Omgevingswet: bindend adviesrecht bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten 2022

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Omgevingswet: bindend adviesrecht bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten 2022

Ondertekening

De raad van de gemeente Best;

gezien het voorstel van Burgemeester en wethouders van 10 mei 2022;

gelet op artikel 16.15a, aanhef en sub b van de Omgevingswet;

besluit

de beleidsnotitie Omgevingswet: bindend adviesrecht bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten 2022 vast te stellen.

Aldus besloten door de raad van Best in zijn vergadering van 7 juli 2022

Rian Swinkels

raadsgriffier

Hans Ubachs

voorzitter

Bijlage Beleidsnotitie Omgevingswet: bindend adviesrecht bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten 2022

Artikel 1 Bindend adviesrecht van de gemeenteraad bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten

Voor zover een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit valt binnen de in artikel 2 en 3 genoemde categorieën van gevallen, met een of meerdere activiteiten die aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving,

én het college van burgemeester en wethouders voornemens is deze aanvraag te verlenen,

zal, gelet op het bepaalde in de artikelen 16.15, eerste lid en 16.15a, onder b van de Omgevingswet, aan de gemeenteraad een bindend advies worden gevraagd.

Artikel 2 Categorieën van gevallen binnen het stedelijk gebied en bedrijventerreinen met uitzondering van beschermde stads- of dorpsgezichten

  • 1.

    De realisatie van meer dan 11 woningen / wooneenheden / appartementen / kamers ten dienste van logies, of bij een gebruiksverandering van een bestaand gebouw naar 20 of meer woningen / wooneenheden / appartementen / kamers ten dienste van logies;

  • 2.

    De realisatie van bouwwerken ten behoeve van een infrastructurele voorziening, een nutsvoorziening, of een openbare voorziening hoger dan 5m, of groter dan 50m²;

  • 3.

    De realisatie van antenne-installaties hoger dan 40m;

  • 4.

    De uitbreiding van een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding met bijbehorende bouwwerken van meer dan 250m²;

  • 5.

    Een van het omgevingsplan afwijkend gebruik, waarbij de afwijking leidt tot een (conform de VNG-brochure Bedrijven en Milieuzonering) hogere milieucategorie dan ingevolge het omgevingsplan ter plaatse is toegestaan;

  • 6.

    Een functiewijziging van meer dan 500 m² gebruiksoppervlakte;

  • 7.

    Het realiseren van grootschalige maatschappelijke voorzieningen;

  • 8.

    Projecten ten behoeve van intensieve recreatie, inclusief de daarbij behorende voorzieningen (zoals paden, ontsluiting en groen);

  • 9.

    Het aanleggen/bouwen van grootschalige infrastructurele (kunst)werken

  • 10.

    Het realiseren van één of meer windmolens van ten minste 15 meter hoog.

Artikel 3 Categorieën van gevallen binnen het landelijk gebied en/of binnen beschermde stads- of dorpsgezichten

Alle buitenplanse omgevingsplanactiviteiten met een of meerdere activiteiten die aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, met uitzondering van:

  • 1.

    de gebruikswijziging waarbij de impact op de fysieke leefomgeving afneemt;

  • 2.

    kleinschalige projecten -vaak in de openbare ruimte- ten dienste van het algemeen belang, zoals het oprichten van een elektriciteitshuisje of een waterberging, het versterken van natuurwaarden of verbeteren van de waterhuishouding;

  • 3.

    de realisatie van duurzame energieopwerking die past binnen de Visie voor duurzame energieopwekking Buitengebied Best en het daarbij behorende afwegingskader;

  • 4.

    de woningsplitsing van een cultuurhistorisch waardevol pand;

  • 5.

    gebruiken van gronden voor een herinrichting van het openbaar gebied, ten dienste van het algemeen nut, waaronder begrepen de verbreding of herprofilering van wegen, tenzij gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht;

  • 6.

    bouwwerken ten behoeve van een infrastructurele voorziening, een nutsvoorziening, of een openbare voorziening, met een maximale hoogte van 5m en een maximale oppervlakte van 50m², tenzij gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht;

  • 7.

    antenne-installaties tot 40 m hoog t.b.v. algemeen maatschappelijk belang, tenzij gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht;

  • 8.

    tijdelijke afwijkingen van het omgevingsplan.

Artikel 4 Procesafspraken

  • 1.

    Ingeval sprake is van een bindend adviesrecht van de gemeenteraad wordt het college van burgemeester en wethouders geacht de uniforme voorbereidingsprocedure volgens afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht toe te passen op de aanvraag omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

  • 2.

    Een verzoek aan de gemeenteraad voor het uitbrengen van het bindend advies wordt zo spoedig mogelijk gedaan, maar niet later dat het moment dat het ontwerpbesluit ter inzage is gelegd.

  • 3.

    Een verzoek aan de gemeenteraad voor het uitbrengen van het bindend advies gaat vergezeld van de aanvraag omgevingsvergunning, alsmede het ter inzage te leggen ontwerpbesluit met daarbij de motivering van het college van burgemeester en wethouders waarom zij de omgevingsvergunning wenst te verlenen.

  • 4.

    Na afronding van de procedure als bedoeld in lid 1 én ontvangst van het bindend advies, zal het college een besluit nemen op de aanvraag omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, welk besluit onverwijld ter kennis wordt gebracht aan de gemeenteraad.

Artikel 5 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als ‘Omgevingswet: bindend adviesrecht bij buitenplanse omgevingsplanactiviteiten 2022’.

Artikel 6 Kennisgeving

Dit besluit wordt bekend gemaakt in het Gemeenteblad via www.officielebekendmakingen.nl 

Artikel 7 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt.