Nadere regel subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2022

Geldend van 01-01-2022 t/m heden

Intitulé

Nadere regel subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten;

Gelet op het Beleidsplan sociaal domein gemeente Asten 2022-2027;

Gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017;

besluit:

vast te stellen de ‘Nadere regel subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2022’

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. In deze nadere regel wordt verstaan onder:

    • a.

      Leden: de geregistreerde natuurlijke personen, wonend in de gemeente Asten, die contributie betalen en aan gesubsidieerde activiteiten van vrijwilligersorganisaties deelnemen;

    • b.

      Jeugdleden: de leden, wonend in de gemeente Asten, die op peildatum 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, de leeftijd van 19 jaar nog niet hebben bereikt.

    • c.

      Participatiesamenleving: samenleving gericht op de eigen kracht, eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van burgers.

    • d.

      Subsidieprogramma (meerjaren): een overzicht van vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties die activiteiten ontplooien op het terrein van welzijn en participatie, welke activiteiten voor een periode van ten hoogste vier jaar voor subsidieverlening in aanmerking komen.

    • e.

      Vrijwilligersorganisatie: een vereniging, stichting of werkgroep die zich tot doel stelt zonder winstoogmerk middels de inzet van vrijwilligers, onverplicht en onbetaald, in enig georganiseerd verband activiteiten te verrichten ten behoeve van de realisatie van gemeentelijke beleidsdoelen en waarvan één of meerdere activiteiten zijn gericht op de bevolking van Asten.

  • 2. De begripsomschrijvingen uit de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze nadere regel is enkel van toepassing op de verstrekking van de in artikel 4 en 9 bedoelde subsidies.

Artikel 3 Doelstelling

De gemeente Asten streeft naar een sterke sociale samenleving waar alle inwoners in elke fase van hun leven kunnen meedoen. Van veilig opgroeien tot veilig ouder worden. In een vitale, veilige samenleving met voorzieningen, waarin voldoende ruimte is voor ontmoeting, ontspanning en ontplooiing. Het uitgangspunt is eigen verantwoordelijkheid, eigen regie, eigen kunnen en zelfredzaamheid van inwoners.

De vrijwilligers- en professionele organisaties leveren een bijdrage aan de maatschappelijke uitdagingen in onze gemeente. Zij zorgen voor ondersteuning, ontmoeting en plezier. Ook is er ruimte voor burgerinitiatieven. Er is een sterke verbinding met wat er gebeurt in onze samenleving.

Hoofdstuk 2 Structurele subsidie

Artikel 4 Structurele subsidievormen

Structurele subsidie wordt verstrekt op basis van de volgende vier categorieën:

  • a.

    Participatiesubsidie;

  • b.

    Doelgroepsubsidie;

  • c.

    Budgetsubsidie;

  • d.

    Accommodatiesubsidie.

Artikel 5 Participatiesubsidie

  • 1. De participatiesubsidie wordt verstrekt voor activiteiten die in hoofdzaak gericht zijn op één of meerdere onderstaande criteria:

    • a.

      het leveren van een bijdrage aan de objectieve en subjectieve veiligheid en leefbaarheid in het dorp of de wijk;

    • b.

      een toename van het aantal Astense burgers dat van algemene voorzieningen Wmo gebruik maakt die zijn bedoeld om de zelfredzaamheid en participatie te bevorderen;

    • c.

      een ondersteuningsaanbod met een vangnetfunctie gericht op versterking van de zelfredzaamheid en participatie en verbreding van het sociale netwerk;

    • d.

      het in kaart brengen van de persoonlijke behoefte aan maatschappelijke ondersteuning en het bieden van voorlichting, informatie en advies en hulp vanuit de maatschappelijke accommodatie of bij de burger “aan de keukentafel”;

    • e.

      het behoud van het aantal mensen dat vrijwilligerswerk doet; het leveren van een bijdrage aan de toename van het aantal vrijwilligers en specifiek van jonge vrijwilligers.

  • 2. De participatiesubsidie is uitsluitend bestemd voor vrijwilligersorganisaties. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in vrijwilligersorganisaties zonder leden en vrijwilligersorganisaties met leden.

  • 3. Een vrijwilligersorganisatie zonder leden ontvangt een vaste bijdrage van € 595,= per jaar.

  • 4. Een vrijwilligersorganisatie met Astense leden ontvangt een vaste bijdrage op basis van het aantal leden. De bedragen zijn verdeeld in 4 subsidietreden. Deze subsidietreden worden genoemd in bijlage I. De genoemde bedragen zijn bedragen per kalenderjaar.

  • 5. Het college kan op grond van argumenten in afwijking van bovenstaande bepalingen een ander subsidiebedrag toekennen binnen de kaders van de door de raad gestelde begroting.

  • 6. De in dit artikel genoemde bedragen worden ook opgenomen in het jaarlijkse subsidieprogramma.

Artikel 6 Doelgroepsubsidie

  • 1. De doelgroepsubsidie wordt verstrekt voor activiteiten die worden ontplooid ten behoeve van doelgroepen, te weten:

    • a.

      jeugd en jongeren (tot en met 18 jaar);

    • b.

      mensen met beperkingen;

    • c.

      mensen in een achterstandssituatie;

    • d.

      kwetsbare ouderen;

    Op het gebied van:

    • -

      Maatschappelijke participatie en leefbaarheid;

    • -

      Sport;

    • -

      Cultuureducatie en amateurkunst;

    • -

      Educatie en onderwijs;

    • -

      Natuur en milieu;

    • -

      Verkeer en vervoer.

  • 2. De doelgroepsubsidie is uitsluitend bestemd voor vrijwilligersorganisaties.

  • 3. Een vrijwilligersorganisatie gericht op de doelgroep als bedoeld in het eerste lid, onder a, zonder jeugdleden, ontvangt een vaste bijdrage.

  • 4. Een vrijwilligersorganisatie gericht op de doelgroep als bedoeld in het eerste lid, onder a, met Astense jeugdleden ontvangt een vaste bijdrage plus een bijdrage per Astens jeugdlid.

  • 5. In bijlage II worden de subsidiebedragen genoemd voor de vrijwilligersorganisaties die vallen onder lid 3 en 4. De genoemde bedragen zijn bedragen per kalenderjaar.

  • 6. vrijwilligersorganisaties gericht op de doelgroepen als bedoeld in het eerste lid, onder b, c en d ontvangen een vaste bijdrage van € 985,= per kalenderjaar.

  • 7. Het college kan op grond van argumenten in afwijking van bovenstaande bepalingen een ander subsidiebedrag toekennen binnen de kaders van de door de raad gestelde begroting.

  • 8. De in dit artikel genoemde bedragen worden ook opgenomen in het jaarlijkse subsidieprogramma.

Artikel 7 Budgetsubsidie

  • 1. De budgetsubsidie wordt verstrekt voor activiteiten die gericht zijn op algemene en collectieve voorzieningen, niet zijnde maatwerk en specialistische zorg.

  • 2. De budgetsubsidie wordt verleend middels een beschikking.

  • 3. De budgetsubsidie is uitsluitend bestemd voor organisaties die een rechtspersoon zijn (zoals stichtingen, verenigingen, corporaties) en één of meerdere beroepskrachten in dienst hebben.

Artikel 8 Accommodatiesubsidie

  • 1. Een accommodatiesubsidie aan vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties wordt verstrekt:

    • a.

      als financiële tegemoetkoming in door het college goedgekeurde kosten van accommodaties en sportvelden in (mede) eigendom van de gemeente. De kosten kunnen worden bepaald op basis van een rekenmodel voor een kostprijsdekkende huur;

    • b.

      als structurele subsidie voor de kosten van professioneel beheer en exploitatie van een gemeenschapshuis waarin de gemeente participeert in het kader van leefbaarheid en participatie binnen de gemeente.

