Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR678639
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR678639/1
Besluit van het college van de gemeente Lelystad houdende regels inzake Toezicht en handhaving op evenementen ( Toezicht- en handhavingsprotocol evenementen)
Geldend van 12-07-2018 t/m heden
Intitulé
Besluit van het college van de gemeente Lelystad houdende regels inzake Toezicht en handhaving op evenementen ( Toezicht- en handhavingsprotocol evenementen)Het college van Lelystad;
Nummer: 170011685
Gelet op het bepaalde in artikel 5:1 e.v. van de Algemene plaatselijke verordening en de artt. 2:24 en 2:25 APV
Besluit:
Vast te stellen de navolgende beleidsregel ‘Toezichts- en handhavingsprotocol evenementen’.
Toezicht en handhaving Evenementen Lelystad
Inhoud
1. Inleiding 3
2. Uitgangspunten handhavingsbeleid 4
3. Toezicht 6
4. Handhavingsinstrumenten 8
5. Geluid bij evenementen 11
6. Interventie 12
Bijlage1: Classificatie evenementen 13
Bijlage 2: Checklist toezicht evenementen 14
1. Inleiding
Evenementen zijn belangrijk voor Lelystad. Evenementen brengen meer levendigheid in de stad. Vanuit economisch oogpunt zorgen ze ervoor dat er (meer) mensen naar de stad komen en daarmee voor meer omzet voor de lokale ondernemers. Evenementen spelen ook een belangrijke rol in het verbeteren van het stedelijke imago en het vestigingsklimaat. Daarnaast dragen evenementen bij aan sociale cohesie, onderlinge verbondenheid van bewoners, bedrijven, verenigingen en andere partijen die in Lelystad actief zijn en/of samen evenementen organiseren.
Bij het organiseren van evenementen staat openbare orde en veiligheid voorop en aan de veiligheid en beheersbaarheid van de risico’s die evenementen met zich meebrengen moet dan ook de nodige aandacht worden geschonken. Het toezicht en handhaving op evenementen is daarom belangrijk.
In deze nota worden de uitgangspunten van het toezicht- en handhavingsbeleid op evenementen beschreven
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 worden de uitgangspunten van het handhavingsbeleid beschreven. Hoofdstuk 3 maakt inzichtelijk hoe het toezicht uitgevoerd wordt. Hoofdstuk 4 geeft een overzicht van instrumenten die inzetbaar zijn voor de handhaving. In het vijfde hoofdstuk komt het toezicht en de handhaving van het geluidsaspect bij evenementen aan bod. Dit is gedaan omdat geluidshinder een aspect is dat een verhoogd risico op overtreding vormt tijdens een evenement. In het laatste hoofdstuk wordt ingegaan op de interventiestappen die genomen kunnen worden op het moment dat er een overtreding wordt vastgesteld.
2. Uitgangspunten handhavingsbeleid
De organisator is primair verantwoordelijk voor het evenement zowel voor, tijdens als na het evenement Het uitgangspunt is dat de organisator op de hoogte is van de voorwaarden die er gesteld zijn aan het evenement en de geldende wet- en regelgeving.
De gemeente is in beginsel tijdens een evenement als toezichthouder aanwezig of bereikbaar. De toezichthouders en/ of Buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) zien toe op de naleving van de (vergunning)voorschriften.
Totstandkoming van een evenementenvergunning
Het aanvragen van een evenementenvergunning is nodig als uit een risicoscan blijkt dat het een A-B- of C evenement betreft.
Als het om een groot/ risicovol evenement gaat wordt de vergunningaanvraag met achterliggende stukken aan de politie, wijkbeheer, GHOR en naar de coördinator veiligheid en de brandpreventist van de gemeente gestuurd. Hierna wordt de aanvraag met alle adviserende partijen in een evenementenoverleg besproken. Als sluitstuk wordt de evenementenvergunning, met inachtneming van de uitkomsten van het evenementenoverleg, verleend.
Taakoverdracht
De vergunningverlener (DVL) zorgt voor een kwalitatief goede vergunning en de toezichthouder voor toereikend toezicht op de vergunningsvoorwaarden. Om ervoor te zorgen dat de toezichthouders goed op te hoogte zijn van de gestelde voorwaarden ontvangen zij de definitieve versie van de evenementenvergunning
Het aantal en aard van controles op de evenementen die in een desbetreffend jaar gepland staat zijn opgenomen in het VTHUP uitvoeringsprogramma.
Belangenafweging
Bij evenementen spelen diverse belangen. Bij toezicht op evenementen is er sprake van maatwerk en van een afweging van belangen. We houden rekening met het waarborgen van de openbare orde en veiligheid, de belangen van de organisator en ook de belangen van de omgeving. Het doel van handhaving is om de overtreding te beëindigen. Om tot een goede belangenafweging te komen worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:
- •
De toezichthouder kijkt naar het doel van het voorschrift en stelt zich de vraag of het gekozen middel passend is voor het beëindigen van de overtreding; daarbij moet het gekozen middel zo worden ingezet dat het minst bezwarend is (proportionaliteitsbeginsel);
- •
Bij de keuze van het middel tot handhaven kan van het gebruik van de bevoegdheid worden afgezien, wanneer handhaving langs andere weg even doelmatig kan plaatsvinden (subsidiariteitsbeginsel);
- •
Bij het bepalen van de wijze waarop handhavend wordt opgetreden worden eerdere ervaringen met de organisator en/of met het evenement meegewogen;
- •
De ernst van de overtreding bepaalt de zwaarte van het handhavingsinstrument.
De afweging van belangen kan in sommige gevallen betekenen dat het ogenschijnlijk lijkt alsof er weinig wordt gehandhaafd, maar dat het proportionaliteits- en subsidiariteitsbeginsel in combinatie met de openbare orde en veiligheid ons dwingen tot een bepaalde keuze in de handhaving van een overtreding.
Reikwijdte
Dit handhavingsbeleid beperkt zich tot de evenementenvergunning en de geluidsontheffing. Voor de handhaving zijn diverse instanties betrokken. De gemeentelijke instanties houden tijdens een evenement ook toezicht op de naleving van andere voorschriften, zoals de Drank -en Horecawetgeving (waaronder de leeftijdsgrenzen). De politie is de bevoegde instantie die tijdens een evenement toezicht houdt op de naleving van het Strafrecht en de openbare orde.
3. Toezicht
Op basis van de risicoanalyse, het toezichts- en handhavingsprotocol en eerdere ervaringen met de organisator en het evenement wordt bepaald of en hoe de controle op de naleving van de vergunningsvoorwaarden wordt vormgegeven. Specifieke risico’s kunnen om een verhoogde alertheid en controle vragen.
Controle meldingen
Vanwege de terugkerendheid en/of de kleinschaligheid van evenementen waarvoor alleen een melding hoeft te worden gedaan worden, om meer tijd te kunnen besteden aan de grotere evenementen, niet alle meldingen voor evenementen gecontroleerd. Meldingen worden alleen gecontroleerd als dit naar inschatting van de inspecteur nodig. Hiervan is sprake als bijvoorbeeld uit eerdere jaren is gebleken dat er overtredingen waren of naar aanleiding van klachten bij eerdere jaargangen.
Risicovolle evenementen
De meest risicovolle evenementen B en C en aandachts A evenementen worden gecontroleerd op naleving van de vergunningvoorschriften, zowel vooraf als tijdens het evenement. Altijd is brandveiligheid (opslag gevaarlijke stoffen, materiaalgebruik, nooduitgangen, zelfredzaamheid) een aandachtspunt. Alle vergunningsplichtige en meldingsplichtige evenementen moeten voldoen aan de eisen van de Drank- en Horecawet. Bij grote evenementen en evenementen waarbij zich incidenten voordoen vindt een evaluatie plaats met alle betrokken partijen.
Multidisciplinair handhavingsprotocol
Om te voorkomen dat organisatoren onevenredig veel verschillende bezoeken van handhavers krijgen en om het totaaloverzicht in beeld te krijgen vind er afstemming plaats tussen de toezichthoudende partijen. Er kan bij complexe evenementen worden besloten te werken met een multidisciplinair handhavingsprotocol en coördinatie van toezicht en handhaving. In het handhavingsprotocol wordt dan vastgesteld op welke elementen toezicht noodzakelijk is en wie dit toezicht uit gaat voeren; het gaat daarbij om de werkafspraken tussen alle toezichthoudende partijen.
