Nadere regels uitstallingen Centrum Horst

Geldend van 15-04-2022 t/m heden

Intitulé

Nadere regels uitstallingen Centrum Horst

Burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas;

overwegende dat het in het kader van uitstallingen binnen het centrum van Horst gewenst is in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels te stellen ter bescherming van het bepaalde in artikel 2:1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Fysieke Leefomgeving Gemeente Horst aan de Maas;

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet en artikel 2:1, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Fysieke Leefomgeving Gemeente Horst aan de Maas;

besluiten:

vast te stellen de: Nadere regels uitstallingen Centrum Horst

Artikel 1. Definities

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • 1.

    Uitstalling: alles wat aan de entreezijde van panden met het uiterlijk van een onderneming ter bevordering van de verkoop en/of ter verstrekking aan het publiek aan zaken, diensten, goederen en/of stoffen, die in de bijbehorende onderneming tot het gebruikelijke assortiment behoren, op, aan of boven een openbare plaats wordt uitgestald of opgehangen. Hieronder vallen: kledingrekken, uitzoekbakken en dergelijke, reclameborden, decoratiemateriaal en overige zaken zoals (elektronische) hobbelautomaten. Onder een uitstalling wordt mede verstaan (brom)fietsen of andere voertuigen van een onderneming met het kennelijke doel om goederen van die onderneming te bezorgen of om reclame te maken.

  • 2.

    Uitstalling categorie A: winkelartikelen die op, aan of boven een openbare plaats te kijk van het publiek worden gesteld. Bijvoorbeeld in de vorm van kleding- en schoenrekken, vis- en broodkarren, rekken voor het uitstallen van fruit, groenten, kaarten, bloemen en planten, uitzoekbakken, uitstaltafels, manden, woonaccessoires etc, waarvan de feitelijke verkoop binnen in de winkel/onderneming plaatsvindt.

  • 3.

    Uitstalling categorie B: reclame en overige uitstallingen die niet bedoeld zijn voor de verkoop – zoals sandwichborden waarmee handelsreclame wordt gemaakt, reclameborden, beachflags, speeltoestellen/hobbelbeesten voor gebruik ter plekke door kinderen, bloempotten, etc. Lopers zonder reclame uitingen vallen niet onder de definitie van uitstallingen.

  • 4.

    Onderneming: elke onderneming of instelling zoals een winkel of horeca-onderneming.

  • 5.

    Beachflag: stuk doek of ander flexibel materiaal om uit te stallen, waarop tekens of decoratieve ontwerpen zijn geschilderd, geborduurd of gedrukt. Het banier of de beachflag heeft een voet met aan de zijkant en/of bovenkant een draagstok.

Artikel 2. Toepassingsbereik

  • 1. Deze nadere regels zijn van toepassing op uitstallingen binnen het centrum van Horst zoals weergegeven op de bij deze regels behorende kaart (bijlage 1). Deze uitstallingen zijn vergunningsvrij als aan de nadere regels wordt voldaan.

  • 2. Deze nadere regels zijn niet van toepassing op meubilair ten behoeve van een terras (artikel 2:8 APV), zoals stoelen, banken, tafels en dergelijke. Terrassen vallen onder de ‘Nadere regels plaatsing terrassen op of aan de weg’. Zitelementen die ondernemers bij hun pand plaatsen als zijnde een uitstalling en waar geen dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt vallen wel onder de ‘Nadere regels uitstallingen Centrum Horst’.

  • 3. Deze nadere regels zijn niet van toepassing op standplaatsen (artikel 4:2 APV). Standplaatsen vallen onder de ‘Beleidsregels standplaatsen gemeente Horst aan de Maas’. Een uitstalling is niet gelijk aan een standplaats. Van een standplaats is sprake indien de verkoopactiviteit ter plekke, buiten in de openbare ruimte plaatsvindt. Bij een uitstalling zijn de te verkopen waren weliswaar uitgestald, maar vindt de feitelijke verkoopactiviteit in het pand plaats. Een uitstalling is voor ondernemers vooral bedoeld om de aandacht op het pand/de winkel te vestigen en de consument te bewegen tot het doen van aankopen in het pand.

Artikel 3. Algemene criteria uitstallingen

  • 1. Een uitstalling wordt direct tegen de gevel geplaatst.

  • 2. Een uitstalling wordt voor het eigen (winkel)pand geplaatst.

  • 3. Er mag maximaal 1 uitstalling per pand geplaatst worden. Dit betekent 1 uitstalling categorie A of 1 uitstalling categorie B, niet allebei.

  • 4. Bij een grotere gevelbreedte dan 7 meter zijn maximaal 2 uitstallingen toegestaan. Dit kunnen 2 uitstallingen categorie A zijn, 2 uitstallingen categorie B of 1 uitstalling categorie A en 1 uitstalling categorie B.

  • 5. Aanvullend aan het maximum van 1 of 2 uitstallingen per pand zoals genoemd in het derde en vierde lid mogen eet- en/of drinkgelegenheden één prullenbak plaatsen.

  • 6. Aanvullend aan het maximum van 1 of 2 uitstallingen per pand zoals genoemd in het derde en vierde lid mogen maximaal 2 extra uitstallingen categorie B geplaatst worden als dit bloem-/plantenpotten of bloem-/plantenbakken zonder reclame uitingen zijn. Dit ter verfraaiing en vergroening van het centrum.

  • 7. Een uitstalling mag uitsluitend aanwezig zijn indien een vrije doorgang van tenminste 4,50 meter gewaarborgd is.

  • 8. Het vorige lid is niet van toepassing indien sprake is van een weg/trottoir die niet begaanbaar is voor gemotoriseerd verkeer op meer dan twee wielen, ook niet voor gemotoriseerde hulpdiensten op meer dan twee wielen. In dat geval is een vrije doorgang van tenminste 1,50 meter voldoende. Als het centrum is afgesloten in verband met de weekmarkt of andere activiteiten, maar wel toegankelijk is voor hulpdiensten, geldt dus wel een vrije doorgang van 4,50 meter.

  • 9. Indien de vrije doorgang door onvoorziene omstandigheden wordt belemmerd dient de uitstalling meteen te worden verwijderd.

  • 10. De toegankelijkheid van de onderneming moet altijd gewaarborgd blijven voor (minder) valide verkeersdeelnemers.

  • 11. Een uitstalling mag (nood)uitgangen niet belemmeren.

  • 12. Uitstallingen in portieken / eigen terrein zijn toegestaan mits er sprake is van een veilige doorgang van in-/(nood)uitgangen.

  • 13. Uitstallingen zijn niet duurzaam verenigd met het pand of de stoep en straat, dus niet vastgezet, en zijn verplaatsbaar.

  • 14. Een uitstalling mag niet aan een luifel worden opgehangen.

  • 15. Een uitstalling mag niet worden geplaatst binnen een straal van 1 meter van een (ondergrondse) brandkraan of een vergelijkbare voorziening.

  • 16. Verwijzingsborden naar een andere straat, locatie of onderneming zijn verboden.

  • 17. Een uitstalling mag niet worden voorzien van geluid, neonverlichting of bewegende onderdelen, met uitzondering van hobbelbeesten/speeltoestellen voor gebruik ter plekke door kinderen.

  • 18. Uitstallingen mogen niet aanwezig zijn buiten de openingstijden van de winkel/het bedrijf.

  • 19. Uitstallingen moeten op eerste aanzegging van het bevoegd gezag worden verwijderd als dat noodzakelijk is voor de aanleg of wijziging van openbare nutsvoorzieningen, in het belang van de openbare orde of veiligheid dan wel ter realisering van gemeentelijke plannen of in verband met gemeentelijke werkzaamheden aan de openbare weg.

Artikel 4. Criteria Uitstalling categorie A

  • 1. Maximaal 1 meter diep vanaf gevel, maximaal 2 meter breed en maximaal 2 meter hoog, inclusief waren.

  • 2. Reclame-uitingen op deze uitstalling: max 1 meter breed x 1 meter diep x 1,50 meter hoog.

  • 3. In afwijking van de maximaal toegestane hoogte in het eerste lid mogen beachflags maximaal 2,50 meter hoog zijn.

  • 4. In afwijking van het eerste lid mogen verse bloemen, verse planten, verse groente en vers fruit over de volle breedte van het pand, maximaal 1,50 meter diep en maximaal 2 meter hoog worden uitgestald, inclusief waren. Bij hoekpanden is dit langs twee gevels toegestaan.

Artikel 5. Criteria Uitstalling categorie B

  • 1. Maximaal 1 meter diep vanaf gevel, maximaal 1 meter breed en maximaal 1,50 meter hoog.

  • 2. Als men een uitstalling categorie B wil plaatsen bij een onderneming waar ook een terras is toegestaan en feitelijk geplaatst, is het verplicht deze uitstalling op het terras te plaatsen.

Artikel 6. Hardheidsclausule

Het college is bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van deze nadere regels naar haar oordeel tot een risico voor de veiligheid of onevenredige benadeling van de ondernemer leidt, af te wijken van deze nadere regels.

Artikel 7. Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na bekendmaking.

Artikel 8. Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels uitstallingen Centrum Horst.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 4 april 2022.

Burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas,

De burgemeester,

drs. R.F.I. Palmen

De secretaris,

mr. L.M.C. Beckers

BIJLAGE 1

Ondernemingen gelegen aan de blauw gearceerde straten en/of pleinen vallen binnen het gebied waarop deze nadere regels van toepassing zijn.

afbeelding binnen de regeling