Beleidsregel Eenmalige energietoeslag gemeente Gennep 2022/2023

Artikel 1. Begripsbepalingen

• 1.

  In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Participatiewet.

  • b.

    College: College van burgemeester en wethouders van de gemeente Gennep.

  • c.

    Inkomen: totaal van het inkomen, bedoeld in artikel 1.2 van de Beleidsregel ‘Doelgroep lage inkomens en draagkracht bijzondere bijstand’ gemeente Gennep.

  • d.

    Peildatum: de datum van de aanvraag.

  • e.

    Referteperiode: 3 maanden vooraf aan de datum van de aanvraag

  • f.

    Beschikbare geldmiddelen: geldmiddelen waarover de aanvrager en diens echtgenoot beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.

Artikel 2. Doelgroep

• 1.

  De eenmalige energietoeslag 2022/2023 van € 1.300,- is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen, waardoor de betaling van de energierekening niet mogelijk is uit beschikbare geldmiddelen.

• 2.

  De eenmalige energietoeslag 2022/2023 wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

• 3.

  Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.

• 4.

  De aanvrager moet in de gemeentelijke basisadministratie ingeschreven staan op hetzelfde adres waarop de energietoeslag aangevraagd wordt.

• 5.

  Voor de toepassing van deze regeling worden de beschikbare geldmiddelen in aanmerking genomen.

• 6.

  De kostendelersnorm, zoals bedoeld in artikel 22a Participatiewet, wordt niet toegepast ten aanzien van de bepalingen in deze beleidsregel.

• 7.

  Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

  • a.

    in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet;

  • b.

    jonger is dan 21 jaar;

  • c.

    jonger is dan 27 jaar en aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000; of

  • d.

    is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

Artikel 3. Ambtshalve toekenning

• 1.

  Huishoudens die op 1 juli 2022 voldeden aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

  • a.

    algemene bijstand ontvangen; of

  • b.

    een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

  • c.

    Bbz of Bbz-light ontvangen; of

  • d.

    toegelaten zijn tot de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening én een schuldenregeling hebben,

ontvingen de eenmalige energietoeslag 2022 van € 800 ambtshalve uiterlijk op 1 juli

2022.

• 2.

  Huishoudens die voldoen aan de doelgroep zoals bedoeld in artikel 2, en

  • a.

    op grond van artikel 3.1 de eenmalige energietoeslag ambtshalve toegekend hebben gekregen, of

  • b.

    waarvan de aanvraag van de energietoeslag, zoals bedoeld in artikel 4, voor 1 oktober 2022 is toegekend,

ontvangen in het najaar van 2022 via ambtshalve toekenning een nabetaling van € 500.

• 3.

  De ambtshalve toekenning heeft geen betrekking op huishoudens die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet.

Artikel 4. De aanvraag

• 1.

  Overige huishoudens met een laag inkomen die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2022/2023 en deze nog niet eerder toegekend hebben gekregen, kunnen vanaf inwerkingtreding van deze beleidsregel een aanvraag indienen.

• 2.

  De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via gennep.nl/laaginkomen.

• 3.

  De aanvrager overlegt bij de aanvraag:

  • a.

    de bewijzen van het inkomen gelijk aan de referteperiode;

  • b.

    de bewijzen van de beschikbare geldmiddelen gelijk aan de peildatum.

• 4.

  Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 1 mei 2023.

• 5.

  Er wordt door het college een budgetplafond vastgesteld. Dit budgetplafond is gelijk aan het toegekende budget van de meicirculaire. Het college kent geen toeslagen toe als het budgetplafond is bereikt. Toekenningen worden op volgorde van de datum van de aanvraag beoordeeld.

Artikel 5. Beschikbare geldmiddelen

• 1.

  Er wordt rekening gehouden met geldelijk vermogen, niet zijnde bedrijfsvermogen. Tot het geldelijk vermogen worden in ieder geval gerekend: contanten, spaar-, betaal- of banktegoeden, beleggingsrekeningen, geldswaardige papieren, effecten, opties, aandelen, effecten in depot, cryptovaluta.

• 2.

  Lijfrenten als bedoeld in artikel 1 aanhef en sub n van de wet, worden niet tot de beschikbare geldmiddelen gerekend.

• 3.

  Het saldo per peildatum van geldmiddelen van thuiswonende kinderen wordt niet tot de beschikbare geldmiddelen gerekend.

• 4.

  Het college verstrekt geen eenmalige energietoeslag als de geldmiddelen hoger zijn dan € 15.000 voor een alleenstaande of € 30.000 voor een alleenstaande ouder/gehuwden.

Artikel 6. Hardheidsclausule

• 1.

  Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregel alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 7. Inwerkingtreding en looptijd

• 1.

  De beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

• 2.

  Deze beleidsregel vervalt op 1 juli 2023.

Artikel 8. Citeertitel

• 1.

  Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Eenmalige energietoeslag 2022/2023 gemeente Gennep.