Regeling vervallen per 30-06-2023

Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland

Geldend van 18-01-2022 t/m 29-06-2023

Intitulé

Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland

Bekendmaking

De verenigde vergadering van het hoogheemraadschap van Rijnland heeft op 29 september 2021 de Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland vastgesteld. Met deze subsidieverordening wil het hoogheemraadschap van Rijnland agrariërs stimuleren bovenwettelijke maatregelen te nemen die de water- en bodemkwaliteit verbeteren.

Besluit

De verenigde vergadering van het hoogheemraadschap van Rijnland,

gelezen het voorstel van dijkgraaf en hoogheemraden van 24 augustus 2021, kenmerk 21.041472;

gelet op:

  • artikel 78, eerste lid, van de Waterschapswet;

  • artikel 4:23, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 1.5, van de Algemene Subsidieverordening Rijnland (ASV),

  • artikel 14 van Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, zoals gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie van 1 juli 2014, L 193/1,

besluit:

vast te stellen de navolgende Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland.

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • Algemeen bestuur: verenigde vergadering van het hoogheemraadschap van Rijnland.

  • Agrarisch onderneming: bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen of het houden van dieren;

  • ASV: Algemene Subsidieverordening Rijnland;

  • BOOT: Bestuurlijk Overleg Open Teelten en veehouderij dat is ingesteld in opdracht van de Stuurgroep Water van het ministerie van Infrastructuur & Milieu en is belast met de uitvoering van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer;

  • BOOT-lijst: lijst van maatregelen die kunnen worden getroffen om de waterkwaliteit, waterkwantiteit of bodemkwaliteit te verbeteren en die is vastgesteld door het Bestuurlijk Overleg Open Teelten en veehouderij;

  • Coach: aan het landbouwportaal verbonden adviseur op het gebied van een van de thema's erfafspoeling, duurzaam bodemgebruik, gewasbeschermingsmiddelen, perceel- en oeverinrichting & beheer, voldoende zoetwater;

  • D&H: dijkgraaf en hoogheemraden van het hoogheemraadschap van Rijnland;

  • Landbouwportaal Rijnland: online platform voor communicatie, informatie en subsidieverstrekking;

  • Landbouwvrijstellingsverordening: Verordening (EU) Nr. 702/2014 van de Europese Commissie van 25 juni 2014;

  • Maatregelenlijst: lijst van de subsidiabele maatregelen die als bijlage bij deze verordening is gevoegd;

  • Meerkosten: kosten van een maatregel voor zover die uitstijgen boven de kosten die moeten worden gemaakt om aan een wettelijke verplichting te voldoen;

  • Productieve maatregel: maatregel die leidt tot hogere inkomsten voor de ondernemer;

  • Niet-productieve maatregel: investering die niet leidt tot een aanzienlijke stijging van de waarde of de rentabiliteit van het bedrijf.

Artikel 2 Doel

Het doel van deze subsidieverordening is:

  • a.

    het verbeteren van water- en bodemkwaliteit;

  • b.

    het tegengaan van verdroging, verzilting en wateroverlast op agrarisch grondgebied;

  • c.

    het creëren van meer waterbewustzijn in de agrarische sector.

Artikel 3 Uitvoering verordening

  • 1.

    D&H is belast met de uitvoering van deze verordening.

  • 2.

    D&H is bevoegd de maatregelenlijst te wijzigen, mits die wijzigingen passen binnen de kaders van de BOOT-lijst en de Landbouwvrijstellingsverordening.

Artikel 4 Subsidieplafond

  • 1.

    D&H is bevoegd subsidietijdvakken met subsidieplafonds vast te stellen.

  • 2.

    Indien in enig subsidietijdvak het beschikbare bedrag niet geheel wordt verstrekt, kan D&H het resterende bedrag toevoegen aan een ander subsidieplafond dat op grond van deze verordening is vastgesteld voor een volgend tijdvak.

Artikel 5 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan agrarische ondernemingen mits zij zijn aan te merken als kleine, middelgrote of micro-onderneming als bedoeld in artikel 2 van bijlage 1 bij de Landbouwvrijstellingsverordening.