  • 2. Onder een gemeenschapshuis, als bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt verstaan een algemeen toegankelijke maatschappelijke voorziening of accommodatie in een dorpskern of wijk waarin (private en) publieke organisaties, al dan niet ondergebracht in één gebouw, activiteiten ontplooien die de leefbaarheid en participatie binnen de gemeente in stand houden of bevorderen.

  • 3. Sportverenigingen die gebruik maken van een gemeentelijke binnensportaccommodatie, als bedoeld in het eerste lid, onder a, ontvangen subsidie voor de kosten die zij maken voor het huren van deze accommodatie. De subsidie is een percentage van de huursom. Deze is vastgesteld op 37,8%.

  • 4. Het college kan op grond van argumenten in afwijking van bovenstaande bepalingen besluiten.

Hoofdstuk 3 Incidentele subsidie

3.1. Algemene bepalingen

Artikel 9 Incidentele subsidievormen

Incidentele subsidie wordt verstrekt op basis van de volgende twee categorieën:

  • a.

    Subsidie voor activiteiten of kadervorming/deskundigheidsbevordering;

  • b.

    Incidentele participatiesubsidie.

Artikel 10 Afwijking subsidieverordening

Het bepaalde in artikel 15, eerste en tweede lid, van de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017 geldt niet voor de in artikel 9 genoemde incidentele subsidies. In plaats daarvan zijn ten aanzien van de aanvraag van deze subsidies de bepalingen zoals weergegeven in dit hoofdstuk van toepassing.

3.2. Incidentele subsidie voor activiteiten of kadervorming/deskundigheidsbevordering

Artikel 11 Activiteitensubsidie

  • 1. Een vrijwilligersorganisatie die haar werkgebied heeft binnen de gemeente Asten kan in aanmerking komen voor een incidentele activiteitensubsidie.

  • 2. De activiteitensubsidie kan worden aangevraagd voor de volgende activiteiten:

    • a.

      het organiseren van activiteiten voor (één van) de volgende doelgroepen:

      • -

        jeugd (tot en met 18 jaar)

      • -

        mensen met beperkingen;

      • -

        mensen in een achterstandssituatie;

      • -

        (kwetsbare) ouderen;

    • b.

      het organiseren van specifieke activiteiten in het kader van festiviteiten, jubilea of bijzondere gebeurtenissen van de vrijwilligersorganisatie;

    • c.

      het organiseren van niet jaarlijks terugkerende evenementen, optredens en uitvoeringen.

  • 3. De activiteiten als bedoeld in het tweede lid dienen te voldoen aan de volgende criteria:

    • a.

      de activiteit, al dan niet met een vernieuwend karakter, past binnen het basisaanbod van de vrijwilligersorganisatie;

    • b.

      de activiteit heeft geen commercieel of politiek oogmerk; en

    • c.

      de activiteit is niet in strijd met de wet, het algemeen belang of de openbare orde.

Artikel 12 Subsidie voor kadervorming/deskundigheidsbevordering

  • 1. Een vrijwilligersorganisatie die haar werkgebied heeft binnen de gemeente Asten en die kosten maakt voor kadervorming/deskundigheidsbevordering, kan in aanmerking komen voor een incidentele subsidie voor kadervorming/deskundigheidsbevordering.

  • 2. De subsidie voor kadervorming/deskundigheidsbevordering kan worden aangevraagd voor activiteiten op het gebied van scholing, deskundigheidsbevordering, kadervorming, werving, begeleiding en vergroting van de ontplooiingsmogelijkheden van vrijwilligers.

  • 3. De activiteiten als bedoeld in het tweede lid dienen te voldoen aan de volgende criteria:

    • a.

      de cursus of opleiding heeft een duidelijke toegevoegde waarde voor het te verrichten vrijwilligerswerk en heeft direct betrekking op de werkzaamheden van de vrijwilliger of vrijwilligersorganisatie;

    • b.

      de cursus of opleiding vindt binnen één jaar nadat de subsidie is aangevraagd plaats;

    • c.

      de cursus of opleiding past binnen het basisaanbod van de vrijwilligersorganisatie.

Artikel 13 Aanvraag

  • 1. De incidentele subsidie voor activiteiten of kadervorming/deskundigheidsbevordering kan gedurende het hele jaar worden aangevraagd.

    De aanvraag dient bij het college te worden ingediend vóór aanvang van de activiteit of cursus.

  • 2. Bij de indiening van de in het eerste lid bedoelde aanvraag legt de aanvrager - indien van toepassing - de volgende bescheiden over:

    • a.

      een begroting

    • b.

      een werkplan;

    • c.

      een bewijs van inschrijving/deelname aan een cursus.

  • 3. De aanvraag kan op twee wijzen worden ingediend:

    • a.

      digitaal, via www.asten.nl;

    • b.

      met gebruikmaking van het door het college vastgestelde aanvraagformulier.

Artikel 14 Subsidieplafond

  • 1. Jaarlijks is een budget van € 15.000,= beschikbaar voor de subsidie voor activiteiten en kadervorming/deskundigheidsbevordering.

  • 2. Om te voorkomen dat dit budget wordt overschreden is er een subsidieplafond ingesteld. Aanvragen die worden ingediend nadat het budget is uitgeput worden zonder verdere motivatie afgewezen.

  • 3. De activiteitensubsidie bedraagt maximaal € 2.500,= per aanvraag.

  • 4. De subsidie voor kadervorming/deskundigheidsbevordering bedraagt maximaal € 150,= per persoon.

3.3. Incidentele participatiesubsidie

Artikel 15 Incidentele participatiesubsidie

  • 1. Een vrijwilligersorganisatie of een burgerinitiatief kan in aanmerking komen voor een incidentele participatiesubsidie.

  • 2. De incidentele participatiesubsidie kan worden aangevraagd voor een activiteit of een project gericht op de participatiesamenleving.

  • 3. Een incidentele participatiesubsidie voor een project wordt voor maximaal twee jaar verstrekt.

Artikel 16 Criteria voor vrijwilligersorganisaties

De door een vrijwilligersorganisatie uitgevoerde activiteit of project, als bedoeld in artikel 15, tweede lid, dient te voldoen aan de volgende criteria:

  • a.

    de activiteit of project is gericht op (één van) de volgende doelgroepen:

    • -

      jeugd en jongeren (tot en met 18 jaar);

    • -

      mensen met beperkingen;

    • -

      mensen in een achterstandssituatie;

    • -

      (kwetsbare) ouderen;

  • b.

    de activiteit of het project valt buiten het basisaanbod van de vrijwilligersorganisatie;

  • c.

    de activiteit of het project is gericht op het versterken van de zelfredzaamheid en participatie;

  • d.

    de activiteit of het project heeft een direct maatschappelijk doel en is gericht op inwoners van de gemeente Asten;

  • e.

    de activiteit of het project heeft geen commercieel of politiek oogmerk; en

  • f.

    de activiteit of het project is niet in strijd met de wet, het algemeen belang of de openbare orde.

Artikel 17 Criteria voor burgerinitiatieven

De door een burgerinitiatief uitgevoerde activiteit of project, als bedoeld in artikel 15, tweede lid, dient te voldoen aan de volgende criteria:

  • a.

    De activiteit draagt bij aan het versterken van de participatie, sociale cohesie en leefbaarheid;

  • b.

    De aanvraag komt van individuele of georganiseerde inwoners of rechtspersonen, dus geen professionele instelling of bedrijf;

  • c.

    De activiteit stimuleert de eigen kracht en zelfredzaamheid van bewoners;

  • d.

    De activiteit wordt – grotendeels – door vrijwilligers uitgevoerd;

  • e.

    de activiteit of het project heeft geen commercieel of politiek oogmerk; en

  • f.

    de activiteit of het project is niet in strijd met de wet, het algemeen belang of de openbare orde.

Artikel 18 Aanvraag

  • 1. De incidentele participatiesubsidie kan gedurende het hele jaar worden aangevraagd. De aanvraag dient bij het college te worden ingediend vóór aanvang van de activiteit of het project.

  • 2. Bij de indiening van de in het eerste lid bedoelde aanvraag legt de aanvrager - indien van toepassing - de volgende bescheiden over:

    • a.

      een begroting;

    • b.

      een omschrijving van de activiteit of het project.

  • 3. De aanvraag kan op twee wijzen worden ingediend:

    • a.

      digitaal, via www.asten.nl;

    • b.

      met gebruikmaking van het door het college vastgestelde aanvraagformulier.

Artikel 19 Subsidieplafond

  • 1. Jaarlijks is een budget van € 30.000,= beschikbaar voor de incidentele participatiesubsidie.

  • 2. Om te voorkomen dat dit budget wordt overschreden is er een subsidieplafond ingesteld. Aanvragen die worden ingediend nadat het budget is uitgeput worden zonder verdere motivatie afgewezen.

  • 3. De incidentele participatiesubsidie bedraagt maximaal € 5.000,= per aanvraag.

Hoofdstuk 4 Indexering

Artikel 20 Indexering subsidiebedragen

  • 1. De indexering wordt jaarlijks vastgesteld bij de uitgangspunten van de begroting.

  • 2. Voor professionele organisaties kan een ander indexeringspercentage gelden, indien dit percentage contractueel is vastgelegd met de professionele organisatie en indien autonome kostenstijgingen zijn ontstaan door cao-verplichtingen voor professionele organisaties.

  • 3. Het indexeringspercentage bij lid 2 is het maximale indexeringspercentage dat de gemeente hanteert voor professionele organisaties.

  • 4. Is het jaarlijkse indexeringspercentage van een professionele organisatie lager dan het jaarlijkse indexeringspercentage van de gemeente, dan is het indexeringspercentage van de professionele organisatie van toepassing.

  • 5. Is het jaarlijkse indexeringspercentage van een professionele organisatie hoger dan het jaarlijkse indexeringspercentage van de gemeente, dan is het indexeringspercentage van de gemeente van toepassing.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 21 Hardheidsclausule

  • 1. Het college kan in individuele gevallen ontheffing verlenen van één of meerdere verplichtingen van deze nadere regel.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen een artikel van deze nadere regel buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 22 Intrekking deelverordening

Tegelijkertijd met de inwerkingtreding van deze nadere regel wordt de ‘Deelverordening subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2017’ ingetrokken.

Artikel 23 Overgangsbepaling

Aanvragen tot subsidieverlening en subsidievaststelling aangaande de kalenderjaren 2021 en 2022 worden afgedaan volgens de bepalingen van de ‘Deelverordening subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2017’.

Artikel 24 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

Artikel 25 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Nadere regel subsidie welzijn en participatie gemeente Asten 2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten van 16 december 2021.

College van burgemeester en wethouders van Asten,

mr. W.M.A. Verberkt

secretaris

A.A.H.C.M. van Extel-van Katwijk

burgemeester

Bijlage I behorende bij artikel 5 lid 4

Participatiesubsidie

Vast bedrag tot 100 leden

Vast bedrag tot 500 leden

Vast bedrag tot 1000 leden

Vast bedrag meer dan 1000 leden

€ 780,=

€ 1.185,=

€ 1.970,=

€ 2.750,=

Bijlage II behorende bij artikel 6 lid 5

Doelgroepsubsidie

Sportverenigingen

Vast bedrag

Bedrag per jeugdlid

400,=

7,50

Jeugd- en jongerenverenigingen

Vast bedrag

Bedrag per jeugdlid

400,=

27,50

Muziekverenigingen

Vast bedrag

Bedrag per jeugdlid

3.000,=

90,=

Zang-, dans- en toneelverenigingen

Vast bedrag

Bedrag per jeugdlid

400,=

10,=

Natuur en milieu

Vast bedrag

Bedrag per jeugdlid

400,=

10,=

Oranjecomités

Heusden en Ommel

Asten

800,=

2.750,=

Sinterklaascomités

Ommel

Heusden

Asten

105,=

200,=

360,=

Stichting Jeugd Activiteiten Asten

2.750,=