Besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer tot vaststelling van de Beleidsregels aanvragen en afgifte parkeerontheffingen Aalsmeer 2022

Geldend van 29-07-2022 t/m heden

Intitulé

Besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer tot vaststelling van de Beleidsregels aanvragen en afgifte parkeerontheffingen Aalsmeer 2022

Zaaknummer: Z21-077424

Burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer;

gelezen het advies van afdeling Projecten en Advies Buitenruimte van 29 november 2021;

overwegende dat

in Aalsmeer parkeerschijfzones zijn ingesteld;

het doel van de parkeerschijfzones is de doorstroming op de parkeerplaatsen te bevorderen, zodat winkels en voorzieningen in Aalsmeer goed bereikbaar zijn;

met de parkeerschijfzones beoogd wordt effectief om te gaan met de relatief schaarse parkeerruimte;

in bepaalde gevallen parkeerontheffing van het gebruik van de parkeerschijf in de parkeerschijfzone gewenst is;

het college van burgemeester en wethouders bevoegd is deze parkeerontheffing te verlenen op grond van artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

dat het gewenst is om terughoudend om te gaan met deze bevoegdheid omdat anders de effectiviteit van de parkeerschijfzone wordt aangetast;

dat daartoe beleidsregels worden geactualiseerd en vastgesteld;

dat het verschil in parkeerdruk tussen de gebieden aanleiding geeft om voor die gebieden verschillende beleidsregels te hanteren;

gelet op het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), het bepaalde in artikel 1.3, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), op artikel 18 van de Wegenverkeerswet 1994 en de artikelen 25 en 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

besluiten vast te stellen de:

Beleidsregels aanvragen en afgifte parkeerontheffingen Aalsmeer 2022

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1. Definities en begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • aanvrager: de eigenaar of houder van een voertuig waarvoor de parkeerontheffing wordt verleend en ingeschreven staat als bewoner of ondernemer op een adres in het daartoe aangewezen ontheffinghoudersgebied;

  • bedrijfsontheffing: een parkeerontheffing die wordt verleend aan een ondernemer met een onderneming op een aangewezen adres in het ontheffinghoudersgebied, waarbij de werkgever en/of werknemer eigenaar of houder is van het motorvoertuig;

  • bewoner: de natuurlijke persoon die in het bevolkingsregister staat ingeschreven op een adres in het ontheffinghoudersgebied;

  • bewonersontheffing: een parkeerontheffing die wordt verleend aan een bewoner wonend op een aangewezen adres in het ontheffinghoudersgebied en eigenaar of houder van het motorvoertuig;

  • brommobiel: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, onderdeel ia van het RVV 1990;

  • houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Staatsblad 1994, nummer 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;

  • motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990, met inbegrip van brommobielen;

  • ondernemer: de natuurlijke persoon die bij de Kamer van Koophandel staat ingeschreven als eigenaar van een onderneming in het ontheffinghoudersgebied;

  • parkeerontheffing: een middel dat toestemming geeft om te parkeren in het ontheffinghoudersgebied langer dan door bebording aangegeven toegestane parkeerduur die geldt in de parkeerschijfzone;

  • parkeerschijfzone, ook wel blauwe zone: een gebied waarbinnen bijzondere regels gelden met betrekking tot parkeren. De parkeerschijfzone wordt, conform bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, aangeduid met een bord E10 en eindigt daar waar het bord E11 staat. Daar waar een blauwe streep is aangebracht mag een motorvoertuig met meer dan twee wielen op de op een onderbord aangegeven dagen en uren slechts parkeren wanneer een parkeerschijf is geplaatst achter de voorruit en de toegestane parkeerduur niet is overschreden. De parkeerschijf dient handmatig te zijn ingesteld op het tijdstip van aankomst (afgerond naar het eerstvolgende hele of halve uur) en mag niet voorzien zijn van een mechanisme waarmee de tijd automatisch wordt ingesteld of verschoven;

  • parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • zorgontheffing: een parkeerontheffing die wordt verleend en verstrekt als, blijkens een verklaring van een huisarts, aanvrager kan aantonen dat hij of zij gedurende één of meerdere dagen in de week de zorg van een bewoner in het ontheffinghoudersgebied op zicht neemt en dat deze zorg als noodzakelijk moet worden aangemerkt. De zorgverlener is eigenaar of houder van het motorvoertuig waarvoor de parkeerontheffing wordt aangevraagd.

