Regeling vervallen per 01-01-2024

Nadere subsidieregels kerken 2022-2023

Geldend van 09-08-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Nadere subsidieregels kerken 2022-2023

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. bekend, dat zij in hun vergadering van 19 juli 2022 hebben vastgesteld:

NADERE SUBSIDIEREGELS KERKEN 2022-2023

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze nadere subsidieregels wordt verstaan onder:

  • 1.

    Herbestemming: het geven van een nieuwe maatschappelijke functie aan een (deel van een) kerk.

  • 2.

    Inrichting: alle roerende zaken die niet tot het vaste interieur van de kerk behoren, zoals bijvoorbeeld stoelen, tafels en audiovisuele hulpmiddelen.

  • 3.

    Kerk: een in de Nederlandse provincie Limburg gelegen gebouw, zijnde een monument, dat in de fase van de aanvraag uitsluitend of voor een overwegend deel wordt of is gebruikt voor de openbare eredienst.

  • 4.

    Leidraad: de Leidraad Subsidiabele Instandhoudingskosten 2013, die als bijlage is opgenomen bij de Subsidieregeling Instandhouding Monumenten van het Rijk (Staatscourant 2019, nr. 67181, 19 december 2019), inclusief het daarbij behorende rekenmodel volgens STABU (Standaardbestek voor de Burger- en Utiliteitsbouw).

  • 5.

    Maatschappelijke functie: een niet op winst gerichte publieke functie van het gebouw (of een deel ervan) op het gebied van onderwijs, sport, cultuur, welzijn, maatschappelijke opvang en/of zorg.

    Bij een maatschappelijke invulling staat de meerwaarde voor de samenleving centraal.

  • 6.

    Monument: een onroerende zaak die door het Rijk op basis van de Erfgoedwet dan wel door een gemeente op basis van een plaatselijke verordening is aangewezen als monument vanwege de bestaande cultuurhistorische waarde.

  • 7.

    Openbaar toegankelijk: het monument en zijn omgeving zijn publiek toegankelijk. Hieronder wordt verstaan: ‘waar iedereen in kan’. Bezoekers en de lokale gemeenschap kunnen laagdrempelig gebruik maken van de ruimtes in en om het monument voor gemeenschappelijke doeleinden. Een substantieel deel van het monument staat voor dit gebruik open gedurende meer dan zes maanden in het jaar. Met substantieel bedoelen meer dan 50% van de ruimten in het monument óf onderdelen van het monument die van grote cultuurhistorische waarde zijn.

  • 8.

    Restauratie: ingrijpende handelingen of maatregelen die het normale onderhoud te boven gaan en die technisch noodzakelijk zijn om het monument duurzaam, sober en doelmatig te herstellen of in stand te houden. Het monument dient daarbij in een zodanige staat te worden gebracht dat de oorspronkelijke cultuurhistorische waarde wordt behouden.

  • 9.

    Social Return On Investment (SROI): het opnemen van sociale voorwaarden in aanbestedingstrajecten zodat partijen een bijdrage kunnen leveren aan het provinciaal beleid ten aanzien van het bieden van werkgelegenheid aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De concrete invulling hiervan gebeurt aan de hand van het creëren van reguliere banen, leerwerkplekken, stageplekken en (werk)ervaringsplaatsen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of jongeren zonder startkwalificatie.

  • 10.

    Uitvoeringsgereed: ten aanzien van het project geldt dat alle eventueel noodzakelijke onderzoeken zijn verricht en afgerond, alle eventueel noodzakelijke (omgevings)vergunningen en/of toestemmingen zijn verleend en onherroepelijk zijn en dat binnen zes maanden na ontvangst van de subsidiebeschikking gestart kan worden met de feitelijke werkzaamheden.

  • 11.

    Urgente restauratieopgave: de bouwkundige staat van een bouwwerk, of van een gedeelte daarvan, is dermate slecht dat omvangrijke restauratie noodzakelijk is voor het herstel of behoud van het monument. Deze urgentie wordt aangetoond middels een inspectierapport van de Monumentenwacht Limburg dat maximaal 2 jaar oud is. Bij een inspectierapport dat uitgaat van een 6-delige kwalificatiecategorie gebaseerd op de NEN 2767 norm worden de conditiescores 4 (matig), 5 (slecht) en 6 (zeer slecht) aangemerkt als urgent. Bij een inspectierapport gebaseerd op het Inspectiehandboek van Monumentenwacht met een 4-delige kwalificatiecategorie worden de scores matig en slecht als urgent aangemerkt.

Artikel 2 Doelstelling

Deze regeling is bedoeld om de instandhouding van kerken door middel van restauratie en/of herbestemming, eventueel in combinatie met de verbetering van de duurzaamheid en/of de verbetering van de toegankelijkheid, te ondersteunen. Hierbij is ook het betrekken van de lokale gemeenschap en het vertellen van het verhaal van het monument in zijn omgeving van belang.