Artikel 6 Subsidiabele maatregelen

Subsidie kan worden verstrekt voor het treffen van maatregelen die zijn opgenomen in categorie 2 van de maatregelenlijst (bijlage 1) en die betrekking hebben op tenminste één van de volgende thema’s:

  • a.

    duurzaam bodemgebruik;

  • b.

    gewasbeschermingsmiddelen;

  • c.

    erfafspoeling mineralen en nutriënten;

  • d.

    perceel- en oeverinrichting & beheer, voor zover het investeringsmaatregelen betreft;

  • e.

    voldoende zoetwater.

Artikel 7 Coach

  • 1.

    Wanneer de aanvrager een maatregel wil treffen uit categorie 2 van de maatregelenlijst (bijlage 1), verzoekt hij voorafgaand aan de indiening van een subsidieaanvraag via het Landbouwportaal Rijnland om toewijzing van een coach.

  • 2.

    Wie als coach wordt toegewezen, wordt door D&H bepaald in onderling overleg met de organisaties waarbij de coaches werkzaam zijn.

Artikel 8 Subsidieaanvraag

Een subsidieaanvraag wordt ingediend via het Landbouwportaal Rijnland.

Artikel 9 Aan te geven, te overleggen of te verklaren gegevens en bescheiden

Bij de indiening van een subsidieaanvraag worden de volgende gegevens aangegeven, overgelegd of verklaard:

  • a.

    de naam van het bedrijf en of het bedrijf is aan te merken als kleine, middelgrote of micro-onder-neming als bedoeld in artikel 2 van bijlage 1 bij de Landbouwvrijstellingsverordening;

  • b.

    een beschrijving van de te treffen maatregelen, met inbegrip van de start- en einddatum;

  • c.

    de locatie waar de maatregelen worden uitgevoerd;

  • d.

    een overzicht van de kosten en offerte(s) ter onderbouwing;

  • e.

    bankrekeningnummer van de subsidieaanvrager;

  • f.

    een overzicht van andere subsidieaanvragen die op grond van deze verordening zijn ingediend;

  • g.

    een overzicht van subsidies of vergoedingen die de aanvrager, het eventuele moederconcern dan wel dochterconcerns van het bedrijf, voor dezelfde activiteiten bij andere bestuursorganen, private organisaties of personen heeft of hebben aangevraagd, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;

  • h.

    een verklaring dat de aanvrager geen onderneming in moeilijkheden is als bedoeld in artikel 2, veertiende lid, van de Landbouwvrijstellingsverordening;

  • i.

    voor zover geen overzicht als onder g) is verstrekt, een verklaring dat de aanvrager alsmede het eventuele moederconcern dan wel dochterconcerns van het bedrijf, geen andere subsidie of andere vormen van staatssteun hebben ontvangen voor dezelfde activiteit in de drie jaren voorafgaand aan de aanvraag voor subsidie.

Artikel 10 Beslistermijn

  • 1.

    D&H beslist binnen 8 weken na ontvangst op een aanvraag om subsidie.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, beslist D&H op een aanvraag om subsidie voor een zoetwatermaatregel binnen 18 weken na ontvangst.

  • 3.

    Wanneer de aanvraag een zoetwatermaatregel betreft, voert D&H een onderzoek uit naar de haalbaarheid van de maatregel.

Artikel 11 Verdeelregel

  • 1.

    Het subsidieplafond wordt verdeeld op volgorde van ontvangst van de subsidieaanvragen.

  • 2.

    De datum van ontvangst is de datum waarop de aanvraag volledig is ingediend.

  • 3.

    Wanneer meerdere subsidieaanvragen op dezelfde dag zijn ontvangen en verstrekking van subsidie voor deze aanvragen zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, wordt de volgorde van afhandeling door middel van loting bepaald.

Artikel 12 Subsidiebedrag:

  • 1.

    De te verlenen subsidie voor het treffen van maatregelen bedraagt per aanvrager:

    • a.

      minimaal € 500,- en maximaal € 15.000,- voor het thema Duurzaam bodemgebruik;

    • b.

      minimaal € 500,- en maximaal € 10.000,- voor het thema Gewasbeschermingsmiddelen;

    • c.

      minimaal € 500,- en maximaal € 10.000,- voor het thema Erfafspoeling mineralen en nutriënten;

    • d.

      minimaal € 500,- en maximaal € 10.000,- voor investeringsmaatregelen inrichting binnen het thema Perceel- en oeverinrichting & beheer;

    • e.

      minimaal € 500,- en maximaal € 50.000,- voor het thema Voldoende zoetwater.

  • 2.

    Voor productieve maatregelen uit categorie 2 van de maatregelenlijst (bijlage 1) bedraagt de subsidie maximaal 40% van de kosten van aanschaf van materialen, van aanleg van de maatregel of van de meerkosten, zoals aangegeven in de maatregelenlijst of het maximale subsidiebedrag per maatregel zoals aangegeven in de maatregelenlijst.

  • 3.

    Voor niet-productieve maatregelen uit categorie 2 van de maatregelenlijst (bijlage 1) bedraagt de subsidie maximaal 60% van de kosten van aanschaf van materialen, van aanleg van de maatregel of van de meerkosten, zoals aangegeven in de maatregelenlijst of het maximale subsidiebedrag per maatregel zoals aangegeven in de maatregelenlijst.

  • 4.

    De subsidie wordt berekend op basis van de werkelijke kosten tot maximaal het bedrag dat in de bij de aanvraag overgelegde offerte is vastgelegd.

  • 5.

    De belasting over de toegevoegde waarde (btw) komt niet voor subsidie in aanmerking, behalve wanneer zij niet terugvorderbaar is krachtens de nationale btw-wetgeving.

Artikel 13 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht wordt een subsidie geweigerd indien:

  • a.

    de aanvrager een onderneming in moeilijkheden betreft, zoals bedoeld in artikel 2, veertiende lid, van de Landbouwvrijstellingsverordening;

  • b.

    voor dezelfde activiteiten op grond van enige regeling reeds subsidie is vertrekt tot de op grond van de in de Landbouwvrijstellingsverordening toegestane maximale steunintensiteit;

  • c.

    met het uitvoeren van de maatregel is gestart voordat de subsidie is aangevraagd;

  • d.

    tegen de onderneming van de aanvrager een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Europese Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard;

  • e.

    de subsidieverstrekking anderszins in strijd zou zijn met de Landbouwvrijstellingsverordening;

  • f.

    er voor dezelfde activiteiten al subsidie is verstrekt op grond van deze verordening;

  • g.

    uit het onderzoek blijkt dat de uitvoering van een zoetwatermaatregel niet haalbaar is;

  • h.

    de activiteit niet ten goede komt aan de landbouwsector in het beheergebied van het hoogheemraadschap van Rijnland;

  • i.

    de activiteit niet bijdraagt aan de verwezenlijking van de doelstelling van deze subsidieverordening zoals omschreven in artikel 2.

Artikel 14 Verplichtingen

Aan de subsidie zijn de volgende verplichtingen verbonden:

  • a.

    De subsidieontvanger meldt, zodra een maatregel gerealiseerd is, deze gereed in het Landbouwportaal Rijnland;

  • b.

    In communicatie-uitingen over het gesubsidieerde project vermeldt de subsidieontvanger het logo van het Landbouwportaal Rijnland zoals geplaatst op het portaal;

  • c.

    Vanaf het moment van de vaststelling van de subsidie wordt de investering minimaal vijf jaar in standgehouden;

  • d.

    De maatregelen zijn getroffen (of uitgevoerd) op de datum die in de subsidieverleningsbeschikking is vermeld.

Artikel 15 Vaststelling van de subsidie

  • 1.

    De gereedmelding van de laatste te treffen maatregel wordt beschouwd als een aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

  • 2.

