Regeling vervallen per 01-01-2024

Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2023

Geldend van 23-03-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam;

gelezen het voorstel van de wethouder Mobiliteit, Jeugd en Taal van

15 maart 2022 registratienummer M2202-5741; 22bb2415.

gelet op artikel 3, derde lid, artikel 4, tweede lid, artikel 5, tweede lid, artikel 6, tweede lid, artikel 7, derde lid, artikelen 11, 12 en artikel 14 van de SVR 2014;

overwegende, dat het gewenst is om de inzet van preventieve innovaties en effectieve preventieve interventies die gericht zijn op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij jeugdigen en ouders, bijdragend aan veilig, gezond en kansrijk opgroeien, op het gebied van lokaal jeugdbeleid, te stimuleren;

besluit:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • beleidsnotitie: Beleidsnotitie Subsidiekader Jeugdpreventie 2023 ‘Versterken en Voorkomen’ van 15 maart 2022;

  • college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam;

  • gebied: gebied als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Verordening op de Wijkraden 2022;

  • jeugdpreventie: het geheel van preventieve innovaties en preventieve interventies die gericht zijn op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij jeugdigen en ouders, bijdragend aan veilig, gezond en kansrijk opgroeien;

  • ouder: ouder of verzorger dan wel aanstaande ouder of verzorger van de jeugdige;

  • preventieve innovaties: eenmalige nieuwe aanpakken die bijdragen aan de doelen van de beleidsnotitie en deze subsidieregeling;

  • preventieve interventies: jaarlijkse universele, selectieve of geïndiceerde aanpakken;

  • wijkprogrammering: methodiek die het college gebruikt om het aanbod in een wijk passender te maken bij de opgaven van de wijk.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidie voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3 Te subsidiëren activiteiten

  • 1. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij jeugdigen die betrekking hebben op:

    • a.

      het versterken van sociaal-emotionele vaardigheden van jeugdigen;

    • b.

      het voorkomen en terugdringen van psychosociale problematiek bij jeugdigen;

    • c.

      het voorkomen van problematiek bij jeugdigen met ouders met psychische problemen, een verslaving of een verstandelijke beperking;

    • d.

      het versterken van opvoedvaardigheden van ouders; of

    • e.

      het voorkomen en terugdringen van middelengebruik en verslaving bij alle jeugdigen met extra aandacht voor risicogroepen.

  • 2. Deze activiteiten voldoen bij een innovatie ten minste aan één van de volgende criteria:

    • a.

      er wordt een bestaande effectieve preventieve interventie eenmalig doorontwikkeld ten behoeve van:

      • een nieuwe groep jeugdigen; of

      • een nieuwe setting in de wijk, school, thuis of online;

    • b.

      er wordt een effectieve preventieve interventie uit het buitenland aangepast aan de Nederlandse context, of voor zover van toepassing, aan de Rotterdamse context;

    • c.

      er wordt een pilot uitgevoerd op basis van de resultaten van een Walstroomlab-innovatieplatform waar aanbieders van jeugdpreventie, beleid en wetenschap samenwerken aan complexe ontwikkelvragen;

    • d.

      er worden activiteiten uitgevoerd die aansluiten op eerdere identieke activiteiten, waarbij geldt dat deze aaneengesloten activiteiten geen langere periode bestrijken dan twee kalenderjaren.

Artikel 4 Doelgroep

Subsidie kan worden verstrekt aan aanbieders met rechtspersoonlijkheid die preventieve innovaties of preventieve interventies bieden aan:

  • a.

    jeugdigen tot en met 17 jaar en hun ouders woonachtig in de gemeente Rotterdam;

  • b.

    jeugdigen tot en met 17 jaar die voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs volgen aan een school in Rotterdam, niet in Rotterdam woonachtig zijn, en hun ouders;

  • c.

    jeugdigen tot en met 22 jaar die, ongeacht hun woonplaats, onderwijs volgen aan een school in Rotterdam en verdovende middelen gebruiken; of

  • d.

    ouders van ongeboren jeugdigen vanaf 12 maanden voor de bevalling voor zover subsidie voor opvoedvaardigheden wordt verstrekt.

Artikel 5 Subsidiabele kosten

Uitsluitend de volgende kosten komen voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    loonkosten in verband met de inzet van gekwalificeerde medewerkers, volgens de van toepassing zijnde gemiddelde cao-conforme uurtarieven;

  • b.

    kosten verbonden aan de benodigde locatie die een directe relatie hebben met de gesubsidieerde activiteiten;

  • c.

    materiaal- en activiteitkosten voor zover deze een directe relatie hebben met de gesubsidieerde activiteiten.

