Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Doetinchem 2023-2026

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-01-2025 t/m 31-12-2024

Intitulé

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Doetinchem 2023-2026

Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Doetinchem;

gelet op de Wet Kinderopvang en de Algemene subsidieverordening 2022 gemeente Doetinchem,

overwegende dat het noodzakelijk is om regels te stellen voor de kwaliteit van en de tegemoetkoming in de kosten van VVE-peuteropvang;

teneinde te bereiken dat peuters gelijke ontwikkelkansen geboden krijgen door het verbeteren van de kwaliteit, het bereik en de toegankelijkheid van VVE-peuteropvang in de gemeente;

BESLUIT vast te stellen:

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Doetinchem 2023-2026

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanvrager: aanbieder kinderopvang die een aanvraag indient voor een van de subsidies uit deze regeling;

  • b.

    ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Doetinchem 2022;

  • c.

    Wet: Wet kinderopvang; VVE: voor- en vroegschoolse educatie;

  • d.

    VVE-peuteropvang: kortdurende opvang met voorschoolse educatie ter voorbereiding op het basisonderwijs voor peuters van 2 tot 4 jaar.

  • e.

    VVE-indicatie: indicatie afgegeven door Yunio Jeugdgezondheidszorg op basis van de VVE doelgroep definitie;

  • f.

    College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem;

  • g.

    Gemeente: gemeente Doetinchem;

  • h.

    Doelgroeppeuter: peuter die in aanmerking voor voor- en vroegschoolse educatie (VVE) vanwege (een risico) op een (onderwijs)achterstand, op indicatie van Yunio.

  • i.

    Kindercentrum: kindercentrum een voorziening waar kinderopvang van een kind woonachtig in Doetinchem plaatsvindt, als bedoeld in artikel 1.1 van de wet en opgenomen in het landelijk register kinderopvang;

  • j.

    Kinderopvang: de opvang van kinderen in de zin van de wet;

  • k.

    Kinderopvangtoeslag: de toeslag vanuit het Rijk die ouders kunnen aanvragen bij de belastingdienst, als tegemoetkoming in de kosten van in het Landelijk Register Kinderopvang geregistreerde kinderopvang;

  • l.

    Kinderopvangtoeslagtabel: de inkomensafhankelijke tabel van de Belastingdienst die de hoogte van de kinderopvangtoeslag bepaalt op basis van de hoogte van het (gezamenlijke) toetsingsinkomen;

  • m.

    Landelijk register kinderopvang: het landelijk register, als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

  • n.

    Ouder: ouder in de zin van de wet;

  • o.

    Ouderbetrokkenheid: activiteiten van ouders gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van het kind;

  • p.

    Ouderbijdrage; de financiële vergoeding die ouder(s)/verzorger(s) betalen voor de opvang van hun kind;

  • q.

    Horizontale groep: een heterogene groep peuters in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. In deze groep worden peuters met- en zonder VVE indicatie opgevangen;

  • r.

    Toezichthouder: de toezichthouder als bedoeld in artikel 1.61 van de wet

  • s.

    Erkend VVE-programma: VVE programma opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut.

Artikel 2 Doelstelling

Deze subsidieregeling is van toepassing op subsidies voor het uitvoeren van VVE-peuteropvang in Doetinchem. Het doel van deze subsidieregeling is het faciliteren van deelname van alle peuters in de leeftijd van 2,5 jaar tot 4 jaar aan de reguliere peuteropvang met voorschoolse educatie en voor de doelgroeppeuters van 2 tot 4 jaar, door het subsidiëren van het gebruik van een kwalitatief hoogwaardig VVE aanbod. De aanpak is gericht op preventie en vroeg signalering en draagt ertoe bij dat:

  • •

    het sociaal emotionele, - culturele en cognitieve vermogen van peuters wordt vergroot;

  • •

    minder kinderen met een ontwikkelingsachterstand instromen op de basisschool;

  • •

    ieder kind een kansrijke start wordt geboden.

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Het college verstrekt uitsluitend subsidie voor activiteiten die een bijdrage leveren aan het realiseren van de in artikel 2 genoemde doelstelling.

  • 2. De activiteiten zijn onderverdeeld in meerdere categorieën.

    • a.

      Categorie peuteropvang

      Aanbod van VVE peuteropvang aan peuters van ouders zonder VVE-indicatie (reguliere peuters)

      • -

        Een aanbod aan peuters van zowel ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag als ouders met recht op kinderopvangtoeslag, waarbij de gemeente maximaal 320 uur per kalenderjaar subsidieert verdeeld over minimaal 2 dagdelen per week;

      • -

        Aan elke Doetinchemse peuter die door de ouders wordt aangemeld:

    • Aanbod van VVE peuteropvang aan peuters van ouders met een VVE indicatie (doelgroep peuters)

      • -

        Een aanbod aan doelgroep peuters van zowel ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag als ouders met recht op kinderopvangtoeslag- waarbij de gemeente maximaal 640 uur per kalenderjaar subsidieert, verdeelt over minimaal 3 dagdelen per week;

      • -

        Aan elke Doetinchemse peuter met een VVE indicatie die door ouders wordt aangemeld.

    • b.

      Categorie kwaliteitsimpuls

      Subsidie ten behoeve van een kwaliteitsimpuls. Hieronder vallen o.a. scholingskosten VVE, bevordering doorgaande lijn en VVE gerelateerde programma’s.

    • c.

      Categorie pedagogisch coach op de VVE groep

      Subsidie ten behoeve van de inzet van de HBO coach/pedagogisch beleidsmedewerker op de VVE groep, in overeenstemming met het wijzigingsbesluit basisvoorwaarden kwaliteitvoorschoolse educatie.

      Voor deze categorie gelden de volgende uitgangspunten.

      • -

        Doel: verhogen van kwaliteit van het aanbod van voorschoolse educatie

      • -

        Norm: inzet pedagogisch beleidsmedewerker voor 10 uur per doelgroep peuter per locatie per jaar

      • -

        Profiel: HBO werk- en denkniveau, gelijk aan de eisen zoals gesteld in de Wet IKK en zoals deze zijn uitgewerkt in de CAO kinderopvang en de CAO sociaal werk.

      • -

        Opleiding: HBO-, WO- en associate degree-opleidingen gericht op de ontwikkeling van kinderen en de manier waarop die ontwikkeling zo optimaal mogelijk kan worden ondersteund

      • -

        De norm van 10 uur betreft een rekenregel. Het totaal aantal voorgeschreven uren per locatie mag door de aanbieder naar eigen inzicht worden ingezet, zolang de inzet gericht is op kwaliteitsverbetering van de beroepskrachten en het aanbod van de VE op de groepen waar de doelgroep peuters aan deelnemen.

Artikel 4 Toetsingscriteria

Een aanbieder komt uitsluitend voor subsidie in aanmerking wanneer:

  • a.

    de opvangvoorziening opvang verzorgt aan (doelgroep)peuters woonachtig in de gemeente Doetinchem;

  • b.

    de opvangvoorziening als kinderdagverblijf staat ingeschreven in het Landelijke Register Kinderopvang;

  • c.

    zowel peuteropvang als VE-peuteropvang aangeboden wordt:

  • d.

    voor doelgroep peuters de aantekening voorschoolse educatie “ja” aanwezig is bij de opvangvoorziening in het LRK;

  • e.

    voor reguliere peuters een aanbod wordt gerealiseerd van minimaal 480 uur verdeeld over 1,5 jaar voor peuters in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar;

  • f.

    voor doelgroep peuters een aanbod wordt gerealiseerd van minimaal 960 uur verdeeld over 2 jaar voor peuters in de leeftijd van 2 tot 4 jaar;

  • g.

    de opvangvoorziening voldoet aan de basisvoorwaarden voor de kwaliteit van kinderopvang en de basisvoorwaarden voor de kwaliteit van voorschoolse educatie zoals opgenomen in de Wet Kinderopvang en het (wijzigings-)besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie;

  • h.

    de opvangvoorziening werkt met een erkend kind-volgsysteem (VVE programma van de NJI database) waarmee de brede ontwikkeling van peuters gevolgd kan worden;

  • i.

    de opvangvoorziening de doorgaande leerlijn naar het onderwijs bevordert en hiervoor het overdrachtsformulier gebruikt;

  • j.

    de VVE peuteropvang aangeboden wordt in een eigen groep, niet gemengd met de reguliere dagopvang 0-4 jaar, en in een zogenaamde horizontale groep.

  • k.

    er zichtbaar sprake is van overleg en afstemming tussen de VVE voorschoolse voorziening en de basisschool met betrekking tot aanbod en aanpak. Deze is vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst / jaarplan.

  • l.

    er per jaar één bijeenkomst georganiseerd wordt op coördinatie-niveau, met als doel de samenwerkingsafspraken te evalueren. Deze samenwerkingsafspraken hebben betrekking op de doorgaande leerlijn (begeleiding en zorg) en de (warme) overdracht;

  • m.

    de aanbieder gebruikt maakt van de Peutermonitor, en

  • l.

    alle VVE-doelgroeppeuters in goed overleg overgedragen worden aan de school.

