Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR670231
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR670231/3
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2022.
Geldend van 01-01-2025 t/m heden
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2022.De raad van de gemeente Midden-Drenthe;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 september 2021;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
besluit:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2022 (Verordening lijkbezorgingsrechten 2022)
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- a.
begraafplaats: de begraafplaatsen in de gemeente;
- b.
graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- het doen begraven en begraven houden van lijken;
- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- het doen verstrooien van as;
- c.
grafkelder: ieder gemetselde, betonnen of daarmee gelijk te stellen ruimte waarin een stoffelijk overschot kan worden geplaatst.
- d.
urnengraf/ruimte: grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:
- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- het doen verstrooien van as;
- e.
urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;
- f.
asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
- g.
urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
- h.
verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.
Artikel 2. Belastbaar feit
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
Artikel 3. Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief
-
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 5. Belastingjaar
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6. Wijze van heffing
-
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
-
2. Andere rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of een ander schriftelijke kennisgeving, waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
Artikel 7. Onstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelag voor de jaarlijks verschuldigde rechten
-
1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
-
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
-
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8. Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan de onderhoudsrechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 9. Termijnen van betaling
-
1. De rechten moeten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.
-
2. a. In afwijking van lid 1 kunnen op verzoek de totaal verschuldigde rechten worden betaald in ten hoogste 12 maandelijkse termijnen;
b. het college is bevoegd om op verzoek in individuele gevallen een ruimere betalingsregeling toe te staan.
Artikel 10. Kwijtschelding
Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten.
Artikel 12. Intrekking / overgangsrecht
-
1. De 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2018' van 2 november 2017, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 12 november 2020, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2022, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 13. Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.
Artikel 14. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening lijkbezorgingsrechten 2022.
Ondertekening
Besloten in de openbare vergadering van de raad,
gehouden op 4 november 2021.
de raadsgriffier,
C.A.M. Bodewes
de voorzitter,
M.F.V. Damsma
Tarieventabel, behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten 2022
Tarieventabel, behorende bij de Vierde wijziging van de Verordening lijkbezorgingsrechten 2022 / tarieven per 1-1-2025.
Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten |
|
|||
|
|
|
||
1.1 |
Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven: |
|
||
1.1.1 |
- voor een periode van 10 jaar |
€ 865,00 |
||
1.1.2 |
- voor een periode van 25 jaar |
€ 2.163,00 |
||
1.1.3 |
- voor een periode van 35 jaar |
€ 3.028,00 |
||
1.1.4 |
- voor een periode van 40 jaar |
€ 3.461,00 |
||
|
|
|
||
1.2 |
Voor het verlenen van het recht als bedoeld in onderdeel 1.1. ten behoeve van een kind, overleden beneden de twaalf jaar wordt geheven: (NB: 50% van de in onderdeel 1.1 genoemde bedragen) |
|
||
1.2.1 |
- voor een periode van 10 jaar |
€ 432,50 |
||
1.2.2 |
- voor een periode van 25 jaar |
€ 1.081,50 |
||
1.2.3 |
- voor een periode van 35 jaar |
€ 1.514,00 |
||
1.2.4 |
- voor een periode van 40 jaar |
€ 1.730,50 |
||
|
|
|
||
1.3 |
Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven: |
|
||
1.3.1 |
- voor een periode van 10 jaar |
€ 432,50 |
||
1.3.2 |
- voor een periode van 25 jaar |
€ 1.081,00 |
||
1.3.3 |
- voor een periode van 35 jaar |
€ 1.514,00 |
||
1.3.4 |
- voor een periode van 40 jaar |
€ 1.730,00 |
||
|
|
|
||
1.4 |
Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven: |
|
||
1.4.1 |
- voor een periode van 10 jaar |
€ 521,00 |
||
1.4.2 |
- voor een periode van 25 jaar |
€ 1.304,00 |
||
1.4.3 |
- voor een periode van 35 jaar |
€ 1.825,00 |
||
1.4.4 |
- voor een periode van 40 jaar |
€ 2.086,00 |
||
|
|
|
||
1.5 |
Voor het verlengen van de rechten als bedoeld in 1.1 tot en met 1.4 wordt geheven voor het: (NB: voor het verlengen met 10 jaren wordt een recht geheven gelijk aan 40% van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van die rechten voor 25 jaar): |
|
||
1.5.1 |
Verlengen van het recht op een graf overledene 12 jaar en ouder: |
|
||
1.5.1.1 |
- met 5 jaar |
€ 432,50 |
||
1.5.1.2 |
- met 10 jaar |
€ 865,00 |
||
1.5.1.3 |
- met 15 jaar |
€ 1.297,00 |
||
1.5.1.4 |
- met 20 jaar |
€ 1.730,00 |
||
1.5.2. |
Verlengen van het recht op een graf overledene jonger dan 12 jaar: |
|
||
1.5.2.1 |
- met 5 jaar |
€ 215,00 |
||
1.5.2.2 |
- met 10 jaar |
€ 431,00 |
||
1.5.2.3 |
- met 15 jaar |
€ 646,00 |
||
1.5.2.4 |
- met 20 jaar |
€ 863,00 |
||
1.5.3. |
Verlengen van het recht op een urnengraf: |
|
||
1.5.3.1 |
- met 5 jaar |
€ 215,00 |
||
1.5.3.2 |
- met 10 jaar |
€ 431,00 |
||
1.5.3.3 |
- met 15 jaar |
€ 646,00 |
||
1.5.3.4 |
- met 20 jaar |
€ 863,00 |
||
1.5.4 |
Verlengen van het recht op een urnennis: |
|
||
1.5.4.1 |
- met 5 jaar |
€ 260,00 |
||
1.5.4.2 |
- met 10 jaar |
€ 520,00 |
||
1.5.4.3 |
- met 15 jaar |
€ 780,00 |
||
1.5.4.4 |
- met 20 jaar |
€ 1.041,00 |
||
|
|
|
||
Hoofdstuk 2 Begraven |
|
|||
|
|
|
||
2.1 |
Voor het begraven van een lijk van een persoon van 1 jaar of ouder wordt geheven |
€ 651,00 |
||
2.2 |
Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven |
€ 325,00 |
||
2.3 |
Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1 en 2.2 verhoogd met |
€ 325,00 |
||
2.4 |
Onder buitengewone uren wordt verstaan: voor 10.00 uur en na 16.00 uur en in het weekend |
|
||
|
|
|
||
Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen |
|
|||
|
|
|
||
3.1 |
Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven |
|
||
3.1.1 |
- in een (urnen)grafruimte |
€ 200,00 |
||
3.1.2 |
- in een urnennis |
€ 196,00 |
||
3.2 |
Voor het bijzetten van asbussen en urnen op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 3.1.1 en 3.1.2 verhoogd met |
€ 160,00 |
||
3.3 |
Onder buitengewone uren wordt verstaan: voor 10.00 uur en na 16.00 uur en in het weekend |
|
||
|
|
|
||
Hoofdstuk 4 Grafkelders |
|
|||
|
|
|
||
4.1 |
Voor het plaatsen van een grafkelder wordt per grafruimte geheven |
€ 192,00 |
||
|
|
|
||
Hoofdstuk 5 Grafbedekking en onderhoud |
|
|||
|
|
|
||
5.1 |
Voor het afgeven van een vergunning voor het hebben van een grafbedekking, bedoeld in artikel 19 van de “Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Midden-Drenthe”, wordt geheven: |
€ 192,00 |
||
5.2 |
Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de voorwerpen, zoals bedoeld in 5.1.1 wordt geheven: |
|
||
5.2.1 |
- per jaar |
€ 96,00 |
||
5.2.2 |
- voor een periode van 25 jaar (afkoopsom) |
€ 1.863,00 |
||
Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen |
|
|
||
|
|
|
|
|
6.1 |
Voor het inschrijven en overboeken van eigen graf- of urnenruimten in een daartoe bestemd register wordt geheven |
€ 6,00 |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Opgraven, schudden, ruimen, verstrooien |
|
|
||
|
|
|
|
|
7.1 |
Voor het na opgraven of schudden weer opnieuw begraven van een lijk wordt geheven |
€ 497,00 |
|
|
7.2 |
Voor het verkrijgen van toestemming voor het schudden van een graf, wordt geheven |
€ 1.414,00 |
|
|
7.3.1 |
Voor het opgraven of verwijderen van een asbus of urn wordt geheven: |
|
|
|
7.3.1.1 |
- uit een grafruimte |
€ 56,00 |
|
|
7.3.1.2 |
- uit een urnennis |
€ 243,00 |
|
|
7.3.2 |
Bij het weer terugplaatsen van de asbus of urn wordt geheven: |
|
|
|
7.3.2.1 |
- in een grafruimte |
€ 200,00 |
|
|
7.3.2.2 |
- in een urnennis |
€ 86,00 |
|
|
7.4 |
Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven |
€ 76,00 |
|
|
7.4.1 |
Voor het verstrooien op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 7.4 verhoogd met |
€ 169,00 |
|
|
7.4.2 |
Onder buitengewone uren wordt verstaan: voor 10.00 uur en na 16.00 uur en in het weekend |
|
|
|
7.5 |
Voor het plaatsen van een gedenkteken voor een periode van 25 jaar op een gedenkmuur bij het strooiveld |
€ 175,00 |
|
|
7.6 |
Voor het verlengen van de rechten als bedoeld in 7.5 wordt geheven: (NB: voor het verlengen met 10 jaren wordt een recht geheven gelijk aan 40% van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van die rechten voor 25 jaar): |
|
|
|
7.6.1 |
- voor het verlengen met 5 jaar |
€ 35,00 |
|
|
7.6.2 |
- voor het verlengen met 10 jaar |
€ 70,00 |
|
|
7.6.3 |
- voor het verlengen met 15 jaar |
€ 105,00 |
|
|
7.6.4 |
- voor het verlengen met 20 jaar |
€ 139,00 |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Overige heffingen |
|
|
||
|
|
|
|
|
8.1 |
Voor het aanbrengen van een bloemenstandaard bij een urnennis wordt geheven |
€ 193,00 |
|
|
8.2 |
Voor het voorlopen door een gemeenteambtenaar bij een begrafenis wordt geheven |
€ 114,00 |
|
Behorende bij raadsbesluit van 12 december 2024;
de griffier,
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl