Regeling vervalt per 15-07-2027

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 27 juni 2022 tot het instellen van een doelgebonden depositiebank ten behoeve van provinciale infrastructurele projecten en het vaststellen van regels betreffende de vulling en toedeling van depositieruimte (Instellingsbesluit doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant)

Geldend van 15-07-2022 t/m 14-07-2027

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 27 juni 2022 tot het instellen van een doelgebonden depositiebank ten behoeve van provinciale infrastructurele projecten en het vaststellen van regels betreffende de vulling en toedeling van depositieruimte (Instellingsbesluit doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant:

Gelet op artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming en artikel 2.10c van de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant;

Overwegende dat Gedeputeerde Staten op grond van de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant de mogelijkheid hebben specifieke doelgebonden depositiebanken in te stellen als onderdeel van de stikstofbank en zij het wenselijk achten een doelgebonden depositiebank in te stellen met als doel het verlenen van natuurvergunningen voor projecten ten behoeve van de aanleg, de reconstructie, het onderhoud en het gebruik van provinciale wegen;

Besluiten vast te stellen:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In aanvulling op de van overeenkomstige toepassing zijnde begrippen uit de Beleidsregel natuurbescherming, wordt in dit besluit verstaan onder:

doelgebonden depositiebank: doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant;

provinciale weg: openbare weg waarvan het onderhoud ingevolge artikel 15 van de Wegenwet bij de provincie berust, waarvoor de provincie de belangen ingevolge artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 beschermt en waartoe in ieder geval behoren rijbanen, fiets- en voetpaden, parkeer-, carpool- bus-, en halteplaatsen, vlucht- en andere stroken, bermen, glooiingen, grondkeringen, bermsloten, alsmede de tot de weg behorende verkeersvoorzieningen.

Artikel 2. Instelling

Er is een doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant.

Artikel 3 Doel

Onverminderd de regels in de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant, is de doelgebonden depositiebank ingesteld ten behoeve van infrastructurele projecten gericht op aanleg, reconstructie, onderhoud en gebruik van bestaande en nog aan te leggen provinciale wegen binnen de provincie Noord-Brabant.

Artikel 4 Vulling met depositieruimte

  • 1. Gedeputeerde Staten vullen de doelgebonden depositiebank met vrijgemaakte depositieruimte die na inwerkingtreding van dit besluit is ontstaan door intrekking van toestemmingen ten behoeve van het doel, bedoeld in artikel 3.

  • 2. Gedeputeerde Staten gebruiken de AERIUS Calculator, bedoeld in artikel 1.1 van de Regeling natuurbescherming, bij het berekenen van vrijgemaakte depositieruimte.

Artikel 5 Reserveren van depositieruimte

  • 1. Gedeputeerde Staten reserveren depositieruimte in de doelgebonden depositiebank op volgorde van binnenkomst van een volledige aanvraag van een natuurvergunning en voor zover alle daarvoor benodigde depositieruimte in de doelgebonden depositiebank beschikbaar is.

  • 2. Gedeputeerde Staten gaan bij de beoordeling van de N-depositie en de depositieruimte uit van de op het moment van beslissing op de aanvraag voor de natuurvergunning geldende versie van de AERIUS Calculator, bedoeld in artikel 1.1 van de Regeling natuurbescherming.

  • 3. Er kan uitsluitend depositieruimte worden gereserveerd voor projecten direct gerelateerd aan het doel, bedoeld in artikel 3.

  • 4. Een reservering vervalt bij de afwijzing of intrekking van een aanvraag om een natuurvergunning, waarna Gedeputeerde Staten de doelgebonden depositiebank opnieuw vullen met de hierbij betrokken depositieruimte overeenkomstig artikel 4, eerste lid.

  • 5. Gedeputeerde Staten kunnen besluiten gemotiveerd af te wijken van de in het eerste lid bedoelde volgorde van binnenkomst, indien zij dat vanwege bijgestelde prioritering geraden achten.

Artikel 6 Toedeling van depositieruimte

  • 1. Gedeputeerde Staten delen gereserveerde depositieruimte toe bij verlening van een natuurvergunning voor zover:

    • a.

      deze is gereserveerd voor die natuurvergunning overeenkomstig artikel 5;

    • b.

      de N-depositie op geen enkel relevant hexagoon voor stikstofgevoelige habitats binnen een Natura 2000-gebied toeneemt, waarbij rekening wordt gehouden met de saldering.

  • 2. In de doelgebonden depositiebank gereserveerde en toebedeelde N-deposities zijn niet beschikbaar voor een ander doel dan genoemd in artikel 3.

  • 3. Gedeputeerde Staten kunnen geregistreerde ruimte in de doelgebonden depositiebank tot uiterlijk vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit toedelen, waarna het eventuele restant aan depositieruimte vervalt.

  • 4. Gedeputeerde Staten kunnen de termijn, bedoeld in het derde lid, éénmalig met maximaal vijf jaar verlengen, indien de noodzaak daartoe naar het oordeel van Gedeputeerde Staten genoegzaam is aangetoond uit oogpunt van realisatie van projecten als bedoeld in artikel 3.

  • 5. Op het moment dat een natuurvergunning, waarmee depositieruimte is toegedeeld, wordt vernietigd of ingetrokken en die vernietiging of intrekking onherroepelijk wordt, vloeit de depositieruimte terug naar de doelgebonden depositiebank, waarna deze weer kan worden toegedeeld.

  • 6. Het vijfde lid is niet van toepassing indien de in dat lid genoemde omstandigheden zich voordoen na afloop van de termijn, bedoeld in het derde en vierde lid.

Artikel 7 Onderhoud en beheer

Onderhoud aan en beheer van de doelgebonden depositiebank vindt plaats onder verantwoordelijkheid van Gedeputeerde Staten.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin het wordt geplaatst en vervalt vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant.

Ondertekening

’s-Hertogenbosch, 27 juni 2022

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Toelichting behorende bij het Instellingsbesluit doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant

IAlgemene toelichting

Juridisch kader

Gedeputeerde Staten hebben beleidsregels over externe saldering vastgesteld in de Beleidsregel natuurbescherming. Met de Veertiende wijziging van deze Beleidsregel is de mogelijkheid gecreëerd om binnen een stikstofbank ook een doelgebonden depositiebank op te richten (artikel 2.10a en 2.10c van de Beleidsregel). Zoals de naam al aangeeft zijn dit voor een specifiek doel opgerichte depositiebanken. Dit doel kan algemeen van aard zijn, zoals een betere economische ontwikkeling of gericht van aard, zoals de ontwikkeling van een bepaalde locatie. De instelling van een dergelijke doelgebonden depositiebank vormt de basis voor de toekomstige vergunningen in het kader van de Wet natuurbescherming voor het betreffende project. Uit artikel 2.10c, tweede lid van de Beleidsregel natuurbescherming volgt dat Gedeputeerde Staten een doelgebonden depositiebank kunnen instellen door middel van een instellingsbesluit.

In de jurisprudentie over externe saldering is aanvaard dat saldering in de vorm van intrekking van een toestemming van een saldogevende activiteit ten behoeve van de verlening van een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming voor de oprichting of uitbreiding van een saldo-ontvangende activiteit, onder voorwaarden kan worden betrokken als mitigerende maatregel in een passende beoordeling. Er dient onder andere sprake te zijn van een directe samenhang tussen de intrekking van de toestemming en de verlening van de natuurvergunning.1 Deze samenhang tussen de ingetrokken toestemming van een saldogevende activiteit en de verlening van een toestemming ten behoeve van de saldo-ontvangende activiteit, zoals aan de orde bij reguliere externe saldering, wordt bij gebruik van de depositiebank geborgd. Hierbij worden alle gegevens die behoren bij de bijschrijvingen van een doelgebonden depositiebank op bronniveau bewaard, zodat toegedeelde ruimte altijd herleidbaar blijft naar de saldogever via bronbestanden.

Doel en inhoud van het besluit

Het onderhavige besluit omvat zowel de instelling van de doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant als de regels die van toepassing zijn bij vulling of toedeling van depositieruimte in die bank. Daarbij wordt zowel het specifieke doel van de depositiebank (realiseren van infrastructurele projecten) vastgesteld als de termijn waarvoor de depositiebank is ingesteld (vijf jaar). Op deze wijze wordt nadere invulling gegeven aan de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant (zie artikel 2.10c van die beleidsregel).

Gegevens met betrekking tot de reservering, de toedeling, de afschrijving en de bijschrijving van de depositieruimte worden conform de bepalingen van dit besluit opgenomen in de depositiebank. De beschikbare depositieruimte wordt verminderd door het reserveren en toedelen van depositie aan projecten. De beschikbare depositieruimte wordt vermeerderd door de vulling.

Het doel van de onderhavige doelgebonden depositiebank is het mogelijk maken van aanleg, reconstructie, onderhoud en gebruik van provinciale wegen. Dit betekent dat wegen in beheer dan wel eigendom van Rijkswaterstaat of gemeenten hier niet onder vallen. De depositieruimte is niet alleen bedoeld voor aanleg of reconstructie van wegen. Ook voor het in gebruik nemen van wegen – na aanleg of reconstructie –kan depositieruimte nodig zijn.

II Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

De ‘provinciale weg’ is gedefinieerd conform de interim omgevingsverordening.

Artikel 4 Vulling met depositieruimte

De ruimte in de doelgebonden depositiebank wordt bij wijzigingen steeds opnieuw (her)berekend aan de hand van het dan geldende model van AERIUS-calculator. Er is geen absoluut en afdwingbaar recht op depositieruimte voor projecten of initiatiefnemers.

Zoals uit artikel 3 volgt, gelden de voorwaarden uit de Beleidsregel natuurbescherming onverkort. Op vrijgemaakte depositieruimte zoals benoemd in artikel 3 zijn dan ook de eisen van toepassing zoals opgenomen in artikel 2.7, eerste tot en met vijfde en zevende tot en met twaalfde lid Beleidsregel natuurbescherming. Overeenkomstig de Beleidsregel geldt voor dit instellingsbesluit ook de regel dat bij externe saldering 30% van de N-emissie wordt afgeroomd (artikel 2.7, twaalfde lid Beleidsregel natuurbescherming).

Artikel 5 Reserveren van depositieruimte

Eerste lid

Een volledig aanvraag is een aanvraag waarop artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht niet (meer) hoeft te worden toegepast. Alleen in die gevallen dat een volledige aanvraag is ingediend en er voldoende depositieruimte in de depositiebank aanwezig is, kan uitgifte uit de depositiebank plaatsvinden.

Indien er bij een volledige aanvraag onvoldoende depositieruimte voorhanden blijkt te zijn voor reservering van de depositieruimte op dat moment, wordt alsnog depositieruimte uit de doelgebonden depositiebank gereserveerd op het eerste moment dat deze wel voorhanden is.

Tweede lid

In navolging van artikel 2.5 Beleidsregel natuurbescherming gebruiken Gedeputeerde Staten AERIUS Calculator bij de beoordeling van aanvragen met betrekking tot stikstofdepositie.

Derde lid

Gelet op het doelgebonden karakter van de depositiebank moet een aanvraag voldoen aan artikel 3 van dit besluit.

Vijfde lid

Als Gedeputeerde Staten door dringende omstandigheden een andere prioritering van infrastructurele projecten wensen dan de volgorde van binnenkomst van de aanvragen die een beroep doen op deze bank, kunnen zij gemotiveerd afwijken van de in het eerste lid bedoelde volgorde van binnenkomst. Dringende omstandigheden kunnen met name, maar niet uitsluitend, gelegen zijn in (verkeers)veiligheid en volksgezondheid. Tevens wordt als dringende omstandigheid beschouwd, de situatie waarin het niet alsnog prioriteren van bepaalde infrastructurele projecten naar gerede verwachting aanzienlijke schade veroorzaakt bij de (economische) ontwikkeling aan het doel als bedoeld in artikel 3.

De bevoegdheid om een andere prioritering aan te leggen, hebben Gedeputeerde Staten niet gemandateerd.

Artikel 6 Toedeling van depositieruimte

Eerste lid

Aanhef

Veelal zal een salderingsbeslissing niet separaat op schrift worden gesteld, maar zal deze zijn weerslag krijgen in de beslissing op de aanvraag van de natuurvergunning. Een eventueel daartegen gerichte grief kan in de procedure van de natuurvergunning worden meegenomen, omdat dit een zogeheten voorbereidingsbeslissing betreft.

Onder a

Slechts de ruimte die conform artikel 5 is gereserveerd voor de te verlenen natuurvergunning, kan worden uitgegeven door middel van die natuurvergunning. Hiermee wordt het verband duidelijk gelegd tussen de ruimte die in de depositiebank wordt geplaatst en gereserveerd ten behoeve van de te verlenen natuurvergunning en de uiteindelijk verleende natuurvergunning.

Onder b

Per Natura 2000-gebied wordt voor elk relevant hexagoon voor stikstofgevoelige habitattypes het saldo dat afkomstig is van een ingetrokken toestemming van een saldogevende activiteit geregistreerd. Datzelfde gebeurt voor de onttrokken saldi voor de saldo-ontvangende activiteit. Bij onttrekking van saldo ten behoeve van de toedeling ervan is bepalend of voor de relevante hexagonen in de depositiebank nog voldoende saldo van de gezamenlijke saldogevende activiteiten geregistreerd staat.

Derde en vijfde lid

In aanvulling op de Beleidsregel natuurbescherming is bepaald dat eventuele resterende depositieruimte door tijdsverloop van het instellingsbesluit vervalt, waarbij deze ten goede komt aan de reductie van stikstofdepositie.

Vierde lid

De termijn die is gekoppeld aan de instelling van de doelgebonden depositiebank infrastructurele projecten Noord-Brabant is in beginsel een periode van vijf jaar (zie de vervaltermijn in artikel 8). Deze termijn is ingegeven door de te voorziene gemiddelde looptijd van infrastructurele projecten. Het is dan ook de bedoeling om de infrastructurele projecten binnen vijf jaar na instelling van de depositiebank af te ronden. Gedeputeerde Staten kunnen de termijn echter verlengen, mits voor het eind van de eerste termijn (vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit) door de programma’s mobiliteit en infrastructurele projecten in voldoende mate (genoegzaam) is aangetoond dat verlenging nodig is, omdat de infrastructurele projecten, ondanks voldoende inspanningen daartoe, niet binnen de initiële termijn van vijf jaren zijn of kunnen worden gerealiseerd. Indien die omstandigheid zich voordoet, kunnen Gedeputeerde Staten eveneens de looptijd van deze doelgebonden depositiebank met maximaal vijf jaren verlengen door een nieuw besluit te nemen tot verlenging van de looptijd van het instellingsbesluit.

Wanneer het instellingsbesluit echter niet binnen vijf jaar na inwerkingtreding van dit besluit, is gewijzigd, komt de doelgebonden depositiebank te vervallen en vervalt de eventuele depositieruimte in de depositiebank ten gunste van de stikstofreductie.

Zesde lid

Indien een natuurvergunning voor een wegproject wordt vernietigd of ingetrokken na de vervaldatum van de doelgebonden depositiebank (vijf of bij verlenging maximaal tien jaren na inwerkingtreding van het instellingsbesluit), vervalt het betrokken saldo en vloeit dit niet meer terug in de doelgebonden depositiebank. Dit in afwijking van artikel 6, vijfde lid.

’s-Hertogenbosch, 27 juni 2022

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA


Noot
1

ABRvS 13 november 2013, ECLI:NL: RVS:2013:1931, r.o. 3.11 (samenhang). ABRvS 27 januari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:166 (passende maatregel).