Regeling vervalt per 31-12-2024

Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022

Geldend van 22-03-2024 t/m 30-12-2024

Intitulé

Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022

Toelichting

Als gevolg van de nieuwe vastgestelde Haagse Educatieve Agenda (HEA) 2022-2026 is er voor het primair onderwijs in Den Haag de Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022 opgesteld conform de uitgangspunten van de Kadernota subsidiebeleid Den Haag 2020-2023 (RIS305416), de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020 (RIS305417) en de Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019 (RIS301035). De Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022 volgt de Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2021 (RIS308847) op.

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag;

gelet op:

  • -

    artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020;

  • -

    de artikelen 1.2 en 1.6 van de Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019;

besluit:

  • -

    vast te stellen de navolgende Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022:

Hoofdstuk 1Algemene bepalingen

Artikel 1.1Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

- activiteitenprogramma:

programma van met samenhangende activiteiten en begroting voor de duur van één kalenderjaar, dat onderdeel is van een lopend meerjarenprogramma;

APC-score

Percentage leerlingen uit een Armoedeprobleemcumulatiegebied op een school;

- ASV:

Algemene subsidieverordening Den Haag 2020;

- Awb:

Algemene wet bestuursrecht;

- basisschool:

basisschool als bedoeld in artikel 1 van de WPO;

- Brochure Vonk:

brochure, gericht op het primair onderwijs, uitgegeven door kenniscentrum cultuureducatie CultuurSchakel met het gebundelde aanbod van culturele instellingen;

- college:

college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

- CBS:

Centraal bureau voor de statistiek;

- combinatiefunctionaris op school:

vakleerkracht lichamelijke opvoeding die naast het verzorgen van bewegingsonderwijs verantwoordelijk is voor de coördinatie en voor de uitvoering van het naschoolse sportaanbod;

- deeltijdse nieuwkomersgroep:

groep van 15 nieuwkomers uit de groepen 3 tot en met 8, die minimaal 440 uur en vier dagdelen in een aparte ruimte les krijgen en die als groep zijn aangewezen door het op overeenstemming gericht overleg, zoals bedoeld in artikel 161 van de WPO;

- doelgroepkinderen:

kinderen op de basisschool die volgens de definitie van het CBS een hoog risico op een onderwijsachterstand lopen;

- doelgroeppeuters:

kinderen tussen de 2,5 en 4 jaar die op indicatie van het CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) in aanmerking komen voor voorschoolse educatie;

- doorgaande lijn:

de overdracht tussen kinderopvang en basisschool met als doel het doelgroepkind een soepele overgang van de voorschoolse educatie naar de vroegschoolse educatie te garanderen;

- DUO

Dienst Uitvoering Onderwijs;

- gemeentelijk vastgoed:

bebouwde en onbebouwde onroerende zaken in eigendom van of in gebruik door de gemeente Den Haag;

- Haagse Onderwijskamer:

het bestuurlijk overleg tussen de gemeente en de bevoegde gezagsorganen van scholen, zoals bedoeld in artikel 118a van de wet op het voortgezet onderwijs;

-Haagse Sporttuin:

een laagdrempelige sportvoorziening die met het gebouw waarin een school is gevestigd is verbonden of naastgelegen en door deze school wordt geëxploiteerd, maar niet valt onder de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 2015;

- HEA:

Haagse Educatieve Agenda 2022-2026 “Kiezen voor kansen”;

- IKC:

Integraal Kind Centrum, een centrum waarin een school als één organisatie samenwerkt met kinderopvang of peuteropvang aan de optimale brede ontwikkeling van 0- tot 13-jarige kinderen;

- kenniswerkplaats:

een samenwerking tussen scholen en een hogeschool, universiteit of onderzoeksinstelling, die in de praktijk onderzoek doen of kennis of leerprogramma’s ontwikkelen voor de lespraktijk op scholen in een grote stad;

- kinderopvang met ve:

voorziening met één of meer lokalen met voorschoolse educatie voor peuters als bedoeld in 1.1 van de Wet kinderopvang;

- kopklas:

een voorziening van een jaar voor leerlingen na groep 7 of 8 die goed kunnen leren, maar door een taalachterstand niet de resultaten halen behorend bij hun capaciteiten;

- lo:

lichamelijke opvoeding;

- lerend netwerk:

netwerk waarin onderwijsprofessionals van verschillende scholen kennis en ervaring uitwisselen over hun dagelijkse praktijk ten behoeve van een gezamenlijk bepaald doel;

- leerlingscore:

de OA-schoolscore gedeeld door het aantal leerlingen van de school;

- LKP-school:

leerkansenprofiel-school, waaraan in het schooljaar 2020-2021 subsidie ten behoeve van verlenging onderwijstijd (LKP) is verstrekt;

- LKP:

Leer Kansen Profiel, verplichte verlenging van de onderwijstijd voor leerlingen in de leerjaren die meedoen aan het leerkansenprofiel;

- meerjarenprogramma:

integraal programma van activiteiten gericht op het realiseren van een of meer van de doelen uit de HEA waarin meerdere partijen met elkaar kunnen samenwerken;

- nieuwkomer:

kind in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar, afkomstig uit het buitenland, dat minder dan twee jaar onderwijs op een Nederlandse school gevolgd heeft;

- nieuwkomersgroep:

kind in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar, afkomstig uit het buitenland, dat minder dan twee jaar onderwijs op een Nederlandse school gevolgd heeft;

- NISBO groep:

nieuwkomersgroep speciaal basisonderwijs; groep van 10 nieuwkomers uit de groepen 3 tot en met 8, die minimaal 880 uur in een aparte ruimte les krijgen en die als groep zijn aangewezen door het op overeenstemming gericht overleg, zoals bedoeld in artikel 161 van de WPO;

- NT2:

Nederlands als tweede taal;

- OA:

onderwijsachterstand;

- OA-schoolscore:

score van een school op basis van het aantal kinderen met een risico op onderwijsachterstand op basis van een aantal omgevingskenmerken, conform de definitie en berekeningen door het CBS;

- onderwijsloket:

digitaal loket als bedoeld in artikel 1.1 van de Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019;

- onderwijsprofessional:

iemand die zich beroepsmatig met onderwijs bezighoudt zoals een onderwijzer, leraar, leerkracht, docent, onderwijsassistent of schooleider;

- onderwijs zorgarrangement:

een integrale samenwerking rondom kind en ouders tussen onderwijs, jeugdhulp of zorg;

- opleidingsschool:

voorziening waarbinnen lerarenopleidingen en scholen nauw samen werken om aankomende leraren voor te bereiden op de onderwijspraktijk en toe werken naar de status van erkende opleidingsschool;

- RSO:

de Richtlijn Sportdeelname Onderzoek, een gestandaardiseerde vragenlijst om de frequentie, sporttak, sportvorm, organisatievorm en accommodatiebenutting van grote bevolkingsgroepen in kaart te brengen;

- samenwerkingsverband:

een samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 1 van de WPO;

- school:

een school als bedoeld in artikel 1 van de WPO;

- schoolbestuur:

het schoolbestuur voor een of meerdere scholen, als bedoeld in artikel 1 van de WPO;

- schoolsportclub:

naschoolse activiteiten voor leerlingen die niet kunnen deelnemen aan het reguliere sportaanbod, wekelijks georganiseerd door de school zodat leerlingen kunnen sporten en bewegen bij een sportvereniging;

