aanbod aan het onderwijs;
- •
het aanbieden van cursussen en workshops cultuur voor de doelgroep 18 –
- •
het aanbieden van een kennismaking met cursussen en workshops cultuur 18 +
- •
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
Via Podium voor Architectuur
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de Bibliotheek Haarlemmermeer, Historisch Archief, Museum de Cruquius, Historisch Museum Haarlemmermeer, Kunstfort Vijfhuizen: ontwikkelen, presenteren en mede – uitvoeren van een tweejaarlijkse manifestatie landschap, erfgoed, beeldende kunst en architectuur
Cultuurgebouw (samenwerkende instellingen) (15,7 miljoen)
Naast de profielen van de vier individuele instellingen werken de vier samen als het Cultuurgebouw. Onderstaande prestaties gelden voor alle vier de instellingen. Deze prestaties nemen wij op in de individuele prestatieovereenkomsten en, indien sprake is van een budget, wijzen wij in overleg met de instellingen een penvoerder aan of verdelen wij het budget over de vier instellingen.
Prestaties 2013 2016
- •
Een bruisend Cultuurgebouw voor alle inwoners van Haarlemmermeer: samenwerken op warme en koude taken met de partners in het Cultuurgebouw en samen ondernemen
- •
Minimaal jaarlijks een gemeentebreed festival (bijvoorbeeld de WAK) waarbij het cultureel initiatief uit de kernen gepresenteerd wordt en uitwisseling een stimulans krijgt
- •
Het ondersteunen en aanbieden van culturele activiteiten en diensten in minmaal de drie hoofdgebieden van de gemeente;
- •
Het opzetten en beheren van een digitale marktplaats voor vraag en aanbod cultuur
- •
Tentoonstellingen en presentaties ter verlevendiging van het Cultuurgebouw in geheel en uitstraling naar omgeving
- •
De organisatie van een jaarlijkse bijeenkomst voor al het culturele initiatief in de gemeente naar aanleiding van het gemeentelijk cultuurbeleid (debat, manifestatie, showcase)
Acht culturele instellingen ontvangen een gemeentelijke prestatiesubsidie:
Museum de Cruquius (114.100)
Museum de Cruquius voert de museale activiteiten uit in Stoomgemaal "De Cruquius" uit 1849, een industrieel monument. Samen met de stoomgemalen "Leeghwater" en "Lijnden" pompte de Cruquius van 1849 tot 1852 het Haarlemmermeer leeg en hield daarna de polder droog tot 1912. "Stichting De Cruquius" (1934), voorkwam sloop en maakte een museum van het gemaal en zorgde voor onderhoud. Museum De Cruquius mag het predicaat "Geregistreerd Museum" voeren. Het stoomgemaal is onderdeel van de Europese Route van het Industrieel Erfgoed (ERIH), een netwerk van industriële erfgoedlocaties in Europa. Het museum bereidt een fusie voor met het Historisch Museum Haarlemmermeer.
Prestaties 2013 2016
- •
Het exploiteren van een museum
- •
Het organiseren en aanbieden van educatieve activiteiten voor het onderwijs en voor de museumbezoekers (8 maal per jaar)
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de musea Haarlemmermeer
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de Bibliotheek Haarlemmermeer, Historisch Archief, Kunstfort Vijfhuizen, Podium Architectuur en de musea: ontwikkelen, presenteren en mede – uitvoeren van een tweejaarlijkse manifestatie landschap, erfgoed, beeldende kunst en architectuur
- •
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
- •
Faciliteren en ondersteunen van Stichting Muziekconcerten Cruquius en de projecten van Living History in de musea Haarlemmermeer
Onderdeel afspraken met Museum de Cruquius (onder voorbehoud):
Stichting Cruquiusconcerten (9.100)
De Stichting Cruquiusconcerten heeft als doel het verzorgen van kleinschalige concerten in Museum De Cruquius. De stichting programmeert het brede scala van kamermuziek zowel in tijdsperiode als in bezetting.
Living History (8.000)
Living History is gevestigd in Kennemerland en verbeeldt door amateurtheater de geschiedenis van een locatie of object. In Haarlemmermeer doet de stichting dit in museum De Cruquius en Historisch Museum Haarlemmermeer.
Historisch Museum Haarlemmermeer (104.400)
De oprichting van het Museum in 1992 was een van de doelstellingen van de Stichting Meerhistorie, die zich inzet voor het roerend en onroerend erfgoed in de gemeente. Het museum vertelt het verhaal van de gemeente sinds de droogmaking in 1852. In verschillende presentaties krijgt de bezoeker een beeld van het leven van de eerste bewoners, het oprichten van voorzieningen en de sociale geschiedenis. De rondgang door het museum eindigt bij de polder van nu met bijvoorbeeld Schiphol en de bedrijventerreinen. Het museum richt zich nadrukkelijk op een jong en oud publiek.
Prestatieafspraken 2013 – 2016
- •
Het exploiteren van een museum
- •
Het organiseren en aanbieden van educatieve activiteiten voor het onderwijs en voor de museumbezoekers (8 maal per jaar)
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de musea Haarlemmermeer
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de Bibliotheek Haarlemmermeer, Historisch Archief, Kunstfort Vijfhuizen, Podium Architectuur en de andere musea: ontwikkelen, presenteren en mede – uitvoeren van een tweejaarlijkse manifestatie landschap, erfgoed, beeldende kunst en architectuur
- •
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
Stichting Kunstfort bij Vijfhuizen (37.800 + 100.000 uit BKV-gelden)
Het kunstfort bij Vijfhuizen is een centrum voor actuele kunst en maakt onderdeel uit van de Stelling van Amsterdam. De stelling dateert uit het einde van de 19e eeuw en is uitgeroepen als Unesco monument. Het fort herbergt naast tentoonstellingsruimtes en (gast) ateliers voor kunstenaars, ook een restaurant en vergaderruimtes. Op en rond het fort staan ook buitenkunstwerken en exploiteert ook de Genieloods.
Prestatieafspraken 2013 - 2016
- •
Het beheren en onderhouden van een fort (Stelling van Amsterdam);
- •
Het exploiteren van een presentatie- instelling hedendaagse kunst (minimum van drie tentoonstellingen hedendaagse kunst met nevenactiviteiten)
- •
Het organiseren en aanbieden van educatieve activiteiten voor het onderwijs en voor de museumbezoekers (4 maal per jaar)
- •
Onderhouden van een permanente historische tentoonstelling over het fort
- •
Optimaliseren van de samenwerking met de Bibliotheek Haarlemmermeer, Historisch Archief, Museum de Cruquius, Historisch Museum Haarlemmermeer, Podium Architectuur: ontwikkelen, presenteren en mede – uitvoeren van een tweejaarlijkse manifestatie landschap, erfgoed, beeldende kunst en architectuur
- •
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
Meeromroep (90.800)
Meeromroep is de lokale omroep van Haarlemmermeer. In 2005 ging de omroep een ontwikkeling in op weg naar:
- -
de ambitie om op termijn, naast radio, ook televisie, internet- en crossmediale activiteiten te gaan ontplooien;
- -
de ambitie om door het verwerven van commerciële inkomsten en sponsoring in de loop van enkele jaren de exploitatie voor de helft of meer te kunnen bekostigen uit eigen inkomsten.
- -
de noodzaak om na het gereedkomen van het Cultuurgebouw – c.q. na het wegvallen van de inhuizingmogelijkheid in de tijdelijke bibliotheekvestiging aan de Binnenweg te Hoofddorp – nieuwe accommodatieruimte te vinden.
Geconstateerd kan worden dat Meeromroep zich hiermee als pionier ontpopte van het streven naar (meer) cultureel ondernemerschap. Wij hebben, naast genoemd basisniveau van € 1,30 per huishouden, aanvullende subsidiemiddelen voor de startfase van de organisatie beschikbaar gesteld. Daarbij werd een afbouwschema van enkele jaren tot aan het basisniveau van € 1,30 per huishouden vastgelegd. De aanvullende subsidiemiddelen werden in 2009 en 2011 tijdelijk verlengd om televisie te starten en (commercieel) te positioneren. De gemeente legde vast dat Meeromroep, door het realiseren van de in het businessplan Meeromroep beoogde eigen inkomsten, per 2013 (de start van dit uitvoeringsprogramma) zover zelfstandig dient te zijn dat de gemeentelijke subsidiebijdrage kan worden teruggebracht tot het wettelijk niveau van € 1,30 per huishouden.
