Regeling vervallen per 06-01-2023

Groenbeheerplan

Geldend van 15-07-2022 t/m 05-01-2023

Intitulé

Groenbeheerplan

De raad van de gemeente Maasgouw;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Maasgouw d.d. 13 december 2018;

gelet op de artikelen 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

b e s l u i t vast te stellen de volgende beleidsregel:

Groenbeheerplan van de gemeente Maasgouw

1. INLEIDING

Groen draagt in sterke mate bij aan de identiteit, herkenbaarheid en leefbaarheid in en van onze gemeente. Het groen biedt ruimte aan recreatie en ontmoeting. De basis hiertoe is vastgelegd in de Groenvisie Maasgouw 2030, vastgesteld in mei 2016. In deze visie is de gewenste koers voor de ontwikkeling van het groen vastgelegd. Met het Coalitieakkoord 2018-2022 zoekt de Raad aansluiting bij deze visie. Met dit plan onderschrijven we de vastgestelde richting en onderbouwen we voor verschillende scenario’s de daarvoor benodigde financiële middelen.

2. WAT WILLEN WE?

2.1 Groenvisie Maasgouw 2030

In mei 2016 heeft de gemeenteraad de Groenvisie Maasgouw 2030 vastgesteld. Hiermee hebben wij de gewenste koers voor de ontwikkeling van het groen vastgelegd.

Een groenvisie maakt kansen inzichtelijk voor de versterking van de cultuurhistorische beleving van de kernen, ecologische waarden, duurzaamheidsambities en burgerparticipatie.

Met de groenvisie werd de in 2012 vastgestelde Structuurvisie Maasgouw 2030 vertaald naar de inrichting en het beheer van groen voor alle groene gemeentelijke eigendommen in de kernen en het buitengebied.

De volgende thema’s staan centraal in de visie:

  • -

    Multifunctioneel groen. Groen is niet alleen stoffering maar dient bij te dragen aan meerder functies. Bijvoorbeeld waterberging, ontmoeten, sporten, spelen en bijdragen aan een beter leefklimaat. Zie ook afbeelding 1.

  • -

    Versterken cultuurhistorisch en landschappelijk karakter van de (historische) kernen en het buitengebied.

  • -

    Duurzaamheid. Bij de inrichting en het beheer van het groen wordt gestreefd naar een zo kleine mogelijke milieubelasting. Bijvoorbeeld bij onkruidbestrijding op verhardingen en het beheer van gras.

  • -

    Anticiperen op klimaatverandering. Groen kan worden ingezet ten behoeve van onder andere waterberging, afvang fijnstof, beperken hittestress.

  • -

    Groen doen we samen. De gemeente ondersteunt initiatieven van burgers om bij het onderhoud en/of de inrichting van het groen (deels) op zich te nemen.

  • -

    Ecologie en biodiversiteit. Het groen van de gemeente kan bijdragen aan een grotere biodiversiteit.

2.2 Coalitieakkoord 2018-2022

Het College heeft een duidelijke aanzet gemaakt voor ons groenbeheer/-onderhoud in het Coalitieakkoord 2018-2022; Samen op weg naar een duurzaam Maasgouw. Hierin wordt het belang van een kwalitatief goede openbare ruimte voor onze inwoners en recreanten onderschreven. Dit vraagt om arbeidsintensief beheer en onderhoud. Met de beschikbare middelen wordt gestreefd naar een zo hoog mogelijk kwaliteitsniveau. Daarnaast wordt aangegeven dat in de komende jaren het betrekken van inwoners bij het beheer en onderhoud in hun eigen buurt verder wordt gestimuleerd. Een laatste thema waar het coalitieakkoord een duidelijke richting geeft is het streven naar duurzame ontwikkelingen. Als voorbeeld wordt het vergroten van bloemrijke bermen en akkerranden (afbeelding 2) en het positieve effect daarvan op de soortenrijkdom genoemd.

afbeelding binnen de regeling

Afb. 1: Ontmoeten en spelen in het groen

afbeelding binnen de regeling

Afb. 2: Bloemrijke bermen en akkerranden

2.3 Milieubeleidsplan 2014-2018

In het milieubeleidsplan 2014-2018 wordt een zelfde visie en richting omschreven. Daar waar er voorheen met name werd gestreefd naar een goede beeldkwaliteit willen we in de toekomst meer inzetten op het vergroten van de landschappelijke en ecologische kwaliteit. Dit ter versterking van de biodiversiteit en het versterken van de eigen landschappelijke karakteristiek van Maasgouw (afbeelding 3). De samenwerking met, en ondersteuning door, stichting IKL (Instandhouding Kleine Landschapselementen) is hierbij een belangrijke pijler. Daarmee geeft ook het milieubeleidsplan richting aan de ambities.

afbeelding binnen de regeling

Afb. 3: Vergroten landschappelijke en ecologische kwaliteit

3. WAT HEBBEN WE; KWANTITEIT

Om onze financiële middelen, mankracht en materieel doelmatig in te zetten is het van belang inzicht te hebben in het te beheren areaal en alles wat daarbij komt kijken. Ons areaal is constant aan verandering onderhevig door aanleg van nieuwe en omvorming van bestaande groenonderdelen. Het te beheren areaal is beginsel de basis voor het bepalen van de benodigde budgetten.

3.1 Areaalgegevens

In onderstaande tabel zijn, op basis van de in ons beheerprogramma geregistreerde data, de verschillende beheergroepen met bijbehorende omvang uiteengezet. Tevens is per beheergroep de beheermaatregel aangegeven.

 

Beheergroep:

Omvang:

Beheermaatregel:

1

Berm (extensief)

51.309 m²

1 x per jaar maaien+ ruimen in oktober(extern)

2

Berm (intensief)

635.093 m²

In mei (245 km)maaien we de eerste meterberm. In oktober

maaien en ruimenwe de volledige berm (extern)

3

Berm op talud

73.300 m²

2 x per jaar in mei en in oktober(extern)

4

Maaien watergangen

(sloten/greppels)

27.284 m1

(64.525 m²)

1 x per jaarin augustus (extern)

5

Bermobjecten

(bijmaaien)

6.882 stuks

1 x per jaar (extern)

6

Maaien

hondenuitlaatplaatsen

7.712 m²

6 x per jaar maaien + ruimen (extern)

7

Bodembedekkers

16.279 m²

Eigen beheer (buitendienst) conform ambitieniveau

8

Bos

1.679.460 m²

Vrijwel geen onderhoud; vrijsnoeien brandgangen en

wandelpaden) in eigenbeheer

9

Bosplantsoen

101.505 m²

1 x per 5 jaarhoutwallen terugzetten in eigen beheer

10

Gazon (ruw)

163.978 m²

2 x per jaar maaien+ ruimen in mei en oktober (extern)

11

Gazon

426.509 m²

A-niveau 32 x per jaar maaien,B-niveau 26 x per jaarmaaien

(vanaf 2019 in eigen beheer)

12

Gazon met bollen

38.260 m²

Tijdens bloeiperiode bollen wordt gazonniet gemaaid (vanaf2019

in eigen beheer

13

Wadi (ruwgazon)

15.721 m²

2 x per jaar maaien+ ruimen in mei en oktober (extern)

14

Hagen (knipoppervlak)

79.400 m²

2 x per jaar

15

Knotboom

299 stuks

Onderhoudsintensiteit is gericht op leeftijd van de boomen kwalitatieve toestand (tussentijds veiligheidsinspectie).

Snoeiwerkzaamheden in eigen beheer.

16

Sportveld (gras)

15,5 veld

Maaien in eigen beheer32x per jaar(pilot met maairobot in

Beegden)

17

Kunstgras voetbal

2,5 veld

1 x per3 weken borstelen en korrel aanvullen

18

Kunstgras tennis

20 velden

Jaarlijkse onderhoudsbeurt (extern) bekostigd vanuit groenbudget. Leveren van infill. Dagelijks onderhoud zit bij

clubs.

19

Gravel tennis

6 velden

1 x per jaar banen opmaken voor aanvang seizoen (Enkel de vereniging E9 (vanaf 2019) de baanopmaak zelf bekostigen. Dan 6velden in beheer door gemeente.

20

Lei/Vormboom

442 stuks

Onderhoudsintensiteit is gericht op leeftijd van de boomen kwalitatieve toestand (tussentijds veiligheidsinspectie).

Snoeiwerkzaamheden in eigen beheer.

21

Straat-/laanboom

12.568 stuks

Onderhoudsintensiteit is gericht op leeftijd van de boomen kwalitatieve toestand (tussentijds veiligheidsinspectie).

Snoeiwerkzaamheden in eigen beheer.

22

Boom (overig)

1886 stuks

Onderhoudsintensiteit is gericht op leeftijd van de boomen kwalitatieve toestand (tussentijds veiligheidsinspectie).

