Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR677953
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR677953/1
Bevoegdhedenregeling Provinciale Staten van Limburg 2022
Geldend van 17-06-2022 t/m heden
Intitulé
Bevoegdhedenregeling Provinciale Staten van Limburg 2022Provinciale Staten van Limburg,
maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet bekend de nieuwe integrale tekst van:
Bevoegdhedenregeling Provinciale Staten van Limburg 2022
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsbepalingen
In het kader van deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
Presidium: een via het Reglement van Orde voor Provinciale Staten ingestelde Statencommissie, belast met de organisatie en het functioneren van Provinciale Staten en de Statencommissies;
- b.
Griffier: de griffier van Provinciale Staten van Limburg als bedoeld in artikel 97 van de Provinciewet;
- c.
Plaatsvervangend griffier: de daartoe door Provinciale Staten op grond van artikel 104d van de Provinciewet aangewezen persoon;
- d.
Adviescommissie: de commissie zoals bedoeld in artikel 2 van het Reglement bezwaren en klachten Provincie Limburg;
- e.
Klachtenfunctionaris: de functionaris zoals bedoeld in artikel 7 van het Reglement bezwaren en klachten Provincie Limburg;
- f.
Beslissing/besluit: beslissing of besluit gericht op publiekrechtelijk of privaatrechtelijk rechtsgevolg, dan wel gericht op feitelijk gevolg;
- g.
Griffiemedewerkers: de medewerkers van de Griffie exclusief de griffier;
- h.
Griffie: griffier en Griffiemedewerkers Provincie Limburg;
- i.
Personele regelingen: de CAO Provinciale sector en het Personeelshandboek alsmede overige provinciale regelgeving en afspraken betreffende arbeidsvoorwaarden en personeel.
- j.
Algemeen directeur: de directeur als bedoeld in het Directiestatuut Provincie Limburg;
- k.
Werkgeverscommissie: de commissie, die door Provinciale Staten is ingesteld om de werkgeverstaken en -verantwoordelijkheden uit te oefenen.
Artikel 2 Toepasselijkheid
Artikel 104e, tweede lid, Provinciewet, bepaalt dat Provinciale Staten besluiten tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten met de op de griffie werkzame ambtenaren. Deze regeling is op hen van toepassing. Tot deze ambtenaren behoren in elk geval de griffier en de medewerkers van de Griffie. Deze regeling is daarnaast van toepassing op de Werkgeverscommissie en het Presidium voor wat betreft de aan hen gemandateerde en/of gedelegeerde bevoegdheden.
Hoofdstuk 2 Mandaat
Artikel 3 Mandatering aan de griffier
Provinciale Staten mandateren aan de griffier:
-
1. De bevoegdheden tot het nemen van alle personele beslissingen ten aanzien van griffiemedewerkers, waaronder het aangaan en wijzigen van arbeidsovereenkomsten. De griffier is niet gemandateerd tot het onvrijwillig beëindigen van de arbeidsovereenkomst en het opleggen van sancties.
-
2. De bevoegdheid tot het verrichten van voorbereidingshandelingen en het voeren van verweer in bezwaar- en of beroepsprocedures inzake:
- a.
Verzoeken op grond van de Wet open overheid die gericht zijn aan Provinciale Staten, dan wel informatie betreffen die onder Provinciale Staten berust.
- b.
Verzoeken van betrokkenen op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
- c.
De financiële bijdrage voor fractieondersteuning.
- a.
-
3. Advies te vragen aan de adviescommissie bij de voorbereiding van een beslissing op een bezwaarschrift tegen een door Provinciale Staten genomen besluit.
-
4. De beslissing op een bezwaarschrift tegen een besluit van Provinciale Staten te verdagen overeenkomstig artikel 7:10 van de Algemene wet bestuursrecht.
-
5. Advies te vragen aan de klachtenfunctionaris van de Provincie Limburg bij de voorbereiding van een beslissing op een klacht als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht.
-
6. De beslissing op een klacht als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht te verdagen op grond van artikel 9:11 van die wet.
-
7. Beslissingen met betrekking tot de besteding van budgetten die door Provinciale Staten zijn vastgesteld in de begroting van Provinciale Staten, Griffie en Zuidelijke Rekenkamer.
Artikel 4 Bepalingen ten aanzien van uitoefening van mandaat door de griffier
-
1. De griffier overlegt in bijzondere gevallen ten aanzien van artikel 3, derde tot en met zesde lid, met de voorzitter van Provinciale Staten.
-
2. In bijzondere gevallen ten aanzien van artikel 3, eerste lid, voert de griffier overleg met de Werkgeverscommissie alvorens gebruik te maken van zijn gemandateerde bevoegdheid. Van een bijzonder geval is in ieder geval sprake als de griffier voornemens is af te wijken van een van toepassing verklaarde regeling of van een advies over de uitvoering van een personele regeling.
