Nadere regels voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats 2020

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

• 1.

  grafbedekking: gedenkteken en/of grafbeplanting;

• 2.

  gedenkteken: steen, zerk of ander monument, daaronder begrepen kettingen en hekwerken;

• 3.

  grafbeplanting: vaste- en winterharde beplanting.

Artikel 2. Aanvraag vergunning gedenkteken

• 1.

  Bij de schriftelijke aanvraag voor een vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingediend.

• 2.

  Op deze werktekening dienen ten minste voor te komen:

  • a.

    een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

  • b.

    de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

  • c.

    de vermelding of de letters een dergelijke ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

  • d.

    de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

  • e.

    het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

Artikel 3. Beslissing

De beslissing op de aanvraag wordt door burgemeester en wethouders schriftelijk medegedeeld.

Artikel 4. Gedenkteken

• 1.

  Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

• 2.

  De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van het graf niet overschrijden.

• 3.

  De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

• 4.

  het gedenkteken wordt van een deugdelijke fundering voorzien.

Artikel 5. Gedenkteken op graf

• 1.

  De afmetingen van de gedenktekens op een graf zijn als volgt vastgesteld: (de hoogte wordt gemeten vanaf het maaiveld)

• 2.

  Het staande gedenkteken wordt loodrecht aangebracht.

Artikel 6. Gedenkteken op een urnengraf

• 1.

  Op een urnengraf mag een staand gedenkteken, een liggend gedenkteken of een gedenkteken met een maximale hoek van 60 graden worden geplaatst.

• 2.

  De afmetingen van de gedenktekens op een urnengraf zijn maximaal 60 cm x 60 cm x 60 cm.

• 3.

  Als het gedenkteken wordt geplaatst op een voetplaat dan wordt de hoogte gemeten vanaf de vloerplaat, met dien verstande dat de totale hoogte gemeten vanaf het maaiveld niet meer dan 65 cm bedraagt.

• 4.

  De dikte van het materiaal mag maximaal 8 cm bedragen.

Artikel 7. Tijdstip van plaatsing

• 1.

  Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken dient ten minste 2 werkdagen van tevoren kenbaar gemaakt te worden aan de beheerder. In overleg met de beheerder wordt bepaald wanneer en onder welke voorwaarden de werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd.

• 2.

  Het plaatsen van de gedenktekens dient plaats te vinden op werkdagen van maandag t/m vrijdag tijdens de openingstijden van de begraafplaats.

• 3.

  De uitgevoerde werkzaamheden dienen ter goedkeuring te worden gemeld bij de beheerder. Eventueel geconstateerde onvolkomenheden of gebreken dienen alsnog te worden uitgevoerd of verholpen.

• 4.

  Het college kan in bijzondere gevallen van de tijden genoemd in lid 2 van dit artikel afwijken.

Artikel 8. Losse bloemen, planten en andere materialen

• 1.

  Op een graf kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een graf losse bloemen te leggen.

• 2.

  Het is niet toegestaan om losse keien, grind en andere harde materialen op een graf te plaatsen.

• 3.

  Het is niet toegestaan om de oppervlakte van het graf te markeren met stenen of andere harde materialen.

• 4.

  Het is niet toegestaan losse voorwerpen rond het grafmonument te plaatsen. Deze kunnen door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding.

Artikel 9. Winterharde gewassen

• 1.

  De winterharde gewassen die op de graven worden geplant mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door snoeien binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden.

• 2.

  De winterharde gewassen mogen niet hoger reiken dan 150 cm boven het maaiveld waarbij het doorzicht niet mag worden belemmerd.

• 3.

  Gewassen die overhangen, hoger worden dan 150 cm of het doorzicht belemmeren kunnen van gemeentewege verwijderd worden, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is. Dit geldt ook voor afgestorven beplanting.

Artikel 10. Beslissingsbevoegdheid

In de gevallen waarin deze nadere regels niet voorzien of in geval van verschil van mening over de uitleg van haar bepalingen, beslist het college.

Artikel 11. Slotbepalingen

• 1.

  Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2020.

• 2.

  De Regels grafbedekkingen 2010 vastgesteld op 9 december 2010 vervallen met ingang van 1 januari 2020.

2. Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: nadere regels voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats 2020.