Nadere regel subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid ondernemers gemeente Utrecht

Geldend van 21-12-2023 t/m heden

Intitulé

Nadere regel subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid ondernemers gemeente Utrecht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

  • gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet;

  • gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Utrecht;

Overwegende dat:

  • Het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties, in welke vorm en onder welke voorwaarden een ondernemer in aanmerking kan komen voor dienstverlening van Ondernemer Centraal;

Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid ondernemers gemeente Utrecht

  • en gelet op de maatregelenpakketten die onder andere tot doel hebben om te investeren in het ondernemerslandschap, middels het investeringsklimaat, vestigingsklimaat en de toekomstbestendige ontwikkeling van de Utrechtse zelfstandigen te bekrachtigen;

Artikel 1 Definities

Deze nadere regel verstaat onder:

  • a.

    Bbz: Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004

  • b.

    Diagnose: een brede analyse van een onderneming waarbij de potentie op inkomen- & bestaanszekerheid op de (middel)lange termijn worden getoetst ten tijde van een toekomstgesprek

  • c.

    Dienstverlening: vormen van ondersteuning, begeleiding, coaching of gerelateerde constructen van dienstverlening, tot uitvoering gebracht door de Gemeente Utrecht, haar ketenpartners of derden

  • d.

    Assortiment kaart: overzicht van alle bij de gemeente aangesloten Ketenpartners, die voldoen aan de voorwaarden van het Open House, met een gedetailleerde beschrijving van het dienstverleningsassortiment dat zij voeren

  • e.

    Ketenpartners: partnerorganisaties waarmee de gemeente Utrecht al dan niet op contractbasis samenwerkt

  • f.

    Ketenpartners uit de 1e schil: dienstverlenende partijen gespecialiseerd in het stellen van extensieve ondernemingsdiagnosen (vaststellingen) op basis van toekomstgesprekken

  • g.

    Ketenpartners uit de 2e schil: dienstverlenende partijen met expertise op het terrein van ondernemingsfinanciering; ondernemingsschulden; verduurzamen bedrijf; innovatie bedrijf; psychosociale hulpverlening; schuldhulpverlening (zoals afgebakend in de Open House); het versterken van de bedrijfsvoering en ondernemersvaardigheden of het begeleiden van de ondernemer naar een baan in loondienst, die zijn opgenomen in de assortiment kaart

  • h.

    Kwetsbare ondernemer: de ondernemer woonachtig in de gemeente Utrecht, dan wel elders wonend, maar met een onderneming gevestigd in de gemeente Utrecht, waarbij sprake is van problematiek gericht op (maar niet gelimiteerd tot) financiële kwesties, de bedrijfsvoering of de levensvatbaarheid van de onderneming

  • i.

    Open House : toelatingssysteem voor partijen die diensten willen aanbieden aan ondernemers op basis van deze nadere regel

  • j.

    Toekomstgesprek: gesprek, gevoerd door de Ketenpartners uit de 1e schil met een kwetsbare ondernemer, waaruit een diagnose en advies voortkomt

  • k.

    Microkrediet: een microkrediet is een zakelijke lening van maximaal € 50.000 voor startende en bestaande ondernemers in het midden- en kleinbedrijf

  • l.

    Kredietverstrekker: de kredietverstrekker is een Ketenpartner uit de 2e schil die onderdeel uitmaakt van de Open House.

Artikel 2 Doel

Deze nadere regel heeft als doel om kwetsbare ondernemers in een zo vroeg mogelijk stadium passende dienstverlening te bieden om hun te ondersteunen in hun hulpvraag met als doel om weer (financieel) zelfredzaam te worden. Passende dienstverlening is toereikende ondersteuning aan de ondernemer die financieel gezien voor het college de meest voordelige keuze is.

Wij beogen met deze nadere regel ook een bijdrage te leveren aan het stimuleren van een gezond economisch ondernemersklimaat waarbij Utrechtse ondernemers/ondernemingen passende mensen, middelen en kwaliteiten hebben.

Artikel 3 Eisen aan de subsidieaanvrager

De subsidie kan worden aangevraagd door Ketenpartners uit de 2e schil.

Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond

Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks het subsidieplafond vast door middel van de subsidiestaat.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

De subsidiabele activiteiten hebben betrekking op één of meer van de volgende vijf vormen van dienstverlening:

  • 1.

    Het versterken van de onderneming, de ondernemersvaardigheden, de weerbaarheid van de kwetsbare ondernemer of heroriëntatie van het bedrijf op andere producten en diensten of andere markt;

  • 2.

    Ondersteuning bij heroriëntatie op werken in loondienst;

  • 3.

    Ondersteuning bij financiering, schulddienstverlening of ondersteuning bij administratie/boekhouding van de kwetsbare ondernemer;

  • 4.

    Ondersteuning bij innovatie en/of verduurzamen van het bedrijf;

  • 5.

    Subsidieverstrekking voor de rentereductie bij een microkrediet.

Artikel 6 Eisen aan de subsidieaanvraag

  • 1. Subsidie kan alleen worden aangevraagd op basis van een volledige diagnose afgenomen gedurende het toekomstgesprek, bestaande uit:

    • a.

      Een door een Ketenpartner uit de 1e schil volledig ingevuld intakeformulier

    • b.

      Het bijbehorende advies en

    • c.

      Een goedkeuring door Bureau Zelfstandigen van de gemeente Utrecht van het in b. genoemde advies.

  • 2. Alle aanvragen moeten worden ingediend bij het college, gebruikmakend van e-herkenning via het digitale loket. Aanvragen die op een andere wijze worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.

Artikel 7 Maximaal subsidiebedrag per ondernemer

  • 1. Voor de subsidiabele activiteiten zoals benoemd in artikel 5 lid 1 tot en met 4 van deze nadere regel geldt het volgende:

    • a.

      Per ondernemer bedraagt de totale subsidie maximaal € 5.000,-, inclusief BTW.

    • b.

      Het is mogelijk dat voor specifieke vormen van dienstverlening lagere maximumbedragen worden vastgesteld. Indien dit het geval is wordt dit weergegeven op de assortiment kaart.

    • c.

      Het volledig en succesvol afronden van alle geadviseerde vervolgtrajecten door de ondernemer is een vereiste om het volledige recht op subsidiabele middelen te verkrijgen. Dit wordt vastgesteld op basis van een eindrapportage van de ketenpartner en een eindgesprek met de ondernemer na afloop van alle geadviseerde vervolg dienstverleningstrajecten.

  • 2. Voor de subsidiabele activiteiten zoals benoemd in artikel 5 lid 5 van deze nadere regel (microkrediet) geldt het volgende:

    • a.

      Het microkrediet bedraagt maximaal € 50.000,- met een rentepercentage van maximaal 9,75% en een looptijd van maximaal 5 jaar.

    • b.

      De subsidie is een vast percentage van maximaal 6,75% en minimaal 4% van de rente die de ondernemer moet betalen, afhankelijk van het financieringsdoel.

    • c.

      Voor het financieren van aantoonbaar hogere energiekosten en/of het implementeren van duurzaamheidsmaatregelen, geldt het rentekorting percentage van 6,75% over een kredietbedrag van hoogstens € 30.000,- binnen de genoemde looptijd van maximaal 5 jaar.

    • d.

      Bij sprake van alle andere financieringsdoeleinden, geldt een rentekorting percentage van 4% over een kredietbedrag van hoogstens € 50.000,- binnen de looptijd van maximaal 5 jaar.

    • e.

      Per ondernemer bedraagt de subsidie, ongeacht de hoogte van de rentekorting, maximaal € 6.000,-, exclusief BTW.

    • f.

      Als de reguliere door de kredietverstrekker te rekenen rente door de subsidie lager uitkomt dan 3% dan wordt de gemeentelijke subsidie navenant lager.

    • g.

      De subsidie wordt eenmalig in z’n geheel bij de aanvang van het microkrediet verstrekt.

    • h.

      Bij versneld aflossen van het microkrediet door de ondernemer wordt de te veel verstrekte subsidie door de kredietverstrekker teruggestort aan de gemeente.

    • i.

      Indien nodig kan de ondernemer naast het microkrediet eveneens een beroep doen op de subsidiabele activiteiten zoals benoemd in artikel 5 lid 1 tot en met 4 van deze nadere regel.

Artikel 8 Indieningstermijn subsidieaanvraag

Aanvragen kunnen tot uiterlijk 30 november 2024 worden ingediend.

Artikel 9 Beoordeling subsidieaanvraag, bevoorschotting en vergoeding

  • 1. Aanvragen voor dienstverlening en microkredieten zoals vermeld op de assortiment kaart, die voorzien zijn van een door Bureau Zelfstandigen goedgekeurd advies worden verleend, mits het subsidieplafond en het maximumbedrag per aanvrager per ondernemer daardoor niet worden overschreden.

  • 2. De aanvragen worden in behandeling genomen op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvraag. Ketenpartners krijgen aanvankelijk 50% van het totaal aan de casus gebonden subsidiabele middelen vergoed. Om in aanmerking te komende voor de resterende 50% is volbrenging van artikel 7 lid 1 onder c van deze nadere regel een vereiste.

Artikel 10 Evaluatie

Het beleid waarvoor de subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid van ondernemers wordt ingezet, wordt periodiek geëvalueerd op basis van informatie afkomstig van o.a. ondernemers en ketenpartners. De evaluatie kan leiden tot aanpassing van de subsidieregeling en deze nadere regel.

Artikel 11 Intrekking

De (huidige) Nadere regel subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid ondernemers gemeente Utrecht wordt ingetrokken.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze nadere regel treedt in werking de dag na bekendmaking en loopt tot en met 31 december 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Deze nadere regel wordt aangehaald als Nadere regel subsidie stimulering inkomens- en bestaanszekerheid ondernemers gemeente Utrecht.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 15 november 2022.

De burgemeester

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Gabrielle G.H.M. Haanen