- schoolleider:

medewerker die hiërarchisch en functioneel leiding geeft aan het onderwijspersoneel op een school voor primair onderwijs en verantwoordelijk is voor de kwaliteit van dat onderwijspersoneel en schoolontwikkeling;

- schoolsportcoördinator:

vakleerkracht lichamelijke opvoeding die naast het verzorgen van bewegingsonderwijs verantwoordelijk is voor de coördinatie en voor de uitvoering van het naschoolse sportaanbod;

- SBO:

school voor speciaal basisonderwijs, als bedoeld in artikel 1 van de WPO;

- SO:

school voor speciaal onderwijs, als bedoeld in artikel 1 van de WPO en artikel 1 van de wet op de expertisecentra;

- voltijdse nieuwkomersgroep:

groep van 15 nieuwkomers uit de groepen 3 tot en met 8, die minimaal 880 uur in een aparte ruimte les krijgen en die als groep zijn aangewezen door het op overeenstemming gericht overleg, zoals bedoeld in artikel 161 van de WPO;

- voorschoolse educatie:

voorschoolse educatie voor peuters als bedoeld in artikel 1.1. van de Wet kinderopvang;

- vroegschoolse educatie:

vroegschoolse educatie voor kinderen in groep 1 en 2 en van de basisschool als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

- ve:

voorschoolse educatie;

- VVE:

voor- en vroegschoolse educatie;

- WPO:

Wet op het primair onderwijs;

- zij-instromer:

persoon die vanuit een ander beroep leraar wil worden en hiertoe een zij-instroom traject volgt bij een lerarenopleiding.

Artikel 1.2Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in deze regeling genoemde activiteiten.

Artikel 1.3Subsidieaanvraag

  • 1.

    Een aanvraag om een subsidie wordt digitaal ingediend via het Onderwijsloket met behulp van het bijbehorend digitaal aanvraagformulier.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste en tweede lid, van de ASV wordt een aanvraag om subsidie ingediend:

    a. van 1 juni tot en met 30 september in het kalenderjaar voorafgaand aan het kalenderjaar, waarin de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd, zullen plaatsvinden;

    b. van 1 oktober tot en met 30 november van het kalenderjaar voorafgaand aan het kalenderjaar, waarin de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd, zullen plaatsvinden;

    c. op 1 december voorafgaand aan het kalenderjaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft tot en met 31 oktober van het kalenderjaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.

Artikel 1.4Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs gemaakte kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college direct zijn verbonden met en noodzakelijk zijn voor de voorbereiding, coördinatie, uitvoering, evaluatie of kwaliteitsverhoging en uitvoering van de activiteiten, genoemd in deze regeling.

Artikel 1.5Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 4:37 van de Awb en artikel 12 tot en met 14 van de ASV, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

  • a. de subsidieontvanger werkt mee aan het onderzoek op grond van de door het college aangewezen toezichthouder;

    b. de subsidieontvanger werkt mee aan inhoudelijk onderzoek ten behoeve van monitoring en evaluatie;

    c. de subsidieontvanger stelt, op verzoek van het college, de ervaringen en ontwikkelde producten ter beschikking aan andere scholen of instellingen.

Artikel 1.6Beslistermijn

Het college beslist, in afwijking van artikel 10, eerste en tweede lid, van de ASV:

  • a. op aanvragen die zijn ingediend in de aanvraagtermijn bedoeld in artikel 1.3, tweede lid, onder a, uiterlijk 1 maart in het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aanvraag is ingediend;

    b. binnen 12 weken na sluiting van de aanvraagtermijn bedoeld in artikel 1.3, tweede lid, onder b en c, nadat de volledige digitale subsidieaanvraag om subsidie is ingediend.

Artikel 1.7Bevoorschotting

Bevoorschotting vindt plaats op de volgende wijze:

  • a. subsidies bedoeld in artikel 1.3 tweede lid, onder a, worden bevoorschot in twee termijnen: in februari een voorschot van 60% van de verleende subsidie en in juli een voorschot van 40% van de verleende subsidie;

    b. subsidies bedoeld in artikel 1.3 tweede derde lid, onder b of c, worden bevoorschot met 100% van de verleende subsidie in één keer.

Artikel 1.8Wijze van verantwoorden

In aanvulling op artikel 17, vierde en vijfde lid, van de ASV bevat de subsidieaanvraag tot vaststelling tevens:

  • a. een bestuursverklaring volgens het door burgemeester en wethouders vastgestelde model;

    b. een voor openbaarmaking geschikt inhoudelijk verslag, waarbij afwijkingen op de hoofdposten van de begroting die groter zijn dan 10% worden toegelicht en (waarbij de BTW zichtbaar is) in de financiële verantwoording.

Hoofdstuk 2Subsidie voldoende, bevoegde en bekwame onderwijsprofessionals

Paragraaf 2.1Algemene bepaling

Artikel 2.1.1Doel van subsidies in hoofdstuk 2

Het achterliggende maatschappelijke doel van de subsidies in dit hoofdstuk is zowel te zorgen voor beschikbaarheid van voldoende, bevoegde en bekwame onderwijsprofessionals in Den Haag alsmede ervoor te zorgen dat leraren meer tijd kunnen besteden aan de kern van hun vak: het geven van kwalitatief goed onderwijs.

Paragraaf 2.2Subsidie leren en innoveren in netwerken

Artikel 2.2.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is dat onderwijsprofessionals in het Haagse onderwijs van elkaar leren en samen innoveren, zodat zij beter toegerust zijn voor het geven van onderwijs in de grootstedelijke context en daardoor gelijke onderwijskansen voor de leerlingen kunnen bevorderen.

Artikel 2.2.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die onderwijsprofessionals de mogelijkheid bieden om deel te nemen aan lerend netwerk dat:

  • 1.

    a. gerelateerd is aan het thema kansengelijkheid en onderwijs in de grootstedelijke context;

    b. bestaat uit onderwijsprofessionals van meerdere scholen en van meerdere besturen;

    c. de mogelijkheid biedt om samen met vakgenoten hun kennis te delen en zich te ontwikkelen in hun vakgebied;

    d. activiteiten ontplooit om de opgedane kennis met andere netwerken of onderwijsprofessionals jaarlijks te delen en;

    e. samenwerkt met een universiteit of hogeschool;

    f. een looptijd heeft van maximaal drie opeenvolgende jaren.

Artikel 2.2.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur dat activiteiten zoals bedoeld in artikel 2.2.2 uitvoert ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen.

Artikel 2.2.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 35.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 2.2.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.2.2 geldt een subsidieplafond van € 210.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 2.2.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen op grond van artikel 2.2.2 die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van de door het college aangebrachte rangschikking, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als eerste wordt subsidie verstrekt op volgorde van digitale ontvangst van de volledige aanvraag aan aanvragers die een lerend netwerk of kenniswerkplaats faciliteren en het derde uitvoeringsjaar ingaan.

  • 3.

    Daarna wordt subsidie verstrekt op volgorde van digitale ontvangst van de volledige aanvraag aan aanvragers die een lerend netwerk of kenniswerkplaats faciliteren en het tweede uitvoeringsjaar ingaan.

  • 4.

    Daarna wordt subsidie verstrekt op volgorde van digitale ontvangst van de volledige aanvraag aan aanvragers die een lerend netwerk of kenniswerkplaats willen starten.

