Regeling Kunstadviescommissie gemeente Overbetuwe 2023

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Regeling Kunstadviescommissie gemeente Overbetuwe 2023

Burgemeester en wethouders van de gemeente Overbetuwe;

gelet op artikel 84 van de Gemeentewet;

b e s l u i t e n :

vast te stellen de

Regeling Kunstadviescommissie gemeente Overbetuwe 2023

Artikel 1 De commissie

Er is een commissie die burgemeester en wethouders gevraagd en ongevraagd adviseert op het gebied van kunst en kunstbeleid in de openbare ruimte binnen de gemeente, hierna te noemen: de Kunstadviescommissie.

Artikel 2 Taak

  • 1. De Kunstadviescommissie brengt gevraagd en ongevraagd schriftelijk advies uit aan burgemeester en wethouders over:

    • a.

      de toepassing van kunst in de openbare ruimte binnen de gemeente, uitgezonderd in de gevallen die in artikel 3 worden genoemd;

    • b.

      andere aangelegenheden die van belang zijn voor de behartiging van het gemeentelijk kunstbeleid in de openbare ruimte binnen de gemeente.

  • 2. De commissie begeleidt het proces om te komen tot de advisering over een te verstrekken opdracht door burgemeester en wethouders, waaronder in ieder geval begrepen het selecteren van de kunstenaars en het beoordelen van de ontwerpen.

  • 3. De Kunstadviescommissie adviseert bij de toepassing van kunst in de openbare ruimte binnen de gemeente uitsluitend over aspecten die verband houden met de uiterlijke verschijningsvorm van een kunstwerk.

Artikel 3 Uitzonderingen en specifieke situaties

  • 1. Onder kunst in de openbare ruimte wordt niet verstaan:

    • a.

      een plaquette, herdenkingsmonument of gedenkteken van algemene maatschappelijke waarde;

    • b.

      gedenktekens of –stenen ter herdenking van personen of gebeurtenissen die meer persoonlijke waarde hebben dan algemene maatschappelijke waarde;

    • c.

      in geval van twijfel kan dit ter advisering worden voorgelegd aan de secretaris van de Kunstadviescommissie.

  • 2. Inwoners die kunstprojecten initiëren door middel van een inwonersinitiatief en dit zelf financieren hebben de mogelijkheid om advies te vragen aan de Kunstadviescommissie. Het gegeven advies is niet bindend.

Artikel 4 Samenstelling en lidmaatschap

  • 1. De Kunstadviescommissie bestaat uit ten minste vier en ten hoogste zes leden, waaronder de voorzitter.

  • 2. De voorzitter van de Kunstadviescommissie is de wethouder met kunst in zijn portefeuille.

  • 3. Burgemeester en wethouders benoemen, schorsen en ontslaan de overige leden van de Kunstadviescommissie. De benoemingstermijn is vier jaar. Na deze periode zijn zij terstond herbenoembaar voor één aansluitende termijn.

  • 4. Nieuwe leden worden via een openbare oproeping van kandidaten geworven. Burgemeester en wethouders beslissen vervolgens op voordracht van de zittende commissieleden welk van de kandidaten benoemd wordt/worden.

  • 5. Bij de benoeming houden burgemeester en wethouders rekening met

    • a.

      de onafhankelijkheid

    • b.

      de kwaliteiten en

    • c.

      de specialismen,

      die zowel bij de Kunstadviescommissie in zijn geheel, als bij de leden ieder afzonderlijk, aanwezig moeten zijn op het gebied van beeldende kunst in de openbare ruimte.

  • 6. In de Kunstadviescommissie hebben minimaal twee professioneel werkzame beeldende kunstenaars zitting.

  • 7. De leden van de Kunstadviescommissie kiezen uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter.

  • 8. Een lid kan tussentijds ontslag nemen door schriftelijke mededeling aan burgemeester en wethouders. Het lid blijft zijn functie vervullen totdat in zijn opvolging is voorzien.

  • 9. De leden van de Kunstadviescommissie treden af:

    • a.

      na afloop van de benoemingstermijn;

    • b.

      na een besluit tot ontslag van burgemeester en wethouders.

Artikel 5 Vergoeding

  • 1. De leden van de Kunstadviescommissie genieten een presentiegeld, waarvan het bedrag wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 3.4.1 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast met de in deze regeling gehanteerde indexatie.

