Regeling vervallen per 11-12-2023

Mandaatregeling veiligheidsregio Zeeland 2015

Geldend van 15-04-2022 t/m 10-12-2023

Intitulé

Mandaatregeling veiligheidsregio Zeeland 2015

Het dagelijks bestuur successievelijk de voorzitter van Veiligheidsregio Zeeland;

overwegende dat:

  • Veiligheidsregio Zeeland zorg draagt voor de uitvoering van de taken als genoemd in de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland;

  • werken volgens het principe van integraal management bijdraagt aan een effectieve en efficiënte taakuitvoering door Veiligheidsregio Zeeland;

  • bijgedragen wordt aan het voeren van een effectief en efficiënt bestuur, wanneer als uitgangspunt wordt gehanteerd dat het mandateren van bevoegdheden waar mogelijk voorop dient te staan, zij het met inachtneming van daarbij te stellen regels;

  • voorts gelet op het bepaalde in Afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), gezien de verantwoordelijkheid voor het algemeen bestuur van Veiligheidsregio Zeeland, zoals bepaald in betreffende artikelen van de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland 2013;

  • het algemeen bestuur bij besluit van 16 april 2015 bevoegdheden tot regeling en bestuur op grond van artikel 14, lid 2 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland 2013 heeft overgedragen aan het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur kan deze bevoegdheden ondermandateren;

BESLUIT:

  • -

    met ingang van 16 april 2015 de Mandaatregeling Veiligheidsregio Zeeland 2013 in te trekken;

  • -

    vast te stellen de

MANDAATREGELING VEILIGHEIDSREGIO ZEELAND 2015

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit en de daarbij behorende bijlagen wordt verstaan onder:

  • a.

    Mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen als bedoeld in art. 10:1 Awb;

  • b.

    Ondermandaat: de door de mandaatgever aan de gemandateerde verleende bevoegdheid het mandaat door te mandateren aan een derde;

  • c.

    Mandaatgever: het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Zeeland;

  • d.

    Volmacht: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • e.

    Gemandateerde: de algemeen directeur;

  • f.

    Ondergemandateerde: de functionaris waaraan door de algemeen directeur een bevoegdheid is overgedragen;

  • g.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • h.

    Ondergeschikte: een ambtenaar in dienst van Veiligheidsregio Zeeland;

  • i.

    Ambtenaar:

    • 1.

      Ambtenaar in de zin van de CAR-UWO;

    • 2.

      De werknemer als bedoeld in artikel 2:5:1 van de CAR-UWO;

  • j.

    Opdracht: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die tussen een of meer ondernemers en de Veiligheidsregio Zeeland als aanbestedende dienst is gesloten en betrekking heeft op de uitvoering van werken, de levering van producten of de verlening van diensten;

  • k.

    Werken: het product van bouwkundige of civieltechnische werken, in hun geheel ertoe bestemd als zodanig een economische of technische functie te vervullen;

  • l.

    Levering: elke schriftelijke overeenkomst met een leverancier voor de aankoop, leasing, huur of het in huurkoop nemen (met of zonder koopoptie) van producten;

  • m.

    Diensten: iedere overeenkomst op het gebied van dienstverlening, die niet kan worden beschouwd als opdracht voor levering of werken.

In voorkomende gevallen en voor zover niet nader genoemd, zijn de begripsomschrijvingen bedoeld in artikel 1:1, lid 1 van de CAR-UWO van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2 Bevoegdheid

  • 1. Mandaat (of volmacht) wordt verleend aan de algemeen directeur zoals vermeld op de bij dit besluit behorende mandaatregister.

  • 2. De uitoefening van het mandaat wordt beperkt door de grenzen van het geformuleerde beleid, richtlijnen en instructies.

  • 3. Het mandaat of de volmacht strekt uitsluitend tot het genoemde onderwerp.

  • 4. De algemeen directeur heeft de bevoegdheden om het aan hem verleende mandaat als bedoeld in lid 1 over te dragen aan een ondergeschikte (ondermandaat).

  • 5. De overgedragen bevoegdheden als bedoeld in lid 4 worden bijgehouden in een submandaatregister dat jaarlijks door de algemeen directeur aan het bestuur ter kennisname wordt aangeboden.

  • 6. De bevoegdheid van de gemandateerde wordt voorbehouden aan het dagelijks bestuur, indien de bevoegdheid zou moeten worden uitgeoefend ten aanzien van hemzelf.

  • 7. De bevoegdheid van een ondergemandateerde wordt voorbehouden aan de gemandateerde, indien de bevoegdheid zou moeten worden uitgeoefend ten aanzien van hemzelf.

  • 8. Ten aanzien van bevoegdheden die financiële consequenties hebben, geldt dat hierin in de begroting moet zijn voorzien. Uitvoering van mandaat vindt plaats binnen de vigerende financiële bepalingen en regelingen.

  • 9. Indien van de mandaatbevoegdheid een onjuist gebruik wordt gemaakt, kan de mandaatgever een mandaatbevoegdheid intrekken of wijzigen.

  • 10. De gemandateerde of ondergemandateerde kan vervangen worden op de wijze als vermeld in de Organisatieverordening.

Artikel 3 Ondermandaat

  • 1. Ondermandaat wordt alleen verleend aan een ondergeschikte indien de aard van de bevoegdheid in verhouding staat tot de functionele positie van de ondergeschikte.

  • 2. De algemeen directeur is bevoegd om de door hem toegekende ondermandaten, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, in te trekken.

  • 3. Een overzicht van de door de algemeen directeur verleende ondermandaten wordt jaarlijks ter kennis gebracht aan het dagelijks bestuur.

Artikel 4 Volmacht en optreden in rechte

  • 1. Ambtenaren en niet-ondergeschikten kunnen worden gevolmachtigd om in naam van de Veiligheidsregio Zeeland privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

  • 2. In bestuursrechtelijke geschillen kunnen ambtenaren worden aangewezen om het bestuursorgaan in rechte te vertegenwoordigen, waarbij de volgende voorwaarden en beperkingen gelden:

    • a.

      De ambtelijke inbreng ter zitting bij de rechtbank, de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de Centrale Raad van Beroep of de Centrale Raad van Beroep voor het Bedrijfsleven bestaat uit het toelichten van het standpunt van het bestuursorgaan;

    • b.

      In procedures waarin een verweerschrift is ingediend als bedoeld in artikel 8:42, lid 1 Awb bestaat de ambtelijke inbreng uit het toelichten van dat verweerschrift;

    • c.

      De ambtenaar is bevoegd mee te werken aan een comparitie van partijen.

Artikel 5 Ondertekening

  • 1. Een in mandaat of volmacht genomen besluit vermeldt namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen.

  • 2. Tenzij in dit besluit of in de daarbij behorende bijlagen anders is bepaald, strekken de mandaten mede tot ondertekening van besluiten c.q. correspondentie.

  • 3. Een door de gemandateerde of ondergemandateerde binnen de grenzen van zijn bevoegdheid genomen besluit geldt als een besluit van de mandaatgever.

  • 4. Bij uitoefening van het mandaat ondertekent de gemandateerde op de volgende wijze:

    • Het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Zeeland,

      Namens deze,

      De algemeen directeur,

      [Naam]

      [handtekening]

  • 5. Bij uitoefening van het ondermandaat ondertekent de ondergemandateerde op de volgende wijze:

    • Het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Zeeland,

      Namens deze,

      De algemeen directeur,

      Voor deze,

      [Functie ondergemandateerde]

      [Naam ondergemandateerde]

      [handtekening]

  • 6. Bij uitoefening van volmacht ondertekent de gevolmachtigde op de volgende wijze:

    • De voorzitter van Veiligheidsregio Zeeland,

      Namens deze,

      [Functie gevolmachtigde]

      [Naam gevolgmachtigde]

      [handtekening]

Artikel 6 Uitgesloten van mandatering

  • 1. Geen mandaat wordt verleend van de bevoegdheid tot:

    • a.

      Het beslissen op een bezwaar aan degene die het primaire besluit krachtens mandaat heeft genomen;

    • b.

      Het geven van een oordeel over klachten;

    • c.