    Voorafgaand aan de vaststelling van de subsidie kan een eindcontrole plaatsvinden door een aan het Landbouwportaal Rijnland gelieerde medewerker.

  • 3.

    Wanneer geen gereedmelding van de laatste te treffen maatregel is ontvangen voor de uiterste datum waarop deze getroffen had moeten worden, stelt D&H de subsidieontvanger in de gelegenheid alsnog binnen een bepaalde termijn een gereedmelding te doen.

  • 4.

    Indien de subsidieontvanger geen gebruik maakt van de mogelijkheid de gereedmelding alsnog te doen, stelt D&H de subsidie ambtshalve vast binnen 8 weken na het verstrijken van de hersteltermijn.

  • 5.

    De gereedmelding wordt gedaan via het Landbouwportaal Rijnland.

  • 6.

    Bij de gereedmelding worden de facturen overgelegd waaruit blijkt welke maatregel en welke kosten het betreft.

  • 7.

    Bij de gereedmelding worden betaalbewijzen en foto’s overgelegd.

Artikel 16 Beslistermijn vaststelling

D&H stelt de subsidie binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag vast.

Artikel 17 Voorschotten

  • 1.

    D&H kan op aanvraag een voorschot verstrekken wanneer subsidieverlening meerdere maatregelen betreft en deze niet gelijktijdig worden uitgevoerd.

  • 2.

    Een voorschot wordt alleen verstrekt wanneer de maatregel waarvoor het voorschot wordt aangevraagd, is uitgevoerd.

  • 3.

    Een aanvraag wordt ingediend via het Landbouwportaal Rijnland.

  • 4.

    Het voorschot komt overeen met het subsidiebedrag dat voor de betreffende maatregel is verleend.

Artikel 18 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt minimaal 10 werkdagen na kennisgeving bij de Europese Commissie in werking en vervalt met ingang van 30 juni 2023.

  • 2.

    Het bepaalde in het eerste lid geldt niet indien binnen de periode van 10 werkdagen door of vanwege de Europese Commissie bericht is ontvangen dat deze verordening niet in overeenstemming is met de Verordening (EU), nr. 702/2014 van 25 juni 2014 van de Europese Commissie.

  • 3.

    Na 30 juni 2023 blijft deze verordening van toepassing op de subsidies die voor 30 juni 2023 zijn verleend.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland.

Ondertekening

Leiden, 29 september 2021

De verenigde vergadering

R.A.M. van der Sande, dijkgraaf

M. Middendorp, secretaris

Toelichting

Algemene toelichting

Doel

Het doel van de subsidieverordening is:

  • a.

    het creëren van meer waterbewustzijn in de agrarische sector;

  • b.

    het verbeteren van water- en bodemkwaliteit; en

  • c.

    het tegengaan van verdroging, verzilting en wateroverlast op agrarisch grondgebied.

Dit draagt bij aan een veerkrachtig en klimaatrobuust watersysteem. Voor wat betreft het verbeteren van de waterkwaliteit wordt met name gestreefd naar een afname van de uit- en afspoeling van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen vanuit de landbouw naar het water. Voor wat betreft het tegengaan van verdroging, verzilting en wateroverlast, wordt onder andere gestreefd naar een voor zoetwater meer zelfvoorzienende landbouw, waardoor deze minder afhankelijk wordt van het watersysteem.

Werkwijze

Er is voor gekozen het subsidieproces te laten plaatsvinden via het online platform Landbouwportaal Rijnland. Het Landbouwportaal heeft als doel agrarische bedrijven bewust te maken van het belang van voldoende en schoon water voor henzelf en anderen. Het portaal bevat informatie over de maatregelen die de agrarische bedrijven zelf kunnen treffen en kunnen subsidies op grond van de Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland worden aangevraagd.

