Reglement Adviescommissie Cultuur 2021-2024

1. Gedeputeerde staten stellen de adviescommissie Cultuur 2021-2024 in.

2. De adviescommissie heeft tot taak onafhankelijk advies uit te brengen aan Gedeputeerde Staten over:

• a.

  subsidieaanvragen die worden ingediend op grond van de subsidieregelingen 7.10 Productieregeling cultuur Overijssel en 7.18 Experimenten powered by Cultuur van het Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel 2022;

• b.

  subsidieaanvragen die worden ingediend op grond van volgende nog vast te stellen subsidieregelingen op grond van het Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel 2022 waarin een adviestaak voor de Adviescommissie Cultuur is opgenomen;

• c.

  jaarlijkse tussenrapportages op grond van paragraaf 7.17 Versterking maakklimaat Overijssel 2021-2024 van het Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel 2017 en de subsidieregelingen zoals bedoeld in de onderdelen a en b. Het betreft hier een begeleidingsadvies bedoeld voor de subsidieontvanger;

• d.

  het cultuurbeleid van de provincie in het algemeen of over specifieke vragen betreffende het cultuurbeleid, al dan niet op verzoek van GS.

3. De adviescommissie kan worden betrokken bij de evaluatie van de subsidieregelingen waarover de adviescommissie advies heeft uitgebracht.

1. De adviescommissie bestaat uit acht leden.

2. De voorzitter en de leden worden in functie benoemd op basis van hun deskundigheid, waarbij is gestreefd naar een evenwichtige diversiteit in de samenstelling op grond van geslacht, leeftijd en migratieachtergrond.

3. De adviescommissie benoemt uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt deze vervangen door de plaatsvervangend voorzitter.

1. Gedeputeerde Staten benoemen de voorzitter en de overige leden voor de periode 18 mei 2021– 31 december 2024.

2. Indien een lid tussentijds zijn/haar functie neerlegt, kan hij/zij door een nieuw te benoemen lid voor de resterende periode worden vervangen.

3. Het lidmaatschap van de adviescommissie eindigt:

• a.

  bij het bereiken van de in artikel 3 eerste lid genoemde termijn;

• b.

  door het nemen van ontslag als lid;

• c.

  bij het overlijden van het lid;

• d.

  door een daartoe strekkend besluit van Gedeputeerde Staten.

1. Ter ondersteuning van de adviescommissie fungeert een commissiesecretaris die werkzaam is onder verantwoordelijkheid van Gedeputeerde Staten.

2. Het commissiesecretariaat zorgt voor:

• a.

  Het in overleg met de voorzitter organiseren van vergaderingen van de adviescommissie, uitnodigen van de leden van de adviescommissie en de tijdige verzending van de agenda en de adviesaanvragen;

• b.

  de zakelijke verslaglegging van de vergaderingen van de adviescommissie;

• c.

  het samen met de voorzitter formuleren van de adviezen;

• d.

  het uitnodigen van de aanvragers om eventueel een toelichting in de adviescommissie te kunnen geven over aanvragen en over tussenrapportages.

• e.

  inhoudelijke ondersteuning van de adviescommissie.

1. De voorzitter geeft leiding aan de vergadering en bewaakt de voortgang en behandeling van de agenda.

2. De voorzitter is verantwoordelijk voor het goed functioneren van de adviescommissie.

3. De voorzitter bewaakt de deugdelijkheid en kwaliteit van de uit te brengen adviezen en de juiste interpretatie van de subsidieregelingen.

4. De voorzitter kan een commissielid aanwijzen die de commissiesecretaris ondersteunt ingeval van bezwaar en beroep.

1. De vergaderingen van de adviescommissie zijn niet openbaar.

2. De adviescommissie vergadert zo dikwijls als noodzakelijk om haar taak naar behoren te kunnen vervullen.

3. Bij een commissievergadering zijn minimaal vier leden, waaronder de voorzitter, aanwezig.

4. Gedeputeerde Staten doen over besluiten die zij naar aanleiding van de adviezen van de adviescommissie nemen, zo spoedig mogelijk mededeling aan de adviescommissie. Indien zij afwijken van adviezen van de adviescommissie, motiveren zij die afwijking.

1. Elk ter vergadering aanwezig lid van de adviescommissie heeft een stem.

2. De adviescommissie komt tot een advies op basis van gewone meerderheid van stemmen van de aanwezige leden.

3. De adviescommissie brengt over de aanvragen advies uit dat is voorzien van een deugdelijke motivering

4. Een commissielid onthoudt zich van zijn advies als hij bij een bepaalde adviesaanvraag rechtstreeks of middellijk betrokken is.

5. Bij staking van stemmen beslist de stem van de voorzitter.

6. De adviezen van de adviescommissie worden door de voorzitter ondertekend.

1. De leden van de adviescommissie adviseren onafhankelijk en zonder last of ruggespraak.

2. Voor zover de leden van de adviescommissie bij de uitvoering van hun taken de beschikking krijgen over gegevens waarvan zij het vertrouwelijke karakter kennen of redelijkerwijs moeten vermoeden, zijn zij verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht of uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.

1. De commissieleden ontvangen voor het voorbereiden en bijwonen van een vergadering een vergoeding die gelijk staat aan tweemaal een bijdrage conform artikel 2.4.1 lid 1 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

2. De voorzitter ontvangt voor het voorbereiden en bijwonen van een vergadering een vergoeding die gelijk staat aan driemaal een bijdrage conform artikel 2.4.1 lid 1 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

3. De commissielieden hebben recht op vergoeding van reiskosten, op grond van artikel 2.4.3, eerste lid van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

4. Een commissielid dat op grond van artikel 5, vierde lid een zitting van de Hoorcommissie bezwaarschriften of een zitting bij de rechtbank bijwoont ontvangt voor het voorbereiden en bijwonen van deze zitting een vergoeding die gelijk staat aan eenmaal de bijdrage conform artikel 2.4.1. lid 1 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Het commissielid kan tevens de gemaakte reiskosten declareren conform lid 3 van dit artikel.