Artikel 3 Aanvrager

Voor subsidie komen uitsluitend in aanmerking rechtspersonen die eigenaar zijn van de betreffende kerken waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

Hoofdstuk 2 Criteria

Artikel 4 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, gelden de volgende algemene criteria:

  • 1.

    Het project heeft betrekking op een kerk in de Nederlandse provincie Limburg;

  • 2.

    Het project dient betrekking te hebben op de restauratie en/of herbestemming van een kerk, of een deel daarvan, eventueel in combinatie met de verbetering van de duurzaamheid en/of de verbetering van de toegankelijkheid van de kerk;

  • 3.

    Indien het project betrekking heeft op restauratie, dient sprake te zijn van een urgente restauratie opgave;

  • 4.

    Indien het project betrekking heeft op herbestemming, dient de kerk een maatschappelijke functie te krijgen. Deze werkzaamheden dienen uitgevoerd te worden zonder nadelige gevolgen voor de cultuurhistorische waarde van de kerk;

  • 5.

    Het project dient uitvoeringsgereed te zijn;

  • 6.

    De aanvrager dient de lokale gemeenschap te betrekken bij de totstandkoming en/of uitvoering van het project;

  • 7.

    In het project wordt het verhaal van het monument in zijn omgeving actief uitgedragen.

Artikel 5 Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, gelden de volgende specifieke criteria:

  • 1.

    Indien het project tevens betrekking heeft op de verbetering van de duurzaamheid van de kerk, dient er sprake te zijn van het treffen van energiebesparende maatregelen waardoor het energielabel van de kerk met ten minste twee stappen wordt verbeterd;

  • 2.

    Indien het project tevens betrekking heeft op het verbeteren van de toegankelijkheid van de kerk dient er sprake te zijn van:

    • a.

      maatregelen waardoor de kerk toegankelijker en/of gebruiksvriendelijker wordt voor bezoekers met een beperking;

    • b.

      maatregelen waardoor het voorportaal van de kerk veilig voor het publiek kan worden opengesteld.

  • 3.

    De werkzaamheden als bedoeld in het eerste en tweede lid dienen uitgevoerd te worden zonder nadelige gevolgen voor de cultuurhistorische waarde van de kerk.

Artikel 6 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1. De subsidieontvanger dient binnen zes maanden na ontvangst van de subsidiebeschikking te starten met de feitelijke werkzaamheden aan de kerk;

  • 2. Het project dient uiterlijk binnen vijf jaar na de datum van verzending van de subsidieverleningsbeschikking volledig gerealiseerd te zijn;

  • 3. De aanvrager dient ervoor te zorgen dat het monument na afronding van de restauratie in goede staat van onderhoud blijft;

  • 4. De kerk dient na restauratie en/of herbestemming minimaal zes jaar bestendig in gebruik te blijven;

  • 5. De kerk dient na restauratie en/of herbestemming openbaar toegankelijk te zijn voor het publiek;

  • 6. Bij projecten met een looptijd van minimaal drie maanden en met subsidiabele kosten van € 200.000,00 of meer is SROI van toepassing. In dat geval dient ten minste 2% van de subsidiabele kosten besteed te worden door middel van het inzetten van één of meerdere van de onderstaande SROI-doelgroepen:

    • a.

      werkloos en werkzoekend (ongeacht de uitkeringssituatie);

    • b.

      met werkloosheid bedreigde inwoners;

    • c.

      WSW-ers;

    • d.

      leerlingen van Restauratie Opleidingsproject Zuid-Nederland.

    Voor deze laatste categorie dient contact gelegd te worden met het Restauratie Opleidingsproject Zuid-Nederland. Zij kunnen u helpen om na te gaan of uw restauratieproject geschikt is als bouwplaats om er een of meerdere leerwerkplekken te creëren.

    Indien SROI niet kan worden toegepast, dient dit onderbouwd te worden door de aanvrager, waarbij het aan Gedeputeerde Staten is om af te wijken van de verplichting zoals gesteld in dit lid.

Artikel 7 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen, indien:

  • a.

    het project niet aansluit bij de doelstelling van deze nadere subsidieregels, zoals gesteld in artikel 2;

  • b.

    de aanvraag niet is ingediend door een aanvrager, zoals gesteld in artikel 3;

  • c.

    niet wordt voldaan aan (één van) de algemene criteria in artikel 4 en indien van toepassing de specifieke criteria in artikel 5;

  • d.

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode, zoals vermeld in artikel 12;

  • e.

    de Provincie Limburg dezelfde activiteit(en) al op een andere wijze financiert/subsidieert;

  • f.

    de Provincie Limburg in de afgelopen acht jaar reeds een subsidie heeft verleend ten behoeve van restauratie en/of herbestemming van de betreffende kerk;

  • g.

    het project betrekking heeft op sloop en/of nieuwbouw.

Hoofdstuk 3 Financiële aspecten

Artikel 8 Subsidieplafond

  • 1. Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de looptijd van deze nadere subsidieregels vast.

  • 2. De wijze van verdeling van het subsidieplafond kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies>subsidieplafonds.

Artikel 9 Subsidiabele kosten en niet-subsidiabele kosten

  • 1. Subsidiabel zijn:

    • a.

      in het geval er sprake is van een restauratie: de noodzakelijke kosten voor werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen voor zover bepaald in de Leidraad;

    • b.

      in het geval er sprake is van een herbestemming: de kosten van bouwtechnische werkzaamheden en/of maatregelen, die noodzakelijk zijn in verband met en direct gerelateerd zijn aan de herbestemming van de kerk en sober en doelmatig worden uitgevoerd. In aanvulling op artikel 15, eerste lid, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. zijn kosten die betrekking hebben op inrichting niet-subsidiabel;

    • c.

      in het geval er sprake is van verbetering van de duurzaamheid van de kerk: kosten van ventilatie- en verwarmingssystemen, zonnepanelen en overige systemen op basis van duurzame energie en/of kosten van isolerende maatregelen aan onderdelen van de kerk, zoals een gevel, dak, kap, vloer en venster;

    • d.

      in het geval er sprake is van het verbeteren van de toegankelijkheid van de kerk: kosten van maatregelen waardoor de kerk toegankelijker en/of gebruiksvriendelijker wordt voor mensen met een beperking of kosten van maatregelen waardoor het voorportaal van de kerk veilig voor het publiek kan worden opengesteld, zoals een glazen voorportaal.

  • 2. In aanvulling op artikel 15, eerste lid, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. zijn niet subsidiabel:

    • a.

      kosten voor verwarmingssystemen op basis van fossiele brandstoffen;

    • b.

      kosten die reeds zijn gemaakt vóór indiening van de subsidieaanvraag dan wel kosten die samenhangen met financiële en/of contractuele verplichtingen aangegaan voordat een projectsubsidie is aangevraagd, met uitzondering van voorbereidingskosten ten aanzien van leges en planvorming.

Artikel 10 Subsidiebedrag

  • 1. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 50% van de totale subsidiabele kosten met een maximum van € 500.000,00 per aanvraag.

  • 2. Indien uw project ook een bijdrage levert aan de verbetering van de duurzaamheid van de kerk, dan kan het maximale subsidiebedrag worden verhoogd tot € 600.000,00 per aanvraag.

  • 3. Subsidies lager dan € 100.000,00,- worden niet verstrekt.

Hoofdstuk 4 Aanvraagprocedure

Artikel 11 Indienen aanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard (digitaal) aanvraagformulier.

  • 2. Het standaard (digitaal) aanvraagformulier dient volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven op het formulier en dient te worden verzonden naar het op het aanvraagformulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht), dan wel digitaal middels eHerkenning (aanvragen van organisaties) te worden ingediend. Een aanvraag per e-mail is niet mogelijk.

Artikel 12 Termijn voor indienen aanvraag

  • 1. De subsidieaanvraag dient uiterlijk 15 december 2023 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

  • 2. Voor de datum van ontvangst is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend en bij digitale aanvragen de datum van digitale ontvangst.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 13 Hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2. Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling naar het oordeel van Gedeputeerde Staten tot kennelijke onbillijkheden leidt, kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 14 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1. Deze nadere subsidieregels treden in werking op 9 augustus 2022.

  • 2. Deze nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op aanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en op subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidieproces.

  • 3. Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere subsidieregels kerken 2022 – 2023”.

  • 4. De nadere subsidieregels kerken 2020 – 2023 vervallen met ingang van de dag na de dag van publicatie van dit besluit, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op aanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en op subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidieproces.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 19 juli 2022

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

dhr. E.G.M. Roemer

secretaris

dhr. T.H.C. Schulpen

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Algemeen

Vanwege de veeleisende planvorming bij restauratie en/of herbestemmingen adviseren wij u om vóór het indienen van de subsidieaanvraag een overleg in te plannen met de Provincie Limburg. U kunt dit overleg inplannen middels het middels het formulier op de website van de Provincie Limburg bij onderhavige subsidieregeling.

Artikel 4, lid 4:

Het betrekken van de lokale gemeenschap bij het project kan variëren van actief informeren, het ondersteunen van de uitvoering van de restauratie/herbestemming door de lokale gemeenschap tot participatie bij de exploitatie van de herbestemming. De vorm van het betrekken van de lokale gemeenschap bij het project wordt voorafgaand aan de indiening besproken in het vooroverleg.

Artikel 4, lid 5:

De eigenaar dient actief het verhaal van het monument (het gebouw en zijn omgeving) op enigerwijs uit te dragen gedragen. Voor het uitdragen van het erfgoedverhaal kan een digitaal platform worden gebruikt, maar dit kan ook in de vorm van een informatiebord of een educatieve dan wel toeristische vertaling van het verhaal van het monument.

Artikel 9, lid 1:

Voor de bepaling van de subsidiabele kosten van aanvragen in het kader van de Nadere Subsidieregels Restauratie Kerken 2022-2023 dient gebruik te worden gemaakt van het STABU begrotingsformat.