-
3. Bij de uitoefening van de bevoegdheid genoemd in artikel 3, zevende lid, neemt de griffier de volgende randvoorwaarden in acht:
- a.
de te nemen beslissing moet redelijk zijn en het financiële gevolg van deze beslissing moet passen binnen de door Provinciale Staten bij de vaststelling van de deelbegroting van Provinciale Staten, Griffie en Zuidelijke Rekenkamer vastgestelde lijst met budgetten;
- b.
verplichtingen met een geraamde waarde van € 25.000,00 exclusief BTW of meer worden slechts aangegaan na voorafgaande goedkeuring van het Presidium dan wel Provinciale Staten;
- c.
bij het verstrekken van opdrachten worden de geldende aanbestedingsregels gevolgd.
- a.
-
4. De griffier kan het beheer van een budget opdragen aan een onder zijn verantwoordelijkheid werkende ambtenaar. Onder beheer wordt verstaan:
- a.
Het bewaken van de uitgaven binnen het kader van de verplichtingen zoals die door de griffier zijn aangegaan;
- b.
Het accorderen van betalingen voor zover deze passen binnen het kader van d verplichtingen zoals die door de griffier zijn aangegaan.
- a.
-
5. De griffier legt periodiek aan het Presidium verantwoording af over de besteding van de deelbudgetten als bedoeld in artikel 3, zevende lid. Het Presidium legt vervolgens verantwoording af aan Provinciale Staten.
Artikel 5 Mandatering aan het Presidium
Provinciale Staten mandateren aan het Presidium:
- 1.
De bevoegdheid tot het nemen van beslissingen op verzoeken in het kader van de Wet open overheid welke gericht zijn aan Provinciale Staten of betrekking hebben op informatie die berust onder Provinciale Staten.
- 2.
het voorbereiden van formele besluitvorming in het Presidium respectievelijk provinciale Staten inzake jaarbudget van de Griffie.
- 3.
De bevoegdheid tot het nemen van beslissingen op verzoeken van betrokkenen op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
Artikel 6 Uitzonderingen
De bevoegdheden die op grond van deze regeling worden gemandateerd worden niet door de griffier of het Presidium uitgeoefend indien sprake is van een bestuurlijk of politiek gevoelige aangelegenheid. In dat geval leggen zij een voorstel aan Provinciale Staten voor.
Hoofdstuk 3 Delegatie
Artikel 7 Delegatie aan de Werkgeverscommissie
Provinciale Staten delegeren aan de Werkgeverscommissie de volgende bevoegdheden:
- 1.
de rol van werkgever en de bevoegdheden daartoe, met uitzondering van het gestelde in artikel 3.
- 2.
het nemen van beslissingen inzake de formatie van de Griffie;
- 3.
alle personele beslissingen ten aanzien van de griffier, met uitzondering van de besluiten tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst en het opleggen van sancties.
- 4.
beslissingen ten aanzien van onvrijwillig ontslag, disciplinaire maatregelen en de beëindiging van de arbeidsovereenkomst ten aanzien van de griffiemedewerkers.
Artikel 8 Beslissen op advies van een adviescommissie
De Werkgeverscommissie is gedelegeerd te beslissen op bezwaarschriften gericht tegen besluiten van de griffier zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid. Voorts is de Werkgeverscommissie bevoegd te beslissen op een door één van de commissies als bedoeld in bijlage 5 bij de cao Provinciale sector gegeven advies.
Hoofdstuk 4 Slotbepalingen
Artikel 9 Ondertekening
De bevoegdheid om op grond van de artikelen in de hoofdstukken 2 en 3 beslissingen te nemen, impliceert de bevoegdheid tot ondertekening namens het bevoegde bestuursorgaan.
Artikel 10 Onvoorziene omstandigheden
In onvoorziene, spoedeisende gevallen, waarin onverwijld handelen geboden is, handelt de griffier, het Presidium of de Werkgeverscommissie in de geest van dit besluit.
Artikel 11 Inwerkingtreding en Citeertitel
-
1. Deze regeling treedt in werking op de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.
-
2. De Bevoegdhedenregeling Provinciale Staten 2019, vastgesteld bij besluit P-19-021 van Provinciale Staten d.d. 12 en 13 december 2019, vervalt bij de inwerkingtreding van deze regeling.
-
3. Dit besluit kan worden aangehaald als de “Bevoegdhedenregeling Provinciale Staten van Limburg 2022”.
Behoort bij besluit P-22-014 van Provinciale Staten van Limburg d.d. 03 juni 2022.
Ondertekening
Provinciale Staten voornoemd
de voorzitter,
de heer E.G.M. Roemer
de griffier,
de heer mr. A.O.J. Pregled
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl