Besluit van het college van de gemeente Lelystad houdende Beleidsregels voor publieke Oplaadinfrastructuur voor Elektrische auto's in de gemeente Lelystad (Regeling openbare parkeerplaatsen voor Elektrische auto's gemeente Lelystad)

1. Alle begrippen die in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wegenverkeerswet 1994 en de Algemene plaatselijke verordening Lelystad 2015 (APV).

2. In deze verordening wordt verstaan onder:

• a.

  Aansluiting: de verbinding tussen het elektriciteitsnet (hoofdelektriciteitskabel) en de Oplaadpaal;

• b.

  Aanbieder: professionele Aanbieder van het Oplaadpunt, die op bedrijfsmatige basis Oplaadpunten in de openbare ruimte plaatst en exploiteert;

• c.

  Aanvraag: een door MRA-Elektrisch ingediend verzoek bij het college van de gemeente Lelystad tot het nemen van een Besluit;

• d.

  Beheerder: de Aanvrager van de vergunning voor het plaatsen van een Oplaadpunt;

• e.

  Besluit: een verkeerbesluit op grond van de Wegenverkeerswet 1994 en/of ontheffing op grond van artikel 2.10 APV.

• f.

  Eigen terrein: hier wordt onder Eigen terrein verstaan een terrein waar beschikt kan worden over een eigen parkeergelegenheid zoals een oprit, garage(box) of private parkeerplekken bij appartementen en private parkeerplekken bij bedrijven. Ook een parkeerplaats op het terrein van een Vereniging van Eigenaren waarbij de Gebruiker lid is van deze vereniging, en parkeerplaatsen van een verhuurder waarvoor de Gebruiker (en tevens) huurder een vergunning heeft. Indien een eigen oprit door herinrichting tot bijvoorbeeld een tuin niet meer beschikbaar is als parkeergelegenheid, wordt deze nog steeds beschouwd als Eigen terrein;

• g.

  Elektrische auto: een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, van de Wegenverkeerswet 1994, dat bij de RDW staat geregistreerd als auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor de elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een voorziening buiten het voertuig;

• h.

  Gebruiker: een particulier die aantoonbaar beschikt of gaat beschikken over een Elektrische auto en woonachtig en/of werkzaam is in de gemeente Lelystad.

• i.

  Juist gebruik: de oplaadlocatie wordt gebruikt voor het opladen van een Elektrische auto, waarbij er een Laadkabel is tussen de Elektrische auto en het Oplaadpunt en het Oplaadpunt aangeeft dat er sprake is van een laadsessie. Zodra nauwkeuriger methoden voor toezicht op feitelijk opladen voor handen zijn, kunnen deze andere criteria worden gehanteerd om Juist gebruik vast te stellen.

• j.

  Laadkabel: een kabel, in gebruik of eigendom bij de Gebruiker, benodigd om de Elektrische auto op te laden door deze aan te sluiten op een Oplaadpunt;

• k.

  MRA-Elektrisch: het samenwerkingsverband van de MetropoolRegio Amsterdam, waarin overheden in Flevoland, Noord-Holland en Utrecht samenwerken om elektrisch vervoer te stimuleren en een netwerk van publieke oplaadpunten te realiseren.

• l.

  Netbeheerder: een vennootschap die op grond van de Elektriciteitswet 1998 is aangewezen als Beheerder van één of meer elektriciteitsnetten in de Gemeente;

• m.

  Oplaadlocatie(s): locatie in de openbare ruimte waar een Oplaadpaal en één of meer parkeerplaatsen uitsluitend ten behoeve van het opladen van Elektrische auto's aanwezig zijn;

• n.

  Oplaadpunt: publieke voorziening, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, waar een Elektrische auto kan worden opgeladen. Een Oplaadpunt kan zowel een oplaadpaal als een andere oplaadinfrastructuur zijn en kan één of meer stopcontacten bevatten. De benodigde Laadkabel maakt hiervan geen onderdeel uit.

• o.

  Verzoek: een door de Gebruiker ingediend verzoek bij MRA-Elektrisch voor het plaatsen van een oplaadpunt.

1. Voorafgaand aan het Besluit wordt in de omgeving van de beoogde Oplaadlocatie door het college een bewonersbrief verspreid, waarin de buurt gevraagd wordt om hun zienswijze.

2. In de bewonersbrief wordt de buurtbewoners een termijn gegeven van 2 weken na datum van verspreiding van de bewonersbrief om een zienswijze in te dienen.

3. Een zienswijze kan leiden tot aanpassing van de Oplaadlocatie of afwijzen van de Aanvraag.

4. Degene die een zienswijze heeft ingediend ontvangt binnen 4 weken na ontvangst van het college een reactie.

1. Nadat het Besluit voor de Oplaadlocatie definitief is geworden richt de Gemeente Lelystad deze in. Het Oplaadpunt wordt geplaatst door de Aanbieder die er ook voor zorg draagt dat het Oplaadpunt operationeel is.

2. Op een Oplaadlocatie worden in beginsel per Oplaadpunt 2 parkeerplaatsen gereserveerd voor het laden van een Elektrische auto, ongeacht de parkeerdruk.

3. De reservering van de parkeerplaatsen bij een Oplaadpunt wordt kenbaar gemaakt door middel van een verkeersbord E04 RW 1990 en een onderbord met de tekst "uitsluitend voor opladen elektrische voertuigen".

4. De Oplaadlocatie is voor openbaar gebruik. Door Gebruiker kunnen geen exclusieve rechten aan het reserveren van parkeerruimte als Oplaadlocatie worden ontleend.

5. Een volledig opgeladen Elektrische auto mag maximaal 1 uur op de Oplaadlocatie blijven staan.

1. Het college kan het Besluit wijzigen of intrekken, indien er een wegreconstructie plaatsvindt als gevolg waarvan de aangewezen Oplaadlocatie (tijdelijk) zal verdwijnen. In dat geval zal de Gemeente Lelystad samen met de Aanbieder bezien of er een alternatieve Oplaadlocatie in de directe nabijheid mogelijk is.

2. Indien de Aanbieder zich niet houdt aan de afspraken, zoals opgenomen in de "Voorwaarden deelname Gemeente aan inkoop Oplaadinfrastructuur MRA-Elektrisch" en het Besluit, kan het college het Besluit intrekken.

3. Het college kan het Besluit tevens intrekken, wanneer er in de praktijk niet of nauwelijks gebruik wordt gemaakt van het Oplaadpunt (gedurende 3 opeenvolgende maanden gemiddelde bezetting minder dan 5%, of gemiddeld minder dan 40 kWh laden).

4. Indien het Besluit wordt ingetrokken heeft de Aanbieder het recht het Oplaadpunt te verwijderen. De hiermee samenhangende kosten zijn dan voor de rekening van de Aanbieder.

1. In gebieden waar betaald parkeren of vergunninghoudersparkeren is ingevoerd of waar enige andere restrictie geldt, geldt deze restrictie onverminderd ook voor Oplaadlocaties.

2. Parkeercontroleurs en politie zien toe op het Juiste gebruik van de Oplaadlocaties en kunnen indien nodig handhavend optreden. Daarnaast wordt ook gehandhaafd op het fiscaal regime, parkeervergunning en andere restricties die voor alle bestuurders van motorvoertuigen gelden.

1. Deze Beleidsregels treden in werking op de dag na die van bekendmaking.

2. Deze Beleidsregels worden aangehaald als Regeling openbare parkeerplaatsen voor Elektrische auto's gemeente Lelystad.

3. Aanvragen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze beleidsregel worden behandeld conform de op het moment van indienen gebruikelijke wijze.