      Het vaststellen van beleidsregels.

  • 2. Geen mandaat wordt verleend aan personen die niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van de mandaatgever (niet-ondergeschikten).

Artikel 7 Bezwaar

Tegen een besluit genomen krachtens mandaat kan schriftelijk bezwaar worden ingediend bij het bevoegd bestuursorgaan.

Artikel 8 Slotbepaling

In alle gevallen waarin deze Regeling niet voorziet beslist het dagelijks bestuur van Veiligheidsregio Zeeland.

Artikel 9 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Mandaatregeling Veiligheidsregio Zeeland 2015’;

  • 2. De Mandaatregeling Veiligheidsregio Zeeland 2015 treedt in werking op 16 april 2015;

  • 3. De Mandaatregeling Veiligheidsregio Zeeland 2015 wordt minimaal een maal per 4 jaar (per beleidscyclus) geëvalueerd of zoveel eerder wanneer daar aanleiding toe is.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur d.d. 9 april 2015

De voorzitter,

J.A.H. Lonink

de secretaris,

G.J.M. Ruijs

Bijlage 1: Mandaatregister

 

Omschrijving bevoegdheid

Specifieke bepalingen

1.

Algemeen

 

1.1

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten m.b.t. het onderhoud van de bij VRZ in gebruik zijnde (on)roerende zaken.

Indien van toepassing een en ander conform de afgesproken dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de gemeente

1.2

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten m.b.t. de levering van diensten c.q. faciliteiten t.b.v. de VRZ (kantoorbenodigdheden c.a.).

 

1.3

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten m.b.t. levering van goederen.

 

1.4

Het beoordelen van verzoeken om informatie als bedoeld in de Wet Openbaarheid van Bestuur.

 

1.5

Het verstrekken van informatie ten aanzien van de onder het organisatieonderdeel ressorterende aangelegenheden.

Betreft informatie, niet zijnde een bestuurlijke aangelegenheid en niet zijnde operationele informatie tijdens een incident.

1.6

Het verzorgen van aangiften van schade bij verzekeringsmaatschappij.

Bestuur informeren bij een schadebedrag > €50.000.

1.7

Het doorgeven van mutaties in verzekerde objecten aan verzekeringsmaatschappijen.

 

2.

Uitvoering van taken ex artikel 6 Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland 2013

 

2.1

Het inventariseren van risico’s van branden, rampen en crises.

 

2.2

Het adviseren van het bevoegd gezag over risico's van branden, rampen en crises in de bij of krachtens de wet aangewezen gevallen alsmede in de gevallen die in het beleidsplan zijn bepaald.

 

2.3

Het adviseren van het college van burgemeester en wethouders over de brandweerzorg.

 

 

Omschrijving bevoegdheid

Specifieke bepalingen

2.4

Het voorbereiden op de bestrijding van branden en het organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing.

 

2.5

Het aanschaffen en beheren van gemeenschappelijk materieel.

 

2.6

Het inrichten en in stand houden van de informatievoorziening binnen de diensten van de veiligheidsregio en tussen deze diensten en de andere diensten en organisaties die betrokken zijn bij het voorbereiden op de bestrijding van branden en het organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing.

 

2.7

Het adviseren bij evenementenvergunningen.

 

3.

Financiële bevoegdheden

 

3.1

Het doen van uitgaven binnen de begroting en vastgestelde budgetten en aangaan van financiële verplichtingen.

 

3.2

Het verlenen van vergoedingen voor:

  • -

    Vervanging

  • -

    Overwerk

  • -

    Reis- en verblijfkosten

  • -

    Schade aan kleding of uitrusting

  • -

    Verplaatsingskosten

Voor het verlenen van deze vergoedingen aan de algemeen directeur is de voorzitter van het bestuur bevoegd.

3.3

Het toewijzen van budgetten.

 

3.4

Het verwerven van subsidies van andere overheden en voor het organisatieonderdeel bestemde specifieke uitkeringen.

 

3.5

Het verwerven van andere geraamde inkomsten.

 

3.6

Uitvoeringsbevoegdheid met betrekking tot verordeningen ex art. 212 en 213 Gemeentewet, vastgesteld door het bestuur van de Veiligheidsregio Zeeland.

 

4.

Rechtsgedingen, bezwaar, beroep.

 

 

Omschrijving bevoegdheid

Specifieke bepalingen

4.1

Het nemen van conservatoire maatregelen.

Gebruikmaking van dit mandaat dient te worden gemeld in de eerstvolgende vergadering van het dagelijks bestuur.

4.2

Het voeren van rechtsgedingen in eerste aanleg, kort geding en voeging in strafzaken.

Gebruikmaking van dit mandaat dient te worden gemeld in de eerstvolgende vergadering van het dagelijks bestuur.

4.3

Het maken van bezwaar resp. instellen van beroep, indien ingevolge wettelijk voorschrift een dergelijk recht aan het dagelijks bestuur toekomt.

Gebruikmaking van dit mandaat dient te worden gemeld in de eerstvolgende vergadering van het dagelijks bestuur.

4.4

Het nemen van een besluit tot verdaging van te nemen beschikking op bezwaarschriften.

Gebruikmaking van dit mandaat dient te worden gemeld in de eerstvolgende vergadering van het dagelijks bestuur.

5.

Organisatie

 

5.1

Inrichting van organisatie-eenheden binnen de hoofdstructuur.

 

5.2

Uitbesteding van werkzaamheden aan externe organisaties.

Betreft aanvragen van advies en eenmalige verzoeken.

5.3

Het openstellen van vacatures voor personeel.

 

5.4

Het inhuren van tijdelijk personeel als bedoeld in de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland.

 

6.

Personeel

 

6.1

Het aannemen van personeel.

Het benoemen, schorsen en ontslaan van de algemeen directeur, directeur publieke gezondheid en directeur meldkamer is een bevoegdheid van het algemeen bestuur.

6.2

Het verlenen van ontslag of beëindigen van een arbeidsovereenkomst.

 

6.3

Het vaststellen van functiebeschrijvingen.

 

6.4

Het opleggen van de verplichting om in het belang van de dienst tijdelijk ander werk te verrichten/tijdelijke werkzaamheden te verrichten buiten de geldende werktijden/zich ter beschikking houden buiten de vastgestelde werktijden.

 

6.5

Het opleggen van de verplichting om in tijden van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden andere werkzaamheden te verrichten dan die welke hij gewoonlijk verricht.

 

6.6

Het toekennen van de functie- en uitlooprang.

 
 

Omschrijving bevoegdheid

Specifieke bepalingen

6.7

Het verstrekken van voorschotten op het salaris.

Indien het salaris niet conform de geldende rechtspositieregeling wordt gestort, kan worden overgegaan tot het betalen van een voorschot.

6.8

Het verlenen van verlof.

 

6.9

Het verlenen van studiefaciliteiten.

 

6.10

Het verlenen van een jubileumgratificatie.

 

6.11

Disciplinaire straffen, met uitzondering van niet eervol ontslag als bedoeld in artikel 8:7, onder e van de CAR-UWO.

 

7.

Privaatrechtelijke rechtshandelingen (volmacht)

 

7.1

Volmacht voor het ondertekenen van privaatrechtelijke overeenkomsten e.d.

anders dan notariële akten. 

Bevoegde bestuursorgaan is de voorzitter.

8.

Overig

 

8.1

Beslissen op verzoeken om ontheffing van het verbod om gevaarlijke stoffen te vervoeren als bedoeld in de Mandaatregeling ontheffingsverlening routering gevaarlijke stoffen.

Mandaat is verleend door het college van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente. Ondertekening geschiedt als volgt:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

[naam gemeente],

Namens deze,

De algemeen directeur,

[naam]

[handtekening]

Bijlage 2 Submandaatregister 2015

 

Omschrijving bevoegdheid

Submandaat aan:

Specifieke bepalingen

1.

Algemeen

 
 

1.1

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten

m.b.t. het onderhoud van de bij VRZ in gebruik zijnde (on)roerende zaken.

Teamleider Facilitair

Teamleider MTL

Met inachtneming van hetgeen in de budgethoudersregeling is aangegeven

1.2

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten

m.b.t. de levering van diensten c.q. faciliteiten t.b.v.

de VRZ (kantoorbenodigdheden c.a.).

Teamleider Facilitair

Teamleider MTL

 

1.3

Het sluiten en ondertekenen van overeenkomsten m.b.t. levering van goederen.

Teamleider Facilitair

Teamleider MTL

 

1.4

Het beoordelen van verzoeken om informatie als bedoeld in de Wet Openbaarheid van Bestuur.

Afdelingsmanager bedrijfsvoering

 

1.5

Het verstrekken van informatie ten aanzien van de onder het organisatieonderdeel ressorterende aangelegenheden.

Afdelingsmanager

 

1.6

Het verzorgen van aangiften van schade bij verzekeringsmaatschappij.

Afdelingsmanager bedrijfsvoering

 

1.7

Het doorgeven van mutaties in verzekerde objecten aan verzekeringsmaatschappijen.

Teamleider Facilitair

 

2.

Uitvoering van taken ex artikel 6

Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland 2013

 
 

2.1

Het inventariseren van risico’s van branden, rampen en crises.

Afdelingsmanager Risico- en Crisisbeheersing

Inventarisatie wordt periodiek ter kennis gebracht aan het bestuur door tussenkomst van de veiligheidsdirectie

2.2

Het adviseren van het bevoegd gezag over risico's van branden, rampen en crises in de bij of krachtens de wet aangewezen gevallen alsmede in de gevallen die in het beleidsplan zijn bepaald.

Afdelingsmanager Risico- en Crisisbeheersing

 

 

Omschrijving bevoegdheid

Submandaat aan:

Specifieke bepalingen

2.3

Het adviseren van het college van burgemeester en wethouders over de brandweerzorg.

Afdelingsmanager Brandweer

 

2.4

Het voorbereiden op de bestrijding van branden en het organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing.

Afdelingsmanager Brandweer

Afdelingsmanager Risico- en

Crisisbeheersing

Ieder voor de aan de afdeling opgedragen taken

2.5

Het aanschaffen en beheren van gemeenschappelijk materieel.

Teamleider MTL

Teamleider Facilitair

Met in achtneming van hetgeen vermeld onder 1.1, 1.2 en 1.3

2.6

Het inrichten en in stand houden van de informatievoorziening binnen de diensten van de veiligheidsregio en tussen deze diensten en de andere diensten en organisaties die betrokken zijn bij het voorbereiden op de bestrijding van branden en het organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing.

Afdelingsmanager Risico- en Crisisbeheersing

 

2.7

Het adviseren bij evenementenvergunningen.

Afdelingsmanager Risico- en Crisisbeheersing

Uitgebrachte adviezen worden periodiek ter kennis gebracht aan de veiligheidsdirectie

3.

Financiële bevoegdheden

 
 

3.1

Het doen van uitgaven binnen de begroting en vastgestelde budgetten en aangaan van financiële verplichtingen.

Afdelingsmanagers

Met in achtneming van hetgeen vermeld in de budgethoudersregeling.

3.2

Het verlenen van vergoedingen voor:

  • -

    Vervanging

  • -

    Overwerk

  • -

    Reis- en verblijfkosten

  • -

    Schade aan kleding of uitrusting

  • -

    Verplaatsingskosten

Afdelingsmanagers

Operationeel managers

Teamleiders

Van toepassing op het onder directe leiding staande personeel.

 

Omschrijving bevoegdheid

Submandaat aan:

Specifieke bepalingen

3.3

Het verwerven van subsidies van andere overheden en voor het organisatieonderdeel bestemde specifieke uitkeringen.

Afdelingsmanagers

 

3.4

Het verwerven van andere geraamde inkomsten.

Afdelingsmanagers

 

6.

Personeel

 
 

6.1

Het verstrekken van voorschotten op het salaris.

Teamleider HRM

Indien het salaris niet conform de geldende rechtspositieregeling wordt gestort, kan worden overgegaan tot het betalen van een voorschot.

6.2

Het verlenen van verlof.

Afdelingsmanagers

Operationeel managers

Teamleiders