  • 5.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 2.2.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Paragraaf 2.3Subsidie inzet studenten in het primair onderwijs

Artikel 2.3.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is om de werkdruk van leraren op scholen te verlagen en hen te ondersteunen in de klas bij het voorkomen en aanpakken van onderwijsachterstanden.

Artikel 2.3.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor:

  • a. activiteiten die de werving, matching, scholing en begeleiding van studenten uit het hoger en wetenschappelijk onderwijs mogelijk maken, zodat deze op scholen voor primair onderwijs de werkdruk onder leraren kunnen helpen verlagen en leraren ondersteuning bieden bij het voorkomen en aanpakken van onderwijsachterstanden;

    b. het optreden als werkgever voor studenten;

    c. het monitoren van deelnemende scholen en studenten om de inzet en effectiviteit van deze studenten voor het onderwijs te verbeteren;

    d. het bieden van extra studentondersteuning aan scholen die daar extra behoefte aan hebben.

Artikel 2.3.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een door de gezamenlijke Haagse schoolbesturen aangewezen organisatie die namens alle in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs de activiteiten zoals bedoeld in artikel 2.3.2 organiseert en die tenminste voldoet aan de volgende eisen:

  • a. de rechtspersoon werkt samen met hogescholen en universiteiten ten behoeve van de werving van minimaal 50 studenten per kalenderjaar;

    b. de rechtspersoon draagt zorg voor de matching van studenten met scholen;

    c. de rechtspersoon biedt training en begeleiding aan studenten;

    d. de rechtspersoon neemt het werkgeversrisico voor de deelnemende studenten voor haar rekening;

    e. de rechtspersoon monitort in samenwerking met een hogeschool de effecten van het project.

Artikel 2.3.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 300.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 2.3.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.3.2 geldt een subsidieplafond van € 300.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 2.3.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van de digitale indiening bij het college totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 2.3.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Paragraaf 2.4Subsidieopleidingsscholen

Vervallen

Paragraaf 2.5Subsidie noodplan primair onderwijs Den Haag

Artikel 2.5.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is terugdringen lerarentekort op de Haagse scholen.

Artikel 2.5.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten ten behoeve van de uitvoering van de maatregelen zoals opgenomen in het ‘Convenant noodplan lerarentekort Den Haag’ vastgelegd op 9 juli 2020 en afgesproken in de Haagse Onderwijskamer.

Artikel 2.5.3Doelgroep

Subsidie voor activiteiten zoals benoemd in artikel 2.5.2 wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur voor primair onderwijs dat namens alle betrokken schoolbesturen met in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs deze activiteiten uitvoert.

Artikel 2.5.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal:

  • a. € 1.000.000,- per aanvraag in het kalenderjaar 2023;

    b. € 750.000,- per aanvraag in het kalenderjaar 2024.

Artikel 2.5.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.5.2 geldt een subsidieplafond van:

    a. € 1.000.000,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 750.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 2.5.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag is aangevuld.

Artikel 2.5.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b, dan wel artikel 1.3, tweede lid, onder c.

Paragraaf 2.6Subsidie programma zij-instroom primair onderwijs Den Haag

Artikel 2.6.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is terugdringen lerarentekort op de Haagse scholen.

Artikel 2.6.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die worden uitgevoerd ten behoeve van uitvoering van het Programma zij-instroom primair onderwijs Den Haag.

Artikel 2.6.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur voor primair onderwijs dat namens alle aan het in artikel 2.6.2 genoemde Programma deelnemende schoolbesturen met in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs deze activiteiten uitvoert.

Artikel 2.6.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal:

  • a. € 600.000,- per aanvraag in het kalenderjaar 2023;

    b. € 300.000,- per aanvraag in het kalenderjaar 2024.

Artikel 2.6.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.6.2 geldt een subsidieplafond van:

    a. € 600.000,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 300.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV

Artikel 2.6.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag is aangevuld.

Artikel 2.6.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Paragraaf 2.7 Ondersteuning schoolleiders primair onderwijs

Artikel 2.7.1 Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het ondersteunen van schoolleiders in het primair onderwijs, zodat zij meer tijd hebben om taken ten aanzien van het primaire onderwijsproces uit te voeren.

Artikel 2.7.2 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt als bijdrage in de kosten verbonden aan:

  • 1.

    de uitvoering van een of meerdere activiteiten gericht op uitvoering van schoolleiderstaken die van belang zijn voor het primaire onderwijsproces;

  • 2.

    de inzet van een externe deskundige om de schoolleider te ondersteunen;

  • 3.

    activiteiten gericht op verdere professionalisering van de schoolleider.

Artikel 2.7.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een Haags schoolbestuur in het primair onderwijs ten behoeve van schoolleiders van in Den Haag gevestigde scholen.

Artikel 2.7.4 Aanvullende voorwaarden subsidieaanvraag

In aanvulling op artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV legt de aanvrager de volgende gegevens over:

  • a. een beschrijving van de activiteiten in het primaire onderwijsproces waar de schoolleider nu niet aan toe komt;

    b. een beschrijving van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 2.7.5 Aanvullende verplichtingen

In aanvulling op artikel 1.5 is de subsidieontvanger verplicht ervoor te zorgen dat de school ten behoeve waarvan de subsidie wordt verstrekt meewerkt aan:

  • a. evaluatie, monitoring en rapportering van de activiteiten en het effect op de werkdruk van de schoolleider;

    b. het delen van kennis en ervaringen met andere scholen voor primair onderwijs in Den Haag.

Artikel 2.7.6 Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal:

  • a. € 125,00 per uur bij de inzet van een externe deskundige; en

    b. €10.000,- per school met per schoolbestuur een maximum van:

    1° €170.000,- voor scholen van De Haagse Scholen;

    2° €120.000,- voor scholen van de Stichting Lucas Onderwijs;

    3° €100.000,- voor scholen van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden;

    4° €20.000,- voor scholen van de Laurentius Stichting;

    5° €90.000,- voor Haagse scholen behorend tot de overige Haagse schoolbesturen, waarbij de subsidie op voordracht van een vertegenwoordiging van het Platform Primair Onderwijs onder deze scholen wordt verdeeld.

Artikel 2.7.7 Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.7.2 geldt een subsidieplafond van €500.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 2.7.8 Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor de subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt op basis van de verdeelsleutel die de schoolbesturen in overleg met elkaar hebben vastgesteld en in volgorde van digitale indiening bij het college, totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag is aangevuld.

Artikel 2.7.9 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt digitaal ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder c.

Hoofdstuk 3Optimale leer- en ontwikkelomgeving

Paragraaf 3.1Algemene bepaling

Artikel 3.1.1Doel van subsidies van hoofdstuk 3

Het achterliggende maatschappelijke doel van de subsidie is het bevorderen van gelijke onderwijskansen door degenen die een (leer)achterstand hebben de mogelijkheden te geven deze in te lopen en, indien vroegtijdig gesignaleerd, te vermijden.

Paragraaf 3.2Subsidie extra en intensieve leertijd

Artikel 3.2.1Doel van de subsidie

Doel van de subsidie is Haagse leerlingen uit een minder kansrijke omgeving extra te ondersteunen en via een aanbod gericht op de leerlingen of hun ouders of verzorgers de kansen op een goede onderwijscarrière voor deze leerlingen te vergroten.

