Beleidsregels Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2022

Geldend van 01-01-2022 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Someren;

gelet op de Verordening Bekostiging Leerlingenvervoer gemeente Someren 2022;

b e s l u i t :

vast te stellen de Beleidsregels Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2022.

Aanvragen leerlingenvervoer worden getoetst aan de Verordening Bekostiging Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2022 en de daarbij behorende toelichting.

Artikel 1 Maximale reistijd

De individuele reistijd bij het aangepast vervoer is maximaal 60 minuten per rit (enkele reis); te rekenen vanaf het moment dat de leerling instapt tot het tijdstip waarop deze leerling op de plaats van bestemming uitstapt. Van deze regel kan alleen afgeweken worden als de afstand binnen deze maximale tijdsduur niet overbrugd kan worden.

Artikel 2 Extra afzetadres

Aan de ouders/verzorgers wordt de mogelijkheid geboden een tweede afzetadres op te geven. Het uitgangspunt is dat eerst de kinderen worden "thuisgebracht" en dat vervolgens de overige kinderen naar het tweede adres gebracht worden. Dit kan consequenties hebben voor de reistijd en de kosten. Deze factoren komen geheel voor verantwoording en rekening van de ouders/verzorgers. Zij maken hierover zelf afspraken met de vervoerder. Bovendien dient het tweede afzetadres te liggen binnen de grenzen van de gemeente Someren en dient er sprake te zijn van een vast patroon: één vast adres en vaste dagen per week.

Artikel 3 Procedure bij onacceptabel gedrag tijdens het aangepast vervoer

Het college kan een leerling aan wie een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer is verstrekt, tijdelijk of voor de rest van het schooljaar de toegang tot dit vervoer ontzeggen indien bij herhaling is gebleken dat de leerling door agressief gedrag of anderszins de orde in de bus verstoort of de veiligheid van bus en inzittenden in gevaar brengt.

Hierbij worden de volgende stappen ondernomen:

  • Klachten worden geregistreerd en in beginsel door de vervoerder opgelost;

  • Na de melding van een klacht door de vervoerder worden een onderzoek gestart. In het kader van dat onderzoek spreekt de medewerker met de vervoerder, chauffeur, ouders/verzorgers en/of school. Indien na het onderzoek blijkt dat er sprake is van verwijtbaar gedrag van de leerling volgt een waarschuwingsbrief aan ouders/verzorgers;

  • Bij een vervolg klacht wordt stap 1 herhaald en volgt een 2e waarschuwingsbrief, waarin melding wordt gemaakt dat begeleiding van de leerling door ouder/verzorger mogelijk is. Als de begeleiding extra kosten met zich meebrengt dan zijn deze voor de ouder/verzorger;

  • Bij een volgende klacht kan een schorsing direct volgen, voor een periode van één volle schoolweek. Er volgt een 3e waarschuwingsbrief aan ouders/verzorgers;

  • Bij een volgende klacht volgt met een 4e brief totale uitsluiting van het leerlingenvervoer tot het einde van het schooljaar. Indien de uitsluiting daardoor minder is dan 3 maanden (exclusief vakanties), loopt de uitsluiting door tot in het nieuwe schooljaar. De beschikking tot bekostiging wordt ingetrokken. Indien ouders na schoring opnieuw gebruik willen maken van het leerlingenvervoer dan moet een nieuwe aanvraag worden ingediend;

  • De gemeente kan, afhankelijk van de ernst van het ongeoorloofd gedrag, afwijken van de hierboven genoemde stappen;

  • Als er schade wordt veroorzaakt aan de taxi of aan de eigendommen van kinderen tijdens het vervoer, dan wordt degene die de schade heeft veroorzaakt daarvoor aansprakelijk gesteld.

Artikel 4 Verantwoordelijkheid ouders

Het vervoer van leerlingen van huis naar school en terug is primair een verantwoordelijkheid van de ouders. Deze verantwoordelijkheid kunnen de ouders niet op- of overdragen aan de gemeente. Het leerlingenvervoer is niet bedoeld om ouders te ontlasten van hun verantwoordelijkheid voor een goede schoolgang van hun kinderen.

Artikel 5 Vervoersvoorziening tijdelijke beperking

Een leerling met een tijdelijke beperking, zoals een gebroken been, komt in de regel niet in aanmerking voor bekostiging van leerlingenvervoer. Wanneer een tijdelijke beperking langer duurt dan 3 maanden, kan leerlingenvervoer worden aangevraagd. Bij de aanvraag moet een medische verklaring van de behandelende arts worden toegevoegd. De vervoersvoorziening wordt toegekend voor de duur van het herstel en/of revalidatie. Als tussentijds de vraag ontstaat of leerlingenvervoer nog gerechtvaardigd is, dan kan de beschikking worden geëvalueerd en eventueel herzien worden.

Artikel 6 Drempelbedrag en draagkracht

  • Het drempelbedrag wordt in rekening gebracht bij ouders van kinderen die het basisonderwijs of het speciaal basisonderwijs bezoeken. Het in rekening brengen van een drempelbedrag is afhankelijk van het gecorrigeerde verzamelinkomen van ouders;

  • Het drempelbedrag is gerelateerd aan de kosten van het openbaar vervoer. Door het vervallen van het landelijk sterabonnement worden de laatst gehanteerde drempelbedragen (€ 295,= en € 484,50) jaarlijks geïndexeerd volgens de Landelijke Tarieven Index;

  • Als bij de aanvraag leerlingenvervoer inkomensgegevens ingediend moeten worden, dan dienen ouders een IB60 forumlier van het peiljaar bij de Belastingdienst op te vragen van beide partners. Dit geldt ook als de partner van een ouder niet de andere ouder van het kind is of als ouders/verzorgers gescheiden zijn;

  • Het college heeft besloten de jaarlijkse ledenbrief van de VNG inzake ‘bedragen leerlingenvervoer’ als uitgangspunt te nemen voor de bepaling van de te hanteren inkomensgrens;

  • Als ouders een eigen bijdrage moeten betalen voor het leerlingenvervoer, maar niet het hele schooljaar gebruik maken, dan wordt de eigen bijdrage naar rato verrekend.

Artikel 7 Berekening van de afstand en de reistijd

  • De kortste afstand wordt gemeten met de ANWB routeplanner (www.anwb.nl);

  • Het vaststellen van de reistijd per openbaar vervoer vindt plaats op basis van de informatie die verstrekt wordt via 0900-9292 of www.9292ov.nl.

Artikel 8 Schooltijden

Vervoer vindt plaats op de schooltijden, zoals deze staan vermeld in de schoolgids van de betreffende school. Tenzij het voor een leerling, vanwege een structurele beperking, onmogelijk is om deze tijden de school te bezoeken. Het weekend/vakantievervoer vindt plaats aansluitend aan de schooltijden van de leerling.

Artikel 9 Co-ouderschap

Bij co-ouderschap kan sprake zijn van twee hoofdverblijven. Indien leerlingenvervoer is gewenst, moeten beide ouders afzonderlijk, voor de dagen dat het kind doordeweeks bij hen verblijft, een aanvraag indienen bij de gemeente waar hij of zij woonachtig is. Het gaat hierbij om de feitelijke verblijfplaats van de leerling en niet om de plaats van inschrijving.

Artikel 10 Crisissituatie

Het komt voor dat kinderen die oorspronkelijk buiten Someren wonen tijdelijk of voor langere duur worden opgevangen bij een pleeggezin/familie in de gemeente Someren. Het kind blijft in dat geval over het algemeen de ‘oude’ school bezoeken, omdat voor hem/haar vaak nog de enige stabiele en veilige factor is. Formeel genomen hoeft de gemeente het vervoer naar de ‘oude’ school niet te vergoeden, omdat dit meestal niet de dichtstbijzijnde toegankelijk school is. Kinderen die vanwege een crisissituatie, tijdelijk in de gemeente Someren wonen, kunnen een vergoeding voor het leerlingenvervoer ontvangen. Volgens een landelijke afspraak worden de kosten voor het vervoer voor de eerste zes weken over het algemeen betaald door de gemeente waar de ouders/verzorgers reeds een beschikking leerlingenvervoer hadden.

Artikel 11 Hoogbegaafdheid

De gemeente Someren verstrekt geen vervoersvoorziening naar een school specifiek gericht op onderwijs voor hoogbegaafde kinderen (zoals bijvoorbeeld de Leonardoschool), omdat dit over het algemeen niet de dichtstbijzijnde (reguliere) basisschool is. Een uitzondering hierop wordt gemaakt als aangetoond kan worden dat de leerling voltijds hoogbegaafdheidsonderwijs door gespecialiseerde leerkrachten in een setting van gelijkgestemden nodig heeft (op basis van een uitspraak van de Raad van State d.d. 7 februari 2018). Ouders dienen hun aanvraag te onderbouwen met documenten en verslagen van deskundigen.

Artikel 12 Medische keuring

Om te bepalen of een leerling in staat is om van de fiets of het openbaar vervoer gebruik te maken, kan de gemeente een medische keuring van de leerling door een onafhankelijk arts laten uitvoeren.

Als de leerling opgeroepen wordt voor een keuring en niet verschijnt bij de arts zonder afmelding met opgaaf van reden, dan wordt de aanvraag om een vervoersvoorziening afgewezen. In het geval het niet verschijnen voor de keuring het gevolg is van overmacht, wordt dit door ouders gemotiveerd aan de4 gemeente gemeld.

Artikel 13: Stage

Een stage kan deel uitmaken van het onderwijsprogramma van scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs. Als de stage is opgenomen in de schoolgids is het stageadres aan te merken als "school". Stageplaatsing kan financiële gevolgen hebben voor de gemeente. In verband hiermee is het zeer wenselijk dat er een stageplek gezocht wordt zo dicht mogelijk bij huis of op de route van het leerlingenvervoer.

Aanvullend dient de stageplek te voldoen aan het afstandscriteria in de verordening. Hiermee wordt bedoeld dat stage die valt binnen de gestelde afstandscriteria niet voor een vervoerskostenvoorziening in aanmerking komt.

Artikel 14 Begeleiding

Begeleiding is primair een taak van de ouders/verzorgers. Als zij er zelf niet in slagen de leerling te begeleiden, kunnen zij daarvoor bijvoorbeeld een oppas, familie, buren of vrijwilligers inschakelen.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt de dag na bekendmaking in werking.

Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2022.

De Beleidsregels Leerlingenvervoer Gemeente Someren 2014 worden bij inwerkingtreding van deze beleidsregels ingetrokken.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Someren,

de secretaris,

J. Koppers-Krabben

de burgemeester,

D. Blok