Regeling vervallen per 31-12-2024

Openstellingsbesluit subsidie Zelfdoen Zuid-Holland 2022

Geldend van 17-09-2022 t/m 30-12-2024

Intitulé

Openstellingsbesluit subsidie Zelfdoen Zuid-Holland 2022

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland;

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 en artikel 2.11.2, tweede lid, van de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016;

Overwegende dat het wenselijk is om met burgerinitiatieven en vrijwilligerswerk de betrokkenheid van burgers te stimuleren bij bestaande groengebieden en de groene ruimte, en hiermee bij te dragen aan een beweegvriendelijke leefomgeving;

Besluiten vast te stellen het volgende besluit: Openstellingsbesluit subsidie Zelfdoen Zuid-Holland 2022

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze regeling wordt verstaan onder Srg: Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestaties

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op:

    • a.

      het stimuleren en ondersteunen van burgerinitiatieven en vrijwilligerswerk in het groen;

    • b.

      kennisvergroting om burgerinitiatieven en vrijwilligerswerk uit te voeren.

  • 2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid, wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.

  • 3. De activiteit, bedoeld in het eerste lid, draagt bij aan het stimuleren van de betrokkenheid van burgers bij groengebieden en een beweegvriendelijke leefomgeving door middel van vrijwilligerswerk en burgerinitiatieven.

Artikel 3 Doelgroep

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt uitsluitend verstrekt aan een samenwerkingsverband van ten minste drie natuurlijke personen en aan stichtingen en verenigingen, die hun groene doelstellingen realiseren met de inzet van vrijwilligers.

Artikel 4 Deelplafond

Het deelplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, bedraagt € 70.000,00.

Artikel 5 Aanvraagperiode

  • 1. Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2 kan worden ingediend van 7 oktober 2022 tot en met 31 mei 2023.

  • 2. Een aanvraag voor subsidie wordt niet behandeld als deze na 31 mei 2023 wordt ontvangen.

Artikel 6 Aanvraagvereisten

Naast de gegevens, bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdelen a en b, en in afwijking van onderdeel c, van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013, gaat een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, voor zover op de activiteit van toepassing, in ieder geval vergezeld van:

  • a.

    een omschrijving van de activiteiten en het doel dat hiermee bereikt wordt;

  • b.

    een opgave van het aantal vrijwilligers dat helpt bij de voorbereiding en uitvoering;

  • c.

    een inschatting van het aantal vrijwilligersuren dat wordt besteed aan de voorbereiding en uitvoering;

  • d.

    indien van toepassing een verklaring dat de aanvrager de eigenaar van de grond is waarop de activiteiten plaatsvinden of in die gevallen waarin de aanvrager niet de eigenaar is een schriftelijke toestemming van de eigenaar van de grond.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit niet uitvoerbaar is vanwege wettelijke of praktische belemmeringen;

  • b.

    voor dezelfde activiteit op grond van een andere provinciale regeling subsidie is gevraagd of verstrekt.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 2.11.7 van de Srg komen voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie in ieder geval de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    de kosten voor voorlichting en communicatie;

  • b.

    de kosten voor gereedschap;

  • c.

    de kosten voor beschermingsmiddelen;

  • d.

    de kosten voor beplanting en hulpmiddelen daarvoor;

  • e.

    de kosten voor kennisvergroting;

  • f.

    de kosten voor hulpmiddelen ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van de aanvrager.

Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten

In aanvulling op artikel 2.11.8 van de Srg komen in ieder geval niet de kosten voor cadeaus en relatiegeschenken voor subsidie in aanmerking.

Artikel 10 Subsidiehoogte

  • 1. Voor de hoogte van de subsidie, bedoeld in het eerste lid, heeft de aanvrager per activiteit de keuze om een bedrag van € 250,00, € 500,00 of € 1.000,00 aan te vragen.

  • 2. Per aanvrager wordt voor maximaal drie verschillende aanvragen een subsidie toegekend.

  • 3. De hoogte van de aan de aanvrager te verstrekken subsidie(s) bedraagt tezamen maximaal € 3.000,00.

Artikel 11 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In afwijking van artikel 1.4, eerste lid, van de Srg, start de aanvrager uiterlijk binnen acht maanden na de subsidieverlening met de uitvoering van de activiteit en dient de aanvrager de activiteit binnen twaalf maanden na de subsidieverlening gerealiseerd te hebben.

Artikel 12 Prestatieverantwoording

In afwijking van artikel 1.5 van de Srg verstrekt de subsidieontvanger desgevraagd een bewijs van de verrichte activiteit.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Artikel 14 Werkingsduur

Dit openstellingsbesluit vervalt op 31 december 2024 met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verleend.

Artikel 15 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit subsidie Zelfdoen Zuid-Holland 2022.

Ondertekening

Den Haag, 6 september 2022

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

ir. J.C. van Ginkel MCM, waarnemend secretaris

drs. J. Smit, voorzitter

Toelichting

Met het openstellingsbesluit subsidie Zelfdoen Zuid-Holland 2022 (hierna: openstellingsbesluit) worden burgerinitiatieven en vrijwilligerswerk in het groen versterkt, ondersteund en gestimuleerd, teneinde bij te dragen aan een beweegvriendelijke leefomgeving. Dit openstellingsbesluit biedt financiële ondersteuning aan activiteiten van vrijwilligers in het groen en aan stichtingen en verenigingen die zich daar met behulp van vrijwilligers voor inzetten. Met deze activiteiten kunnen vrijwilligers hun vrijwilligerswerk beter uitvoeren en andere burgers enthousiasmeren mee te doen. De subsidie is bedoeld voor groepen vrijwilligers, die zich inzetten om de omgeving groener, natuurrijker en socialer te maken. De regeling is opgezet om kleine bedragen (€ 250,00, € 500,00 en € 1.000,00) te subsidiëren, zonder een zware indieningsprocedure. Per aanvrager kan voor maximaal drie verschillende aanvragen een subsidie worden toegekend. Dat betekent dat het subsidiebedrag tezamen maximaal € 3.000,00 kan zijn.

Uitvoering

Deze regeling wordt uitgevoerd door Stichting Het Zuid-Hollands Landschap (hierna: ZHL), Programma De Groene Motor, vanwege haar deskundigheid en haar netwerk. Voor de uitvoering is er mandaat verleend aan de directeur-bestuurder van ZHL.

Artikelen 8 en 9: subsidiabele kosten en niet-subsidiabele kosten

In artikel 8 van het Openstellingsbesluit staan de kosten die in aanmerking komen voor subsidie. Hieronder worden per kostensoort voorbeelden gegeven.

  • a.

    de kosten voor voorlichting en communicatie

    Denk aan de opzet van een campagne, folders, informatiebijeenkomst, informatiebord, met de voorwaarde dat er een oproep voor nieuwe vrijwilligers in verwerkt is. Ook kennisboekjes of informatie die helpen vrijwilligers hun werk goed te doen, vallen onder voorlichting en communicatie. Denk aan informatie ten behoeve van het geven van een natuur excursie.

  • b.

    de kosten voor gereedschap

    Denk aan takkenscharen voor de knotploeg, kettingzaag voor de natuurbeheerders of handschepjes voor de moestuingroep.

  • c.

    de kosten voor beschermingsmiddelen;

    Beschermingsmiddelen worden gebruikt om veilig aan de slag te kunnen. Denk aan een zaagbroek wanneer er gewerkt wordt met de motorkettingzaag, ladders, handschoenen of EHBO koffer.

  • d.

    de kosten voor beplanting en hulpmiddelen daarvoor

    Beplanting maakt de leefomgeving groener en aantrekkelijker en zorgt ervoor dat men graag naar buiten gaat om te bewegen en tot rust te komen. Bij het plaatsen van planten zijn vaak hulpmiddelen nodig. Denk aan plantaarde, paaltjes ter ondersteuning van bomen of hagen en draad.

  • e.

    de kosten voor kennisvergroting

    Hier kan het gaan om de aanschaf van informatie om het vrijwilligerswerk goed uit te kunnen voeren. Denk aan informatieboeken t.b.v. natuurvriendelijk beheer en onderhoud. Ook zijn cursussen/workshops/trainingen t.b.v. de deskundigheidsbevordering van de vrijwilliger(s) mogelijk. Denk aan een cursus maaien met de zeis, EHBO/veldhulpverlening cursus of bodemleven.

  • f.

    de kosten voor hulpmiddelen ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van de aanvrager.

Hier gaat het om de aankoop van materialen die bijdragen aan de primaire doelstellingen van de aanvrager. Denk aan nestkasten voor de vogelwerkgroep, educatiematerialen voor natuur educatie vrijwilligers, bijenbeplanting en nestplaatsgelegenheid voor de vereniging ter bevordering van de biodiversiteit. Hetgeen dat aangeschaft wordt en niet past onder a t/m e, kan subsidiabel zijn, mits deze past bij het doel waarvoor de aanvrager in het groen is opgericht. Niet-subsidiabele kosten staan genoemd in artikel 9 van het openstellingsbesluit. Deze niet-subsidiabele kosten zijn in ieder geval kosten voor cadeaus en relatiegeschenken. Hierbij kan gedacht worden aan de kosten voor bedankjes, zoals cadeaubonnen voor vrijwilligers.