Artikel 3.2.2Activiteiten

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor:

    a. afbouw van LKP aan LKP-scholen; en

    b. extra en intensieve leertijd voor scholen.

  • 2.

    De activiteiten, genoemd in het eerste lid, moeten:

    a. tijdens en buiten schooltijd plaats vinden door of onder supervisie van een bevoegde leerkracht;

    b. bijdragen aan de beheersing van de Nederlandse taal om onderwijsachterstanden zoals genoemd in artikel 165 WPO te voorkomen en te bestrijden;

    c. worden geboden in een doorgaande leer- of ontwikkellijn;

    d. ruimte bieden aan de brede ontwikkeling van de leerlingen, met een aanbod gericht op:

    1° het opdoen van kennis, vaardigheden en competenties die nodig zijn om te kunnen participeren in de samenleving en te kunnen functioneren in het toekomstige beroepsleven (kwalificatie), waarbij de nadruk dient te liggen op de verwerving van de Nederlandse taal;

    2° de voorbereiding op het leven als actief participerend lid van de gemeenschap en de kennisma king met de normen, waarden van onze samenleving (socialisatie);

    3° de persoonlijke vorming, met mogelijkheid voor leerlingen om te ontdekken ‘wie ben ik, wat kan ik en wie wil ik zijn?’ (personificatie), met voldoende aanbod rondom sport, muziek, techniek, kunst en cultuur;

    e. bij voorkeur worden geboden door Haagse aanbieders, welke fungeren als partner op gedeeld maatschappelijk vlak, actief in (of uit) de wijk;

    f. worden overdacht op eventuele negatieve neveneffecten rondom het personeelstekort en de kwaliteit van het onderwijs, zodat dit zoveel mogelijk kan worden voorkomen.

Artikel 3.2.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van onder haar gezag vallende scholen die:

  • a. LKP-scholen zijn;

    b. extra intensieve leertijd aanbieden en die het jaar voorafgaand aan het uitvoeringsjaar een Leerlingscore met drempel (OA tabel CBS) hadden hoger dan nul of de vier hoogst scorende SBO’s (conform de APC-score (OA tabel CBS) in het jaar voorafgaand aan het uitvoeringsjaar zijn.

Artikel 3.2.4Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie ten behoeve van de activiteit, bedoeld in artikel 3.2.2, eerste lid, onder a, bedraagt maximaal:

    a. 90% van de subsidie die in 2021 aan het desbetreffende schoolbestuur ten behoeve van de betreffende school of scholen is toegekend voor het kalenderjaar 2023;

    b. 60% van de subsidie die in 2021 aan het desbetreffende schoolbestuur ten behoeve van de betreffende school of scholen is toegekend voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Een subsidie ten behoeve van de activiteit, bedoeld in artikel 3.2.2, eerste lid, onder b, bedraagt maximaal € 307.688,- per school voor het kalenderjaar 2023 en 2024.

Artikel 3.2.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.2.2, eerste lid, onder a, geldt een subsidieplafond van:

    a. € 7.756.800,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 5.171.199,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.2.2 eerste lid, onder b, geldt een subsidieplafond van:

    a. € 7.004.050,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 8.089.651,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 3.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.2.6Wijze van verdeling

  • 1.

    De verdeling van het genoemde onder 3.2.5 eerste lid vindt plaats op basis van de subsidies die in 2021 zijn uitgekeerd conform de afbouwregeling.

  • 2.

    De verdeling van het genoemde onder 3.2.5 tweede lid vindt plaats onder de in aanmerking komende scholen conform artikel 3.2.3 tweede lid, onder a en b. Zij verdelen met elkaar als volgt:

    a. een vaste voet naar evenredigheid van het aantal scholen. De vaste voet bedraagt 20% van het bedrag genoemd onder artikel 3.2.5 tweede lid dat naar evenredigheid van het aantal scholen wordt verdeeld;

    b. de overige 80% van het bedrag genoemd onder 3.2.5 tweede lid wordt voor wat betreft de basisscholen verdeeld op basis van de schoolscore met drempel (tabel CBS, jaar voorafgaand aan uitvoeringsjaar). De SBO’s tellen mee door hun APC-leerlingen (cumi-score) te vermenigvuldigen met 2,2.

Artikel 3.2.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.3Subsidie brede talentontwikkeling

Artikel 3.3.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is om Haagse leerlingen ervaringen op te laten doen hun talenten te ontdekken en hun algemeen welbevinden te vergroten.

Artikel 3.3.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die:

  • a. tijdens en buiten schooltijd plaatsvinden;

    b. worden geboden in een doorgaande leer- of ontwikkellijn;

    c. gericht zijn op het verbreden van de leefwereld en die meerwaarde hebben voor de persoonlijke vorming, met mogelijkheid voor leerlingen om te ontdekken ‘wie ben ik, wat kan ik en wie wil ik zijn?’ (personificatie), met voldoende aanbod rondom sport, muziek, techniek, kunst en cultuur;

    d. bij voorkeur geboden door Haagse aanbieders, welke fungeren als partner op gedeeld maat schappelijk vlak, actief in (of uit) de wijk

Artikel 3.3.3Doelgroep

Subsidie voor een activiteit, bedoeld in artikel 3.3.2, wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen met leerlingscore nul.

Artikel 3.3.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie voor de activiteiten in artikel 3.3.2 bedraagt maximaal:

  • a. € 25,26 voor iedere leerling die op 1 oktober 2021 bij DUO staat ingeschreven op de school van de aanvrager voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 25,26 voor iedere leerling die op 1 oktober 2022 bij DUO staat ingeschreven op de school van de aanvrager voor het kalenderjaar 2024.

Artikel 3.3.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.3.2 geldt een subsidieplafond van € 515.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.3.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Indien de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is ingevuld.

Artikel 3.3.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.4Subsidie voor een kopklas

Artikel 3.4.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is leerlingen met een taalachterstand in de Nederlandse taal de taalachterstand met extra inzet en aandacht in korte tijd weg te werken.

Artikel 3.4.2Activiteiten

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het realiseren van een kopklasjaar waarbij geselecteerde Haagse leerlingen staan ingeschreven bij een school voor primair onderwijs en op locatie van het voortgezet onderwijs een intensief taalprogramma volgen.

  • 2.

    In aanvulling op het eerste lid bestaan de activiteiten uit:

    a. het selecteren van leerlingen voor een kopklas; en

    b. het in stand houden van een kopklas.

Artikel 3.4.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur, dat door de Haagse Onderwijskamer is aangewezen, om één of meer kopklassen, ten behoeve van alle Haagse leerlingen, op één of meer locaties in Den Haag te realiseren en te verzorgen.

Artikel 3.4.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt:

  • a. voor de activiteit, bedoeld in artikel 3.4.2, derde lid, onder a, maximaal € 10.000,- per kopklas;

    b. voor de activiteit, bedoeld in artikel 3.4.2, derde lid, onder b, maximaal € 73.000,- per kopklas.

Artikel 3.4.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.4.2, tweede lid, onder a, geldt een subsidieplafond van € 70.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.4.2, tweede lid, onder b, geldt een subsidieplafond van € 511.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 3.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.4.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Indien de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is ingevuld.

Artikel 3.4.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.5 Subsidie opvanggroepen nieuwkomers

Artikel 3.5.1 Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het vergroten van de kansen van nieuwkomers op vervolgonderwijs en deelname aan de Nederlandse samenleving

Artikel 3.5.2 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die ondersteuning en begeleiding bieden aan nieuwkomers die ingeschreven zijn of worden op een Haagse basisschool en niet gerealiseerd kunnen worden uit de Rijksbekostiging voor intensief NT2 onderwijs aan nieuwkomers.

Artikel 3.5.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur, ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen met nieuwkomersgroepen en NISBO-groepen.

Artikel 3.5.4 Hoogte van de subsidie

Een subsidie voor de activiteiten, als bedoeld in artikel 3.5.2, bedraagt maximaal:

  • a. € 38.500,00 bij een voltijdse nieuwkomersgroep en NISBO-groep;

    b. € 23.500,00 bij een deeltijdse nieuwkomersgroep.

Artikel 3.5.5 Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.5.2 geldt een subsidieplafond van € 2.750.000,00 voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV

Artikel 3.5.6 Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van de door het college aangebrachte rangschikking totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als eerste wordt subsidie verstrekt aan aanvragers van scholen met nieuwkomersgroepen aan wie in het kalenderjaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag reeds subsidie werd verstrekt voor nieuwkomersgroepen.

  • 3.

    Indien de in het tweede lid genoemde verdeling heeft plaatsgevonden en het subsidieplafond nog niet is bereikt, vindt met de bevoegde gezagsorganen van de scholen een op overeenstemming gericht overleg plaats waarin gezamenlijk wordt bepaald welke additionele nieuwkomersgroepen benodigd zijn en in aanmerking komen voor subsidie.

  • 4.

    Het overleg vindt plaats op basis van artikel 161 van de WPO en heeft als doel het voorkomen van segregatie, het bevorderen van integratie, het bestrijden van onderwijsachterstanden en het voldoen aan de voorwaarden uit artikel 193c van de WPO voor het organiseren van onderwijsaanbod voor nieuwkomers.

  • 5.

    Indien de in het derde lid genoemde verdeling heeft plaatsgevonden en het subsidieplafond nog niet is bereikt, wordt het resterende bedrag door middel van loting verdeeld.

  • 6.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.5.7 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de ASV ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid onder c

Paragraaf 3.6 Subsidie integrale aanpak

Artikel 3.6.1 Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het kunnen geven van goed advies voor het doorstromen van individuele nieuwkomersleerlingen naar passend vervolgonderwijs.

Artikel 3.6.2 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor afname van centrale en uniforme uitstroomtoetsen voor nieuwkomers na 10 maanden nieuwkomersonderwijs, welke niet gerealiseerd worden uit de Rijksbekostiging voor intensief NT2 onderwijs aan nieuwkomers.

Artikel 3.6.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan één rechtspersoon die door de Haagse schoolbesturen voor primair onderwijs als organisator van de in artikel 3.6.2 genoemde activiteiten is aangewezen.

Artikel 3.6.4 Hoogte van de subsidie

Een subsidie voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.6.2. bedraagt maximaal €250.000,00 per subsidieaanvraag.

Artikel 3.6.5 Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.6.2 geldt een subsidieplafond van € 250.000,00 voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.6.6 Wijze van verdeling

Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.6.7 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de ASV ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid onder c

Paragraaf 3.7Subsidie cultuureducatie

Artikel 3.7.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is leerlingen in het primair onderwijs kennis te laten maken met cultuur.

Artikel 3.7.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van de uitvoering van de culturele (doe) activiteiten zoals opgenomen in de Brochure Vonk.

Artikel 3.7.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen voor het primair onderwijs en scholen voor speciaal (basis-) onderwijs.

Artikel 3.7.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie voor de activiteiten in artikel 3.7.2 bedraagt maximaal:

  • a. € 15,50 voor iedere leerling die op 1 oktober 2021 bij DUO staat ingeschreven op de school van de aanvrager voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 15,50 voor iedere leerling die op 1 oktober 2022 bij DUO staat ingeschreven op de school van de aanvrager voor het kalenderjaar 2024.

Artikel 3.7.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.7.2 geldt een subsidieplafond van € 775.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.7.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van de digitale indiening bij het college totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.7.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.8Subsidie combinatiefunctionaris op school

Artikel 3.8.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is leerlingen met plezier meer te laten bewegen, in aanvulling op de reguliere lo-lessen van 1,5 uur per week.

Artikel 3.8.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor de (extra) inzet van een vakleerkracht lo, naschools of buitenschools.

Artikel3.8.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs.

Artikel 3.8.4Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie bedraagt maximaal:

    a. € 14.710,- per school voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 14.707,- per school voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.8.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.8.2 geldt een subsidieplafond van € 808.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.8.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt volgens de door het college aangebrachte rangschikking, totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    De rangschikking is vormgegeven volgens de constateringen in het RSO waarin wijken met een lage sportdeelname prioriteit hebben. Dit is als volgt:

    a. als eerste komen aanvragen in aanmerking voor scholen die gevestigd zijn in de stadsdelen: Laak, Centrum, Escamp en het prioritaire gebied Duindorp;

    b. als tweede komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Loosduinen;

    c. als derde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Leidscheveen/Ypenburg;

    d. als vierde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Segbroek;

    e. als vijfde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Haagse Hout;

    f. als zesde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Scheveningen.

  • 3.

    Als het subsidieplafond wordt overschreden worden de bedragen tussen de laatste aanvragers binnen het laatste stadsdeel waarvoor nog middelen beschikbaar waren evenredig verdeeld.

Artikel 3.8.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.9Subsidie schoolsportclub

Artikel 3.9.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het verlagen van de drempel voor leerlingen om deel te nemen aan naschoolse sportactiviteiten.

Artikel 3.9.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van:

  • a. het huren van een sportaccommodatie;

    b. het inzetten van die speciaal zwemvervoer;

    c. stimuleren naschoolse sport voor speciaal onderwijs leerlingen;

    d. stimuleren naschoolse sport voor de SBO’s, conform de tabel APC-score van het CBS, in het jaar voorafgaand aan het uitvoeringsjaar die niet in aanmerking komen voor extra en intensieve leertijd.

Artikel 3.9.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en de WPO.

Artikel 3.9.4Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie voor het kalenderjaar 2023 bedraagt:

    a. maximaal € 10.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder a;

    b. maximaal € 18.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder b;

    c. maximaal € 15.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder c;

    d. maximaal € 20.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder d.

  • 2.

    Een subsidie voor het kalenderjaar 2024 bedraagt:

    a. maximaal € 5.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder a;

    b. maximaal € 18.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder b;

    c. maximaal € 15.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder c;

    d. maximaal € 15.000,- per school per jaar voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder d.

Artikel 3.9.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening geldt voor het kalenderjaar 2023 een subsidieplafond van:

    a. € 30.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder a;

    b. € 30.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder b;

    c. € 150.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder c;

    d. € 70.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder d.

  • 2.

    Voor subsidieverlening geldt voor het kalenderjaar 2024 een subsidieplafond van:

    a. € 25.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder a;

    b. € 30.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder b;

    c. € 150.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder c;

    d. € 75.000,- voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3.9.2 onder d.

  • 3.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.9.6Wijze van verdeling

Een subsidie als bedoeld in artikel 3.9.2 wordt als volgt verdeeld:

  • a. Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie als bedoeld in artikel 3.9.2 en die niet worden geweigerd, geschiedt op de volgende door het college vastgestelde wijze, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

    b. Voor categorie a tot en met d krijgen aanvragen voor activiteiten in stadsdelen waarin sprake is van een lage sportdeelname op grond van het RSO voorrang. Als eerste komen in aanmerking de aanvragen uit het stadsdeel met de laagste sportdeelname. Vervolgens de aanvragen met de een na laagste sportdeelname. Op deze wijze wordt doorgegaan met verdelen totdat het subsidieplafond bereikt is.

Artikel 3.9.7Aanvraag termijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.10 Subsidie Haagse sporttuinen

Artikel 3.10.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het exploiteren van een Haagse sporttuin.

Artikel 3.10.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor exploitatiekosten van een Haagse Sporttuin.

Artikel 3.10.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen die een Haagse Sporttuin exploiteren.

Artikel 3.10.4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Voor subsidie in aanmerking komen:

  • a. de kosten van de inhuur van een coördinator;

    b. de kosten van de inhuur van gespecialiseerde trainers;

    c. de aanschafkosten van sportmaterialen;

    d. de kosten voor promotie;

    e. de kosten voor verzekeringen;

    f. de kosten voor nutsvoorzieningen;

    g. en verschuldigde onroerendzaakbelasting.

Artikel 3.10.5Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie voor het kalenderjaar 2023 bedraagt:

    a. maximaal € 115.000,- voor een Haagse Sporttuin met volledige exploitatie waaraan minimaal 6 scholen deelnemen;

    b. maximaal € 82.500,- voor een Haagse Sporttuin met volledige exploitatie waaraan minimaal 2 en maximaal 5 scholen deelnemen;

    c. maximaal € 30.000,- voor een Haagse Sporttuin met beperkte exploitatie waaraan minimaal 4 scholen deelnemen.

  • 2.

    Een subsidie voor het kalenderjaar 2024 bedraagt:

    a. maximaal € 115.000,- voor een Haagse Sporttuin met volledige exploitatie waaraan minimaal 6 scholen deelnemen;

    b. maximaal € 82.500,- voor een Haagse Sporttuin met volledige exploitatie waaraan minimaal 2 en maximaal 5 scholen deelnemen;

    c. maximaal € 52.500,- voor een Haagse Sporttuin met beperkte exploitatie waaraan minimaal 5 scholen deelnemen.

Artikel 3.10.6Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.10.2 geldt een subsidieplafond van:

    a. € 370.000,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 437.500,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.10.7Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt volgens de door het college aangebrachte rangschikking, totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    De rangschikking is vormgegeven volgens de constateringen in het RSO waarin wijken met een lage sportdeelname prioriteit hebben. Dit is als volgt:

    a. als eerste komen aanvragen in aanmerking voor scholen die gevestigd zijn in de stadsdelen: Laak, Centrum, Escamp en het prioritaire gebied Duindorp;

    b. als tweede komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Loosduinen;

    c. als derde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Leidscheveen/Ypenburg;

    d. als vierde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Segbroek;

    e. als vijfde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Haagse Hout;

    f. als zesde komen aanvragen in aanmerking voor scholen in stadsdeel Scheveningen.

  • 3.

    Als het subsidieplafond wordt overschreden worden de bedragen tussen de laatste aanvragers binnen het laatste stadsdeel waarvoor nog middelen beschikbaar waren evenredig verdeeld.

Artikel 3.10.8Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.11Subsidie doorgaande lijn vve

Artikel 3.11.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het bevorderen van de ontwikkeling van een doelgroeppeuter voor een goede start in het basisonderwijs met zo min mogelijk taal-en ontwikkelingsachterstand.

Artikel 3.11.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het inzetten van een intern begeleider of zorgmedewerker ten behoeve van de doelgroeppeuters in de kinderopvang met ve.

Artikel 3.11.3Aanvraag subsidie

  • 1.

    Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV legt de aanvrager een samenwerkingsovereenkomst over van maximaal 5 jaar oud, die de aanvrager heeft afgesloten met de kinderopvang met ve.

  • 2.

    In aanvulling op het eerste lid is voor de samenwerkingsovereenkomst gebruik gemaakt van de Modelovereenkomst samenwerking peuter-of kinderopvang en school Den Haag 2018.

Artikel 3.11.4Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:

  • a. een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen die een samenwerkings overeenkomst heeft afgesloten met een kinderopvangorganisatie met ve;

    b. een kinderopvangorganisatie met ve die een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten met een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen en er aan het schoolbe stuur op grond van deze subsidieregeling geen subsidie voor deze activiteiten is verleend.

Artikel 3.11.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.11.2 geldt een subsidieplafond van:

    a. € 700.000,- voor het kalenderjaar 2023;

    b. € 930.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.11.6 Wijze van verdeling

Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt op de volgende wijze:

  • a. eerst wordt het totaal aantal doelgroeppeuters op 1 april op alle kinderopvang met ve, waarvoor een aanvraag om subsidie is ingediend, en het aantal doelgroeppeuters op 1 oktober van hetzelfde jaar bij elkaar opgeteld;

    b. vervolgens wordt het aantal doelgroeppeuters als genoemd onder a gedeeld door twee;

    c. daarna wordt het totaal beschikbare bedrag, bedoeld in artikel 3.11.5 eerste lid, gedeeld door het totaal aantal doelgroeppeuters als genoemd onder a, wat resulteert in een bedrag per doelgroeppeuter;

    d. het subsidiebedrag per aanvrager is het bedrag per doelgroeppeuter, bedoeld onder b, vermenigvuldigd met het totale aantal doelgroeppeuters per aanvrager, bedoeld onder a.

Artikel 3.11.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Paragraaf 3.12 Subsidie soepele overgangen realiseren tussen opvang- en onderwijssectoren 

Artikel 3.12.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is een eerlijke en transparante aanmeldprocedure voor leerlingen in het primair onderwijs.

Artikel 3.12.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het in stand houden en verbeteren van de applicatie die het proces van aanmelden in het primair onderwijs ondersteunt en voor de coördinatie en uitvoering van de aanmeldprocedure voor het primair onderwijs in Den Haag.

Artikel 3.12.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur dat namens alle in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs de activiteiten zoals bedoeld in artikel 3.12.2 uitvoert ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen.

Artikel 3.12.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 225.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 3.12.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.12.2 geldt een subsidieplafond van € 225.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.12.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.12.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder c.

Paragraaf 3.13 Subsidie ondersteuning in de advisering en de overstap naar het voortgezet onderwijs

Artikel 3.13.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het optimaliseren en professionaliseren van de begeleiding van de schoolloopbaankeuze van leerlingen van het primair- naar voortgezet onderwijs.

Artikel 3.13.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten:

  • a. gericht op het trainen of coachen van onderwijsprofessionals, zodat zij zich meer bewust worden van de rol die zij spelen bij schooladvisering en schoolloopbaankeuzes en meer interculturele competenties kunnen ontwikkelen; en

    b. gericht op het versterken van vaardigheden van ouders en leerlingen ter voorbereiding van de overstap naar het voortgezet onderwijs.

Artikel 3.13.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen die een leerlingscore hoger dan nul (0) hebben, op basis van de teldatum op 1 oktober van het voorafgaande jaar.

Artikel 3.13.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 5.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 3.13.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.13.2 geldt een subsidieplafond van € 50.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.13.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.13.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Paragraaf 3.14 Subsidie schoolveiligheid en sociale cohesie

Artikel 3.14.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het bevorderen van een veilige omgeving op school, waarin leerlingen zichzelf kunnen zijn, zich kunnen ontwikkelen en zich geaccepteerd voelen.

Artikel 3.14.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor:

  • a. activiteiten gericht op het ontwikkelen van een klimaat op school waarin leerlingen zich veilig voelen;

    b. activiteiten gericht op het stimuleren van democratisch burgerschap;

    c. activiteiten gericht op het bevorderen van de sociale cohesie in de klas;

    d. activiteiten gericht op het verder ontwikkelen van het veiligheidsplan en het pestprotocol;

    e. activiteiten en voorlichtingslessen gericht op weerbaarheid van leraren of leerlingen;

    f. activiteiten gericht op het bevorderen van queer emancipatie en acceptatie;

    g. activiteiten gericht op het tegengaan van discriminatie, racisme, antisemitisme en moslimhaat;

    h. activiteiten gericht op het ondersteunen van professionals bij het herkennen en adresseren van ondermijning, wapenbezit, radicalisering en mensenhandel;

    i. voorlichtingslessen gericht op actuele maatschappelijke thema's zoals genoemd onder f, g en h.

Artikel 3.14.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs.

Artikel 3.14.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 5.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 3.14.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.14.2 geldt een subsidieplafond van € 50.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.14.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.14.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.15 Subsidie conciërgeregeling

Artikel 3.15.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is scholen te stimuleren conciërges of personeel voor het vervullen van conciërgetaken in dienst te nemen zodat die een bijdrage kunnen leveren aan een veilig schoolklimaat en leerkrachten zich beter kunnen richten op hun kerntaken.

Artikel 3.15.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van:

  • a. de loonkosten van conciërges binnen en buiten schooltijden;

    b. het ontzorgen van de leerkrachten, zodat zij zich kunnen focussen op hun kerntaken;

    c. het toezicht houden op de leerlingen en zo te zorgen voor sociale controle en schoolveiligheid op de Haagse scholen.

Artikel 3.15.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur ten behoeve van onder hun gezag vallende Haagse scholen voor primair onderwijs.

Artikel 3.15.4Subsidieplafond

Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.15.2 geldt een subsidieplafond van € 492.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.15.5Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt op de volgende wijze:

    a. eerst wordt het aantal leerlingen (peildatum 1 oktober van het jaar voorafgaand aan de aanvraag) op alle scholen waarvoor een aanvraag om subsidie is ingediend, bij elkaar opgeteld;

    b. daarna wordt het totaal beschikbare bedrag, bedoeld in artikel 3.15.4 eerste lid, gedeeld door het totaal aantal leerlingen als genoemd onder a, wat resulteert in een bedrag per leerling;

    c. het subsidiebedrag per aanvrager is het bedrag per leerling bedoeld onder b, vermenigvuldigd met het totale aantal leerlingen per aanvrager, bedoeld onder a.

  • 2.

    De subsidie bedraagt ten minste € 2.000,-, ook indien de in het vorige lid bedoelde berekening op een lager bedrag uitkomt.

  • 3.

    Indien toepassing van het tweede lid ertoe leidt dat het subsidieplafond wordt overschreden, zal de berekening van de hoogte van de subsidie opnieuw worden uitgevoerd en zullen de aanvragen van die schoolbesturen die het minimumbedrag ontvangen buiten die berekening worden gehouden.

Artikel 3.15.6Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Paragraaf 3.16 Subsidie buitenschoolse activiteiten en schoolreisjes voor een school in het basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs

Artikel 3.16.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is om Haagse scholen voor primair onderwijs met een leerlingscore en SBO- scholen en andere scholen voor speciaal onderwijs met een hoge APC-score in staat te stellen buitenschoolse activiteiten te organiseren.

Artikel 3.16.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten ten behoeve van het organiseren en financieren van buitenschoolse activiteiten zoals een schoolreisje, sportdag of excursie waar alle kinderen van die school aan mee kunnen doen.

Artikel 3.16.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur van een in Den Haag gevestigde school voor:

  • a. basisonderwijs die op 1 februari 2023 een leerlingscore met een drempel uit de OA-tabel van het CBS had die hoger was dan 1;

    b. speciaal basisonderwijs die op 1 oktober 2022 een APC-score had van 25% of hoger;

    c. speciaal onderwijs, met uitzondering van voortgezet speciaal onderwijs, die op 1 oktober 2022 een APC-score had van 25% of hoger

Artikel 3.16.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal per subsidieaanvraag:

  • a. voor een basisschool met een leerling-score met drempel van 1 tot en met 2,49 maximaal € 20,- per op 1 februari 2023 ingeschreven leerling; of

    b. voor een basisschool met een leerling-score met drempel van 2,5 of hoger maximaal € 30,- per op 1 februari 2023 ingeschreven leerling; of

    c. voor een SBO-school of andere school voor speciaal onderwijs met een APC-score van 35% tot en met 49% maximaal € 20,- per op 1 oktober 2022 ingeschreven leerling; of

    d. voor een SBO-school of andere school voor speciaal onderwijs met een APC-score van 50% of hoger maximaal € 30,- per op 1 oktober 2022 ingeschreven leerling.

Artikel 3.16.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.16.2 geldt een subsidieplafond van € 800.000 voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

  • 3.

    Het college kan de hoogte van het subsidieplafond jaarlijks bij afzonderlijk besluit wijzigen.

Artikel 3.16.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college tot het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.16.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder c en voor de activiteiten zijn uitgevoerd.

Paragraaf 3.17 Subsidie Zomerscholen

Artikel 3.17.1 Doel van de subsidie

Het doel is het bevorderen van gelijke onderwijskansen door degenen die een (leer)achterstand hebben de mogelijkheid te geven deze in de zomervakantie in te lopen en, indien vroegtijdig gesignaleerd, te vermijden.

Artikel 3.17.2 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten ten behoeve van een brede ononderbroken ontwikkeling van de leerlingen, met een verrijkt en verbreed aanbod waarbij:

  • a. leerlingen gedurende een periode van minimaal twee en maximaal drie weken en voor minimaal drie dagen per week de gelegenheid wordt geboden om reeds opgedane kennis en vaardigheden te onderhouden en verder uit te bouwen;

    b. leerlingen kennis, vaardigheden en competenties opdoen die nodig zijn om te kunnen participeren in de samenleving en te kunnen functioneren in het toekomstige beroepsleven (kwalificatie), waarbij de nadruk dient te liggen op de verwerving van de Nederlandse taal;

    c. leerlingen op het leven als actief participerend lid van de gemeenschap worden voorbereid en kennis maken met de normen, waarden van onze samenleving (socialisatie);

    d. leerlingen de mogelijkheid van persoonlijke vorming krijgen door te ontdekken ‘wie ben ik, wat kan ik en wie wil ik zijn?’ (personificatie), met voldoende aanbod rondom sport, muziek, techniek, kunst en cultuur;

    e. de toegankelijkheid voor alle leerlingen, ongeacht op welke reguliere basisschool zij zijn ingeschreven, is gewaarborgd;

    f. bij voorkeur gebruik wordt gemaakt van Haagse aanbieders, welke fungeren als partner op gedeeld maatschappelijk vlak, die actief zijn in de wijk; en

    g. negatieve neveneffecten rondom het personeelstekort worden voorkomen.

