Beleidsregel Kinderopvang op basis van Sociaal Medische indicatie

§ 1 Algemene bepalingen

.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

• a.

  Het college: het college van burgemeester en wethouders

• b.

  Kind: een in de gemeente Venlo woonachtig kind in de leeftijd van 0 tot 12 jaar

• c.

  Kinderopvang: de opvang van kinderen woonachtig in de gemeente Venlo als bedoeld in de Wet kinderopvang

• d.

  Ouder(s): gezaghebbende ouder(s) / pleegouder(s) / verzorger(s) van het kind dat woonachtig is in de gemeente Venlo

• e.

  SMI: Sociaal Medische Indicatie; een indicatie afgegeven op basis van medische of sociale gronden

• f.

  Wet kinderopvang: Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

• g.

  Verwijzer: Sociaal wijkteam, consultatiebureau, huisarts, jeugdarts, gecertificeerde instelling

• h.

  VVE: Voor- en Vroegschoolse Educatie

§ 2 Doelgroep

.

Artikel 2 Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in de kosten voor kinderopvang op basis van SMI, moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

• 1.

  Er is sprake van medische en/of sociale problematiek bij ouder en/of kind:

  • a.

    Er is sprake van een onveilige gezinssituatie of crisissituatie waardoor de ouder tijdelijk niet in staat is de verzorging of betaling van de opvang op zich te nemen; of

  • b.

    Het kind of de ouder behoort tot de categorie personen met een lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke of psychische beperking.

• 2.

  Kinderopvang is noodzakelijk in het belang van een goede en gezonde ontwikkeling van het kind.

• 3.

  Ouders komen (tijdelijk) niet in aanmerking voor kinderopvangtoeslag of het aantal vergoede uren is niet toereikend.

• 4.

  Het kind komt niet in aanmerking voor een VVE-plek of het aantal vergoede uren is niet toereikend.

§ 3 Aanvraagprocedure

.

Artikel 3 Aanvraag van de tegemoetkoming

• 1.

  De verwijzer en ouders bepalen samen dat inzet van kinderopvang (op basis van SMI) de meest passende hulp is.

• 2.

  Het aanvraagformulier bevat in elk geval:

  • a.

    Gegevens van de verwijzer

  • b.

    Gegevens van het kind

  • c.

    Inhoudelijke toelichting en argumenten

  • d.

    De omvang van kinderopvang

  • e.

    De aanvangsdatum en einddatum van de opvang

§ 4 Verlening van de tegemoetkoming

.

Artikel 4 Het besluit tot verlenen van de tegemoetkoming

De MID office besluit over de aanvraag binnen zes weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.

Artikel 5 Weigeringsgronden

De aanvraag kan worden geweigerd indien:

• 1.

  Het kind en de ouder(s) niet behoren tot de personen als bedoeld in artikel 2.

Artikel 6 Duur van de tegemoetkoming

De tegemoetkoming wordt verleend voor maximaal 12 maanden. De aanvangsdatum en einddatum van de tegemoetkoming worden vastgelegd in een beschikking. Verlenging is mogelijk.

Artikel 7 Omvang van de kinderopvang

De tegemoetkoming in de kosten van de kinderopvang kent geen beperking wat betreft aantal dagdelen. Het oordeel van de verwijzer is leidend voor de bepaling van de omvang. Het aantal dagdelen waarvoor een tegemoetkoming wordt toegekend, wordt vastgelegd in een beschikking.

Artikel 8 Hoogte van de tegemoetkoming

Bij de toekenning van een vergoeding van de kosten van kinderopvang wordt er nagegaan of de ouder een bijdrage kan leveren. Voor de bepaling van de hoogte van deze eigen bijdrage wordt de kinderopvangtoeslagentabel gebruikt die ook gehanteerd wordt door de Belastingdienst.

Artikel 9 Inhoud van de beschikking

Het besluit tot verlening van een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang bevat in ieder geval:

• a.

  De naam en geboortedatum van het kind of de kinderen waarop de tegemoetkoming betrekking heeft;

• b.

  De naam en adres van de kinderopvangorganisatie;

• c.

  De periode en de omvang van de kinderopvang waarvoor de tegemoetkoming wordt verleend;

• d.

  De wijze waarop het bedrag van de tegemoetkoming wordt bepaald en het bedrag dat op basis hiervan wordt verleend;

• e.

  De wijze waarop de tegemoetkoming wordt uitbetaald;

• f.

  De verplichtingen van de ouder.

Artikel 10 Betaling van de tegemoetkoming

De tegemoetkoming wordt rechtstreeks aan de kinderopvangorganisatie uitbetaald.

§ 5 Verplichtingen van de ouder

.

Artikel 11 Inlichtingenplicht

• 1.

  De ouder(s) is verplicht om wijzigingen in persoonlijke, gezins- of financiële situatie door te geven.

• 2.

  Indien kind niet meer naar kinderopvang gaat, is ouder(s) verplicht dit te melden.

§ 6 Slotbepalingen

.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2020.