Snoeiwerkzaamheden in eigen beheer.

23

Plantenbakken

(wisselbeplanting)

82

Eigen beheeren lokaal met plaatselijke ondernemers

24

Plantenbakken (vaste beplanting)

3 stuks

Eigen beheer

25

(Sier)heesters incl.struikrozen

94.740 m²

Eigen beheer; bewateren, bemesten, onkruidvrij houden, 1x perjaar terugzetten

26

Vaste planten

3925 m²

Eigen beheer

27

Wisselperken

22 m²

Eigen beheer

28

Onkruidbestrijding

1.138.910 m²

Middels branden conform gewenst beeldkwaliteitsniveau.

29

Speelplaatsen

44

Eigen beheer; onkruidvrij houden, valondergrond onderhouden, herstel van gebreken en tussentijdse inspectie van de toestellen.

1 x per jaarinspectie van de toestellen door externe.

30

Afvalbakken (+ dumping)

375

Ledigen afvalbakken(gemiddeld 2 x perweek) en storten afval tevens verzamelen en afvoeren van gedumpt afval

31

Burgerparticipatie

-

Dynamisch (m.n. eigenbeheer)

32

Schapen begrazing

75.000 m²

Extern

33

Kerstbomen

9 stuks

Jaarlijks kopenen tuigen we in elkekern een kerstboom op

(behalve Wessem; vastevoorziening op de Markt)

34

Bladkorven/blad

ruimen

120 stuks

Eigen beheer,werkbedrijf.

Areaalgegevens d.d. 2e kwartaal 2018

In hoofdstukken 4.1 en 4.2 geven we aan hoe we aan deze beheermaatregelen invulling geven.

Er loopt separaat een voorstel tot het omvormen van de grindbermen in de kernen Stevensweert en Ohé & Laak. Afhankelijk van de omvorming, invulling met groen of verharding, vindt er een schifting plaats in het groenbeheer. Indien wordt gekozen voor een groene invulling betekend dat een toename in het maaibeheer en een afname in het onkruidbeheer op halfverharding. Indien wordt gekozen voor een verharding is dit een vergroting van ons wegenareaal en moet de beheerswijze verder worden afgestemd zowel binnen ons wegbeheer als groenbeheer.

4. WAT GAAN WE DOEN?

4.1 Ambitieniveau (beeld)kwaliteit

Aangeharkt waar het moet, ecologisch waar het kan. Een duidelijk vastgestelde richting in onze Groenvisie. Enerzijds meetbaar en anderzijds een gevoel van beleving. Onze richting kunnen we in twee sporen verdelen:

  • -

    Aangeharkt waar het moet: Hier streven we naar een duidelijk meetbaar beeldkwaliteitsniveau van ons groen (afbeelding 3).

  • -

    Ecologisch waar het kan: Hier streven we ecologische doelen na zoals biodiversiteit en ecosysteemdiensten zoals hittestress, waterberging, afvangen (fijn)stof, gezondheid, bestrijding plagen en ziekten. Hiermee dragen we bij aan schoner milieu en aantrekkelijke leefomgeving voor mens en dier (afbeelding 4).

afbeelding binnen de regeling

Afb. 3: Aangeharkt waar het moet

afbeelding binnen de regeling

Afb. 4: Ecologisch waar het kan

4.1.1 Aangeharkt waar het moet (CROW)

Het CROW, het kenniscentrum op het gebied van de inrichting en het beheer van de openbare ruimte, heeft kwaliteitsniveaus toegekend aan de openbare ruimte en deze vastgelegd in de Kwaliteitscatalogus Openbare Ruimte (publicatie 323). Deze (beeld)kwaliteitsniveaus zijn een goede richtlijn ten behoeve van beeldkwaliteitsclassificatie van openbaar groen. Aan ieder kwaliteitsniveau zijn normen gekoppeld zodat wij onze geambieerde kwaliteit kunnen monitoren en op peil houden. In figuur 1 is schematisch weergegeven hoe de classificaties zich onderling verhouden:

Beeldkwaliteitsniveau:

Toelichting:

A+

Zeer hoog – nagenoeg ongeschonden

A

Hoog – mooien comfortabel

B

Basis – functioneel en doelmatig

C

Laag – onrustig, discomfort en hinder

D

Zeer laag – kapitaalvernietiging, uitlokking van vernietiging,

functieverlies, sociale onveiligheid

Figuur 1: Toelichting op CROW Beeldkwaliteitsniveaus

In de Groenvisie Maasgouw 2030 is er een onderverdeling vastgelegd in (functie)gebieden en daaraan een geambieerd beeldkwaliteitsniveau, conform de landelijke CROW standaard. Deze onderverdeling is weergegeven in figuur 2:

Type gebied:

Beeldkwaliteitsniveau:

Centrumgebied

A

Begraafplaatsen

A

Sportvelden

A

Toeristische Hotspots

A

Rotondes

A

Woonwijken

B

Bedrijventerreinen

C

B

Buitengebied

C

B

Figuur 2: Ambitie uit Groenvisie Maasgouw 2030

In de praktijk blijkt dat de verwachtingen hoog (hoger) liggen en dat er veel waarde wordt gehecht aan een schone en veilige openbare ruimte. Een keer per maand monitoren we steekproefsgewijs, conform de CROW-systematiek, de huidige beeldkwaliteit van ons areaal. Hierbij signaleren we dat we ruim aan onze gestelde ambitieniveaus voldoen en we in de praktijk bij bedrijventerreinen en buitengebieden ook een B-kwaliteit scoren. Deze hoge score in die gebieden in beeldkwaliteit hangt tevens samen met het groenonderhoud ten behoeve van de borging van veilig groen. Denk hierbij aan vrije uitzichthoeken in relatie tot verkeersveiligheid, laaghangend groen in relatie tot vrachtverkeer. Aanvullend beperkt het hoge beeldkwaliteitsniveau vandalisme, vernieling en bevordert het gevoel van veiligheid.

4.1.2Ecologisch waar het kan

We willen met ons beheer en onderhoud aansluiten op de richting uit de Groenvisie en van het Coalitieakkoord 2018; Samen op weg naar een Duurzaam Maasgouw. Onze gemeente kenmerkt zich door de diversiteit in landschapstypen; geschikt voor diverse plant- en diersoorten. Door de toepassing van ecologisch en extensievere beheersvormen stimuleren we de biodiversiteit en natuurontwikkeling. Het onderhoudsniveau stemmen we hier op af.

Met ons ecologisch beheer zoeken we aansluiting bij het natuurnetwerk Nederland (ecologische hoofdstructuur) in samenhang met het beheer van Rijkswaterstaat (o.a. Maasoevers) en Waterschap (beken) en natuurgebieden van Limburgs Landschap en vereniging Natuurmonumenten. Tevens zorgen we hiermee voor de landschappelijke inbedding van de dorpsmantels en monumenten en aansluiting op de recreatieve routestructuren (wandelen/fietsen/ruiters/varen).

4.2 Werkwijze

4.2.1Werkbedrijf

In gemeente Maasgouw hanteren we een unieke werkwijze als het gaat om het verrichten van groenonderhoud. Door met een groep mensen uit de wet sociale werkvoorziening, ondersteund door medewerkers uit buurtbeheer (langdurig werklozen), samen te werken aan de openbare groenvoorziening leren zij elkaar vaardigheden te ontwikkelen. Op deze manier proberen wij bij te dragen aan het klaarstomen voor de re-integratie op de arbeidsmarkt. Door deze werkvorm te hanteren kunnen we op sociaal maatschappelijk verantwoorde manier werken aan een prettige leefomgeving voor de inwoners en recreanten van Maasgouw. Tevens biedt deze werkvorm ons de ruimte om flexibel in te spelen op weersomstandigheden, calamiteiten en ondersteuning bij projecten. Ook de komende jaren willen we deze werkvorm voortzetten.

4.2.2(Wijzigingen in) Werkwijze

Maaien in eigen beheer

Vanaf 2019 gaan we de gazons en sportvelden in eigen beheer maaien. Afgelopen jaren was dit via een bestek op de markt gezet. De huidige besteksperiode (t/m 2018) wordt ingevuld door Prio Verve. De afgelopen jaren heeft ons geleerd dat we vaak hebben moeten bijsturen in meldingen en klachten en dat onze burgers dikwijls ontevreden waren over het maaibeeld. Gelet op onze goede ervaring met de groepsdetachering van Westrom-medewerkers binnen het wijkteam zijn we op zoek gegaan naar andere mogelijkheden. Door met ingang van 2019 de groepsdetachering met 2,0 fte uit te breiden gaan we de gazons en sportvelden in eigen beheer maaien. Dit biedt eenzelfde flexibiliteit in uitvoering en borging van kwaliteit zoals omschreven in hoofdstuk 4.2.1. De investeringskosten van tractie en materiaal zullen € 163.000 bedragen. Het structureel exploitatievoordeel ten opzichte van de huidige systematiek (t/m 2018) zal €19.200 zijn.

