Regeling vervallen per 01-01-2025

Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân

Geldend van 21-03-2024 t/m 31-12-2024

Intitulé

Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân

Gedeputeerde Staten van Fryslân,

gelet op het bepaalde in art. 1.3, vierde lid van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

besluiten:

vast te stellen de

Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv 2013: Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

  • b.

    Eligible aanvraag: subsidieaanvraag die voldoet aan de Europese indieningsvereisten;

  • c.

    Externe deskundige: externe persoon die op grond van opleiding en ervaring gekwalificeerd moet worden geacht om een opdracht uit te voeren in het kader van een op grond van deze regeling gesubsidieerd project;

  • d.

    Flag ship projecten: grote Europees onderscheidende projecten die sector overschrijdend zijn en die de brede welvaart in Fryslân versterken.

  • e.

    Europa Pact Fryslân (EPF): een samenwerkingsverband tussen Friese kennisinstellingen, gemeenten en provincie zoals dat is vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst van 4 maart 2022;

  • f.

    Kansrijke initiatieven: initiatieven waarvan de reële verwachting bestaat dat deze aan de indieningsvereisten van een Europese subsidieregeling kunnen voldoen, zulks ter beoordeling van Europa Pact Fryslân;

  • g.

    Landbouw de-minimisverordening: verordening (EU) Nr. 1408/2013, betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (2013/L352/9);

  • h.

    Reguliere de-minimisverordening: verorden (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van Europese Unie op de-minimissteun;

  • i.

    Verklaring inzake werkelijke kosten: verklaring die inzicht geeft in de werkelijke kosten en opbrengsten en die aantoont dat de activiteiten zijn verricht, zoals bedoeld in artikel 3.6 van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

  • j.

    Visserij de-minimisverordening: verordening (EU) Nr. 717/2014, betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de visserijsector (2014/L190/45).

Artikel 2. Doel van de regeling

Het doel van deze regeling is het stimuleren van en het helpen ontwikkelen van meer en betere Friese projecten waarmee een beroep kan worden gedaan op Europese middelen ter versterking van de brede welvaart in Fryslân.

Artikel 3. Subsidiabele activiteit

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • 1.

    Projectcoach: het inzetten van ondersteuning door een extern deskundige gericht op verbeteringen of coaching van een initiatief om te komen tot een projectidee dat geschikt kan worden voor een Europese subsidieaanvraag.

  • 2.

    Projectontwikkeling: het inzetten van ondersteuning door een extern deskundige voor het ontwikkelen of schrijven van een projectvoorstel, leidend tot een Europese subsidieaanvraag die eligible is verklaard.

  • 3.

    Netwerkontwikkeling: opstellen van een projectplan over hoe een Europees netwerk kan worden opgebouwd en onderhouden rondom Friese partners die Europees toonaangevend kunnen worden of blijven. Daarnaast realisatie van het Europees netwerk waarmee één of meer Europees onderscheidende samenwerkingsprojecten worden verwezenlijkt die leiden tot een Europese subsidieaanvraag.

  • 4.

    Flagship projecten: het inzetten van extern deskundige projectleiding, die een internationaal consortium samenstelt en een projectplan ontwikkelt voor een Europees onderscheidend project, waarvan de totale begrote kosten minimaal € 1 miljoen bedragen. De extern deskundige projectleiding kan beschikken over een werkbudget om een projectplan te laten schrijven, netwerken te benaderen en een consortium op te bouwen. Deze inzet leidt tot een Europese subsidieaanvraag die eligible is verklaard.

  • 5.

    Indien een aanvraag voldoet aan de in artikel 7, tweede lid, genoemd criterium, blijft de vereiste van extern voor een deskundige, zoals genoemd in het eerste, tweede en vierde lid, achterwege.

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door initiatiefnemers die gevestigd zijn in de provincie Fryslân en ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel.

Artikel 5. Aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor subsidie wordt ontvangen binnen een door Gedeputeerde Staten vastgestelde aanvraagperiode.

  • 2. De aanvraag wordt ingediend met het door Gedeputeerde Staten vastgestelde aanvraagformulier en voorzien van alle daarin verplichte bijlagen.

  • 3. Onverminderd het eerste lid bevat de aanvraag om subsidie in elk geval een positief advies van de programmamanager voor de activiteit projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1.

  • 4. Onverminderd het eerste lid bevat de aanvraag om subsidie in elk geval een positief advies van de beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân voor de activiteiten projectontwikkeling, netwerkontwikkeling en flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 2, lid 3 of lid 4.

Artikel 6. Verdeelsystematiek

  • 1. Subsidie wordt verdeeld op volgorde van datum van ontvangst van de subsidieaanvragen, waarbij de datum van ontvangst die datum is waarop de aanvraag volledig is.

  • 2. Voor zover door verstrekking van subsidie voor volledige aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

Artikel 7. Toetsingscriteria

  • 1. Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      De te subsidiëren activiteit, projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1 wordt als kansrijk beschouwd door de programmamanager van Europa Pact Fryslân.

    • b.

      De te subsidiëren activiteiten projectontwikkeling, netwerkontwikkeling en flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 2, lid 3 of lid 4 worden als kansrijk beschouwd door de beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân.

    • c.

      Aan de te subsidiëren activiteiten ligt een reële offerte of een reële begroting ten grondslag. De programmamanager, respectievelijk de beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân beoordeelt of sprake is van reële kosten.

    • d.

      Ondersteuning is deskundig en wordt geleverd door een externe persoon.

  • 2. De programmanager, respectievelijk de beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân kan afwijken van het in het eerste lid, onder d, genoemde toetsingscriterium, voor zover het gaat om een externe persoon, indien uit de aanvraag onder opgave van aantal beoogde uren met uurtarief genoegzaam de kwalificatie van de deskundige blijkt en daarmee de borging van de kwaliteit van de ondersteuning;

  • 3. Dat een aanvraag voldoet aan de in lid 1 genoemde criteria, en indien van toepassing aan het in lid 2 genoemde criterium, blijkt uit het verplichte positief advies, zoals dat is genoemd in artikel 5, lid 3 of lid 4 van deze regeling.

Artikel 8. Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie bedraagt 100% van de reële kosten.

  • 2. Per activiteit gelden de volgende maximale bedragen:

    • a.

      De subsidie voor een projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1 bedraagt maximaal € 2.500,-.

    • b.

      De subsidie voor projectontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 2 bedraagt maximaal € 15.000,-.

    • c.

      De subsidie voor netwerkontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 3 bedraagt maximaal € 30.000,-.

    • d.

      De subsidie voor flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 4 bedraagt maximaal € 40.000,- voor een projectleiding en maximaal € 25.000,- voor een werkbudget.

  • 3. Indien subsidie wordt aangevraagd voor een activiteit die deel uitmaakt van een EU-programma die meerdere indieningsfasen kent waarop aangevraagd kan worden, dan bedraagt het totale subsidiebedrag over die verschillende indieningsfasen niet meer dan het in het tweede lid genoemde maximale bedrag voor de betreffende activiteit zoals genoemd in één van de onderdelen a tot en met d.

Artikel 9. Niet subsidiabele kosten

  • 1. Indien een subsidieontvanger niet als ondernemer is aangemerkt voor de omzetbelasting wordt in afwijking op artikel 1.10 lid 1, onderdeel d van de Asv 2013 subsidie verstrekt voor niet verrekenbare omzetbelasting.

  • 2. In afwijking op artikel 1.10 eerste lid, onder h van de Asv 2013, zijn kosten waarvoor reeds verplichtingen zijn aangegaan voordat een aanvraag is ontvangen subsidiabel, mits de programmanager respectievelijk de beoordelingscommissie instemt met de startdatum van het project.