In het handhavingsprotocol wordt tevens vastgelegd of er gewerkt gaat worden met een multidisciplinaire schouw voorafgaand aan het evenement. Vanuit de gemeente wordt de controle van en toezicht op het evenement gecoördineerd. De gemeentelijke toezichthouder is op de dag van het evenement het aanspreekpunt voor alle partners met toezichthoudende taken.
Multidisciplinaire schouw risicovolle evenementen
Voor aanvang van alle B- en C evenementen vindt een multidisciplinaire schouw plaats. De schouw is bedoeld om veiligheidsrisico’s te voorkomen. De diensten met toezichthoudende taken schouwen het terrein aan de hand van de gestelde vergunningsvoorwaarden. De gemeente is integraal verantwoordelijk voor het uitvoeren van de schouw samen met de betrokken diensten. De organisator wordt onmiddellijk geïnformeerd over knelpunten die tijdens de schouw aan het licht komen. De geconstateerde gebreken moeten voor aanvang van het evenement door de organisator worden opgelost. Lukt dit niet of zijn de gebreken dusdanig ernstig dat dit niet mogelijk dan kan het evenement geen doorgang vinden.
Tijdens het evenement
Op basis van het toezichts- en handhavingsprotocol houden de diensten met toezichthoudende taken toezicht tijdens het evenement. Wanneer overtredingen van vergunningsvoorwaarden worden geconstateerd, wordt een rapportage opgemaakt. Bij ernstige overtredingen wordt het bestuur geïnformeerd.
Handhavingsinstrumenten
Als blijkt dat de organisator zich niet aan de voorwaarden heeft gehouden kunnen er consequenties aan verbonden worden. Een maatregel kan variëren van een (bestuurlijke) waarschuwing tot onmiddellijke stillegging van het evenement. In eerste instantie wordt er na constatering van een overtreding eerst gewaarschuwd met het doel de situatie te herstellen.
Afhankelijk van de aard en ernst van de geconstateerde overtreding of het niet nakomen van afspraken beslist de burgemeester welke bestuurlijke maatregel passend is. De burgemeester beschikt over diverse bestuurlijke instrumenten om de openbare orde en veiligheid te beschermen.
Het toezicht houden gebeurt niet alleen tijdens het evenement. Ook voor en na het evenement wordt er toezicht gehouden.
In aanloop naar het evenement
Als het evenemententerrein in opbouw is vindt er voordat het in gebruik genomen kan worden in de regel controle plaats, samen met de organisator. Aan de hand van de verleende evenementenvergunning en de daaraan verbonden voorschriften wordt het terrein gecontroleerd. Gebreken of knelpunten worden direct gemeld aan de organisator. Er worden met de organisator afspraken gemaakt over het oplossen van de gebreken en knelpunten.
Tijdens het evenement
Tijdens de evenementen zijn inspecteurs aanwezig of bereikbaar. Zij beoordelen de situatie en treden op naar gelang het naar hun oordeel nodig is overeenkomstig dit beleid.
Na afloop van het evenement
De organisator is verantwoordelijk voor de afvoer van de bezoekersstromen na afloop van het evenement overeenkomstig het verkeersplan en het veiligheidsplan, die onderdeel uitmaken van de verleende evenementenvergunning.
Inzet toezicht
Lelystad kent momenteel 3 C evenementen, 17 B en 110 A evenementen. De beschikbare toezichtscapaciteit zal hoofdzakelijk worden ingezet om toezicht te houden op de B en C evenementen.
Omdat de capaciteit niet voldoende is om alle evenementen te controleren, wordt er risicogestuurd toezicht gehouden en er zullen zo’n 60 evenementen worden gecontroleerd. In overleg met de handhavingsregisseur wordt bepaald welke evenementen gecontroleerd worden en op welke onderdelen. Uit de ingevulde risicoanalyse komt naar voren dat de meeste risico’s worden verwacht bij overtreding van de volgende voorschriften:
- 1.