Wijkgerichte aanpak

Omdat de kwaliteitsbeleving van de gebruiker van de openbare ruimte afhangt van het totaalbeeld dat wordt geboden komt integraalbeheer het beste tot zijn recht wanneer wordt gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak. Hiermee wordt de vakgerichte benadering van dagelijks beheer losgelaten en wordt de samenhang tussen de verschillende vakdisciplines (met eigen opdrachten) gezocht en daar waar mogelijk verbonden. Deze doelstelling denken wij te bereiken door gemeente breed integrale wijkploegen in te stellen. In de wijkploeg wordt een zo groot mogelijk deel van het onderhoud van de openbare ruimte uitgevoerd door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Eigen medewerkers verzorgen de vakinhoudelijke begeleiding.

4.2.3Burgerparticipatie

Een belangrijk onderdeel in ons groenbeheer is, en blijft, burgerparticipatie. Naast ons duidelijk beeld, zoals omschreven in onze Groenvisie, bij burgerparticipatie in groen geeft ons College daarvoor ook de ruimte in het Coalitieakkoord 2018-2022. We blijven inwoners, lokale ondernemingen en verenigingen op actieve wijze betrekken bij beheer en onderhoud van hun eigen buurt of van natuurgebieden. Zij kennen de kansen en de knelpunten in hun eigen omgeving het beste.

Gezien de positieve resultaten, bijvoorbeeld “Stevensweert, groenste dorp”, willen we dit nog meer gaan stimuleren en ondersteunen. Hiervoor is als pilot van 2017 tot en met 2020 reeds een budget ter beschikking gesteld van €30.000 per jaar.

In 2020 vindt er een evaluatie plaats en wordt de invulling van een eventueel vervolg bepaald.

afbeelding binnen de regeling

5. WAT HEBBEN WE DAARVOOR NODIG?

5.1 Beschikbare middelen

Op basis van de afgelopen drie jaarrekeningen hebben we een overzicht opgesteld van de daadwerkelijke kosten voor het groenbeheer en – onderhoud. In figuur 3 is dit uiteengezet:

 

2015***

2016***

2017***

Werkbedrijf

€ 501.000

€ 501.000

€ 572.800

Onkruidbestrijding

€ 46.000

€ 111.300

€ 128.600

Onderhoud*

€ 243.000

€ 270.900

€ 333.500

Speeltuinen

€ 20.700

€ 23.700

€ 21.000

Maaien bermen**

€ 120.500

€ 111.000

€ 117.600

Totaal:

€ 931.200

€ 1.017.900

€ 1.173.500

* Onderhoud plantsoenen, bomen, parken

** Incl. schapenbegrazing

*** In het overzicht is geen rekening gehouden met de kosten van de bedrijfsvoering (personeel + overhead)

Figuur 3: Uitgaven groenbeheer op basis van jaarrekeningen

In figuur 4 zijn de voor 2019 (e.v. jaren) beschikbare budgetten weergegeven:

 

Begroot 2019 e.v. ***

Opmerking

Werkbedrijf

609.600

Waarvan €27.000opgenomen in fin.foto 2019

Onkruidbestrijding

163.700

 

Onderhoud*

240.900

Waarvan + €47.000 (areaaluitbreiding) - €58.400 (maaien gazons eigen beheer)opgenomen in fin.

foto 2019

Speeltuinen

19.400

 

Maaien bermen**

107.400

 

Totaal:

€ 1.141.000

Waarvan t/m 2020 €30.000 per jaar t.b.v.

burgerparticipatie

* Onderhoud plantsoenen, bomen, parken

** Incl. schapenbegrazing

*** In het overzicht is geen rekening gehouden met indexering en de kosten van de bedrijfsvoering (personeel + overhead)

Figuur 4: Groenbudgetten begroot voor 2019 e.v. jaren

5.2 Regulier beheer en onderhoud

Ten behoeve van het reguliere beheer en onderhoud hebben we een aantal scenario’s financieel uitgewerkt. Deze scenario’s geven inzicht in de beheer- en onderhoudskosten die gepaard gaan met de beeldkwaliteitsniveaus in relatie tot ons ‘aangeharkt’ areaal. De financiële overzichten zijn tot stand gekomen op basis van onze areaalgegevens, onze specifieke input, en de door adviseurs van ingenieursbureau Kragten, met landelijke ervaring en kennis, berekende kengetallen. Met deze kengetallen zijn de beheergroepen die logischerwijs op de markt gezet kunnen worden doorgerekend. In Maasgouw pakken we zaken integraal op met ons werkbedrijf en voeren daardoor relatief veel onderhoud uit in eigen beheer. Hierdoor voeren wij ons onderhoud uit voor een gunstigere prijs- kwaliteitverhouding. Dit is in elke scenario uitwerking, en verder onderbouwd in de bijlages, terug te zien.

5.2.1Scenario 1; A-niveau

In dit scenario wordt het groenbeheer- en onderhoud voor het volledige ‘aangeharkte’ areaal uitgevoerd op beeldkwaliteitsniveau A. Met deze aanpak maken we geen verschil in beeldkwaliteit tussen de verschillende (functie)gebieden en streven we naar een hoge beeldkwaliteit van onze leefomgeving. Onze leefomgeving oogt mooi verzorgt en er is sprake van minimale oneffenheden in het beeld. In de praktijk betekent dit een verhoging van de frequentie waarmee wij onderhoud plegen.

Vanuit duurzaamheids- en milieuaspecten blijven we daar waar mogelijk extensief beheer toepassen. Deze inmiddels breed gedragen en nagestreefde beheersvorm heeft namelijk een waarde en draagt op positieve wijze bij aan onze leefomgeving. De CROW heeft hier t.a.v. (beeld)kwaliteit (nog) geen richtlijnen voor.

Kansen om ecosysteemdiensten ten volle te benutten en de biodiversiteit te vergroten worden nadrukkelijker kleiner bij het kiezen van dit scenario. Dit is niet in lijn met het coalitieakkoord.

Om te komen tot een volledig areaal op beeldkwaliteit A-niveau moet een deel van ons areaal op B- niveau gaan opwaarderen. Hiervoor is een eenmalige toelage op de onderhoudskosten benodigd van ruim €100.000,-. De kostenonderbouwing is toegevoegd als bijlage 1.

Volgens de kengetallen hebben we jaarlijks een onderhoudsbudget nodig van € 1.886.000 per jaar om ons volledige areaal te onderhouden op A-niveau. De onderbouwing van deze kosten is toegevoegd aan dit stuk als bijlage 2.

Op basis van onze ervaring en integrale werkwijze van onze eigen dienst en werkbedrijf, waardoor wij adequaat en doelmatig kunnen handelen, hebben wij een onderhoudsbudget nodig van circa

€ 1.430.000. Dit is circa € 460.000 minder ten opzichte van de berekening met de kengetallen.

5.2.2Scenario 2; B-niveau

In dit scenario wordt het groenbeheer- en onderhoud voor het volledig ‘aangeharkt’ areaal uitgevoerd op beeldkwaliteitsniveau B. Met deze aanpak maken we geen verschil in beeldkwaliteit tussen de verschillende (functie)gebieden en streven we naar een functionele en doelmatige beeldkwaliteit van onze leefomgeving. Enkel voor zwerfvuil is onze beeldkwaliteit ambitie A-niveau. Het is sober, doelmatig, schoon en veilig.

Vanuit duurzaamheids- en milieuaspecten blijven we daar waar mogelijk extensief beheer toepassen. Deze inmiddels breed gedragen en nagestreefde beheersvorm heeft namelijk een waarde en draagt op positieve wijze bij aan onze leefomgeving. De CROW heeft hier t.a.v. (beeld)kwaliteit (nog) geen richtlijnen voor.

Kansen om ecosysteemdiensten ten volle te benutten en de biodiversiteit te vergroten doen zich in ruimere zin voor.

Volgens de kengetallen in aanvulling met onze input hebben we jaarlijks een onderhoudsbudget nodig van €1.393.000 om ons volledige areaal te onderhouden op B-niveau. De onderbouwing van deze kosten is toegevoegd aan dit stuk als bijlage 3.

Op basis van onze ervaring en integrale werkwijze van onze eigen dienst en werkbedrijf, waardoor wij adequaat en doelmatig kunnen handelen, hebben wij een onderhoudsbudget nodig van circa € 1.054.000. Dit is circa € 340.000 minder ten opzichte van de berekening met de kengetallen.

5.2.3Scenario 3; Differentiatie A- en B-niveau

In dit scenario handhaven we onze huidige aanpak, zoals omschreven in hoofdstuk 4.1.1, ten aanzien van de ambitie in beeldkwaliteit. We vinden het belangrijk om extra aandacht te geven aan de karakteristieke gebieden in onze gemeente en gebieden die vanuit hun functie een hoog niveau in beeldkwaliteit horen te hebben, bijvoorbeeld historische kernen, begraafplaatsen en sportplaatsen. De overige gebieden beheren wij op een sobere en doelmatige wijze zodat onze openbare ruimte functioneel, schoon en veilig is. Zie ook afbeelding 6. Het ambitieniveau per functiegebied is in onderstaande tabel weergegeven:

Type gebied:

Beeldkwaliteitsniveau:

Centrum gebied

A

Begraafplaatsen

A

Sportvelden

A

Toeristische Hotspots

A

Rotondes

A

Woonwijken

B

Bedrijventerreinen

B

Buitengebied

B

Figuur 4: Ambitieniveau scenario 3

afbeelding binnen de regeling

Afb. 6: Aangeharkt waar het moet, ecologisch waar het kan

Vanuit duurzaamheids- en milieuaspecten blijven we daar waar mogelijk extensief beheer toepassen. Deze inmiddels breed gedragen en nagestreefde beheersvorm heeft namelijk een waarde en draagt op positieve wijze bij aan onze leefomgeving. De CROW heeft hier t.a.v. (beeld)kwaliteit (nog) geen richtlijnen voor.

Kansen om ecosysteemdiensten ten volle te benutten en de biodiversiteit te vergroten doen zich in ruimere zin voor.

Volgens de kengetallen hebben we jaarlijks een onderhoudsbudget nodig van € 1.507.000 per jaar om ons areaal op deze wijze te beheren en onderhouden. De onderbouwing van deze kosten is toegevoegd aan dit stuk als bijlage 4.

Op basis van onze ervaring en integrale werkwijze van onze eigen dienst, waardoor wij adequaat en doelmatig kunnen handelen, hebben wij een onderhoudsbudget nodig, én beschikbaar, van circa

€1.141.000. Dit is circa € 365.000 minder ten opzichte van de berekening met landelijke kengetallen.

5.3 Additioneel beheer en onderhoud

5.3.1Ecosysteemdiensten vergroten (add. 1)

(Eenvoudige) Onderhoudsmaatregelen kunnen makkelijk gecombineerd worden met (kleine) maatregelen om de ecosysteemdiensten te vergroten. Deze maatregelen kunnen zeer divers zijn en de mogelijkheden worden per kans bepaalt. Enkele voorbeelden van mogelijkheden zijn: intensivering communicatie, interne opleiding, toepassing van kruidenmengsels, biologische bestrijding, etc..

Hiervoor worden jaarlijks kosten van €25.000 geraamd.

5.3.2Monitoring ecologische kwaliteit (add. 2)

In aanvulling op onze monitoring op beeldkwaliteit willen we ook de ecologische kwaliteit gaan monitoren. Daardoor kunnen we efficiënter gaan bepalen welke maatregelen op welke plek voor het gewenste effect zorgen. Hiervoor worden jaarlijks kosten van €15.000 geraamd. Tevens willen we dit aanvullen met een breed toepasbaar (bijvoorbeeld ook bij ruimtelijke ontwikkelingen) abonnement voor de databank Flora & Fauna. Hiermee borgen we het zorgvuldig en doelmatig handelen. De kosten hiervoor worden geraamd op €7.500 per jaar.

afbeelding binnen de regeling

Afb. 7: Monitoring ecologische kwaliteit

5.4 Benodigd budget

In onderstaande tabel, figuur 5, zijn per scenario de jaarlijks benodigde onderhoudsbudgetten uiteengezet (prijspeil 2018, excl. bedrijfsvoering en indexering). Per scenario zijn een 4-tal mogelijkheden, namelijk:

  • -

    Standaard onderhoudsbudget (waarbij bij scenario 1: A, in 2019 eenmalig €101.500 extra nodig is. Zie hiervoor ook hoofdstuk 5.2.1);

  • -

    Standaard onderhoudsbudget + Add. 1 (hoofdstuk 5.3.1);

  • -

    Standaard onderhoudsbudget + Add. 2 (hoofdstuk 5.3.2.);

  • -

    Standaard onderhoudsbudget + Add. 1 + Add. 2.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 5: Overzicht benodigd budget per scenario

In onderstaande tabel, figuur 6, is per scenario met bijbehorende mogelijkheden zoals, hierboven omschreven, het benodigd budget afgezet tegen het beschikbaar budget:

afbeelding binnen de regeling

* Het budget burgerparticipatie (€30.000) is beschikbaar tot en met 2020. Na evaluatie wordt vervolg bepaald.

Figuur 6: Overzicht benodigd budget per scenario afgezet tegen beschikbaar budget

CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN

Conclusie

Met dit plan hebben we een aantal zaken in beeld gebracht om zo ook in de toekomst een goede invulling te blijven geven aan het groenbeheer. We hebben de richtingen, zoals we die hebben vastgelegd in verschillende stukken (Groenvisie, Coalitieakkoord en Milieubeleidsplan) naast elkaar uiteengezet. We zien dat deze op hoofdlijnen met elkaar in overeenstemming zijn en signaleren dat de waarde die we hechten aan duurzaam en ecologisch groen steeds groter wordt. Op basis van het coalitieakkoord en de praktijk, de signalen die wij ontvangen van buitenaf, kunnen we stellen dat er veel waarde wordt gehecht aan een kwalitatief goede openbare ruimte en dat voor ons ‘aangeharkt’ areaal sprake is van minimaal een B-beeldkwaliteitsniveau en het draagvlak en streven naar duurzaam ecologisch beheer groeit.

Met dit plan geven we tevens inzicht in het door ons te beheren areaal (peil 2e kwartaal 2018) en alle taken waaraan wij vanuit het groenbeheer invulling geven.

Uit de overleggen t.b.v. de totstandkoming van dit plan bleek dat wij in Maasgouw met ons werkbedrijf en wijkgerichte aanpak een unieke en zeer efficiënte werkvorm hanteren. Dit uit zich met name in de verschillen tussen de benodigde budgetten op basis van landelijke ervaring en de budgetten waarmee wij een soortgelijk (beeld)kwaliteitsniveau kunnen behalen. In aanvulling daarop is dit een sociaal en maatschappelijk verantwoorde werkwijze.

Op basis van het verzoek om inzicht te geven in hoe onderhoudsbudgetten zich verhouden tot kwaliteitsniveaus zijn een drietal scenario’s financieel uitgewerkt. Respectievelijk:

  • -

    Scenario 1; A-niveau

  • -

    Scenario 2; B-niveau

  • -

    Scenario 3; differentiatie A- en B-niveau

en hebben we een voorstel gedaan voor additionele zaken die logischerwijs met het groenonderhoud kunnen worden gecombineerd.

Aanbeveling

Om met ons beheer en onderhoud aan te blijven sluiten bij de verwachtingen, zo hoog mogelijke (beeld)kwaliteit binnen beschikbaar budget en invulling te geven aan duurzaam ecologisch groen, adviseren we de raad te kiezen voor scenario 3; differentiatie op A- en B-beeldkwaliteitsniveau inclusief de additionele beheersmaatregelen (vergroten ecosysteemdiensten en monitoring ecologische kwaliteit). Dit is weergegeven in regel 12 van figuur 4.

Vanuit de functie van bepaalde gebieden (bijvoorbeeld (historische) dorpscentra, sportvelden, recreatiegebieden en begraafplaatsen) wordt geadviseerd om een hoog beeldkwaliteitsniveau, met ruimte voor duurzaam ecologisch beheer waar mogelijk, daar waar nodig te handhaven. Hiermee geven we op doelmatige en functionele wijze invulling aan de verwachtingen en ambities zoals verwoord in het milieubeleidsplan, de groenvisie en het coalitieakkoord aan het beheer en onderhoud van onze groenarealen. Zo blijven we een aantrekkelijke gemeente om in te wonen en te recreëren.

Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze beleidsregel treed in werking op 1 januari 2019.

  • 2.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Groenbeheerplan van de gemeente Maasgouw

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Maasgouw in de vergadering van 13 december 2018.

BIJLAGE 1; EXTRA ONDERHOUDSKOSTEN UPGRADEN B NAAR A

afbeelding binnen de regeling

BIJLAGE 2; SCENARIO 1 ALLES A

afbeelding binnen de regeling

BIJLAGE 3; SCENARIO 2 ALLES B

afbeelding binnen de regeling

SCENARIO 4; DIFFERENTIATIE A EN B

afbeelding binnen de regeling