In lijn met onze algemene wens voor meer dwarsverbanden, kruisbestuiving en synergie tussen de diverse grote en kleine amateur- en professionele ‘spelers’ in het Haarlemmermeerse culturele veld, vragen wij ook van Meeromroep om nog meer dan nu al het geval is de samenwerking – inhoudelijk en bedrijfsmatig – op te zoeken met partners. Hoewel daarbij geen enkele partner op voorhand hoeft te worden uitgesloten zien wij als gemeente wel een drietal , dat in ieder geval zeer voor de hand liggen:
- -
het bibliotheekwerk;
- -
citymarketing;
- -
de contacten tussen kernen en centrumgebieden van Haarlemmermeer.
Prestatieafspraken 2013 2016
- •
Ontwikkelen en uitvoeren van cultureel ondernemerschap (inclusief publieksbereik)
- •
Aanbieden van een lokale omroepvoorziening
- •
Het aanbieden van cultuur en media in de kernen
- •
Samenwerken met de Bibliotheek Haarlemmermeer
Stichting Meerhistorie (20.800)
Meer-Historie wil de expert zijn in de kennis over en het conserveren van het historisch erfgoed van de Haarlemmermeer. Dit erfgoed omvat de architectuur, de infrastructuur, de cultuur en de natuur binnen de gemeentegrenzen. Vanuit persoonlijke betrokkenheid bij en interesse in de historie van hun woon- en leefomgeving zorgen tientallen vrijwilligers er voor dat zorgvuldig wordt omgegaan met als wat de polder door de tijd heen karakteriseerde.
Galerie 2001 (14.200)
Stichting Kunst 2001 in Badhoevedorp biedt aankomende en gevestigde professionele kunstenaars expositiemogelijkheden, opdat zij hun werk tegen zo laag mogelijke kosten aan het publiek kunnen tonen. Kunst 2001 wil een breed overzicht van hedendaagse beeldende kunst laten zien. Bij de keuze van de exposanten staat de kwaliteit van het werk voorop
Museum Crash (31.100)
CRASH Luchtoorlog- en Verzetsmuseum '40-'45 presenteert op educatieve en informatieve wijze een grote tentoonstelling over de luchtoorlog tijdens de Tweede Wereldoorlog binnen de gemeente Haarlemmermeer. De collectie biedt een blik op de vaderlandse militaire luchtvaartgeschiedenis. Als enige in de wereld heeft het onderzoek van CRASH in 1993 de vondst van een Nederlands gevechtsvliegtuig, de Fokker D-21 nr. 229, opgeleverd. Het wrak is gedeeltelijk gereconstrueerd en is binnen de tentoonstelling nadrukkelijk aanwezig. Het museum stimuleert onderzoek naar deze periode
Stichting Meerjazz (56.700)
MeerJazz is een festival dat jaarlijks zo'n 15 à 20 duizend bezoekers trekt. Het festival is het grootste Big Band concours in Nederland op het gebied van Jazz en aanverwante geïmproviseerde muziek en biedt tevens een podium aan regionale amateurbands. Het festival wordt mogelijk gemaakt door de inzet van ruim 700 musici, die een breed scala aan stijlen vertegenwoordigen. Gezien aard en potentie van het festival hevelen wij het festival over naar ons evenementenbeleid
Cilinder (11.300)
Maakt op het moment van het opstellen van deze nota geen onderdeel uit van het cultuurbeleid, maar hevelen wij net als Meerjazz over naar ons evenementenbeleid waarbij het budget onderdeel wordt van het programma cultuur.
Verdeelregels: genormeerde en eenmalige subsidies (310.000)
Voor het uitvoeren van ons cultuurbeleid ontwerpen we twee verdeelregels die in de plaats komen van zes ‘oude’ regelingen (amateurkunst, podiumkunst, volkscultuur en beeldende kunst). De ene regeling betreft genormeerde subsidies amateurkunst. De andere betreft een regeling eenmalige subsidies (semi -) professionele culturele projecten. Bij de amateurkunst stellen we als subsidievoorwaarde dat de vereniging/ het initiatief minimaal een keer per jaar ‘uit de eigen kern’ komt en meedoet met bijvoorbeeld de Week van de Amateurkunst of een ander kernoverstijgende manifestatie binnen de grenzen van de gemeente.
De verdeelregel (semi -) professionele culturele projecten is bestemd voor culturele (erfgoed, kunsten en media) projecten die in inhoud, opzet en/ of publieksbereik kernoverstijgend zijn.
Bij alle subsidieaanvragen stellen wij als voorwaarde dat de aanvrager minimaal 30% van de kosten zelf dekt. De besluitvorming over de uitgewerkte ontwerp – verdeelregels cultuur vindt parallel aan de besluitvorming over de Cultuurnota plaats. De besluitvorming is onderdeel van het (op) nieuw vaststellen van alle gemeentelijke verdeelregels.
Naast deze twee verdeelregels actualiseren wij de verdeelregel cultuureducatie onderwijs (313.000)
en de verordening monumentensubsidies (147.100).
De gemeente ontvangt jaarlijks 150.000 euro als geldstroom beeldende kunst en vormgeving, waarvan wij 100.000 euro toevoegen aan de prestatieafspraken Kunstfort bij Vijfhuizen en 50.000 euro beschikbaar stellen voor de ontwikkeling van broedplaatsen.
8. Overzicht financiën 2013 2016
De uitvoering van het programma kan plaatsvinden binnen het daarvoor beschikbare budget in de begroting met inachtneming van de jaarlijkse vaststelling van de begroting door de gemeenteraad. Het huidige budget is als volgt over de verschillende programma’s en producten verdeeld. Dit is gebaseerd op de Programmabegroting 2012-2015 en de Najaarsrapportage 2011.
Bedragen * € 1.000 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
|
|
|
|
|
Programma 7 |
|
|
|
|
510 Openbare bibliotheek/recreatie |
7.580 |
7.249 |
7.230 |
7.230 |
512 Kunstzinnige vorming |
9.364 |
8.992 |
8.941 |
8.941 |
513 Overig ontwikkelingswerk |
253 |
228 |
228 |
228 |
540 Kunst |
6.989 |
6.816 |
7.078 |
7.078 |
541 Oudheidkunde en musea |
873 |
868 |
868 |
868 |
|
25.059 |
24.153 |
24.346 |
24.346 |
Programma 6 |
|
|
|
|
484 Subsidie kunst |
313 |
313 |
313 |
313 |
627 Jongerenwerk |
15 |
15 |
15 |
15 |
|
328 |
328 |
328 |
328 |
|
|
|
|
|
Totaal budget cultuurnota |
25.387 |
24.482 |
24.674 |
24.674 |
|
|
|
|
|
Waarvan: |
|
|
|
|
Kapitaallasten |
5.145 |
5.052 |
4.959 |
4.959 |
Personele budgetten |
1.028 |
1.028 |
1.027 |
1.027 |
Subsidies |
17.170 |
16.357 |
16.357 |
16.357 |
Overige budgetten |
2.045 |
2.045 |
2.331 |
2.331 |
|
25.387 |
24.482 |
24.674 |
24.674 |
|
|
|
|
|
Voor de budgettaire verdeling naar de programmalijnen richten wij ons op de beïnvloedbare kosten, zijnde de subsidies en overige budgetten. Dit budget is als volgt verdeeld naar de programmalijnen:
Uitvoeringsprogramma per lijn |
2012 |
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
Subsidies |
17.462 |
17.170 |
16.357 |
16.357 |
16.357 |
Overige budgetten |
2.045 |
2.045 |
2.045 |
2.331 |
2.331 |
|
19.507 |
19.215 |
18.402 |
18.688 |
18.688 |
|
|
|
|
|
|
Deze is als volgt verdeeld |
|
|
|
|
|
Lijn 1 Cultuurgebouw |
18.262 |
17.974 |
17.166 |
17.166 |
17.168 |
Lijn 2 Cultureel Ondernemerschap |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Lijn 3 Cultuureducatie en jongeren |
240 |
240 |
240 |
240 |
240 |
|
|
|
|
|
|
Lijn 4 Landschap en geschiedenis |
1.005 |
1.000 |
995 |
1.281 |
1.281 |
Lijn 5 Samenwerken |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
19.507 |
19.215 |
18.402 |
18.688 |
18.688 |
De onderverdeling van de huidige budgetten en de wijziging vanwege de beleidswijziging binnen deze Cultuurnota naar de financiële producten is nader uitgewerkt in het hoofdstuk van de desbetreffende lijn.
Daarbij plaatsen wij de volgende opmerkingen:
Wij beëindigen de verdeelregels eenmalig subsidie amateurkunst, eenmalige subsidie projecten en manifestaties op het gebied van de beeldende kunst en vormgeving, eenmalige subsidie cultureel ondernemerschap beeldende kunstenaars, eenmalige subsidie professionele podiumkunsten en vernieuwen de verdeelregel genormeerde subsidies amateurkunst. Wij stellen een nieuwe verdeelregel eenmalige culturele projecten op. Voor beide verdeelregels is structureel een budget van 155.000 euro beschikbaar, waarvan € 122.000 door herschikking van middelen aan dit budget wordt toegevoegd.
Een deel van de programmalijn ‘landschap en geschiedenis als inspiratiebron’ wordt gefinancierd met een percentage (0,75%) van de opbrengst van de grondexploitatie. De opbrengst van de grondexploitatie loopt terug en dat kan op termijn consequenties hebben voor de beschikbare middelen voor onderhoud van de kunstwerken in de openbare ruimte, een deel van het onderhoud van de monumenten (wettelijke taak) en het budget dat beschikbaar is voor de tijdelijke kunstmanifestatie. Daarom stellen wij voor budget te herschikken binnen de structureel productbudget op de gemeentebegroting voor cultuur. Door de herschikking komen de budgetten voor onderhoud beeldende kunstwerken (50.000 euro), behoud monumentenzorg (45.000 euro) en de tijdelijke kunstmanifestatie (65.000 euro) vast in de begroting beschikbaar.
Wij stellen in de ‘programmalijn Cultuureducatie en cultuur voor jongeren’ voor om als gemeente deel te nemen in het nieuw programma Cultuureducatie met Kwaliteit. Het ministerie stelt een matching met gemeentelijke middelen als voorwaarde voor deelname. Door herschikking binnen structureel productbudget op de gemeentebegroting voor cultuur kunnen wij aan deze voorwaarde voldoen met een budget van 75.000 euro per jaar.
Voor de uitvoering van de ambities in de Cultuurnota, onderdeel uitvoeringsprogramma 2013 - 2016 is het noodzakelijk om de formatie uit te breiden met 0,8 senior beleidsadviseur. We hebben cultuur in ons Collegeprogramma als een van onze zeven ambities benoemd. Daarbij hebben wij aangekondigd dat we een omvattende visie op de kunst en cultuur in Haarlemmermeer formuleren en dat doen we met deze Cultuurnota. Passend bij onze ambitie hebben wij onze visie onderbouwd met onderzoek en participatie. De Cultuurnota bestaat daarnaast uit een uitvoeringsprogramma. Dat biedt inzicht in de wijze waarop we onze visie realiseren en in de rol van de gemeente daarbij. In de programmalijnen geven we aan hoe we onze vijf speerpunten als vijf grote brokken kunnen neerzetten. Om dat te financieren hebben we alle budgetten cultuur tegen het licht gehouden en naast onze beleidsvoornemens gelegd. Dat leidt tot een herschikking van middelen binnen bestaand budget, maar ook tot de constatering dat we voor een succesvolle realisering van onze ambitie ambtelijke inzet op senior niveau nodig hebben. Een inzet die we de afgelopen jaren via tijdelijke inhuur hebben geregeld en nu structureel willen toevoegen aan de gemeentelijke formatie.
Alleen dan is het mogelijk om de accounts van de drie grootste gesubsidieerde instellingen op elkaar af te stemmen, om onze ambities met het Cultuurgebouw te realiseren, om regionale samenwerking en afstemming te organiseren en grotere projecten in goede banen te leiden. En het cultuurbeleid van Haarlemmermeer verdient het ook om elders als voorbeeld te dienen, een senior medewerker is ook ons ambtelijk boegbeeld in gemeentelijke netwerken.