1.Uitvoering brandveiligheidsmaatregelen (o.a. correct gebruik gasflessen).
- 2.
2.Hygiëne maatregelen.
- 3.
Constructie tent of podium.
- 4.
Maatregelen tegen bodemverontreiniging.
- 5.
Geluidsvoorschriften.
In de checklist worden deze voorschriften gearceerd en deze aspecten worden altijd gecontroleerd
4. Handhavingsinstrumenten
De bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten worden gebruikt om de overtreding te laten beëindigen en hebben tevens als doel om herhaling van de overtreding te voorkomen. Het bestuursorgaan dat de vergunning of de ontheffing verleend is ook bevoegd tot handhaven.
De instrumenten zijn:
- •
Waarschuwing
- •
Voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang
- •
Last onder bestuursdwang
- •
Last onder dwangsom
- •
(gedeeltelijk) intrekken van de vergunning en beëindiging van het evenement
In paragraaf 4.1 worden deze instrumenten toegelicht.
De gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) hebben de bevoegdheid om strafrechtelijk op te reden. Het doel van dit optreden is om de overtreder te straffen voor zijn overtreding. Dit kan door:
- •
het opleggen van een Bestuurlijke strafbeschikking
- •
het opmaken van een proces verbaal
In paragraaf 4.2 worden deze instrumenten toegelicht.
Proportionaliteit en subsidiariteit
Een maatregel moet altijd voldoen aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit. De maatregel mag niet verder strekken dan strikt noodzakelijk en bij de keuze uit verschillende bevoegdheden zal geen zwaardere bevoegdheid worden gebruikt dan welke op basis van redelijkheid gewenst is.
Handhavingsmaatregelen bij overtredingen zijn primair gericht op herstel van de situatie in de normale toestand.
Bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten
In sommige gevallen zullen diensten op basis van de eigen bevoegdheden direct optreden. De toezichthouder van de gemeente bewaart het overzicht over alle toezichthoudende taken en heeft hiertoe contact met alle betrokken toezichthoudende diensten. Bij ernstige overtredingen neemt de toezichthouder hier altijd contact over op met de ambtenaar openbare orde en veiligheid van de gemeente teneinde de burgemeester te informeren.
De waarschuwing
Een waarschuwing wordt gegeven om een overtreder te bewegen om zelf de overtreding te beëindigen of om te voorkomen dat een overtreding begaan wordt. De waarschuwing wordt gegeven als de overtreding niet doelbewust is begaan, het kennelijk een incident betreft of het is veroorzaakt door een normaliter goed nalevende overtreder, die direct maatregelen heeft getroffen.
De waarschuwing kan ook de mededeling bevatten dat bij een volgende overtreding overgegaan kan worden tot een voornemen tot het nemen van een formeel handhavingsbesluit. Een waarschuwing wordt mondeling of schriftelijk gegeven. Bij spoedsituaties wordt geen waarschuwing gegeven. Een waarschuwing is geen Awb besluit. Er staat geen bezwaar of beroep tegen open.
Voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang (mondeling of schriftelijk)
Als de waarschuwing niet voldoende effect heeft gehad, volgt een voornemen tot handhavend optreden. In spoedeisende situaties, ter beoordeling van de toezichthouder, kan van een voornemen worden afgezien. In het voornemen wordt de overtreder meegedeeld dat er een overtreding is geconstateerd en dat de burgemeester voornemens is om een last onder bestuursdwang of last onder dwangsom op te leggen. De overtreder krijgt de gelegenheid zijn zienswijze daarover kenbaar te maken (mondeling).
Last onder bestuursdwang
Als het voornemen niet het gewenste effect heeft, of in spoedeisende situaties, kan op grond van artikel 5.21 Awb een last onder bestuursdwang worden opgelegd.
De last onder bestuursdwang bestaat uit twee elementen:
- •
een last tot herstel van de overtreding en,
- •
de bevoegdheid van het bestuursorgaan om de last door feitelijk handelen ten uitvoer te leggen, indien de last niet of niet tijdig wordt uitgevoerd.
Het doel van een herstelsanctie is het geheel of gedeeltelijk beëindigen van de overtreding, dan wel de gevolgen van de overtreding te beperken of weg te nemen.
De overtreder krijgt de tijd om zelf de overtreding ongedaan te maken (begunstigingstermijn). De lengte van de begunstigingstermijn hangt af van de aard en omstandigheden van de overtreding. Als binnen deze termijn de overtreding niet wordt beëindigd, wordt de overtreding op kosten van de overtreder door de gemeente beëindigd.
Bij het niet naleven van de last onder bestuursdwang kan de burgemeester bepalen dat de kosten van de toepassing van de bestuursdwang verhaald worden op de overtreder.
Last onder dwangsom
Als het voornemen niet het gewenste effect heeft gehad, kan op grond van artikel 5.32 Awb een last onder dwangsom worden opgelegd. Een last onder dwangsom wordt gegeven om een overtreding ongedaan te maken dan wel een herhaling van een overtreding te voorkomen. Een last onder dwangsom verplicht de overtreder tot betaling van een geldsom als de overtreding niet binnen een termijn die gegeven is beëindigd wordt. Een dwangsom kan ineens opgelegd worden of per tijdseenheid (bijvoorbeeld per dag of week) of per overtreding.
De hoogte van de dwangsom moet in redelijke verhouding staan tot de ernst van de overtreding en het doel van de opgelegde dwangsom. In de last onder dwangsom staat het maximum bedrag opgenomen. Als dit bedrag is bereikt wordt er geen dwangsom meer verbeurd.
Preventieve last onder dwangsom
Een preventieve dwangsom is een dwangsom die al opgelegd wordt voordat de desbetreffende overtreding heeft plaatsgevonden. Overtredingen die zich in voorgaande jaren hebben voorgedaan kunnen niet door middel van een preventieve dwangsom ondervangen worden. Een preventieve dwangsom kan alleen worden opgelegd voor een overtreding die klaarblijkelijk dreigt. Deze overtreding mag zich niet eerder hebben voorgedaan.
(gedeeltelijk) intrekken van de vergunning en beëindigen evenement
Als een vergunninghouder de voorschriften van de vergunning niet nakomt waarbij er grote risico's ontstaan voor de openbare orde en veiligheid kan de burgemeester op grond van artikel 1:6 APV besluiten tot het (gedeeltelijk) intrekken van de verleende vergunning en het evenement beëindigen. Een besluit tot (gedeeltelijk) intrekken van een vergunning moet deugdelijk gemotiveerd worden. Er kunnen ook aanvullende maatregelen opgelegd worden zoals het verkleinen van het evenemententerrein, het bijstellen van het aantal maximum bezoekers of het tijdelijk stopzetten van het schenken van alcohol (artikel 21 Drank- en Horecawet). In alle gevallen dient er een zorgvuldige afweging plaats te vinden of het gehanteerde middel wel in verhouding staat tot het te dienen doel.
Als de vergunning wordt ingetrokken maar de overtreding wordt niet beëindigd, dan dient er bestuursdwang toegepast te worden. In hoofdstuk 7 staat beschreven hoe de intrekking en voortijdige beëindiging van een evenement in zijn werk gaat.
Strafrechtelijke handhavingsinstrumenten
Opleggen van een Bestuurlijke strafbeschikking
De bestuurlijke strafbeschikking onderscheidt zich op een aantal wezenlijke punten van bestuurlijke handhavingsinstrumenten zoals bestuursdwang en de dwangsom.
De bestuurlijke strafbeschikking een zogenoemde punitieve sanctie (geldboete). Dit in tegenstelling tot de andere bestuurlijke instrumenten die er niet op gericht zijn om een overtreding te bestraffen maar om een situatie die in strijd is met de voorschriften, op te heffen of om herhaling daarvan te voorkomen. De overtreder hoeft niet eerst een waarschuwing te ontvangen. Hierdoor kunnen vooraankondigingen en aanschrijvingen achterwege blijven. Zodra een overtreding wordt geconstateerd, kan direct tot handhaving worden overgegaan.
De bestuurlijke strafbeschikking kan worden gebruikt bij de aanpak van overlast in de openbare ruimte (handhaving van de APV). Gemeenten kunnen een bestuurlijke strafbeschikking opleggen voor overtreding van een aantal bepalingen die zijn opgenomen in de APV. De hoogte van de boete voor de verschillende overtredingen die bestraft kunnen worden met de bestuurlijke strafbeschikking is landelijk vastgelegd.
Opmaken van een proces verbaal
Voor overtredingen die niet te bestraffen zijn met een bestuurlijke strafbeschikking kan een proces verbaal worden opgemaakt door de boa. Het moet dan wel gaan om een overtreding waarvoor de boa bevoegd is om proces verbaal voor op te maken. De officier van justitie bepaald op basis van het proces verbaal de hoogte van de straf.
Een organisator die eerder of vaker de bepalingen in de APV en de vergunningsvoorwaarden overtreedt, kan het vertrouwen kwijtraken. De burgemeester kan afhankelijk van de omstandigheden besluiten dat een laatste waarschuwing gegeven wordt of dat een eerstvolgende aanvraag van die organisator wordt geweigerd. Zowel bij een waarschuwing als een weigering zal expliciet gemotiveerd worden waarom het vertrouwen in de organisator is opgezegd
Beoordelingstermijn voor overtredingen.
Een maatregel kan gevolgen hebben voor meerdere evenementen van één organisator. Wanneer een organisator bijvoorbeeld meerdere evenementen per jaar organiseert en er bij één van die evenementen ernstige overtredingen zijn begaan, kunnen er voor de andere evenementen van die organisator extra vergunningsvoorwaarden opgesteld worden, dan wel kan de vergunning worden gewijzigd, ingetrokken of geweigerd. De termijn kan teruggaan tot maximaal twee jaar, hierbij worden alle bestuurlijke maatregelen van de afgelopen twee jaar meegenomen
5. Geluid bij evenementen
Ten aanzien van het geluid bij evenementen wordt er gewerkt conform de verleende vergunning. Uitgangspunt hierbij is dat het nakomen van afspraken en het naleven van de vergunningvoorschriften primair de verantwoordelijkheid is van de organisator.
Bij Muziekevenementen wordt middels geluidsmetingen na gegaan of de geluidsbelasting binnen de gestelde normen blijft. Indien tijdens het evenement een overschrijding van de geluidsnorm wordt geconstateerd, dan wordt direct contact gezocht met de organisator.
Werkwijze bij overschrijding van geluidsnormen
Hieronder worden de verschillende sanctienormen besproken uit het Uitvoeringsplan Handhaving Geluid bij Evenementen die aansluiten bij het ‘Geluidbeleid bij evenementen’.
Sanctie bij overschrijding van 1 t/m 3 dB(A) of dB(C)
Overschrijdingen van 1 t/m 3 dB(A)/dB(C) krijgen geen vervolg, omdat de meetonzekerheid zodanig is dat bij deze waarden niet met zekerheid gesteld kan worden dat er daadwerkelijk sprake is van een overschrijding van de gestelde norm. Bij muziekevenementen is er namelijk sprake van moeilijke omstandigheden door wisselende muziekfragmenten en wisselende achtergrondniveau door het aanwezige publiek en installaties.
Sanctie bij overschrijding van 4 dB(A)/dB(C) of meer
Bij een overschrijding van 4 dB(A)/dB(C) of meer wordt de organisator gewaarschuwd, zodat er direct maatregelen genomen kunnen worden om het geluidsniveau te herstellen. Hiermee wordt de organisator in de gelegenheid gesteld weer te voldoen aan de geluidsnormen uit de evenementenvergunning.
Mocht er tijdens het evenement een tweede keer een dergelijke overschrijding plaatsvinden, dan zal de organisator een aanschrijving ontvangen van de geconstateerde overtreding. Hierin wordt aangegeven dat bij een derde, zelfde soort, overtreding door de burgemeester bestuursrechtelijk wordt opgetreden, door middel van het opleggen van een last onder dwangsom of last onder bestuursdwang. Uiteraard kan daarnaast ook het strafrechtelijke traject worden gevolgd. Er wordt dan een proces verbaal opgemaakt door de Boa of de politie al dan niet met inbeslagname van apparatuur.