Artikel 5 Doelgroep

  • 1. Voor deze subsidieregeling worden de volgende doelgroepen gehanteerd:

    • a.

      Peuters in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar zonder VVE indicatie (reguliere peuters) die naar de VVE-peuteropvang gaan en waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag;

    • b.

      Peuters in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar zonder VVE indicatie (reguliere peuters) die naar de VVE-peuteropvang gaan en waarvan de ouders recht hebben op kinderopvangtoeslag;

    • c.

      Peuters in de leeftijd van 2 tot 4 jaar met VVE-indicatie (doelgroep peuters) die naar de VVE-peuteropvang gaan, waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag;

    • d.

      Peuters in de leeftijd van 2 tot 4 jaar met VVE indicatie (doelgroep peuters) die naar de VVE-peuteropvang gaan, waarvan de ouders wel recht hebben op kinderopvangtoeslag.

  • 2. Het is niet toegestaan voorschoolse educatie aan te bieden aan kleuters vanaf hun 4e verjaardag. Vanaf hun 4e verjaardag kunnen kleuters instromen in het onderwijs Voor kleuters die net voor een schoolvakantie hun 4e verjaardag vieren kan in overleg met de gemeente Doetinchem een uitzondering gemaakt worden.

  • 3. De ouder, genoemd in artikel 5.1, ontvangt niet zelf de subsidie, de subsidie wordt verstrekt uitgekeerd aan de aanbieder kinderopvang die zij hebben uitgekozen voor hun kind en die voldoet aan alle eisen.

Artikel 6 Ouderbijdrage

  • 1. Ouders betalen een inkomensafhankelijke bijdrage voor de VVE-peuteropvang. Hierin onderscheiden we twee type ouders. De ouder die recht heeft op kinderopvangtoeslag en de ouder die geen recht heeft op kinderopvangtoeslag. Deze laatste groep wordt gecompenseerd door de gemeentelijke regeling. De opbouw is als volgt:

    • a.

      Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag zonder VVE-indicatie betalen voor VVE- peuteropvang voor maximaal 8 uur per week (320 uur per jaar) een inkomensafhankelijke bijdrage tot het jaarlijks wettelijk vastgesteld normtarief Kinderopvang;

    • b.

      Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag met een kind met een VVE-indicatie betalen voor VVE-peuteropvang voor maximaal 8 uur per week (320 uur per jaar) een inkomensafhankelijke bijdrage tot het jaarlijks wettelijk vastgesteld normtarief. Voor de geïndiceerde uren voorschoolse educatie, tot maximaal 8 uur per week (320 uur per jaar), wordt in overeenstemming met gemeentelijk beleid geen ouderbijdrage in rekening gebracht;

    • c.

      Ouders met recht op kinderopvangtoeslag zonder VVE-indicatie betalen voor VVE- peuteropvang voor maximaal 8 uren per week (320 uur per jaar) een inkomensafhankelijke bijdrage tot het jaarlijks wettelijk vastgesteld normtarief Kinderopvang;

    • d.

      Ouders met recht op kinderopvangtoeslag met een kind met een VVE-indicatie betalen voor VVE-peuteropvang voor maximaal 8 uur per week (320 uur per jaar) een inkomensafhankelijke bijdrage tot het jaarlijks wettelijke vastgesteld normtarief Kinderopvang. Voor overige uren voorschoolse educatie, tot totaal maximaal van 8 uur extra per week (320 uur per jaar), wordt in overeenstemming met gemeentelijk beleid geen ouderbijdrage in rekening gebracht.

  • 2. De gemeente werkt met de “ouderbijdragetabel” van de belastingdienst voor de, door de houders vast te stellen, ouderbijdrage voor niet kinderopvang toeslag ouders. Het inkomen wordt door de houder bepaald op basis van het verzamel-inkomen over het voorgaande kalenderjaar. Dit inkomen wordt bepaald aan de hand van de door de ouders te overleggen inkomensverklaring.

Artikel 7 Hoogte subsidiebedrag

  • 1. Het college subsidieert de VVE-peuteropvang tot een maximum van € 12,- per uur met aftrek van de geldende ouderbijdrage voor maximaal 320 uur per jaar (1e en 2e dagdeel).

  • 2. Het college subsidieert de VVE-peuteropvang tot een maximum van € 12,- per uur voor de geïndiceerde peuters voor maximaal 320 uur per jaar (3e en 4e dagdeel).

  • 3. De ouders van geïndiceerde peuters betalen voor de extra 320 uur per jaar geen ouderbijdrage.

  • 4. Het college subsidieert per peuter het contractueel vastgesteld aantal uur tot een maximum van de uren genoemd in artikel 3.1.

  • 5. Voor de in artikel 6 genoemde doelgroepen gelden de volgende, maximale subsidiebedragen voor de aanvrager:

    • a.

      voor de in artikel 6 lid 1 sub a genoemde doelgroep bedraagt de maximale subsidie per bezette peuterplek per jaar: maximaal 320 uur x € 12,- per uur minus de geldende ouderbijdrage;

    • b.

      voor de in artikel 6 lid 1 sub b genoemde doelgroep bedraagt de maximale subsidie per bezette peuterplek per jaar: maximaal 640 uur x € 12,- per uur minus de geldende ouderbijdrage;

    • c.

      voor de in artikel 6 lid 1 sub c genoemde doelgroep bedraagt de maximale subsidie per bezette peuterplek per jaar: maximaal 320 uur x € 12,- minus de geldende ouderbijdrage.;

    • d.

      voor de in artikel 6 lid 1 sub d genoemde doelgroep bedraagt de maximale subsidie per bezette peuterplek per jaar: maximaal 640 uur x € 12,- minus de geldende ouderbijdrage minus de geldende ouderbijdrage.

  • 6. De subsidie voor de in artikel 3.3 genoemde HBO coach/pedagogisch beleidsmedewerker is gebaseerd op het aantal geïndiceerde peuters op 1 januari van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd: maximaal 10 uur x € 45,00.

  • 7. De uurtarieven genoemd in artikel 7, lid 4 kunnen jaarlijks opnieuw worden bijgesteld door het college.

Artikel 8 De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een aanbieder kinderopvang, waar een kind woonachtig in Doetinchem gebruik van maakt.

Artikel 9 Aanvraag voorschoolse voorzieningen

  • 1. Peuteropvang aanbieders kunnen een aanvraag voor subsidie voor VVE peuteropvang indienen door middel van een door de gemeente te verstrekken aanvraagformulier. In de aanvraag geeft de aanvrager het verwachte aantal peuters aan voor het jaar waarop de subsidie betrekking heeft. Van het aangevraagde jaarbedrag wordt 75% per kwartaal via een voorschot uitgekeerd.

  • 2. Peuteropvang aanbieders kunnen een aanvraag voor subsidie voor de pedagogisch coach indienen door middel van het door het in lid 1 genoemde aanvraagformulier. In de aanvraag geeft de aanvrager het verwachte aantal VVE peuters per 1 januari van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft aan. Van het aangevraagde jaarbedrag wordt 75% per kwartaal via een voorschot uitgekeerd.

  • 3. Aanvragen moeten voor 1 november voorafgaand aan het kalenderjaar waarop de subsidie betrekking heeft ingediend worden.

Artikel 10 Verantwoording peuteropvang

  • 1. De aanvrager verantwoord de daadwerkelijk afgenomen kind gebonden subsidie na afloop van ieder kwartaal via de Peutermonitor. In afwijking van artikel 15 van de Algemene subsidieverordening gemeente Doetinchem 2022 vindt de eindverantwoording plaats via de Peutermonitor

  • 2. Daarnaast is voor VVE-peuteropvang een evaluatie van het inhoudelijk jaarplan onderdeel van de jaarlijkse de verantwoording.

  • 3. De gemeente Doetinchem behoudt zich het recht voor om steekproeven af te nemen.

Artikel 11 Vaststelling van het subsidiebedrag

Het definitieve subsidiebedrag wordt na afloop van de subsidieperiode, op basis van de gegevens uit de aangeleverde verantwoording door de subsidieaanvrager, vastgesteld door het college. De vaststelling vindt plaats op basis van het werkelijke aantal bezette peuterplekken zoals geregistreerd in de peutermonitor, het gehanteerde tarief en de totaal in rekening gebrachte ouderbijdragen. Dit heeft een terugvordering tot gevolg als houder minder bezette peuterplekken heeft gerealiseerd dan het aantal waarop de hoogte van de subsidieverlening was gebaseerd. Het aantal uur waarvoor subsidie wordt toegekend is gemaximeerd op de aantallen genoemd in artikel 7.

Artikel 12 Slotbepalingen

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie Doetinchem 2023 – 2026.

  • 3. De uitvoeringsregeling subsidies Peuteropvang Voorschoolse educatie gemeente Doetinchem 2020 t/m 2022 komt hiermee te vervallen

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Doetinchem d.d. 24 september 2024.

secretaris,

burgemeester,

Ondertekening