Aanwijzingsbesluit betaald- en vergunningparkeren 2022

1. In de bij dit besluit behorende bijlage 1 ‘Plaatsen, tijdstippen en maximale parkeerduur betaald parkeren’, worden aangewezen de plaatsen waar-, de tijdstippen en dagen waarop tegen betaling van de parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, eerste lid onder a van de Parkeerbelastingverordening 2022 mag worden geparkeerd. Tevens wordt per plaats en tijdstip aangegeven welke parkeerduur er maximaal is toegestaan.

2. In afwijking van het bepaalde onder het eerste lid, geldt er in de B-gebieden op de volgende (feest)dagen geen betaalplicht voor parkeerapparatuurplaatsen: nieuwjaarsdag, eerste en tweede paasdag, Koningsdag, Bevrijdingsdag op lustrumjaren (2025, 2030, etc.), Hemelvaartsdag, eerste en tweede pinksterdag en eerste en tweede kerstdag.

1. In de bij dit besluit behorende bijlage 2 ‘Plaatsen en tijdstippen vergunningparkeren’, worden aangewezen de wegen, terreinen of weggedeelten die uitsluitend bestemd zijn voor het parkeren door vergunninghouders.

2. In afwijking van het bepaalde onder a, mag op de volgende (feest)dagen in de B-gebieden op belanghebbendenplaatsen worden geparkeerd zonder vergunning: nieuwjaarsdag, eerste en tweede paasdag, Koningsdag, Bevrijdingsdag op lustrumjaren (2025, 2030, etc.), Hemelvaartsdag, eerste en tweede pinksterdag en eerste en tweede kerstdag.

3. Als deelautoplaatsen binnen Vergunninggebied G, zoals bedoeld in Bijlage 1 ‘Tarieven- en kostentabel’, artikel 3, lid A onder 3 behorende bij de Verordening Parkeerbelasting 2022, die uitsluitend bestemd zijn voor het parkeren van deelauto’s, worden de plaatsen aangewezen die met bebording ter plaatse als zodanig zijn aangegeven.

1. De op de parkeerapparatuur aangegeven instructies voor het voldoen van parkeerbelasting dienen te worden opgevolgd.

2. Als tijdens het voldoen van parkeerbelasting via parkeerapparatuur verzocht wordt om het kenteken van het geparkeerde voertuig in te geven, moet deze instructie worden opgevolgd.

3. In afwijking van het bepaalde onder het eerste lid kan het in werking stellen van de parkeerapparatuur ook plaatsvinden door het inloggen op het centrale register van het ServiceHuis Parkeer- en Verblijfsrechten. Bij aanvang van het parkeren meldt de belastingplichtige de gebiedscode aan bij zijn of haar provider welke is aangesloten bij het centrale register (belparkeren).

4. In de situaties waarbij het niet mogelijk is om de voldoening op aangifte te doen bij een parkeerautomaat in verband met een defect of een storing van de parkeerautomaat, dient de voldoening op aangifte te worden gedaan bij de dichtstbijzijnde parkeerautomaat of op de wijze van het bepaalde onder het derde lid.

5. Indien de betaling verloopt als bedoeld onder de bepaling in het eerste lid, dient de uit die parkeerautomaat verkregen kaart, met daarop afgedrukt de nog niet verstreken dag en het tijdstip, te worden aangebracht of neergelegd achter de voorruit van het motorvoertuig. De kaart dient duidelijk vanaf de buitenzijde van het voertuig leesbaar te zijn zodanig dat de geldigheid hiervan gecontroleerd kan worden.

6. Er vindt geen teruggaaf plaats van de via parkeerapparatuur betaalde parkeerbelasting.

1. Het Aanwijzingsbesluit Betaald- en vergunningparkeren 2022 treedt in werking op 1 januari 2022.

2. De maatregelen treden in werking vanaf het moment dat de betreffende parkeerapparatuur en/of bebording ter plaatse is aangebracht.

3. Het ‘Besluit Betaald Parkeren 2021’, vastgesteld bij besluit van burgemeester en wethouders op 10 november 2020, wordt ingetrokken na inwerkingtreding van dit besluit, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de (belastbare) feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

4. Dit besluit wordt aangehaald als ‘Aanwijzingsbesluit betaald- en vergunningparkeren 2022’.