Het benodigde budget daarvoor hebben wij gevonden door een verschuiving van structureel productbudget uit de cultuurbegroting (76.000 euro vrijval programma Cultuurparticipatie 2009-2012).
Een recapitulatie van de mutatie per lijn en product is hieronder in het kort weergegeven
Mutaties Cultuurnota per 2013 |
Lijn 1 |
Lijn 2 |
Lijn 3 |
Lijn 4 |
Lijn 5 |
Totaal per product |
510 Openbare bibliotheek/recreatie |
-101 |
|
|
|
|
-101 |
512 Kunstzinnige vorming |
-209 |
|
|
|
|
-209 |
513 Overig ontwikkelingswerk |
30 |
|
|
|
|
30 |
540 Kunst |
24 |
|
|
160 |
|
184 |
484 Subsidie kunst |
|
|
75 |
20 |
|
95 |
627 Jongerenwerk |
|
|
|
|
|
0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal per lijn |
-54 |
0 |
75 |
180 |
0 |
201 |
Ondertekening
Noot
1Staat van Haarlemmermeer, rapportage cultuur (2012 nog te verschijnen) , Menes cultuurbeleving jeugd en jongeren (2011) en themabijeenkomsten cultuur 2011 - 2012
Noot
2Voor evaluatie van de doelen uit deze nota verwijzen wij naar bijlage 2 van de startnotitie ‘Laat uw stem horen” mei 2011
Noot
5Ministerie EL&I:De creatieve sectoren (onder meer kunst, media, entertainment, vormgeving, architectuur, gaming, mode, reclame) voegen waarde toe aan economie, cultuur én maatschappij. Goede culturele en creatieve voorzieningen dragen ook bij aan de aantrekkelijkheid van steden voor toeristen, bedrijven en bewoners.
Noot
7De VSCD zag een eerste landelijke trend:De btw-verhoging op de podiumkunsten zorgt voor een sterk dalende voorverkoop voor het seizoen 2011-2012. Het aantal verkochte kaarten is met 14% teruggelopen, de omzet is met 18% gedaald, omdat mensen gaan voor minder dure voorstellingen
Noot
8Dit wetsvoorstel wijzigt een aantal belastingwetten en bevat een samenstel van maatregelen, erop gericht om geefgedrag meer te stimuleren en de eventuele onnodige belemmeringen daarvoor te elimineren.
Noot
1025% van alle inwoners van de gemeente is lid van de bibliotheek. Dat wijkt dus af van de uitkomst van het digipanel.
Noot
11Voor een compleet beeld van de opbrengsten verwijzen wij naar de Cultuurnota, deel 1: Visie 2013 – 2030 en de digitale Cultuuratlas Haarlemmermeer.
Noot
12Uit Handreiking Amateurkunst 2008 Vereniging Nederlandse Gemeenten en Kunstfactor, kennisinstituut amateurkunst
Noot
13In de voorbereiding van onze Cultuurvisie en dit programma organiseerden wij een aantal bijeenkomsten met het culturele veld. Tijdens deze bijeenkomsten spraken genodigden hun waardering uit voor de mogelijkheid elkaar centraal te ontmoeten en uit te wisselen met onder andere de gemeente. Veel (kleiner) initiatief gaf aan dat te missen sinds het verdwijnen van de Culturele Raad.
Noot
15De verdeelregelingen eenmalige projecten amateurkunst, cultureel ondernemerschap beeldende kunstenaars, professionele podiumkunsten en beeldende kunst projecten en manifestaties vervallen
Noot
18Begin 2012 zijn de instellingen in het Cultuurgebouw gestart met de voorbereiding voor een shared service organisatie en de oprichting van een horeca BV
Noot
20Het meerjarig maken van subsidieafspraken kan binnen het gelden subsidiebeleidskader alleen bij code groen, niet bij rood en oranje in de interventiepiramide.
Noot
21Zo bleek onder andere uit een toespraak van de directeur van Fonds Cultuurparticipatie in november 2011
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl