Financiële verordening Gemeente Dijk en Waard 2022

Geldend van 20-07-2022 t/m heden

Intitulé

Financiële verordening Gemeente Dijk en Waard 2022

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, functioneren en beheersen van de gemeentelijke organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;

  • b.

    Afdeling: iedere organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie met een eigen rechtstreekse verantwoordelijkheid aan de directie;

  • c.

    Doelmatigheid: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;

  • d.

    Doeltreffendheid: de mate waarin de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden bereikt;

  • e.

    Inkomsten: totaal van de baten voor toevoegingen en onttrekkingen aan reserves;

  • f.

    Kadernota: nota waarin de beleidsambities en het financieel kader voor de begroting zijn opgenomen.

  • g.

    Overheidsbedrijven: ondernemingen met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde personenvennootschappen met rechtspersoonlijkheid, waarin de gemeente, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of ondernemingen in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt.

  • h.

    Rechtmatigheid: het overeenstemmen van de financiële beheerhandeling en de vastlegging daarvan met de vigerende wet- en regelgeving, zoals omschreven in het Besluit accountantscontrole gemeenten;

  • i.

    Tussenrapportage: de tussenrapportages informeren de raad over de (verwachte) realisatie van de begroting en investeringskredieten van het lopende boekjaar.

  • j.

    Slotwijziging: laatste begrotingswijziging van het lopende begrotingsjaar;

  • k.

    Uitgaven: totaal van de lasten voor toevoegingen en onttrekkingen aan reserves.

Artikel 2. Wet- en regelgeving

  • 1. Uitgangspunt is dat beleids- en planning en control- documenten voldoen aan de geldende wet- en regelgeving;

  • 2. In de beleidsnota’s op de diverse thema’s worden alleen de gemeentelijke afspraken tussen de gemeenteraad en het college vastgelegd die aanvullend zijn op de wet- en regelgeving.

Artikel 3 Kaders financieel beleid

  • 1. Naast de bepalingen in deze verordening worden uitgangspunten c.q. kaders voor het financieel beleid in separate nota’s vastgelegd. In deze verordening wordt daar naar verwezen (zie artikel 10).

  • 2. De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de baten en de lasten per programma, de investeringen en mutaties op reserves in het begrotingsjaar.

Hoofdstuk 2 Begroting en Verantwoording

Artikel 4 Kaders begroting

  • 1. Het college biedt jaarlijks aan de raad een kadernota aan met een voorstel voor het beleid en de financiële kaders van de begroting voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming.

  • 2. De raad stelt de kadernota vast.

Artikel 5 Inrichting begroting en jaarstukken

  • 1. De raad stelt bij aanvang van iedere raadsperiode een programma-indeling voor die raadsperiode vast.

  • 2. De raad stelt op voorstel van het college per programma of onderdeel daarvan relevante beleids- en/of prestatie-indicatoren vast, voor het meten van en het afleggen van verantwoording over de gemeentelijke realisatie van maatschappelijke effecten en doelstellingen, inclusief de verplichte beleidsindicatoren.

  • 3. Bij de begroting wordt onder ieder programma de begrote baten, lasten en mutaties op reserves weergegeven en bij de jaarstukken onder ieder programma de gerealiseerde baten, lasten en mutaties op reserves

  • 4. Bij de uiteenzetting van de financiële positie wordt in de begroting inzicht gegeven in de ontwikkeling van de schuldpositie als gevolg van de meerjarenraming, de investeringen en de grondexploitatie.

  • 5. In de begroting wordt per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven. In de jaarrekening wordt een actuele raming van de totale uitgaven en inkomsten gegeven.

Artikel 6 Autorisatie begroting en investeringskredieten

  • 1. De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de baten en de lasten per programma, de mutaties op reserves, de investeringen in het begrotingsjaar en de uitgaven binnen de door de raad bij de Meerjaren Prognose Grondexploitaties (MPG) vastgestelde grondexploitaties.

Artikel 7 Tussenrapportages

  • 1. Het college informeert de raad minimaal door middel van de voorjaarsrapportage en de najaarsrapportage. Indien van toepassing wordt aanvullend een slotwijziging opgesteld. De tussenrapportages informeren de raad over de (verwachte) realisatie van de begroting en investeringskredieten van het lopende boekjaar.

  • 2. De raad autoriseert met het vaststellen van de tussenrapportage bijgestelde baten en de lasten per programma, mutaties op reserves, alsmede de gewijzigde en nieuwe investeringskredieten.

  • 3. De tussenrapportages bevatten een uiteenzetting over afwijkingen op de uitvoering van het beleid en de verwachte realisatie van de begroting:

    • a.

      de baten en de lasten per programma;

    • b.

      het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen

    • c.

      het totale saldo van de baten en de lasten volgend uit de onderdelen a en b;

    • d.

      de toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma; en

    • e.

      het resultaat, volgend uit de onderdelen c en d.

  • 4. In de tussenrapportages worden afwijkingen van € 100.000 op de meest actuele begroting (primitief + geaccordeerde begrotingswijzigingen) van de baten en lasten van programma’s toegelicht.

  • 5. In de tussenrapportages worden afwijkingen op de investeringskredieten groter dan €100.000,- toegelicht.

Artikel 8 Informatieplicht

Doel van de informatieplicht van het college en/of de burgemeester aan de raad is het tijdig en volledig en op een zodanig niveau informeren van de raad dat hij zijn taken en bevoegdheden (controleren, kaderstellen en volksvertegenwoordiging) adequaat kan uitoefenen.

Artikel 9 EMU-saldo

Wanneer het rijk de gemeente bericht dat alle gemeenten samen het collectieve aandeel van gemeenten in het EMU-tekort, bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Wet houdbare overheidsfinanciën, hebben overschreden, informeert het college de raad of een aanpassing van de begroting nodig is. Als het college een aanpassing nodig acht, doet het college een voorstel voor het wijzigen van de begroting.

Hoofdstuk 3 Financieel beleid

Artikel 10 Beleidsnota’s

De uitgangspunten voor het financieel beleid worden nader vastgelegd in de volgende nota’s:

  • Nota activabeleid

  • Nota reserves en voorzieningen

  • Nota weerstandsvermogen en risicomanagement

  • Nota treasury, garantstellingen en leningen

  • Nota verbonden partijen

  • Nota grondbeleid

Artikel 11 Kostprijsberekening

  • 1. Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de rente van de inzet van vreemd vermogen voor de financiering van de in gebruik zijnde activa betrokken.

  • 2. Bij de directe kosten worden betrokken de bijdragen aan en onttrekkingen van voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa en de afschrijvingskosten van de in gebruik zijnde activa. Voor de rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, worden daarbij ook de compensabele belasting over de toegevoegde waarde (BTW) en de gederfde inkomsten van het kwijtscheldingsbeleid betrokken.

  • 3. Voor de toerekening van de overheadkosten worden de overheadkosten die kunnen worden toegerekend aan activiteiten welke geheel of deels worden bekostigd met een specifieke uitkering of subsidie, binnen het taakveld overhead apart geadministreerd en in de desbetreffende verantwoordingen over de besteding toegerekend aan die activiteiten.

  • 4. Voor de toerekening van de overheadkosten worden de overheadkosten die kunnen worden betrokken in de aangifte vennootschapsbelasting, binnen het taakveld overhead apart geadministreerd en voor de belastingaangifte aan de kostprijs van de vennootschapsbelastingplichtige activiteiten toegerekend.

  • 5. Voor de toerekening van de overheadkosten aan de kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken, diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, voor zover dat niet activiteiten als bedoeld in het derde en vierde lid betreffen, wordt uitgegaan van:

    • -

      de overheadkosten per afdeling, bepaald door middel van verdeelsleutels;

    • -

      de salarissen en sociale lasten en ingeleend personeel per afdeling.

    De som hiervan wordt per afdeling via de geraamde afdelingsuren over de producten verdeeld.

  • 6. Het percentage van de omslagrente voor de toerekening van rente voor de financiering van de in gebruik zijnde activa, bedoeld in het eerste lid, wordt jaarlijks met de begroting vastgesteld. De omslagrente wordt berekend als het gewogen gemiddelde rentepercentage van de leningenportefeuille naar verhouding Vreemd vermogen/Eigen vermogen. De uitkomst van dit percentage van de omslagrente wordt met maximaal een half procent verhoogd of verlaagd (met uitzondering van grondexploitaties; hier wordt gerekend met het werkelijk berekende percentage van de omslagrente).

Artikel 12 Prijzen economische activiteiten

  • 1. Voor de levering van goederen, diensten of werken door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden waarbij de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt tenminste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de levering van de desbetreffende goederen, diensten of werken wordt gemotiveerd.

  • 2. Bij het verstrekken van garanties door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden worden tenminste de geraamde integrale kosten in rekening gebracht volgens de geldende beleidsregels gemeentegaranties. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de garantie wordt gemotiveerd.

  • 3. Bij het verstrekken van kapitaal door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden gaat het college uit van een vergoeding van ten minste de geraamde integrale kosten van de verstrekte middelen. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de kapitaalverstrekking wordt gemotiveerd.

  • 4. Raadsbesluiten met de motivering van het publiek belang als bedoeld in de vorige leden zijn niet nodig als minder dan de integrale kostprijs in rekening wordt gebracht en sprake is van:

    • a.

      leveringen van goederen, diensten of werken en het verstrekken van garanties aan andere overheden voor zover deze leveringen en verstrekkingen zijn bedoeld voor de uitoefening van de publieke taak door die andere overheid;

    • b.

      een bevoordeling van activiteiten in het kader van een bij wet opgedragen publiekrechtelijke taak;

    • c.

      een bevoordeling van activiteiten in het kader van een toegekend bijzonder of uitsluitend recht waarvoor prijsvoorschriften gelden;

    • d.

      een bevoordeling van sociale werkplaatsen;

    • e.

      een bevoordeling van onderwijsinstellingen;

    • f.

      een bevoordeling van publieke media-instellingen; en

    • g.

      een bevoordeling die valt onder de reikwijdte van de staatssteunregels van het Werkingsverdrag van de Europese Unie en daarmee verenigbaar is.

    • h.

      een bevoordeling op basis een algemeen belangbesluit.

Artikel 13 Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen

Het college doet de raad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de gemeentelijke tarieven voor alle leges- en belastingverordeningen Dijk en Waard. De betreffende leges- en belastingverordeningen Dijk en Waard worden uiterlijk in december voorafgaand aan het boekjaar vastgesteld door de gemeenteraad.

Artikel 14 Financieringsfunctie

  • 1. Het college neemt bij het uitzetten en het aantrekken van middelen de volgende kaders in acht:

    • a.

      voor het aantrekken van financieringen met een looptijd langer dan één jaar worden ten minste twee prijsopgaven bij verschillende financiële instellingen gevraagd; en

    • b.

      er wordt geen gebruik gemaakt van financiële derivaten als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet financiering decentrale overheden.

  • 2. Bij het verstrekken van leningen en het verstrekken van garanties bedingt het college indien mogelijk zekerheden.

Hoofdstuk 4 Financiële organisatie en financieel beheer

Artikel 15 Administratie en financiële organisatie

  • 1. De administratie is zodanig van opzet en werking dat zij juiste, tijdige en volledige informatie aan de gemeenteraad kan verstrekken.

Het college draagt zorg voor:

  • a)

    een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidige toewijzing van de gemeentelijke taken aan de afdelingen;

  • b)

    een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden;

  • c)

    de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

  • d)

    de interne regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie;

  • e)

    de te maken afspraken met de afdelingen over de te leveren prestaties, de daarvoor beschikbare middelen en de wijze en frequentie van rapportage over de voortgang van de activiteiten en uitputting van middelen;

  • f)

    de kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van baten en lasten aan de taakvelden;

  • g)

    het beleid en de interne regels voor de inkoop en de aanbesteding van goederen, werken en diensten;

  • h)

    het beleid en de interne regels voor de steunverlening en de toekenning van subsidies aan ondernemingen en instellingen; en

  • i)

    het beleid en de interne regels voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen, opdat aan de eisen van rechtmatigheid, controle en verantwoording wordt voldaan.

Artikel 16 Interne controle

  • 1. Het college draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheershandelingen.

  • 2. Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van een aantal organisatie-onderdelen en processen op juistheid, volledigheid en tijdigheid van de informatievoorziening, de rechtmatigheid van beheershandelingen en op misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen.

Artikel 17 Intrekken oude verordening en overgangsrecht

  • 1. De “Financiële verordening gemeente Langedijk 2018” wordt ingetrokken. Deze verordening is ondanks het intrekken nog van toepassing op de jaarstukken van het begrotingsjaar 2021 van de gemeente Langedijk.

  • 2. De “Financiële verordening gemeente Heerhugowaard 2017” wordt ingetrokken. Deze verordening is ondanks het intrekken nog van toepassing op de jaarstukken van het begrotingsjaar 2021 van de gemeente Heerhugowaard.

Artikel 18 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt op de eerste dag na bekendmaking in werking;

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: “Financiële verordening gemeente Dijk en Waard 2022”.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare raadvergadering van 5 juli 2022,

De griffie

B.M.M. (Bregje) de Jong

De voorzitter,

Dr. J.P (Peter) Rehwinkel