Beleidsregels leningen en garanties gemeente Hengelo 2021:

Geldend van 31-12-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels leningen en garanties gemeente Hengelo 2021:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo;

Gelet op artikel 160 lid 1 sub e van de Gemeentewet;

Gelet op de Wet Financiering Decentrale Overheden, de Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden van 30 december 2014, het Treasurybesluit van de gemeente Hengelo, de Handreiking Treasury 2015 van het Ministerie van BZK en artikel 10 van de Financiële verordening gemeente Hengelo 2021;

Overwegende dat ingevolge artikel 2 van de wet FIDO openbare lichamen uitsluitend ten behoeve van de publieke taak geldleningen en garanties voor geldleningen kunnen verstrekken;

Besluit

Vast te stellen de navolgende

Beleidsregels voor leningen en garanties, voor zover deze worden verstrekt uit hoofde van de publieke taak door de gemeente Hengelo

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Lening: een geldbedrag dat door de gemeente Hengelo kan worden verstrekt in de vorm van een hypothecaire lening of in de vorm van een onderhandse lening (afhankelijk van de gestelde zekerheden) voor roerende en onroerende zaken;

  • b.

    Garantie: een borgstelling van de gemeente ten behoeve van een door de aanvrager bij een financiële instelling aan te trekken geldlening en de daaruit voortvloeiende verplichtingen;

  • c.

    Financiële instelling: instellingen zoals banken, pensioenfondsen, leasemaatschappijen en waarborgfondsen die hypothecaire leningen, onderhandse leningen, kredieten, garanties en borgstellingen of financial lease kunnen verstrekken;

  • d.

    College: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hengelo.

Artikel 2 Leningen en garanties

De gemeente Hengelo verstrekt géén leningen en garanties aan derden tenzij de gemeenteraad anders beslist omdat er een groot publiek belang verwezenlijkt wordt.

Artikel 3 Uitzonderingen

  • 1.

    Op de hoofdregel van artikel 2 kan in de volgende gevallen uitzonderingen worden gemaakt:

    • a.

      De te financieren zaken moeten aantoonbaar nodig zijn voor de uitvoering van een publieke taak in de gemeente Hengelo. Dat wil zeggen dat ze moeten passen binnen en bijdragen aan het gemeentelijk beleid én het openbaar belang. Tevens moet met de financiering een voor de gemeente relevant maatschappelijk doel worden gediend. Het gemeentelijk beleid is vastgelegd in de begroting en de daarop volgende begrotingswijzigingen, en de vigerende beleidsplannen;

    • b.

      De te financieren zaken moeten voorts essentieel zijn voor het voortbestaan of het in voldoende mate kunnen functioneren van de aanvrager (functionaliteitscriterium);

    • c.

      De te financieren zaken moeten in overwegende mate ten goede komen van de inwoners van de gemeente Hengelo;

    • d.

      De zaken zijn zonder gemeentelijke lening dan wel garantie niet te realiseren. Eerst dienen zelfwerkzaamheid, eigen middelen, subsidiegelden en sponsorbijdragen, etc. door de aanvrager te worden benut (vangnetcriterium);

    • e.

      Een lening dan wel een garantie wordt niet verstrekt indien onvoldoende zekerheid geboden wordt voor verhaal van rente en aflossing van de te verstrekken lening. Dat betekent dat in dat geval de te financieren zaak een onroerende zaak is, een recht van eerste hypotheek wordt verleend en voor roerende zaken een pandrecht wordt verleend;

    • f.

      In beginsel wordt gekozen voor een garantstelling indien bij uitzondering wordt besloten steun te geven bij de financiering. Bij de garantstelling wordt een marktconforme borgstellingsprovisie bedongen.

  • 2.

    Een verzoek om een lening of een garantstelling wordt in ieder geval afgewezen indien de gemeente niet de zekerheid heeft dat:

    • a.

      De investeringen daadwerkelijk zullen plaatsvinden;

    • b.

      De aanvrager zal voldoen aan de aan de lening of garantiestelling verbonden verplichtingen;

    • c.

      Aan de betalingsverplichting van rente en aflossing naar behoren zal worden voldaan;

    • d.

      De aanvrager in het kader van de aanvraag juiste en volledige gegevens heeft verstrekt.

Artikel 4 Voorwaarden

  • 1.

    In het geval dat een uitzondering wordt toegepast, dient aan het volgende te worden voldaan:

    • a.

      Leningen en garanties worden slechts verstrekt aan maatschappelijke organisaties op het gebied van onderwijs, volkshuisvesting, kunst en cultuur, sport, welzijn, zorg en opvang, maatschappelijke dienstverlening en volksgezondheid, die bijdragen aan de maatschappelijke doelen van de gemeente;

    • b.

      De organisaties mogen geen winstoogmerk hebben;

    • c.

      De organisaties mogen geen besloten karakter en geen partijpolitieke of religieuze doelstelling hebben;

    • d.

      De organisaties dienen volledige rechtspersoonlijkheid te bezitten, ten bewijze waarvan de statuten worden overgelegd;

    • e.

      De organisaties moeten in de gemeente zijn gevestigd en vrijwel uitsluitend (voor minimaal 80%) de gemeente als werkgebied hebben;

    • f.

      De organisaties moeten ten minste drie jaar lang een jaarlijkse gemeentelijke bijdrage hebben ontvangen zodat reeds sprake is van een duurzame financiële relatie met de gemeente.

  • 2.

    Een verzoek om toepassing van een uitzonderingsgrond als bedoeld in het tweede lid wordt in elk geval geweigerd indien:

    • a.

      Alleen het rentevoordeel ten opzichte van een financiële instelling reden is voor de aanvraag voor de verstrekking van een lening door de gemeente;

    • b.

      De betreffende lening zonder onoverkomelijke bezwaren voor de aanvrager door een financiële instelling kan worden verleend. Onder onoverkomelijke bezwaren wordt onder meer verstaan een geoffreerd rentepercentage door een financiële instelling dat meer dan 2% hoger ligt dan een tarief dat de gemeente Hengelo op hetzelfde moment in rekening wordt gebracht voor een gelijksoortige lening, zonder dat sprake is van een gemeentegarantie;

    • c.

      De financiële positie en de (meerjaren) begroting van de aanvrager zodanig zijn dat rente en aflossing niet aantoonbaar betaald kunnen blijven worden;

    • d.

      Een beroep kan worden gedaan op een voorziening in de vorm van een (nationaal) waarborgfonds, tenzij er wordt samengewerkt met de Stichting Waarborgfonds Sport (SWS). Zonder medewerking van dit fonds wordt geen lening of borgstelling door de gemeente verstrekt. In geval van medewerking van het SWS hanteert de gemeente de eisen die het SWS stelt aan een garantstelling (borgstelling);

    • e.

      De aanvraag voor een lening of garantstelling voor een bedrag lager dan € 20.000,- betreft. De aanvraag wordt in dat geval niet in behandeling genomen.

Artikel 5 De aanvraag

  • 1.

    Aanvragen moeten vóór het aangaan van verplichtingen met betrekking tot de gevraagde lening volledig en schriftelijk worden ingediend bij het college, voorzien van NAW-gegevens en schriftelijk ondertekend door de aanvrager.

  • 2.

    Aanvragen moeten zijn voorzien van:

    • a.

      een exemplaar van de statuten;

    • b.

      een opgave van de samenstelling van het dagelijks bestuur;

    • c.

      tekeningen en een technische omschrijving als de gemeentelijke lening of garantstelling de aankoop of verbouwing van een onroerende zaak betreft;

    • d.

      een document waaruit blijkt dat het onderpand vrij is van hypotheek (of van pand wanneer het om roerende zaken gaat);

    • e.

      de laatst WOZ-waarde voor het onderpand wanneer het om een bestaande onroerende zaak gaat;

    • f.

      de jaarrekeningen van de laatste twee boekjaren;

    • g.

      een balans van twee achtereenvolgende jaarultimi;

    • h.

      een exploitatiebegroting waarin rente en aflossing van de geldlening zijn verwerkt voor de komende 4 jaren;

    • i.

      een gespecificeerde opstelling van de wijze van financiering van de voorgenomen investering.

  • 3.

    Indien het een aanvraag voor een gemeentegarantie is moet deze naast het bepaalde in het tweede lid ook zijn voorzien van de concept-leningsovereenkomst met de beoogde financiële instelling.

Artikel 6 Overige bepalingen

Teneinde de risico’s voor de gemeente bij het uitzetten van financiële middelen en garanties te beperken, geldt tevens het volgende:

  • a.

    De hoogte van het in rekening te brengen rentepercentage is gebaseerd op de rente die de gemeente betaalt voor een vergelijkbare lening op de dag van het collegebesluit tot verstrekking van de geldlening, verhoogd met een risico-opslag van minimaal 1%, afhankelijk van het risico dat de gemeente loopt. De risico-opslag wordt bepaald aan de hand van de opslagen, zoals deze zijn opgenomen in de Handreiking Treasury 2015 van het Ministerie van BZK;

  • b.

    Voor verzoeken om leningen van een Hengelose woningstichting die zijn bestemd voor (her-) financiering van sociale woningbouw geldt een afwijkende risico-opslag;

  • c.

    Kosten voor verstrekking van de geldlening en notariskosten zijn voor rekening van de aanvrager;

  • d.

    De looptijd van de lening moet zijn afgestemd op de te verwachten technische levensduur (dan wel economische levensduur als deze korter is) van de activa waarvoor de lening wordt gebruikt;

  • e.

    De aanvrager moet instemmen met een aantal voorwaarden zoals voorafgaande toestemming van de gemeente voor een aantal juridische handelingen zoals statutenwijziging, wijziging bestemming van het onderpand en vervreemding van het onderpand door de aanvrager gedurende de periode van de overeenkomst;

  • f.

    De aanvrager heeft een instandhoudings- en onderhoudsverplichting van het onderpand. De aanvrager verplicht zich daarom tot het afsluiten van opstal- en inboedelverzekeringen en het in goede staat houden van het onderpand gedurende de gehele looptijd van de lening of garantie, zulks ter beoordeling van de gemeente;

  • g.

    De gemeente verstrekt of garandeert in beginsel alleen lineaire en annuïtaire leningen;

  • h.

    Gedurende de looptijd vindt een volledige aflossing plaats van de geldlening;

  • i.

    De aanvrager verstrekt uit eigener beweging inlichtingen aan het college in de vorm van een exploitatiebegroting (minimaal één maand voor aanvang van het begrotingsjaar) en een financieel verslag (maximaal 3 maanden na het einde van het begrotingsjaar), die nodig zijn voor de beoordeling van het financiële beheer van de aanvrager.

Artikel 7 Beslissingsbevoegdheid

Alle te verstrekken of te garanderen geldleningen vergen een raadsbesluit.

Artikel 8 Inwerkingtreding

De beleidsregels leningen en garanties 2021 treden in werking op de dag nadat ze op voorgeschreven wijze bekend zijn gemaakt onder gelijktijdige intrekking van de beleidsregels leningen en garanties 2014.

Hengelo, 14 december 2021

Burgemeester en wethouders van Hengelo,

de secretaris, de burgemeester,

Ondertekening