Via het Landbouwportaal dient te worden verzocht om toewijzing van een coach. De coaches zijn medewerkers van ondernemersorganisaties voor Nederlandse boeren en tuinders. De coaches bespreken met de bedrijven de mogelijkheden om verbeteringen door te voren om emissies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen te reduceren. Ze helpen een keuze te maken bij het bepalen van de voor het bedrijf meest effectieve maatregelen waarvoor een subsidie zal worden aangevraagd en ondersteunen bij het indienen van een subsidieaanvraag. Ook de indiening van de gereedmeldingen en de aanvraag tot vaststelling van de subsidie nadat alle maatregelen zijn getroffen (de gereedmelding van de laatst te treffen maatregel, artikel 15, eerste lid), loopt via het Landbouwportaal Rijnland.

Artikelsgewijze toelichting

Voor zover nodig is hierna per artikel een toelichting opgenomen.

Op deze subsidieverordening zijn de Waterschapswet, Algemene wet bestuursrecht (Awb), Algemene Subsidieverordening Rijnland (ASV) en de Europese landbouwvrijstellingsverordening (LVV) van toepassing. De belangrijkste regels waaraan moet worden voldaan volgens de LVV zijn hieronder toegelicht.

Deze subsidieverordening biedt steun aan kleine, middelgrote en micro ondernemingen (kmo’s) voor zover zij actief zijn in de primaire landbouwproductie, hetgeen valt onder de voorwaarden van de LVV.

Tot de categorie kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (kmo's) behoren ondernemingen waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50 miljoen of het jaarlijkse balanstotaal € 43 miljoen niet overschrijdt. De te subsidiëren activiteiten vallen onder artikel 14 van de LVV.

De steunintensiteit voor productieve investeringen bedraagt ten hoogste 40% van de in aanmerking komende kosten (artikel14, lid 12, onder d LVV). Dit percentage kan met 20 procentpunten worden verhoogd voor onder meer jonge landbouwers en ingeval van collectieve investeringen (artikel 14, lid 13 LVV).

Voor niet-productieve investeringen als bedoeld artikel 14, lid 3 onder d LVV (de verwezenlijking van agromilieuklimaatdoelstellingen) bedraagt de steunintensiteit ten hoogste 100% en voor investeringen in verband met preventieve maatregelen voor schade door natuurrampen bedraagt de steunintensiteit ten hoogste 80%. Dit percentage kan tot 100% worden verhoogd als de investering collectief wordt uitgevoerd door meer dan 1 begunstigde (artikel 14, lid 14 LVV).

De steun op grond van artikel 14 LVV mag maximaal € 500.000 per onderneming per project bedragen (art 4, lid 1 onder a LVV).

Artikel 3 Uitvoering verordening

D&H is belast met de uitvoering van de verordening. Het is bevoegd alle besluiten te nemen die nodig zijn. De bevoegdheid strekt zich dus ook uit tot bijvoorbeeld het intrekken van een subsidieverlening of een voorschotverlening of het lager vaststellen en terugvorderen van subsidies en zo nodig het intrekken van de vaststelling.

De subsidiabele maatregelen zijn opgenomen in een maatregelenlijst. Daarbij worden verschillende categorieën van maatregelen onderscheiden. Aan de hand van de categorie waarin de maatregel valt en eventueel de vraag of het om een productieve of niet-productieve maatregel gaat, wordt het subsidiebedrag of de wijze waarop dat bedrag wordt berekend, bepaald. Ook de subsidiebedragen of het percentage van de investeringen dat wordt gesubsidieerd zijn in de lijst opgenomen.

De maatregelenlijst valt binnen de kaders van de zogenaamde BOOT-lijst die door het Bestuurlijk Overleg Open Teelten en veehouderij (BOOT) is vastgesteld. Het BOOT kan deze lijst wijzigen. Wanneer het wenselijk is dat nieuw opgenomen maatregelen op deze lijst ook in het kader van deze Subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland subsidiabel zijn of andere aanpassingen in de BOOT-lijst aan de orde zijn, kan D&H de maatregelenlijst in die zin aanpassen. D&H is niet bevoegd maatregelen in de lijst op te nemen die niet vallen onder de maatregelen die in de BOOT-lijst zijn opgenomen of niet passen binnen de kaders van de Landbouwvrijstellingsverordening.

Artikel 4 Subsidieplafond

Het algemeen bestuur heeft de bevoegdheid om per thema en tijdvak subsidieplafonds vast te stellen, gedelegeerd aan het dagelijks bestuur (D&H). De omvang van de plafonds kan verschillen en hangt af van de omvang van de investeringen die gemoeid zijn met het treffen van de maatregelen, maar kan ook afhangen van de prioriteit dat een bepaald thema heeft. D&H is bevoegd de subsidieplafonds vast te stellen, maar moet daarbij vanzelfsprekend blijven binnen het door het algemeen bestuur beschikbaar gestelde bedrag. Voor zover er geld resteert binnen een bepaald tijdvak, kan dat geld worden overgeheveld naar een ander plafond voor een volgend tijdvak. Zowel het besluit tot verlaging als tot verhoging moet bekend worden gemaakt. Een verlaging heeft geen gevolgen voor subsidieaanvragen die voor de bekendmaking van de verlaging zijn ingediend (artikel 4:27 Awb).

Artikel 5 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan landbouwers, eigenaren van gronden met bestemming landbouw, grondgebruikers, en agrarische bedrijven. De doelgroep kan zich in allerlei vormen voordoen zoals eenmanszaken, vennootschappen onder firma en besloten vennootschappen. Aangezien de subsidie alleen kan worden verleend, wanneer dit past binnen de kaders van de Landbouwvrijstellingsverordening, moeten de aanvragers ook kunnen worden aangemerkt als kleine, middelgrote of micro-onderneming als bedoeld in artikel 2 van bijlage 1 bij de Landbouwvrijstellingsverordening. Dit artikel luidt als volgt:

Artikel 2 Aantal werkzame personen en financiële drempels ter bepaling van de categorieën ondernemingen

  • 1.

    Tot de categorie kleine, middelgrote en micro-ondernemingen („kmo's”) behoren ondernemingen waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet 50 miljoen EUR of het jaarlijkse balanstotaal 43 miljoen EUR niet overschrijdt.

  • 2.

    Binnen de categorie kmo's is een „kleine onderneming” een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal 10 miljoen EUR niet overschrijdt.

  • 3.

    Binnen de categorie kmo’s is een „micro-onderneming” een onderneming waar minder dan 10 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal 2 miljoen EUR niet overschrijdt.

Artikel 6 Subsidiabele maatregelen

Alleen de maatregelen die zijn opgenomen op de maatregelenlijst in categorie 2 zijn subsidiabel. Deze maatregelen moeten bovendien betrekking hebben op één van de genoemde thema’s. De maatregelen uit categorie 1 zijn niet subsidiabel.

Artikel 7 Coach

Voor het treffen van maatregelen in categorie 2 is het een voorwaarde daarbij een coach te betrekken. De coach kan de aanvrager adviseren en toegevoegd inzicht geven in zijn eigen bedrijfssituatie. Ook bespreekt hij de mogelijkheden van de te treffen maatregelen en biedt de coach hulp bij het aanvragen van de subsidie. De ondersteuning van een coach kan worden aangevraagd via het Landbouwportaal Rijnland. De coach zal vervolgens met de aanvrager afspraken maken over de verdere aanpak. Wie als coach wordt toegewezen, wordt in onderling overleg bepaald door de organisaties waarvoor de coaches werkzaam zijn. De aanvrager heeft hier geen invloed op.

Artikel 8 Subsidieaanvraag

Een aanvraag wordt ingediend via het Landbouwportaal Rijnland.

Artikel 9 Over te leggen gegevens en bescheiden

Bij het indienen van de aanvraag moeten diverse gegevens en bescheiden worden overgelegd. Een deel hiervan vloeit voort uit de eisen die de Landbouwvrijstellingsverordening stelt.

Artikel 10 Beslistermijn

In de meeste gevallen kan binnen acht weken op een aanvraag worden beslist. Dit ligt alleen anders wanneer de maatregel wordt getroffen binnen het thema zoetwater. In dat geval is het noodzakelijk dat wordt onderzocht of de maatregel daadwerkelijk uitvoerbaar is. Het onderzoek vindt plaats door een medewerker van het hoogheemraadschap van Rijnland of een door hem aangewezen partij.

Artikel 11 Verdeelregel

De aanvragen worden behandeld op volgorde van ontvangst. Als datum van ontvangst geldt de datum waarop de aanvraag compleet is ingediend, met alle bijbehorende gegevens en bescheiden. Worden meerdere aanvragen op een dag ingediend en zou de verlening van subsidies voor deze aanvragen leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, dan wordt de volgorde van afhandeling door middel van loting bepaald. Dit om te voorkomen dat een subsidieplafond moet worden overschreden.

Artikel 12 Subsidiebedrag

Op grond van de Landbouwvrijstellingsverordening geldt dat de steun maximaal 40% van de voor subsidie in aanmerking komende kosten mag bedragen, tenzij het steun voor niet-productieve investeringen als bedoeld in artikel 14, derde lid, onder d van de Landbouwvrijstellingsverordening betreft. In dat geval mag de steun maximaal 100% van de investering bedragen. Op grond van deze subsidieverordening geldt een maximumpercentage van 60%.

De subsidiabele kosten kunnen zijn:

  • de kosten van aanschaf van de materialen die nodig zijn om de maatregel te treffen;

  • de kosten van aanleg van de maatregel; of

  • de meerkosten ten opzichte van de kosten die de aanvrager moet maken om te voldoen aan zijn wettelijke verplichtingen.

De maatregelenlijst geeft per maatregel aan welke kosten subsidiabel zijn. Bij diverse maatregelen komen zowel de kosten voor de aanschaf als voor de aanleg voor subsidie in aanmerking. Voor andere maatregelen geldt dat uitsluitend de kosten van aanleg of de kosten van aanschaf dan wel de meerkosten subsidiabel zijn.

De subsidie wordt berekend op basis van de werkelijke kosten voor zover deze de kosten als opgegeven in de offerte niet overschrijden.

Artikel 13 Weigeringsgronden

De weigeringsgronden onder a tot en met e zijn gebaseerd op de Landbouwvrijstellingsverordening. Op grond van deze verordening mag geen steun worden verleend:

  • aan een onderneming in moeilijkheden;

  • wanneer de maximaal toegestane steun al is verleend;

  • wanneer met het uitvoeren van de maatregel is gestart voordat de subsidie is aangevraagd. Nadat de aanvraag is ingediend, mag met de uitvoering worden gestart. De aanvrager loopt dan wel het risico dat de subsidie toch niet (geheel) wordt verleend;

  • tegen de onderneming van de aanvrager een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Europese Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard;

  • wanneer op een ander punt niet aan de vereisten van de Landbouwvrijstellingsverordening is voldaan.

Activiteiten worden één keer gesubsidieerd (onderdeel f). Wordt een maatregel door dezelfde aanvrager meerdere malen maar op verschillende locaties uitgevoerd, dan is sprake van verschillende activiteiten en kunnen meerdere subsidies worden verstrekt.

Als het gaat om een zoetwatermaatregel en D&H is op basis van het uitgevoerde onderzoek van mening dat de maatregel niet uitvoerbaar is, wordt de subsidie geweigerd (onderdeel g).

De weigeringsgrond onder h benadrukt dat de maatregelen ten goede moeten komen aan de bedrijven in het beheergebied van het hoogheemraadschap van Rijnland en dat de subsidie niet bestemd is voor agrarische bedrijven buiten dit gebied. De aanvraag voor een maatregel in het beheergebied van een ander waterschap door een ondernemer wiens bedrijf in twee beheergebieden is gelegen, wordt op deze grond afgewezen.

De grond onder i zorgt ervoor dat aanvragen die aan de vereisten van de subsidieregeling voldoen, toch kunnen worden geweigerd wanneer zij niet bijdragen aan de verwezenlijking van de doelstelling van deze verordening.

Artikel 14 Verplichtingen

De verplichtingen waaraan tijdens de uitvoering van de activiteiten moet zijn voldaan betreffen het gereedmelden van de maatregelen en het plaatsen van het logo van Landbouwportaal Rijnland in alle communicatie-uitingen over het gesubsidieerde project.

De subsidieontvanger is verplicht na de vaststelling van de subsidie de investering minimaal vijf jaar in stand te houden.

Artikel 15 Vaststelling van de subsidie

Uit de Awb volgt dat na afronding van de activiteiten een aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt ingediend. Op dat moment legt de subsidieontvanger rekening en verantwoording af: er wordt aangetoond dat de gesubsidieerde maatregelen zijn uitgevoerd en wat deze hebben gekost door middel van facturen, betaalbewijzen en foto’s. Op basis van de aanvraag tot vaststelling, wordt het subsidiebedrag berekend waar de ontvanger uiteindelijk recht op heeft. Is slechts een deel van de maatregelen uitgevoerd, dan wordt de subsidie op een lager bedrag vastgesteld. Zijn voorschotten uitbetaald voor een bedrag dat hoger is dan het bedrag waarop de subsidie is vastgesteld, dan kan D&H het teveel betaalde terugvorderen.

De redenen op grond waarvan een subsidie lager kan worden vastgesteld zijn vastgelegd in artikel 4:46, tweede lid, van de Awb.

De subsidie kan lager worden vastgesteld indien:

  • a.

    de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden;

  • b.

    de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

  • c.

    de subsidie-ontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid, of

  • d.

    de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten.

Zoals aangegeven in de toelichting bij artikel 13, is het subsidiebedrag afhankelijk van de werkelijke kosten van de maatregelen waarvoor subsidie is verleend. Dit kan er toe leiden dat een subsidie (voor een maatregel) op nul of een lager bedrag wordt vastgesteld. Het betekent ook dat kosten die in redelijkheid niet als noodzakelijk kunnen worden beschouwd bij de vaststelling van de subsidie, niet in aanmerking worden genomen (artikel 4:46, derde lid, Awb).

Een subsidie kan nooit hoger worden vastgesteld. Wanneer de subsidie niet een vast bedrag per maatregel bedraagt, maar een percentage van de subsidiabele kosten, wordt in de verleningsbeschikking het maximumbedrag vermeld waarop de subsidie kan worden vastgesteld.

Artikel 17 Voorschotten

In principe vindt betaling van de subsidie plaats nadat alle maatregelen waarvoor de subsidie is verleend, zijn uitgevoerd. Een subsidieverlening kan meerdere maatregelen omvatten, die gefaseerd worden uitgevoerd. In dat geval kan het een lange tijd duren voordat de subsidieontvanger een deel van zijn investeringen terugkrijgt en een groot bedrag moet voorschieten. Voor die gevallen bestaat de mogelijkheid een voorschot op de betaling aan te vragen, nadat een maatregel is uitgevoerd het Landbouwportaal Rijnland.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze subsidieverordening is een tijdelijke regeling die geldt tot en met 30 juni 2023. Dit is de uiterste einddatum voor vrijgestelde steun onder de huidige landbouwvrijstellingsverordening(EU) nr. 702/2014. De Europese Commissie werkt aan een nieuwe vrijstellingsverordening. Voor de resterende looptijd van Landbouwportaal Rijnland na 30 juni 2023 zal t.z.t verlenging van de subsidieregeling onder de dan geldende vrijstellingsverordening worden aangevraagd.

Bijlage 1 Maatregelenlijst

De bijlage bij deze verordening genaamd Bijlage 1 Maatregelenlijst Landbouwportaal Rijnland, versie 1, augustus 2021 (bijlage bij subsidieverordening Landbouwportaal Rijnland) is bekendgemaakt op de website van het hoogheemraadschap van Rijnland en is te downloaden via de volgende hyperlink: www.rijnland.net/maatregelenlijst.

De bovenstaande downloadlink is ook te vinden op de volgende webpagina: www.rijnland.net/landbouwportaal.