Artikel 10. Weigeringsgronden

  • 1. In afwijking op artikel 2.7 onder e. Asv 2013 wordt de subsidie niet geweigerd indien de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op het opstellen van een Europese subsidieaanvraag;

  • 2. De subsidie kan, onverminderd het overig bepaalde in artikel 2.7 van de Asv 2013, geweigerd worden indien:

    • a.

      de aanvrager niet valt binnen de doelgroep van de regeling;

    • b.

      de aanvraag niet voorzien is van een positief advies van Europa Pact Fryslân, zoals bedoeld in artikel 5 lid 3 of lid 4;

    • c.

      voor de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds eerder een subsidie door de provincie Fryslân of een andere instantie is verstrekt, tenzij de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd deel uitmaakt van een EU-programma die meerdere indieningsfasen kent en nu in een nieuwe indieningsfase wordt aangevraagd.

    • d.

      de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds volledig is uitgevoerd.

Artikel 11. Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1. Voor de activiteit projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1, geldt dat de activiteit binnen 1 jaar na subsidieverstrekking moet zijn uitgevoerd.

  • 2. Voor de activiteiten projectontwikkeling, netwerkontwikkeling en flag ship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 2, lid 3 en lid 4, geldt dat de activiteit binnen 2 jaar na subsidieverstrekking moet zijn uitgevoerd.

  • 3. Na een daartoe strekkend gemotiveerd en schriftelijk verzoek kunnen de termijnen genoemd in lid 1 en lid 2 van dit artikel voor de duur van ten hoogste 12 maanden worden verlengd.

  • 4. Het resultaat van de subsidie voor de activiteiten projectontwikkeling en flag ship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 2 en lid 4, moet zijn een ingediende Europese subsidieaanvraag die eligible is verklaard.

Artikel 12. Verantwoording van subsidies

  • 1. Subsidies voor een projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1 worden direct vastgesteld.

  • 2. Subsidies voor projectontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3, tweede lid, worden ambtshalve vastgesteld na ontvangst van een activiteitenverslag en een eligible-verklaring binnen uiterlijk 12 weken na ontvangst van de eligible-verklaring, maar uiterlijk binnen één jaar na de realisatiedatum van het project waarop de Europese subsidieaanvraag dient te zijn ingediend.

  • 3. Subsidies voor netwerkontwikkeling zoals genoemd in artikel 3 lid 3, worden vastgesteld op basis van een verklaring inzake werkelijke kosten, zoals bedoeld in artikel 3.6 van de Asv 2013.

  • 4. Subsidies voor flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 vierde lid, worden vastgesteld op basis van een verklaring inzake werkelijke kosten, zoals bedoeld in artikel 3.6 van de Asv 2013 en een eligible-verklaring. Binnen uiterlijk 12 weken na ontvangst van de eligible-verklaring, maar uiterlijk binnen één jaar na de realisatiedatum van het project waarop de Europese subsidieaanvraag dient te zijn ingediend, dient een aanvraag tot subsidievaststelling van de subsidie-ontvanger te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

Artikel 13. Staatssteun

  • 1. Subsidies in het kader van deze regeling worden verleend met toepassing van de reguliere de-minimisverordening, voor zover de aanvrager een economische activiteit uitvoert.

  • 2. Indien de aanvrager een landbouwonderneming betreft, wordt in afwijking van het bepaalde in het eerste lid, subsidie verstrekt met toepassing van de Landbouw de-minimisverordening.

  • 3. Indien de aanvrager een onderneming in de visserijsector betreft, wordt in afwijking van het bepaalde in het eerste lid, subsidie verstrekt met toepassing van de Visserij de-minimisverordening.

  • 4. De aanvrager vult bij een aanvraag voor een subsidiabele activiteit, zoals genoemd in artikel 3, tweede of vierde lid, een de-minimisverklaring in om te bepalen of de subsidie met toepassing van de de-minimissteun kan worden verstrekt.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 15. Werkingsduur en overgangsrecht

  • 1. Deze regeling vervalt op 1 januari 2025.

  • 2. Deze regeling blijft, vanaf de in het eerste lid genoemde vervaldatum, van kracht ten aanzien van subsidieaanvragen die voor 31 december 2024 op grond van deze regeling zijn ingediend.