Artikel 3.17.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:

  • a. schoolbesturen met in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs die ten behoeve van de wijk een zomerschool organiseren;

    b. welzijnsinstellingen in de vorm van jeugdwerk en buurthuizen gevestigd in Den Haag die ten behoeve van de wijk een zomerschool organiseren.

Artikel 3.17.4 Hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt maximaal € 500,- per deelnemende leerling en wordt toegekend bij minimaal 75 deelnemende leerlingen.

Artikel 3.17.5 Subsidieplafond

  • a. Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond van € 500.000,- voor het kalenderjaar 2024.

    b. Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

    c. Het college kan de hoogte van het subsidieplafond jaarlijks bij afzonderlijk besluit wijzigen.

Artikel 3.17.6 Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college tot het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.17.7 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder c.

Paragraaf 3.18 Subsidie Weerbaarheidsprojecten

Artikel 3.18.1 Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie in deze paragraaf is het verbeteren van zelfvertrouwen, zelfstandigheid, samenwerken en motivatie van leerlingen uit de bovenbouw van het basisonderwijs, zodat zij beter gaan presteren op school.

Artikel 3.18.2 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van het buitenschools programma Weerbaar heidsprojecten voor Haagse basisschoolleerlingen dat:

  • a. gericht is op het vergroten van zelfvertrouwen, samenwerken, motivatie en samenwerken;

    b. beschikbaar is voor 180 leerlingen uit groep 7 en 8 die onderpresteren op de basisvakken reke nen, taal en of lezen;

    c. evidence based is;

    d. inzet op het verbeteren van de betrokkenheid tussen school en ouders;

    e. na schooltijd wordt aangeboden;

    f. op een wow locatie buiten de school wordt aangeboden.

Artikel 3.18.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een rechtspersoon die door de Haagse primaire school besturen als organisator van de in artikel 3.18.2 genoemde activiteiten is aangewezen en samen werkt met stichting ADO in de Maatschappij of NV ADO Den Haag.

Artikel 3.18.4 Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 3.18.2 geldt een subsidieplafond van € 180.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 3.18.5 Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college tot het subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag volledig is aangevuld.

Artikel 3.18.6 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de ASV ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid onder a.

Hoofdstuk 4De juiste ondersteuning en passende plek voor alle kinderen en jongeren

Paragraaf 4.1Algemene bepaling

Artikel 4.1.1Doel van subsidies van hoofdstuk 4

Het achterliggende maatschappelijke doel van de subsidies in dit hoofdstuk is om de kansen op het goed doorlopen van de onderwijscarrière van leerlingen te vergroten.

Paragraaf 4.2Subsidie passend onderwijs en jeugdhulp

Artikel 4.2.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is het vergroten van de onderwijskansen van leerlingen en nieuwkomers die, om passend onderwijs te kunnen volgen, extra ondersteuning bij het passend onderwijs of jeugdhulp nodig hebben en voor het optimaliseren van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp.

Artikel 4.2.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten ten behoeve van:

  • a. het optimaliseren van het aanbod van passend onderwijs op het raakvlak van onderwijs, jeugdhulp en zorg voor Haagse leerlingen, waaronder nieuwkomers, zodat dat leerlingen die wachten op plaatsing op een passende onderwijsplek of die door ziekte langdurig binnen een zorginstelling verblijven, gecontinueerd onderwijs ontvangen;

    b. het vergroten van kennis en expertise van personeel op de scholen om leerlingen langer vanuit de basisondersteuning passend onderwijs te kunnen bieden en om toe te werken naar inclusiever onderwijs;

    c. het inkorten van de aanmeldlijsten voor het screenen van ondersteuningsbehoeften van kinderen, zodat leerlingen die nu gebruik maken van enkel jeugdhulpverlening of onderwijs waar nodig een gecombineerd aanbod geboden wordt;

    d. het organiseren van Multidisciplinaire Overleggen voor leerlingen, zodat een passend onder wijsaanbod voor nieuwkomersleerlingen die bekend zijn bij het centraal aanmeldpunt nieuwkomers, gerealiseerd wordt;

    e. het bevorderen van de samenwerking tussen onderwijsprofessionals en jeugdhulp professionals zodat er sneller een efficiënt aanbod van passende zorg en ondersteuning in het (speciaal) basis onderwijs gerealiseerd wordt.

Artikel 4.2.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een samenwerkingsverband onderwijs ten behoeve van in Den Haag gevestigde scholen.

Artikel 4.2.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 405.000,- per aanvrager.

Artikel 4.2.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 4.2.2 geldt een subsidieplafond van € 405.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 4.2.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag is aangevuld.

Artikel 4.2.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder b.

Hoofdstuk 5Optimaal Samenwerken

Paragraaf 5.1Algemene bepaling

Artikel 5.1.1Doel van subsidies van hoofdstuk 5

Het achterliggende maatschappelijk doel van de subsidie in dit hoofdstuk is het bevorderen en faciliteren van het bestuurlijk overleg tussen gemeente en schoolbesturen.

Paragraaf 5.2Subsidie facilitering bestuurlijk overleg

Artikel 5.2.1Doel van de subsidie

Het doel van de subsidie is samenwerken tussen en met het onderwijsveld en de gemeente.

Artikel 5.2.2Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor:

  • a. het coördineren, afstemmen en consulteren van instellingen en besturen, vertegenwoordigd in het po-platform, ten behoeve van het ambtelijk overleg ter voorbereiding van de Haagse Onderwijskamer; en

    b. het terugkoppelen naar instellingen en besturen uit diverse ambtelijke overleggen en vice versa; en

    c. het organiseren van draagvlak voor gemeentelijk beleid bij instellingen en besturen; en

    d. het voorbereiden en deelnemen aan het bestuurlijk overleg en de Haagse Onderwijskamer.

Artikel 5.2.3Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een schoolbestuur voor primair onderwijs, ten behoeve van alle in Den Haag gevestigde scholen voor primair onderwijs.

Artikel 5.2.4Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 75.000,- per subsidieaanvraag.

Artikel 5.2.5Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van artikel 5.2.2 geldt een subsidieplafond van € 75.000,- voor het kalenderjaar 2023 en het kalenderjaar 2024.

  • 2.

    Het college kan het subsidieplafond verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 5.2.6Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van subsidieaanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van digitale indiening bij het college totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Indien de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de subsidieaanvraag de datum waarop de digitale subsidieaanvraag is aangevuld.

Artikel 5.2.7Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend in het tijdvak overeenkomstig artikel 1.3, tweede lid, onder a.

Hoofdstuk 6Overige bepalingen

Artikel 6.1Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 juni 2022.

  • 2.

    Deze regeling vervalt op 31 december 2024.

Artikel 6.2Intrekking

De Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2021 wordt ingetrokken.

Artikel 6.3Overgangsrecht

De bepalingen van de Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2021 blijven van toepassing op subsidies die vóór inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevraagd op basis van de Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2021.

Artikel 6.4Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling primair onderwijs Den Haag 2022.

Den Haag, 17 mei 2022

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Ilma Merx

de burgemeester,

Jan van Zanen

Ondertekening