  • 2. Aan de leden van de Kunstadviescommissie worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed overeenkomstig artikel 3.4.3 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. De vergoeding betreft:

    • a.

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

    • b.

      bij gebruik van een eigen vervoermiddel: het maximum bedrag dat door een werkgever aan een werknemer per afgelegde kilometer onbelast kan worden verstrekt, overeenkomstig de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers.

Artikel 6 Secretaris

  • 1. De ambtenaar, belast met het beleidsterrein beeldende kunst treedt op als secretaris van de Kunstadviescommissie.

  • 2. De secretaris is belast met de voorbereiding van de door de Kunstadviescommissie te behandelen zaken en met de verslaglegging van de besluiten van de commissie.

  • 3. De secretaris adviseert over het verband tussen de werkzaamheden van de Kunstadviescommissie en het gemeentelijk beleid.

  • 4. De secretaris is geen lid van de Kunstadviescommissie.

  • 5. De secretaris dient de Kunstadviescommissie desgevraagd van advies.

Artikel 7 Werkwijze

De Kunstadviescommissie regelt zelf haar wijze van werken, met inachtneming van het bepaalde in deze regeling. Burgemeester en wethouders kunnen naast de voorschriften in deze regeling andere voorschriften geven ten aanzien van de wijze van werken.

Artikel 8 vergaderingen

  • 1. De Kunstadviescommissie vergadert zo dikwijls als zij dit nodig acht en komt daarnaast bijeen:

    • a.

      wanneer de voorzitter dit nodig acht;

    • b.

      op verzoek van de meerderheid van de leden van de Kunstadviescommissie, of

    • c.

      op verzoek van burgemeester en wethouders.

  • 2. De voorzitter roept de leden schriftelijk op voor de vergadering, onder opgaaf van de onderwerpen die zullen worden behandeld. De agenda en vergaderstukken worden tijdig aan alle leden toegezonden.

  • 3. De Kunstadviescommissie vergadert slechts als tenminste drie van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.

  • 4. Elk lid van de Kunstadviescommissie heeft één stem en stemt vrij van last. Een lid neemt niet deel aan de stemming als het gaat om een aangelegenheid die hem rechtstreeks of indirect persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken.

  • 5. De voorzitter heeft geen stemrecht, maar kan de Kunstadviescommissie wel adviseren. De plaatsvervangend voorzitter behoudt zijn stemrecht bij de vervulling van het voorzitterschap.

  • 6. De Kunstadviescommissie vergadert en besluit in het openbaar. De vergaderingen van de Kunstadviescommissie zijn besloten, indien onderwerpen aan de orde komen als genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur. De voorzitter beslist hieromtrent.

  • 7. De voorzitter kan deskundigen en ambtenaren uitnodigen tot het deelnemen aan de vergaderingen van de Kunstadviescommissie.

  • 8. De Kunstadviescommissie kan in een vergadering spreekrecht aan belanghebbenden geven.

  • 9. De Kunstadviescommissie geeft aan een of meerdere bewoners van een wijk of dorp en/of een vertegenwoordiger van een wijk-of dorpsraad spreekrecht, als het de toepassing van kunst in de openbare ruimte in hun wijk en/of dorp betreft.

    Een dergelijke vertegenwoordiger adviseert de Kunstadviescommissie.

Artikel 9 Advies

  • 1. Over een uit te brengen advies beslist de Kunstadviescommissie bij meerderheid van stemmen. Gestreefd wordt een unaniem advies te geven.

  • 2. Het advies is gemotiveerd. Bij spreekrecht zoals geformuleerd in het negende lid van artikel 8 wordt de adviserende stem weergegeven in het advies.

  • 3. Bij niet-eenstemmigheid of wanneer de stemmen staken wordt, met redenen omkleed, in het advies mededeling gedaan van de verschillende standpunten.

  • 4. Het advies wordt door voorzitter en ambtelijk secretaris ondertekend.

  • 5. Burgemeester en wethouders kunnen alleen gemotiveerd afwijken van het advies. Bij stakende stemmen beslissen burgemeester en wethouders

Artikel 10 intrekking oude regeling

De Regeling Kunstadviescommissie gemeente Overbetuwe 2019 , zoals vastgesteld bij besluit van 21 mei 2019, wordt ingetrokken.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2023.

Artikel 13 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Regeling Kunstadviescommissie gemeente Overbetuwe 2023.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 15 november 2022

Burgemeester en wethouders,

de gemeentesecretaris

P.J.E. Breukers

de burgemeester,

R.P. Hoytink-Roubos

Toelichting

Algemene toelichting

Sinds 2001 functioneert er een Kunstadviescommissie (hierna KAC) in Overbetuwe.

De commissie is een commissie als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet.

De Gemeente wil inwoners laten meepraten over onder andere hun leefomgeving.

Kunst in de openbare ruimte hoort daar ook bij. Dit betekent, dat naast de vaste leden van de commissie bij het advies ook altijd vertegenwoordigers van bewoners in een dorp of wijk waar een kunstwerk wordt voorgesteld worden betrokken.

Een commissie die bestaat uit professionele kunstenaars en/of deskundigen en waarin betrokken inwoners een adviserende stem hebben, kan een breed gedragen advies aan burgemeester en wethouders voorleggen.

Artikelsgewijze toelichting

Alleen de artikelen waarbij dit nodig is zijn hieronder toegelicht

Artikel 2 Taak

De taak van de KAC is in die zin beperkt, dat zij uitsluitend adviseert over aspecten die verband houden met de uiterlijke verschijningsvorm van een kunstwerk in de openbare ruimte.

Artikel 3 Uitzonderingen

Inwoners die kunstprojecten initiëren door middel van een inwonersinitiatief en dit zelf financieren hebben de mogelijkheid om advies te vragen aan de Kunstadviescommissie. Het gegeven advies is niet bindend.

Artikel 4 Samenstelling en lidmaatschap

Bij de benoeming van de leden moeten burgemeester en wethouders rekening houden met bepaalde vereisten. Er moeten minimaal twee professioneel werkzame beeldend kunstenaars in de KAC zitting hebben.

De leden wijzen uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 5 Vergoeding

De leden ontvangen een vergoeding per bijgewoonde vergadering en een reiskostenvergoeding. Dit conform artikel 3.4.1 en 3.4.3 van het Rechtspositiebesluit, c.q. de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers.

Omdat de voorzitter tevens wethouder is, ontvangt deze uit hoofde van zijn functie geen vergoeding. De wethouder kan voorzitter zijn, omdat de KAC is ingesteld door burgemeester en wethouders.

Artikel 6 De secretaris

De secretaris draagt zorg voor de ambtelijke ondersteuning. Die ondersteuning strekt zich uit tot de administratieve hulp en de beleidsmatige advisering van de KAC.

Artikel 7 Werkwijze

De KAC bepaalt zelf zijn werkwijze, uiteraard met inachtneming van het bepaalde in dit besluit en onverminderd de bevoegdheid van burgemeester en wethouders om voorschriften te stellen.

Artikel 8 Vergaderingen

De KAC vergadert periodiek, zo vaak als noodzakelijk is.

De voorzitter kan deskundigen en ambtenaren uitnodigen om deel te nemen aan een vergadering. Deze kunnen adviseren, zodat tot een gewogen advies gekomen kan worden.

Tevens worden vertegenwoordigers van bewoners of wijk- of dorpsraden uitgenodigd om hun standpunt te verwoorden. Ook kan er spreekrecht aan (andere) belanghebbenden gegeven worden. Doel hiervan is dat een advies zo veel mogelijk draagvlak heeft bij bewoners in de buurt van, of gebruikers van de openbare ruimte waar een kunstwerk is gepland.

De leden hebben ieder één stem en stemmen vrij van last.

De voorzitter heeft geen stem. Omdat de voorzitter lid is van het college van burgemeester en wethouders en ook aan het college advies wordt gegeven, heeft de voorzitter geen stem, zodat de onafhankelijkheid van de KAC wordt gewaarborgd.

De plaatsvervangend voorzitter behoudt wel zijn stem op het moment dat hij de rol van voorzitter vervult.

Artikel 9 Advies

De KAC streeft er naar om een unaniem gedragen advies te geven. Lukt dit echt niet, dan wordt dit ook aangegeven in het advies waarbij de verschillende standpunten worden toegelicht.

Het advies van vertegenwoordigers zoals genoemd in lid 9 van artikel 8 wordt verwoord in het advies van de KAC aan het college.