Hoogte dwangsom
De hoogte van de dwangsom is gekoppeld aan het aantal dB(A) of dB(C) waarmee de geluidsnorm wordt overschreden.
Mate van overschrijding geluidsnormen |
Hoogte dwangsom |
4 tot 7 dB(A) of dB(C) |
€ 500,- |
7 tot 10 dB(A) of dB(C) |
€ 1.000,- |
10 dB(A)/dB(C) of meer |
€ 5.000,- |
De dwangsom die wordt geïnd vloeit in de gemeentekas. De administratieve lasten van de dwangsom kunnen oplopen, omdat het opleggen van een last onder dwangsom voor bezwaar vatbaar is.
6. Interventie
Bij de constatering van overtredingen van de evenementenvergunning, Algemene plaatselijke verordening (Apv) en Drank- en Horecawet (DHW) zal handelend worden opgetreden door de toezichthouders van de gemeente. Hieronder wordt op hoofdlijnen weergegeven hoe deze interventie eruit zal zien.
Het streven is dat in samenwerking met de organisator de voorschriften van de vergunning worden nageleefd en dat bij een constatering kan worden volstaan met een waarschuwing. Uit ervaring kan gesteld worden dat nagenoeg alle overtredingen met deze handelswijze ongedaan kunnen worden gemaakt.
Mocht (herhaaldelijk) waarschuwen niet het gewenste resultaat hebben, dan gaat de toezichthouder in overleg met de politie om te bekijken welk vervolg wenselijk is om de overtreding ongedaan te maken. Indien de openbare orde in het geding komt, dan zal de politie, onder verantwoordelijkheid van de burgemeester, het initiatief nemen om de openbare orde te herstellen.
Indien overtredingen betrekking hebben op de vergunningvoorschriften, dan legt de toezichthouder deze overtredingen vast in zijn evenementenchecklist (zie bijlage 2). Indien de overtreding ten tijde van het evenement betrekking heeft op de Apv dan zal in beginsel de Bestuurlijke strafbeschikking worden toegepast. Overtredingen van de DHW zullen leiden tot bestuursrechtelijk of strafrechtelijk optreden conform het vastgestelde handhavingsbeleid Drank- en Horecawet.
Na het evenement zal de organisatie mondeling of schriftelijk worden geïnformeerd over de geconstateerde overtredingen. Een dergelijke overtreding van de vergunningvoorschriften bij een volgend evenement wordt niet getolereerd en zal tot consequentie hebben dat direct bestuursrechtelijke sancties worden toegepast
Bijlage1: Classificatie evenementen
Op basis van een risico analyse kan een evenement op basis van het risico wat het met zich meebrengt wat betreft de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu worden geclassificeerd als een A, B of C evenement. Hierbij brengt een A evenement de minste risico’s met zich mee en een C evenement de meeste risico’s.
Op basis van deze classificatie hebben we in Lelystad jaarlijks zo’n 3 C- evenementen, 17 B-evenementen, 110 A-evenementen en 82 meldingen.
Hieronder staat een overzicht van reguliere grote evenementen binnen de gemeente.
Middelgrote en grote evenementen Lelystad |
||
Nummer |
Naam evenement |
Classificatie Veiligheidsregio |
1 |
Dance tour |
C |
2 |
Oldtimer dag |
C |
3 |
Lelystart |
C |
4 |
Koningskermis |
B |
5 |
Zeebodemloop Lelystad |
B |
6 |
Jordaan in de polder |
B |
7 |
Festival Sunsation |
B |
8 |
Omloop en Bikefestival |
B |
9 |
Hippiemarkt |
B |
10 |
Jol Pop |
B |
11 |
Splash Blue Wereldkampioenschap |
B |
12 |
Kindermudrun |
B |
13 |
Artifest |
B |
14 |
Circus (internationaal) |
B |
15 |
Oktoberkermis |
B |
16 |
Flevozakenfestival |
B |
17 |
Kerstspektakel CML |
B |
Bijlage 2: Checklist toezicht evenementen
Ondertekening
Aldus besloten in de openbare vergadering van het college van de gemeente Lelystad, gehouden op 19 december 2017,
de secretaris de voorzitter
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl