Regeling vervallen per 30-03-2023

Beleidsregels verhoogde eenmalige energietoeslag Ermelo, Harderwijk en Zeewolde 2022 - 2023

Geldend van 22-11-2022 t/m 29-03-2023

Intitulé

Beleidsregels verhoogde eenmalige energietoeslag Ermelo, Harderwijk en Zeewolde 2022 - 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk

gelet op:

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2022;

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen.

besluit vast te stellen de Herziene beleidsregels Eenmalige energietoeslag Ermelo, Harderwijk en Zeewolde 2022 - 2023.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van Harderwijk

  • c.

    inkomen: het totale netto inkomen van de alleenstaande, de alleenstaande ouder met zijn ten laste komende kinderen of het gezin als bedoeld in de artikel 31 en de artikelen 32 en 33 van de Wet

  • d.

    huishouden: de alleenstaande, de alleenstaande ouder met zijn ten laste komende kinderen of het gezin met een eigen energiecontract;

  • e.

    peildatum: 31 januari 2022 of datum aanvraag;

  • f.

    referteperiode particulieren: één maand (bij vaste inkomsten en ambtshalve toekenning), drie maanden (bij wisselende inkomsten) voorafgaand aan de datum van de aanvraag;

  • g.

    referteperiode zelfstandigen zonder personeel: 2021 of het eerste kwartaal 2022;

  • h.

    uniek adres: een maar één keer voorkomende combinatie van adresgegevens wat bestaat uit straatnaam, huisnummer (eventueel met toevoeging), postcode en plaatsnaam.

Artikel 2: Doelgroep eenmalige energietoeslag 2022

  • 1. De eenmalige energietoeslag 2022 van € 1.300 is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt eenmalig per uniek adres ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend. Indien reeds eerder een energietoeslag op basis van de beleidsregels is toegekend, wordt deze in mindering gebracht op de € 1.300.

  • 2. Indien het Rijk besluit tot wijziging van het bedrag van de energietoeslag, genoemd in lid 1 kan de hoogte van dit bedrag worden aangepast;

  • 3. Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 4. Een huishouden heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen gezamenlijk inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 5. Zelfstandigen zonder personeel kunnen een laag inkomen, zoals in lid 4 van dit artikel benoemd, aantonen met de jaarrekening en aangifte IB over 2021 (mits voorhanden), dan wel de winst- en verliesrekening over het eerste kwartaal 2022.

  • 6. Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet;

    • b.

      jonger is dan 21 jaar waarbij de ouders onderhoudsplichtig zijn; of

    • c.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

Artikel 3: Ambtshalve toekenning

  • 1. Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

    • a.

      algemene bijstand ontvangen; of

    • b.

      een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

    • c.

      huishoudens met een inkomen tot 120% die in 2022 in aanmerking komen voor bijzondere bijstand.

  • ontvangen de eenmalige energietoeslag ambtshalve.

  • 2. De ambtshalve toekenning heeft geen betrekking op huishoudens die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a.

Artikel 4: Aanvraag

  • 1. Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2022 kunnen vanaf 1 mei 2022 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier.

  • 2. De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via de website Meerinzicht.nl/direct-regelen. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 3. De hoogte van het inkomen kan beoordeeld worden op basis van overige aanvullende (financiële) gegevens, als daar volgens het college aanleiding voor is. In dat geval zal het college aan de aanvrager verzoeken de aanvullende (financiële) gegevens te leveren.

  • 4. Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 30 april 2023.

  • 5. Bij de aanvraag wordt tenminste overgelegd:

    • 1.

      de bewijzen van het inkomen van aanvrager en eventuele partner in de referteperiode;

    • 2.

      een kopie van een identiteitsbewijs van de aanvrager en eventuele partner;

    • 3.

      een kopie van een bankpas of recent bankafschrift met daarop het rekeningnummer en de tenaamstelling;

    • 4.

      een bewijsstuk waaruit blijkt dat de aanvrager verantwoordelijk is voor de betaling van de energienota.

  • 6. Bij meerdere aanvragers op één uniek adres – waarbij er op dit adres nog geen eenmalige energietoeslag is toegekend – wordt de eenmalige energietoeslag aan de langst wonende bewoner, tevens hoofdbewoner, toegekend op dat adres. Dit op basis van de gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP).