Artikel 16. Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Ondersteuning Europese projectontwikkeling Fryslân.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 14 november 2022,

Voorzitter

drs. A.A.M. Brok

Secretaris

A. Schepers, MSc

Toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Onder b wordt het begrip van een eligible aanvraag bepaald. Na indiening van een Europese subsidieaanvraag wordt door de Europese Unie een zogenaamde eligible-verklaring afgegeven. Dat betekent dat er een verklaring door de Europese Unie is afgegeven dat de ingediende Europese subsidieaanvraag voldoet aan de Europese indieningsvereisten. Aan een dergelijke verklaring wordt een letter of approval gelijkgesteld.

Artikel 3. Subsidiabele activiteit

De activiteiten projectontwikkeling en flagshipprojecten zullen rechtstreeks moeten leiden tot het indienen van een Europese subsidieaanvraag die eligible is verklaard. Dat betekent dat er een verklaring daarvoor is afgegeven dat de aanvraag voldoet aan de Europese indieningsvereisten.

Voor de activiteiten projectcoach en netwerkontwikkeling geldt dat deze voorbereidend of verkennend zijn. Coaching is gericht op het verbeteren van het initiatief. Netwerkontwikkeling is gericht op het leveren van een bijdrage aan het opbouwen van een relevant Europees netwerk. Dit vraagt vaak een langdurige tijdsinvestering. Met deze subsidie wordt een bijdrage geleverd aan kosten die gemaakt moeten worden voor reis en verblijf of deelname aan symposia, mits aannemelijk wordt gemaakt dat deze kosten worden gemaakt om te investeren in een relevant netwerk ten behoeve van de ontwikkeling van een Europees onderscheidend project.

Artikel 5. Aanvraag

Voor de toetsing van de aanvraag wordt gesteund op een positief advies van Europa Pact Fryslân (EPF). EPF maakt daarbij gebruik van eigen kennis en expertise én externe experts die samen een beoordelingscommissie vormen. Een positieve beoordeling in de vorm van een positief advies van de EPF is daarom opgenomen als een verplicht onderdeel van de aanvraag.

Artikel 7. Toetsingscriteria

Bij de toetsing of initiatieven als kansrijk worden beschouwd, wordt gekeken naar de volgende aspecten:

  • a.

    Betekenis voor de Friese collectieve ambitie voor het versterken van de brede welvaart.

  • b.

    Mate van aansluiting bij benutting en versterking van speerpunten voor ontwikkeling of behoud van de internationale concurrentiepositie.

  • c.

    Mate waarin het initiatief bijdraagt aan collectiviteit en cross-sectoraliteit.

  • d.

    Mate van aansluiting van het initiatief bij EU call / partner bij een EU netwerk.

  • e.

    Kans op EU subsidie en potentie van het netwerk voor EU projecten.

  • f.

    Mate van prestige en uitdaging van een specifieke EU call.

  • g.

    Potentie en inzet van de partner voor continuïteit van het initiatief en/of kapitalisering van projectresultaten.

  • h.

    Uitzicht op voldoende uitvoeringscapaciteit bij de initiatiefnemer indien het project vanuit een Europees programma zou worden gehonoreerd.

Bij de toetsing of een reële kosten worden gepresenteerd, kijkt EPF naar of offertes marktconforme tarieven bevatten en begrotingen bestaan uit kosten die in directe relatie staan tot de te realiseren activiteit.

Bij de toetsing of de ondersteuning deskundig is, beoordeelt EPF of de deskundige die wordt ingeschakeld om (een deel van) de gesubsidieerde activiteit in opdracht uit te voeren, op grond van opleiding en ervaring gekwalificeerd is. Daarvoor kan worden gekeken naar de ondernemingsactiviteiten van het bedrijf dat wordt ingehuurd en/of de aantoonbare kennis en ervaring van de persoon die de activiteit uitvoert. Uitgangspunt is dat de deskundige een externe persoon is. Hiervan kan onder toepassing van het tweede lid worden afgeweken, maar dan dient uit de aanvraag voldoende de kwalificatie van de deskundige te blijken en daarmee de borging van de kwaliteit van de ondersteuning. In het positief advies zoals bedoeld in het derde lid moet het afwijken van een externe deskundige blijken.

Artikel 8. Hoogte subsidie

De beoordelingscommissie van Europa Pact Fryslân beoordeelt of de aanvraag wordt gedaan op basis van reële kosten. Als reëel beschouwt zij offertes die marktconforme tarieven bevatten en begrotingen die bestaan uit kosten die in directe relatie tot de te realiseren activiteit staan.

Artikel 9. Niet subsidiabele kosten

Wanneer een aanvrager geen BTW kan verrekenen zijn de kosten van BTW wel subsidiabel in afwijking op de hoofdregel uit de Asv 2013.

Uitgangspunt is dat aanvragen worden ingediend voor aanvang van de activiteiten. Bij deze regeling is het doel om kansrijke initiatieven zoveel mogelijk te ondersteunen. Daarom wordt ook mogelijk gemaakt kosten te subsidiëren die gemaakt zijn voordat de aanvraag is ingediend. Het kan voorkomen dat een initiatiefnemer zich meldt bij EPF en direct gestart met een project, maar daarna pas een aanvraag bij de provincie indient. Het kan ook zijn dat voorbereidingen reeds gestart zijn. Het is daarom aan de beoordelingscommissie om in te stemmen met de startdatum van een project. De startdatum geeft de datum aan vanaf wanneer kosten als subsidiabel kunnen worden aangemerkt. In die gevallen kan afgeweken worden van artikel 1.10 lid 1, onderdeel h van de Asv 2013.

Artikel 10. Weigeringsgronden

Omdat deze regeling als doel heeft juist het doen van Europese subsidieaanvragen te stimuleren is in het eerste lid een afwijking op de weigeringsgrond uit de Asv 2013 opgenomen waarin staat dat aanvragen die betrekking hebben op het opstellen van een aanvraag worden geweigerd. In het tweede lid, onder d, wordt als weigeringsgrond genoemd dat de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds volledig is uitgevoerd. Hiervan is sprake op het moment dat de eligible verklaring of een andere verklaring van de Europese Unie wordt ontvangen als reactie op de ingediende Europese subsidieaanvraag.

Artikel 11. Verplichtingen van de subsidieontvanger

De projectperiode voor de activiteit projectcoach is maximaal 12 maanden met een mogelijkheid tot verlenging (voor de duur van 12 maanden).

De projectperiode voor de activiteiten projectontwikkeling, netwerkontwikkeling en flag ship projecten is maximaal 24 maanden met een mogelijkheid voor verlenging (voor de duur van 12 maanden).

Artikel 12 Verantwoording van subsidies

De voor een projectcoach, zoals genoemd in artikel 3 lid 1, verstrekte subsidie wordt direct vastgesteld. Bij subsidiëring van projectontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 2 en van flagship projecten, zoals genoemd in artikel 3 lid 4, wordt uiterlijk een jaar de tijd gegeven om na realisatiedatum van het project de verantwoordingstukken bij de provincie in te dienen. Daarmee wordt rekening gehouden met de lange behandeltermijn die de Europese Unie na ontvangst van de Europese subsidieaanvraag in acht neemt om een eligible-verklaring af te geven. Onder realisatiedatum van het project wordt verstaan het moment dat de subsidieaanvraag bij de Europese Unie wordt ingediend. Voor een subsidie voor netwerkontwikkeling, zoals genoemd in artikel 3 lid 4, wordt het vaststellingsverzoek uiterlijk binnen de in artikel 3.2 van de Asv 2013 genoemde termijn van 13 weken na realisatiedatum van het gesubsidieerd project ingediend.

Artikel 13. Staatssteun

Bij subsidieverstrekking aan de in artikel 3, tweede lid genoemde projectontwikkeling of aan flagship projecten zoals genoemd in artikel 3, vierde lid, kan sprake zijn van staatssteun. Dit is afhankelijk van om welk EU-programma het gaat. Om te bepalen of de subsidie met toepassing van de-minimissteun kan worden verstrekt, wordt een aanvrager voor projectontwikkeling of flagship projecten als subsidiabele activiteit gevraagd een de-minimisverklaring in te vullen. Daarbij geldt dat het voordeel met toepassing van de-minimissteun nooit hoger mag zijn dan het voor de betreffende sector geldende de-minimisplafond, over een periode van drie belastingjaren per zelfstandige ondernemer.