Artikel 1.2 Inhoud van de parkeerontheffing

  • 1.

    Een parkeerontheffing bevat de periode waarvoor de ontheffing geldt.

  • 2.

    Een parkeerontheffing bevat het gebied waarvoor de ontheffing geldt.

  • 3.

    Een parkeerontheffing bevat het kenteken van het voertuig waarvoor de ontheffing is verleend.

Artikel 1.3 Geldigheidsduur van de parkeerontheffing

Een parkeerontheffing wordt voor ten hoogste één jaar verleend.

Artikel 1.4 Aanwijzen van zones

Burgemeester en wethouders kunnen bij openbaar te maken besluit de gebieden aanwijzen waarop deze beleidsregels van toepassing zijn.

Hoofdstuk 2 Algemene regels met betrekking tot een aanvraag

Artikel 2.1 De aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag langs elektronische weg wordt gedaan met gebruikmaking van het elektronisch formulier dat op datum van indiening van de aanvraag beschikbaar is gesteld door het college van Burgemeester en Wethouders.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag wordt afgewezen.

  • 3.

    De aanvrager wordt alsdan in de gelegenheid gesteld om een nieuwe volledige aanvraag te doen.

  • 4.

    In afwijking hiervan geldt dat een aanvraag bij uitzondering in papier ingediend kan worden.

Artikel 2.2 Gelijkstelling met eigenaar/houder

  • 1.

    Met de eigenaar of houder van een motorvoertuig (hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990) wordt gelijkgesteld degene die op grond van een huurovereenkomst of een leasecontract kan aantonen dat hij het exclusieve gebruik heeft van dat motorvoertuig, met dien verstande dat een dergelijke overeenkomst nog ten minste drie maanden geldig is.

  • 2.

    De parkeerontheffing wordt verleend voor de duur van de overeenkomst, maar niet langer dan voor één jaar.

  • 3.

    Indien de overeenkomst afloopt binnen een jaar nadat de parkeerontheffing is verleend en een nieuwe overeenkomst wordt aangegaan wordt de duur van de parkeerontheffing op aanvraag gewijzigd tot ten hoogste één jaar te rekenen vanaf de datum van verlening van de parkeerontheffing. Het voorgaande lid is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2.3 Wijziging kenteken / verhuizing / overlijden / faillissement

  • 1.

    In het geval van een kentekenwijziging wordt op aanvraag van de houder (de natuurlijke persoon of het bedrijf aan wie de ontheffing is verleend) de parkeerontheffing gewijzigd waarbij het nieuwe kenteken in de plaats komt van het oude kenteken. De geldigheidsduur van de parkeerontheffing wijzigt hierdoor niet, de wijziging vindt kosteloos plaats.

  • 2.

    Indien de houder van de parkeerontheffing verhuist, komt de parkeerontheffing die geregistreerd staat op dat adres en kenteken te vervallen.

  • 3.

    Wanneer de houder van de parkeerontheffing verhuist binnen het gebied waarvoor de ontheffing is verleend en de geldigheidsduur van de parkeerontheffing nog niet is verstreken, kan de parkeerontheffing op aanvraag worden gewijzigd. De geldigheidsduur van de parkeerontheffing verandert hierdoor niet.

  • 4.

    Indien een houder van de parkeerontheffing komt te overlijden, komt de daarbij behorende parkeerontheffing die op dat adres en kenteken staan geregistreerd te vervallen.

  • 5.

    Indien een onderneming failliet gaat, komen de parkeerontheffing(en) die op dat adres en kenteken geregistreerd staan te vervallen.

  • 6.

    In de gevallen als genoemd in lid 2, lid 4 en lid 5 van dit artikel vindt geen restitutie plaats van de aangeschafte parkeerontheffing.

Artikel 2.4 Tijdelijke parkeerontheffing voor vervangend voertuig bij reparatie

Er wordt geen tijdelijke parkeerontheffing afgegeven voor een vervangend voertuig, indien in verband met reparatie tijdelijk niet over het motorvoertuig, waarvoor de parkeerontheffing op kenteken is afgegeven, kan worden beschikt.

Hoofdstuk 3 Parkeerschijfzones Aalsmeer

Artikel 3.1 Parkeerontheffingen Oude Dorp

  • 1.

    Burgemeesters en wethouders kunnen op een daartoe strekkende aanvraag een ontheffing verlenen van de toegestane parkeerduur voor het parkeren in de parkeerschijfzone Oude Dorp, verder te noemen zone Oude Dorp die is aangewezen krachtens artikel 1.4. In Bijlage 1 zijn de adressen weergegeven van het Ontheffinghoudersgebied Oude Dorp, welke een parkeerontheffing kunnen aanvragen.

  • 2.

    De parkeerontheffing verleent geen ontheffing op het parkeerterrein aan het Molenpad, ter hoogte van huisnummer 19.

  • 3.

    De bewonersontheffing verleent geen ontheffing in de parkeerschijfzone Raadhuisplein.

  • 4.

    Bewoners die in het ontheffinghoudersgebied woonachtig zijn en staan ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op een adres aangewezen in Bijlage 1 binnen het ontheffinghoudersgebied kunnen een bewonersontheffing aanvragen.

  • 5.

    Ondernemers die in het ontheffingshoudersgebied zijn gevestigd kunnen een bedrijfsntheffing aanvragen voor de ondernemer en haar medewerkers. De onderneming dient ingeschreven te staan bij de Kamer van Koophandel of bij medische beroepen in het BIG-register.

  • 6.

    Blijkens een verklaring van een huisarts, waarin de aanvrager kan aantonen dat hij of zij gedurende één of meerdere dagen in de week de zorg van een bewoner in het ontheffinghoudersgebied op zich neemt en dat deze zorg als noodzakelijk moet worden aangemerkt, kan een zorgontheffing worden verstrekt.

Artikel 3.2 Parkeerontheffingen overige parkeerschijfzones

  • 1.

    Burgemeesters en wethouders kunnen op een daartoe strekkende aanvraag een ontheffing verlenen van de toegestane parkeerduur voor het parkeren in de overige parkeerschijfzones in Aalsmeer krachtens artikel 1.4.

  • 2.

    Er worden geen bewonersontheffingen verleend in de overige parkeerschijfzones.

  • 3.

    Een bedrijfsontheffing kan worden verleend aan de eigenaar of houder van een motorvoertuig wanneer deze blijkens de gegevens van de Kamer van Koophandel een bedrijf uitoefent in een overige zone en kan aantonen dat hij in het kader van zijn bedrijfsuitvoering minimaal vier dagen in de week meer dan vier maal per dag bederfelijke, volumineuze of zware goederen met een en hetzelfde voertuig moet laden en lossen.

Hoofdstuk 4 Voorschriften met betrekking tot de bewonersontheffing

Artikel 4.1 Geldigheid gebied

  • 1.

    De bewonersontheffing wordt verleend voor het ontheffinghoudersgebied waarin de eigenaar of houder van het motorvoertuig woont volgens de gemeentelijke basisadministratie.

  • 2.

    Een bewonersontheffing vermeldt 1 kenteken.

Artikel 4.2 Aantal ontheffingen/wachtlijst

  • 1.

    Een voor de aanvrager gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats op kenteken bij de woning telt mee als een bewonersontheffing voor het ontheffingsgebied waarin de bewoner woonachtig is.

  • 2.

    Een bewonersontheffing wordt niet verleend indien eigenaar of houder van een personenauto woont in een woning, gebouw of gebouwencomplex waartoe eigen parkeergelegenheid behoort.

  • 3.

    Onder eigen parkeergelegenheid wordt dan verstaan:

  • a.

    een garage of carport behorende bij de woning;

  • b.

    een oprit behorende bij de woning, al dan niet ingericht als parkeerplaats;

  • c.

    een parkeerplaats op eigen terrein behorende bij de woning;

  • d.

    een garagebox (gehuurd of in eigendom) binnen een straal van 100 meter van de hoofdingang van de woning of flat waarin betrokkene woont;

  • e.

    een bij het appartement behorende garageplaats in de parkeergarage behorende bij het appartementencomplex waarin betrokkene woont.

Voor de vraag of er sprake is van een garage bij de woning is de bestemmingsplankaart bepalend. Het gestelde lijdt tot uitzondering wanneer de garage in overeenstemming met het bestemmingsplan voor andere doeleinden wordt gebruikt en de aanvrager dat gebruik kan aantonen.

  • 4.

    Elk adres kan maximaal 2 bewonersontheffingen aanvragen.

  • 5.

    Een ontheffing wordt uitsluitend verleend indien de aanvrager is ingeschreven op het adres. Voor tijdelijke bewoners zonder inschrijving in de basisregistratie personen geldt dat er geen ontheffing aangevraagd kan worden.

Artikel 4.3 Bedrijf aan huis

Een bewoner die op een adres in een ontheffingsgebied woont en daar tevens een bedrijf aan huis heeft wordt aangemerkt als een bewoner. Het hebben van een bedrijf aan huis geeft daarnaast geen recht op een bedrijfsontheffing.

Hoofdstuk 5 Voorschriften met betrekking tot de bedrijfsontheffing

Artikel 5.1 Inschrijving Kamer van Koophandel/BIG-register

De onderneming dient te zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Voor medische beroepen dient de zorgverlener te zijn ingeschreven in het BIG-register.

Artikel 5.2 Geldigheid gebied

  • 1.

    De bedrijfsontheffing wordt verleend voor het ontheffingsgebied waarin de onderneming is gevestigd.

  • 2.

    Een bedrijfsontheffing vermeldt 1 kenteken.

Artikel 5.3 Aantal ontheffingen

  • 1.

    Het aantal te verlenen bedrijfsontheffingen wordt bepaald door het aantal medewerkers dat op het vestigingsadres werkzaam is. De gegevens van de Kamer van Koophandel en in het BIG-register zijn bepalend.

  • 2.

    Er is recht op ten hoogste drie bedrijfsontheffingen per onderneming.

  • 3.

    Daarboven kan bij meer dan tien medewerkers: per eenheid van tien medewerkers één extra bedrijfsontheffing worden aangevraagd. Dit betekent dat bij 10-19 medewerkers een recht bestaat op maximaal 4 ontheffingen, bij 20-29 medewerkers maximaal 5 ontheffingen, bij 30-39 medewerkers maximaal 6 ontheffingen, en zo verder.

  • 4.

    Aan ondernemingen zonder personeel wordt geen bedrijfsontheffing verleend. Het uittreksel van de Kamer van Koophandel is hierin leidend.

  • 5.

    Het maximum aantal bedrijfsontheffingen in lid 2 benoemd wordt niet verleend indien de onderneming beschikt over voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein of indien de onderneming wordt uitgeoefend in een gebouw of gebouwencomplex waartoe parkeergelegenheid beschikbaar is gesteld.

Hoofdstuk 6 Voorschriften met betrekking tot de zorgontheffing

Artikel 6.1 Geldigheid gebied

  • 1.

    De zorgontheffing wordt verleend voor het ontheffinghoudersgebied waarin de zorg verleend moet worden.

  • 2.

    Een zorgontheffing vermeldt 1 kenteken.

  • 3.

    Een zorgontheffing wordt niet verstrekt indien de eigenaar of houder van de personenauto reeds over een bewoners- en/of bedrijfsontheffing voor het betrokken ontheffinghoudersgebied beschikt.

  • 4.

    Een zorgontheffing wordt verstrekt als, blijkens een verklaring van een huisarts, aanvrager kan aantonen dat hij of zij gedurende één of meerdere dagen in de week de zorg van een bewoner in het ontheffinghoudersgebied op zich neemt en dat deze zorg als noodzakelijk moet worden aangemerkt.

Hoofdstuk 7 Verlies/diefstal/beschadiging

Artikel 7.1 Vervanging bij verlies/diefstal/beschadiging

  • 1.

    Bij verlies, diefstal of beschadiging van een ontheffing kan op aanvraag éénmaal per

    ontheffingsperiode kosteloos een vervangende ontheffing beschikbaar worden gesteld.

  • 2.

    De oorspronkelijke ontheffing dient bij beschadiging retour gezonden te worden.

  • 3.

    De oorspronkelijke ontheffing wordt ongeldig gemaakt.

Hoofdstuk 8 Voorschriften, beperkingen, verplichtingen en het intrekken van een ontheffing

Artikel 8.1 Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Aan een ontheffing kunnen beperkingen worden verbonden met betrekking tot het gebied waarbinnen deze geldig is.

  • 2.

    Aan een ontheffing kunnen beperkingen worden verbonden met betrekking tot de tijdstippen waarop deze geldig is.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een ontheffing ook andere voorschriften en beperkingen verbinden. Deze voorschriften en beperkingen mogen alleen strekken tot bescherming van het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte.

Artikel 8.2 Verplichtingen van de houder van de parkeerontheffing

  • 1.

    Wanneer een houder van de parkeerontheffing zijn voertuig parkeert in een zone waarbinnen zijn ontheffing geldig is, moet hij de ontheffing duidelijk zichtbaar achter de linkerzijde van de voorruit van het voertuig plaatsen en ervoor zorgen dat de op de ontheffing vermelde tekst van de buitenkant af leesbaar is.

  • 2.

    Indien niet wordt voldaan aan de verplichting als bedoeld in het eerste lid, wordt geacht geen ontheffing te zijn verleend van de toegestane parkeerduur.

Artikel 8.3 Het intrekken van een ontheffing

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken:

  • a.

    Op verzoek van de houder van de parkeerontheffing;

  • b.

    Wanneer de houder van de parkeerontheffing uit het gebied waarvoor de ontheffing is verleend als bewoner verhuist, het daar uitgeoefende beroep of onderneming beëindigt of de werkzaamheden bij het beroep of de onderneming beëindigt;

  • c.

    Wanneer het gebied waarbinnen de ontheffing geldt wordt gewijzigd;

  • d.

    Wanneer de houder van de parkeerontheffing handelt in strijd met de aan de ontheffing verbonden voorwaarden;

  • e.

    Wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

  • f.

    Om redenen van openbaar belang.

  • 2.

    Een besluit tot het intrekken van een ontheffing wordt schriftelijk en met redenen omkleed aan de houder van de parkeerontheffing meegedeeld.

Hoofdstuk 9 Inwerkingtreding, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 9.1 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Op dat tijdstip wordt de “Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van ontheffingen voor het parkeren” ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op ontheffingen die voor dat tijdstip zijn verleend en nog niet zijn verstreken.

Artikel 9.2 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels aanvragen en afgifte parkeerontheffingen 2022 van de gemeente Aalsmeer.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 7 december 2021.

De secretaris,

drs. Sj. Vellenga

De voorzitter,

mr. G.E. Oude Kotte

Bijlage 1 Ontheffinghoudersgebied Oude Dorp

afbeelding binnen de regeling