  • 7. Na de beoordeling van de aanvraag wordt door het college binnen 8 weken na de aanvraag een schriftelijk besluit afgegeven, ook wel beschikking genoemd.

  • 8. Studenten komen niet in aanmerking voor de energietoeslag. Dienen studenten een aanvraag in dan wordt deze afgewezen om de reden dat zij als categorie niet over een voldoende gelijkende kostenstijging beschikken, zoals bedoeld door de wetgever in de memorie van toelichting. Hierbij wordt het volgende in acht genomen:

    • 1.

      Studenten worden mogelijk door het Rijk gecompenseerd via een andere weg voor de gestegen energiekosten, deze compensatie maakt de energietoeslag voor deze groep niet de juiste voorziening en;

    • 2.

      Bij een aanwijzing van het ministerie SZW dat studenten toch door de gemeente worden bijgestaan middels de energietoeslag, worden de eerder afgewezen aanvragen op aanvraag opnieuw in behandeling genomen als heroverweging onder de voor studenten geldende voorwaarden en,

    • 3.

      De afwijzingen worden niet meer toegepast per 1 juli 2023 waarna studenten tot 1 september 2023 alsnog een aanvraag met terugwerkende kracht kunnen indienen ook als deze eerder is afgewezen op basis van dit lid.

Artikel 5: Hardheidsclausule

  • 1. Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 6. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang op de dag van publicatie en vervangen de beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeenten Ermelo, Harderwijk en Zeewolde.

  • 2. Deze beleidsregels vervallen op 31 mei 2023.

Artikel 7. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als:

Herziene Beleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeenten Ermelo, Harderwijk en Zeewolde 2022 - 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 8 november 2022

Het college van burgemeester en wethouders,

de heer J.P. Wassens

secretaris

de heer H.J. van Schaik

burgemeester

Toelichting

De beleidsregel eenmalige energietoeslag 2022 staat niet op zichzelf, maar is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.

In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ en ‘referteperiode’ is aansluiting gezocht bij het beleid dat daarvoor al in de gemeente geldt in de eigen beleidsregels bijzondere bijstand. Daar voorziet artikel 1 in.

Huishoudens die reeds een bedrag van € 800,- terecht toegekend hebben gekregen, ontvangen de resterende € 500,- ambtshalve. Zij hoeven geen nieuwe aanvraag meer te doen. Een ambtshalve (aanvullende) toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW of IOAZ.

Daar kan de gemeente andere groepen aan toe voegen, bijvoorbeeld personen die periodiek bijzondere bijstand ontvangen of een bijdrage op grond van gemeentelijke minimaregeling. Of dat mogelijk is zal afhangen van de vraag of de aanwezige gegevens voldoende zijn om vast te stellen dat zij op voorhand ook zullen voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2 en andere voorwaarden uit de Participatiewet.

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet volledig voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren (zie artikel 5) en hier zo nodig ook beleidsuitgangspunten voor te formuleren. De hardheidsclausule artikel 16 van de Participatiewet voorziet hier niet in.

Studenten zijn via de aanwijzing van de wetgever niet inbegrepen in de categorie die voor energietoeslag in aanmerking komt. Het Rijk heeft nog niet aangegeven hoe zij de studenten gaan compenseren, dit kan zijn via DUO, maar ook alsnog via de gemeente. Om dubbele verstrekkingen, onduidelijkheden en onnodige terugvorderingen op een later moment te voorkomen, komen studenten nu nog niet via de gemeente in aanmerking voor de energietoeslag. Aanvragen van studenten nu dan ook afgewezen. Wanneer het Rijk anders besluit, kunnen we deze categorie alsnog ondersteunen. Deze bepaling geldt in ieder geval tot uiterlijk 1 juli 2023. Na deze datum kunnen studenten onder de voorwaarden in deze beleidsregels met terugwerkende kracht alsnog de energietoeslag aanvragen. In afwijking van de andere aanvragers kunnen studenten door hun bijzondere positie, waarbij de aanvragen vooralsnog worden afgewezen, nog iets langer hun aanvraag indienen wanneer die mogelijkheid zich opent.