Regeling vervallen per 21-10-2022

Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Horst aan de Maas

Geldend van 19-05-2022 t/m 20-10-2022 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2022

Intitulé

Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Horst aan de Maas

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas;

gelet op:

  • -

    titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2022;

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen op de Algemene beleidsregels inkomensondersteuning gemeente Horst aan de Maas.

besluit vast te stellen de volgende beleidsregels:

Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Horst aan de Maas

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas;

  • c.

    inkomen: totaal van het inkomen, zoals bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet;

  • d.

    peildatum: eerste dag van de maand van de aanvraag;

  • e.

    referteperiode: twee maanden voorafgaand aan de peildatum;

  • f.

    huishouden: zij die samen op hetzelfde adres wonen.

Artikel 2 Doelgroep eenmalige energietoeslag 2022

  • 1. De eenmalige energietoeslag 2022 van € 800 is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2. Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 3. Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120 % van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 4. Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet;

    • b.

      jonger is dan 21 jaar;

    • c.

      jonger is dan 27 jaar en aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000; of

    • d.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

Artikel 3 Ambtshalve toekenning

  • 1. Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

    • a.

      algemene bijstand ontvangen; of

    • b.

      een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ;

  • 2. ontvangen de eenmalige energietoeslag 2022 ambtshalve.

  • 3. De ambtshalve toekenning heeft ook betrekking op huishoudens die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet.

Artikel 4 Aanvraag

  • 1. Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2022 kunnen vanaf 5 april 2022 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier. Per huishouden kan één aanvraag worden ingediend door degene op wiens naam het energiecontract staat.

  • 2. De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via www.horstaandemaas.nl. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 3. Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 31 oktober 2022.

Artikel 5 Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 6 Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking op de dag na die van de bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2022.

  • 2. Deze beleidsregels vervallen op 1 januari 2023.

Artikel 7 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Horst aan de Maas.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 4 april 2022,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas,

De burgemeester,

drs. R.F.I. Palmen

De secretaris,

mr. L.M.C. Beckers

Toelichting

De beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022 staan niet op zich zelf, maar zijn gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.

In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ en ‘referteperiode’ is aansluiting gezocht bij het beleid dat daarvoor al in de gemeente geldt in de eigen beleidsregels bijzondere bijstand. Daar voorziet artikel 1 in.

Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW of IOAZ. Daar kan de gemeente andere groepen aan toe voegen, bijvoorbeeld personen die periodiek bijzondere bijstand ontvangen of een bijdrage op grond van gemeentelijke minimaregeling. Of dat mogelijk is zal afhangen van de vraag of de aanwezige gegevens voldoende zijn om vast te stellen dat zij op voorhand ook zullen voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2 en andere voorwaarden uit de Participatiewet.

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren (zie artikel 5) en hier zo nodig ook beleidsuitgangspunten voor te formuleren. De hardheidsclausule artikel 16 van de Participatiewet voorziet hier niet in.