Regeling vervallen per 01-01-2024

Beleidsregels voor de toekenning van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

Geldend van 01-01-2023 t/m 31-12-2023

Intitulé

Beleidsregels voor de toekenning van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

Het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout

Gelet op het bepaalde in:

- artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

- artikel 15 en 18 van de Wegenverkeerswet 1994;

- artikel 12 en 29 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW);

- de Regeling gehandicaptenparkeerkaart

Besluit:

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toekennen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

Artikel 1: aanvrager

Om in aanmerking te komen voor een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken dient aanvrager:

  • in het bezit te zijn van een Europese gehandicaptenparkeerkaart als bestuurder die nog minimaal 6 maanden geldig is ten tijde van de aanvraag;

  • volgens de Gemeentelijke Basisregistratie Personen (BRP) te staan ingeschreven op het adres waarvoor de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt aangevraagd;

  • of één van de bewoners van het huishouden van aanvrager over een motorvoertuig te beschikken.

Artikel 2: eigen parkeergelegenheid

Aanvrager komt niet in aanmerking voor een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken als hij / zij beschikt of kan beschikken over eigen parkeergelegenheid (na)bij zijn / haar woning.

Onder eigen parkeergelegenheid (na)bij de woning wordt verstaan:

  • een oprit met de mogelijkheid tot parkeren op eigen terrein;

  • een garage of carport op eigen terrein of binnen een loopafstand van 100 meter van de woning;

  • een parkeerplaats in een (gemeenschappelijke) parkeergarage of op een (gemeenschappelijk) parkeerterrein dat is gebouwd (mede) ten behoeve van de woning van aanvrager;

mits de eigen parkeergelegenheid fysiek bereikbaar en bruikbaar is of kan worden gemaakt.

Artikel 3: locatie

De gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt binnen 100 meter loopafstand van de woning van aanvrager gerealiseerd en wordt binnen de bestaande parkeerruimte aangelegd.

De gemeente bepaalt de meest geschikte locatie. Daarbij wordt gekeken dat er geen verkeersonveilige situaties ontstaan en dat de bereikbaarheid van de weg niet belemmerd wordt.

Artikel 4: opheffing

De gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt opgeheven als:

  • degene voor wie de parkeerplaats is gerealiseerd, is verhuisd of overleden;

  • degene voor wie de parkeerplaats is gerealiseerd niet meer beschikt over een geldig rijbewijs of een geldige Europese Gehandicaptenparkeerkaart als bestuurder;

  • degene voor wie de parkeerplaats is gerealiseerd en diens huishouden niet meer over een motorvoertuig beschikken;

  • de parkeerplaats onrechtmatig is aangewezen op grond van door de aanvrager verschafte onjuiste gegevens en de parkeerplaats niet zou zijn toegewezen als de onjuistheid van die gegevens ten tijde van het beoordelen van de aanvraag bekend zou zijn geweest.

Opheffing van de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken kan ook geschieden op verzoek van degene op wiens aanvraag de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken is aangelegd.

Artikel 5: kosten

Voor het aanleggen, verplaatsen of aanpassen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken worden kosten in rekening gebracht bij de aanvrager. De hoogte van deze kosten is vastgelegd in de retributieverordening die jaarlijks door de gemeenteraad wordt vastgesteld.

De kosten dienen te worden voldaan voordat de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt aangelegd, verplaatst of aangepast.

Artikel 6: inwerkingtreding en overgangsregeling

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2023.

Met ingang van 1 januari 2023 worden de beleidsregels voor toekenning gehandicapten-parkeerplaats op kenteken, zoals vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 24 augustus 1999, ingetrokken.

De inwerkingtreding van deze beleidsregels heeft geen gevolgen voor reeds aangelegde gehandicaptenparkeerplaatsen op kenteken. Deze behouden hun geldigheid, ook als ze niet conform het gestelde in deze beleidsregels zijn aangelegd.

Artikel 4 (“opheffing”) van deze beleidsregels is wel van toepassing op reeds aangelegde gehandicaptenparkeerplaatsen op kenteken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Oosterhout op 8 november 2022

Toelichting

Toelichting artikel 1

Alleen personen die in het bezit zijn een gehandicaptenparkeerkaart als bestuurder komen in aanmerking voor een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken.

Personen die beschikken over een gehandicaptenparkeerkaart als passagier kunnen door de bestuurder worden afgezet bij de woning, waarna de bestuurder een vrije parkeerplaats opzoekt. Daarom is het in dat geval niet nodig een parkeerplaats op kenteken te reserveren.

Een gehandicaptenparkeerkaart als bestuurder wordt alleen verstrekt aan personen die zelf een auto kunnen besturen met een aantoonbare loopbeperking van langdurige aard, die met de gebruikelijke loophulpmiddelen in redelijkheid niet in staat zijn zelfstandig een afstand van meer dan 100 meter aan een stuk te voet te overbruggen.

Het kenteken van het voertuig waarvoor de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt aangevraagd, dient op naam te staan van één van de bewoners van het huishouden van de aanvrager. In het geval van een leaseauto dient een verklaring van een erkende leasemaatschappij (ingeschreven bij de Kamer van Koophandel) te worden overlegd.

Toelichting artikel 2

Bepalend is of aanvrager kan beschikken over een eigen parkeergelegenheid die geschikt is of geschikt kan worden gemaakt als gehandicaptenparkeerplaats. Het doet daarbij niet ter zake of de oprit, carport of garage op het moment van aanvragen in gebruik is voor andere doeleinden, tenzij de bestemming of functie van rechtswege is gewijzigd.

Onder beschikt of kan beschikken over een parkeerplaats in een (gemeenschappelijke) parkeergarage of op een (gemeenschappelijk) parkeerterrein wordt verstaan dat de aanvrager een parkeerplaats kan kopen, huren of gebruiken in een parkeergarage of op een parkeerterrein dat is gebouwd (mede) ten behoeve van de woning van aanvrager. Het gaat daarbij niet om de vraag of men financieel in staat is een parkeerplaats te kopen, huren of gebruiken, maar om de vraag of er een parkeerplaats te koop, te huur of te gebruiken is.

Toelichting artikel 3

De gehandicaptenparkeerplaats op kenteken wordt bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de woning van de aanvrager aangelegd. 100 meter is een maximum afstand. Het gaat hierbij om 100 meter afstand die op maaiveldniveau moet worden afgelegd vanaf de voordeur van de woning tot aan de parkeerplaats. Bij wooncomplexen wordt niet de voordeur van de individuele woning gebruikt, maar de ingang van het wooncomplex. Dit hoeft niet de hoofdingang te zijn, maar de voor de aanvrager dichtstbijzijnde te gebruiken ingang.

Toelichting artikel 5

Op basis van artikel 29 BABW mogen de kosten van het aanleggen of aanpassen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken worden doorbelast naar de aanvrager. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt in drie situaties. De categorie “verplaatsen bestaande gehandicaptenparkeerplaats op kenteken” betreft verplaatsingen binnen de gemeente Oosterhout.

De kosten die in rekening worden gebracht, betreffen een vaste bijdrage.

Naast de kosten die in rekening worden gebracht voor het aanleggen of aanpassen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken kunnen op basis van de legesverordening ook kosten in rekening worden gebracht voor het in behandeling nemen van de aanvraag.