Artikel 6 Subsidieplafond

Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 een subsidieplafond van € 11.487.860. Dit bedrag is uitgesplitst naar de volgende deelplafonds:

  • a.

    € 625.000 voor preventieve innovaties;

  • b.

    € 10.862.860 voor preventieve interventies.

Artikel 7 Wijze van verdeling

  • 1. De verstrekking van de subsidies voor preventieve innovaties geschiedt op basis van de door het college aangebrachte rangschikking, genoemd in artikel 9, tweede lid, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt. Hierbij geldt dat eerdere, complete aanvragen die voldoen aan de beoordelingscriteria voorrang hebben op latere, complete aanvragen.

  • 2. De verstrekking van de subsidies voor preventieve interventies geschiedt op basis van de door het college aangebrachte rangschikking, genoemd in artikel 9, eerste lid, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Artikel 8 Aanvraag

  • 1. Subsidieaanvragen worden elektronisch ingediend door invulling van het door het college vastgestelde aanvraagformulier op de website https://www.rotterdam.nl/loket/subsidie-jeugdpreventie-2023/.

  • 2. Subsidie voor preventieve innovatie kan uitsluitend voor een periode van maximaal één kalenderjaar worden aangevraagd.

Artikel 9 Beoordelingscriteria

  • 1. De subsidieaanvragen voor een preventieve innovatie worden beoordeeld op:

    • a.

      de meerwaarde van de nieuwe aanpak ten opzichte van reeds bestaande onderbouwde en effectieve aanpakken;

    • b.

      de mate waarin de nieuwe aanpak bijdraagt aan de doelen en factoren van de beleidsnotitie;

    • c.

      de kwaliteit van uitvoering;

    • d.

      de kosten van de nieuwe aanpak;

    • e.

      de mate waarin de nieuwe aanpak aansluit bij de behoefte en problematiek in het gebied of de wijk waarop deze is gericht en bijdraagt aan de geformuleerde maatschappelijke doelen of beoogde resultaten per wijk.

  • 2. De subsidieaanvragen voor een preventieve interventie worden beoordeeld op:

    • a.

      de mate waarin de aanpak bijdraagt aan de doelen, factoren en subsidiethema’s van de beleidsnotitie;

    • b.

      de mate van effectiviteit van de aanpak die wordt bepaald door het voorkomen in en de beoordeling door één van de landelijke databanken met effectieve interventies, genoemd in bijlage 2;

    • c.

      de kwaliteit van uitvoering;

    • d.

      de kosten van de aanpak;

    • e.

      de mate waarin de aanpak aansluit bij de behoefte en problematiek in het gebied of de wijk waarop deze is gericht en bijdraagt aan de geformuleerde maatschappelijke doelen of beoogde resultaten per wijk;

    • f.

      de mate waarin de aanpak bijdraagt aan een evenwichtig aanbod aan jeugdpreventie in Rotterdam met daarbij een goede verdeling over:

      • de in de beleidsnotitie genoemde subsidiethema’s;

      • universele, selectieve en geïndiceerde vormen van preventie;

      • de verschillende wijken en gebieden van de stad.

Artikel 10 Subsidieverplichtingen

Voor de subsidieontvanger gelden de volgende verplichtingen:

  • a.

    de subsidieontvanger zet bij de feitelijke uitvoering van de werkzaamheden uitsluitend professionals en vrijwilligers met een Verklaring Omtrent het Gedrag in die bij de aanvang van de werkzaamheden niet ouder mag zijn dan drie maanden;

  • b.

    de subsidieontvanger informeert de organisatie die de jeugdige voor de interventie van de subsidieontvanger heeft aangemeld tijdig als de complexiteit van de problematiek te groot is voor zijn interventie, als het traject tussentijds wordt beëindigd of als het traject wordt afgerond;

  • c.

    de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie werkt er op eerste verzoek van het college onverwijld aan mee dat de resultaten voortvloeiend uit hetgeen met de subsidie is gefinancierd, voor de gemeente en derden vrij toegankelijk worden gemaakt, door in ieder geval mee te werken aan het tot stand komen van een overeenkomst waarin aan het college om niet wordt verleend:

    • een alomvattend, eeuwigdurend, onherroepelijk, ongelimiteerd, niet aan een specifiek doel gebonden, gebruiks-, verveelvoudigings-, openbaarmakings- en wijzigingsrecht op alle, al dan niet afgeronde, resultaten voortvloeiend uit hetgeen direct, indirect, deels of volledig met de subsidie is gefinancierd; en

    • het niet in omvang beperkte recht om derden, waaronder in ieder geval begrepen, inwoners, samenwerkingspartners en uitvoeringsorganisaties, sub-licenties te verlenen op het gebruik van de, al dan niet doorontwikkelde of door hen door te ontwikkelen, resultaten, zonder enige tegenwerping van intellectuele-eigendomsrechten.

  • d.

    de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie verzoekt na afloop van de innovatieperiode erkenning door een landelijke databank als bedoeld in bijlage 2 op minimaal het niveau theoretisch goed onderbouwd, of start een wetenschappelijk onderzoek dat gericht is op erkenning van de innovatie.

Artikel 11 Verantwoording en monitoring

  • 1. De subsidieontvanger levert, de monitoringsitems, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling, gelijktijdig aan met de eindrapportage en eventuele tussentijdse rapportages.

  • 2. De subsidieontvanger levert bij de eindrapportage en eventuele tussentijdse rapportages, een overzicht van de gerealiseerde resultaten ten opzichte van de totaal gesubsidieerde resultaten en een prognose voor de resterende periode in, waarbij wordt beschreven:

    • a.

      in hoeverre de resultaten hebben geleid tot gewenste effecten en daarmee hebben bijgedragen aan het maatschappelijk resultaat;

    • b.

      op welke wijze monitoringsitems hebben geleid tot leren en verbeteren van resultaten ten behoeve van het maatschappelijk resultaat.

  • 3. De subsidieontvanger levert de monitoringsitems geanonimiseerd aan op wijkniveau, buurtniveau, locatieniveau of individueel niveau.

  • 4. De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk schriftelijk melding aan het college indien:

    • a.

      niet alle monitoringsitems kunnen worden geleverd;

    • b.

      het aanleveren van bepaalde monitoringsitems volgens de subsidieontvanger niet bijdraagt aan het doel om inzicht te geven in de resultaten, het bereik en de effecten van de activiteiten en het leereffect;

    • c.

      volgens de subsidieontvanger relevante monitoringsitems ontbreken.

  • 5. De ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie, levert bij de eindrapportage een theoretisch goed onderbouwde beschrijving van de aanpak of interventie in. Daarnaast levert deze subsidieontvanger een update van de voortgang in, dan wel het resultaat van indiening van de interventie bij een landelijke databank voor effectieve interventies, genoemd in bijlage 2 van deze regeling.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2024.

  • 2. Deze regeling blijft van toepassing op subsidies verstrekt op grond van deze regeling en op volledige aanvragen om subsidie die zijn ingediend voor de vervaldatum van deze subsidieregeling.

Artikel 13 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2023.

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIR): 010-417 2514 of bir@rotterdam.nl

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 15 maart 2022.

De secretaris,

V.J.M. Roozen

De burgemeester,

A. Aboutaleb

Bijlage 1 - Monitoringsitems als bedoeld in artikel 12 van de Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2023

Individuele/ groepsinterventies

Gezinsinterventies

Schoolinterventies op klasniveau

Naam interventie

Naam interventie

Naam interventie

Groepsinterventies: aantal kinderen

Aantal ouders

Leerjaar

Per kind:

Aantal kinderen

Aantal kinderen

Geboortejaar

Geboortejaar jongste, geboortejaar oudste

School/wijk

Geslacht

Geslacht kind(eren)

Startdatum

 
 

Einddatum

Opleidingsniveau kind(eren)

Opleidingsniveau kind(eren)

Aantal sessies/lessen

Wijk

Wijk

 

Aangemeld door

Aangemeld door

 

Reden aanmelding

Reden aanmelding

 

Startdatum interventie

Startdatum interventie

 

Einddatum interventie

Einddatum interventie

 

Aantal gesprekken/sessies

Aantal gesprekken/sessies

 

Uren

Uren

 

Afgerond ja/nee

Afgerond ja/nee

 

Voortijdig beëindigd

Voortijdig beëindigd

 

Reden beëindiging

Reden beëindiging

 

Doorverwezen ja/nee

Doorverwezen ja/nee

 

Doorverwezen naar

Doorverwezen naar

 

Cliënttevredenheid

Cliënttevredenheid

 
 
 
 

Per interventie benoemen:

Per interventie benoemen:

Per interventie benoemen:

Toegepaste interventies binnen werkwijze

Toegepaste interventies binnen werkwijze

Toegepaste interventies binnen werkwijze

Problematiek

Problematiek

Problematiek

Ernst problematiek

Ernst problematiek

Ernst problematiek

Doelen: afhankelijk van interventie

Doelen: afhankelijk van interventie

Doelen: afhankelijk van interventie

Resultaat: afhankelijk van interventie

Resultaat: afhankelijk van interventie

Resultaat: afhankelijk van interventie

Bijlage 2 - Overzicht van landelijke databanken met effectieve interventies als bedoeld in artikel 10 van de Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2023

Thema's

Beheerder

Databank

Leefstijlinterven-ties

RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, afdeling Gezond Leven

Interventiedatabase Loketgezondleven

Jeugd: Gewone opvoeding en ontwikkeling

Nederlands Jeugdinstituut (NJi Nederlands Jeugdinstituut )

Databank Effectieve Jeugd interventies

Jeugdgezondheidszorg en preventie jeugd

Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ))

Interventiebibliotheek NCJ

Sport en bewegen

Bewegen (Kenniscentrum Sport & Bewegen) i.s.m. RIVM Centrum Gezond Leven

Sport- en beweeginterventies

Welzijn, participatie, sociale zorg

Movisie; Landelijk Kennisinstituut Sociale Vraagstukken

Databank Effectieve sociale interventies

Langdurende zorg

Vilans

Databank langdurende zorg

Langdurige GGZ Geestelijke gezondheidszorg

Trimbos

Overzicht erkende interventies

E-health

GGD Gemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst GHOR Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio Nederland en alle GGD'en

GGD Appstore

Algemene toelichting

Rotterdamse kinderen en jongeren groeien kansrijk, veilig en gezond op. Dat is sinds 2015 dé ambitie die Rotterdam heeft voor de jeugd. In dat jaar werd de basis voor het huidige jeugdbeleid gelegd met het Beleidskader Jeugd ‘Rotterdam Groeit’. De gemeente zet daarbij in op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek. In de Beleidsnotitie Subsidiekader Jeugdpreventie 2023 ‘Versterken en Voorkomen’ is vervolgens bepaald dat we dit doen door effectieve preventieve inzet te subsidiëren via deze Subsidieregeling. De inzet is gericht op beschermende factoren en risicofactoren die volgens de wetenschap een rol spelen in de ontwikkeling van kinderen en jongeren, zoals bijeengebracht in het Rotterdamse Factorenmodel waarbij effectiviteit en onderbouwing voorop staan.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Dit artikel bevat de definities van de veelvoorkomende begrippen in de regeling die voor het begrip van deze regeling van belang zijn.

Artikel 2 Toepassingsbereik

In dit artikel wordt aangegeven dat deze subsidieregeling uitsluitend van toepassing is op het stimuleren van effectieve preventieve interventies, of preventieve innovaties op het gebied van lokaal jeugdbeleid. Dit geschiedt door middel van verstrekking van subsidie voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Daarnaast wordt aangegeven dat geen subsidie verstrekt wordt voor activiteiten die in aanmerking komen voor andere inkooptrajecten of subsidieregelingen van de gemeente Rotterdam of waarvoor landelijke wettelijke vergoedingen van toepassing zijn.

Thema’s die en bijbehorend aanbod dat uitdrukkelijk niet onder het Subsidiekader Jeugdpreventie vallen, zijn:

  • Jeugdhulp

  • Onderwijsbeleid ‘Gelijke kansen voor elk talent’

  • Universele aanpakken, interventies en innovaties in het primair onderwijs, die gericht zijn op het versterken van sociaal emotionele vaardigheden

  • Hulp bij of voorkomen van voortijdig schoolverlaten

  • Mentoringtrajecten

  • Welzijn

  • Gebiedsgerichte interventies die vanuit Couleur Locale worden gefinancierd

  • Rechtshulp en mediation

  • Schoolmaatschappelijk werk en voorschoolmaatschappelijk werk

  • Sociaal-medische indicaties en Kinderopvang plus

  • ‘Positive Behavior Support (PBS) in de Wijk’

  • Zorg op basis van de zorgverzekeringswet

  • De jeugdgezondheidszorg (JGZ), Rijksvaccinatieprogramma en het aanvullend preventief pakket van het CJG

Artikel 3 Te subsidiëren activiteiten

Het college wenst alleen preventieve innovaties of preventieve interventies te subsidiëren die gericht zijn op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij de doelgroep jeugdigen en ouders binnen en buiten Rotterdam.

Hierbij kan een pilot worden uitgevoerd op basis van een walstroomlab, een innovatieplatform waaraan aanbieders van jeugdpreventie complexe ontwikkelvragen en uitdagingen kunnen voorleggen om samen met beleid en wetenschap tot concrete aanpakken te komen.

Subsidie voor preventieve innovatie kan maximaal in twee opeenvolgende kalenderjaren worden verstrekt voor dezelfde innovatie.

Artikel 4 Doelgroep

Het is de wens van het college om alleen subsidie te verstrekken aan rechtspersonen die preventieve aanpakken of interventies uitvoeren. Het gaat hierbij primair om een aanbod voor jeugdigen tot 18 jaar uit de gemeente Rotterdam of om universeel preventief aanbod voor jeugdigen die naar Rotterdamse scholen voor voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs gaan, maar zelf niet in Rotterdam wonen en hun ouders. Als uitzondering houdt het college bij het subsidiethema opvoedvaardigheden de mogelijkheid open voor inzet voor ouders van ongeboren jeugdigen vanaf 12 maanden voor de bevalling. Bij het subsidiethema middelengebruik is een aanbod mogelijk voor jeugdigen tot 23 jaar.

Artikel 5 Subsidiabele kosten

Het college onderscheidt een drietal categorieën subsidiabele kosten. Deze staan in dit artikel vermeld.

Artikel 6 Subsidieplafond

Tegen de achtergrond van de eindigheid van de voor 2023 beschikbare middelen, heeft het college voor de preventieactiviteiten een subsidieplafond vastgesteld. Dit valt uiteen in een tweetal deelplafonds, dat is vermeld in artikel 6.

Artikel 7 Wijze van verdeling

Het college heeft voor de in artikel 7 vermelde subsidiecategorieën verschillende inhoudelijke beoordelingscriteria opgesteld. Deze zijn uitgewerkt in artikel 9. Voor beide categorieën geldt dat aanvragen die het best voldoen aan de aldaar vermelde beoordelingscriteria, voorrang hebben op aanvragen die minder goed voldoen.

Artikel 8 Aanvraag

Voor een aanvraag, stelt het college aanvraagformulieren verplicht die gepubliceerd zijn op https://www.rotterdam.nl/loket/subsidie-jeugdpreventie-2023/ onder het kopje ‘meesturen’. Deze formulieren moeten vervolgens op het vermelde webadres worden ingediend via de knop ‘aanvragen subsidie’.

Subsidie voor preventieve innovatie kan niet voor een langere periode dan één kalenderjaar worden aangevraagd.

Artikel 9 Beoordelingscriteria

Het college hanteert een zestal inhoudelijke beoordelingscriteria voor zowel subsidieaanvragen voor preventieve interventies als voor preventieve innovatie aanvragen. In beide situaties worden onder andere aan het voldoen aan de doelen, factoren en subsidiethema’s van de Beleidsnotitie Subsidiekader 2023 Versterken en Voorkomen en de mate waarin aanpakken en interventies aansluiten bij de behoefte en problematiek in het gebied of de wijk waarop deze gericht zijn en bijdragen aan de geformuleerde maatschappelijk resultaten van de wijkprogrammering in de betreffende wijk. Dit voor zover in deze wijk de methodiek wijkprogrammering wordt toegepast. Meer informatie over de maatschappelijke resultaten uit de wijkprogrammering is beschreven op https://www.rotterdam.nl/wonen-leven/wijkprogrammering/.

Artikel 10 Subsidieverplichtingen

De subsidieontvanger dient invulling te geven aan de in dit artikel vermelde subsidieverplichtingen, waaronder het uitsluitend inzetten van uitvoerende medewerkers met een geldige Verklaring Omtrent het Gedrag. Ook dient de ontvanger van een eenmalige subsidie voor innovatie op grond van het bepaalde in artikel 10, op eerste verzoek van het college mee te werken aan een uitvoeringsovereenkomst op basis waarvan de gemeente zeker stelt dat zij als subsidieverlener in staat zal zijn om de resultaten van de subsidie op onbeperkte schaal te gebruiken, of door nader aan te wijzen derden te laten gebruiken.

Tenslotte moet de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie na afloop van de innovatieperiode erkenning door een landelijke databank zoals genoemd in bijlage 2 verzoeken op minimaal het niveau ‘theoretisch goed onderbouwd’ Of wetenschappelijk onderzoek starten gericht op erkenning van de innovatie.

Artikel 11 Verantwoording en monitoring

Het college hecht er aan inzicht te verkrijgen in de resultaten, het bereik en de effecten van de activiteiten. Hierbij hoort onder andere een plicht van de subsidieontvanger om tijdig monitoringsgegevens bij het college in te dienen.

Artikel 12 Inwerkingtreding.

In deze bepaling geeft het college aan dat deze subsidieregeling in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Het college geeft hier aan hoe de naam van deze regeling voluit luidt.