Wegsleepverordening gemeente Delft

Geldend van 25-12-2021 t/m heden

Intitulé

Wegsleepverordening gemeente Delft

De raad van de gemeente Delft;

gelezen het voorstel van het college van 2 november 2021;

gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 en het Besluit wegslepen voertuigen;

overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;

b e s l u i t:

  • I.

    de hiernavolgende verordening vast te stellen;

  • II.

    bepaalt dat de verordening in werking treedt op de dag na bekendmaking in het elektronische gemeenteblad. Vanaf die dag kunt u de verordening vinden op www.overheid.nl;

  • III.

    bepaalt dat belastbare feiten die zich voor de inwerkingtreding van deze verordening hebben voorgedaan, worden afgedaan volgens de Wegsleepverordening gemeente Delft 2015;

  • IV.

    besluit dat de verordening Wegsleepverordening gemeente Delft 2015, vastgesteld op 29 januari 2015 wordt ingetrokken op de datum genoemd onder II.

Wegsleepverordening gemeente Delft

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    RVV 1990: het Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • b.

    Wet: de Wegenverkeerswet 1994;

  • c.

    Besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen op grond van artikel 173 van de Wet;

  • d.

    Voertuig: hetgeen hieronder wordt verstaan in artikel 1,onder a1, van het RVV 1990;

  • e.

    Motorrijtuig: hetgeen hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid onder c van de Wet;

  • f.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van Delft.

Artikel 2. Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c, van de Wet worden aangewezen alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Delft voor zover die behoren tot een van de in artikel 2 van het Besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

Artikel 3. Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

  • 1. Als plaats van bewaring van voertuigen wordt aangewezen: Zuiderweg 30, 2289 BN te Rijswijk (Vreugdenhil Berging BV, www.vreugdenhilberging.nl).

  • 2. De openingstijden van de plaats van bewaring voor het afhalen van voertuigen zijn:

    • a)

      Maandag t/m vrijdag 07:00-19:00 uur;

    • b)

      Zaterdag en zondag 10:00-19:00 uur;

    • c)

      Feestdagen 10:00-19:00 uur.

  • 3. Het college kan een tijdelijke plaats van bewaring aanwijzen in het geval dat een specifieke situatie daartoe aanleiding geeft.

Artikel 4. Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

  • 1. De kosten voor een voertuig (uitgezonderd voertuigen zoals omschreven in het tweede en derde lid van dit artikel) bedragen:

    • a.

      Basistarief/voorrijkosten € 49,-

    • b.

      Slepen € 254,50

    • c.

      Bewaarkosten € 21,50 per dag

  • 2. De kosten voor een voertuig waarvan de totaalmassa hoger is dan 3500 kg bedragen:

    • a.

      Basistarief/per uur € 195 waarbij minimaal twee uur in rekening wordt gebracht

    • b.

      Bewaarkosten € 44,50 per dag

  • 3. De kosten voor een snorfiets of bromfiets bedragen:

    • a.

      Basistarief/voorrijkosten € 35,-.

    • b.

      Slepen € 40,-.

    • c.

      Bewaarkosten € 3 per dag

  • 4. Alle in de vorige leden van dit artikel genoemde bedragen zijn inclusief BTW. De bedragen zijn gebaseerd op prijspeil 2021 en worden jaarlijks per 1 januari aan de hand van het consumentenprijs indexcijfer verhoogd.

Artikel 5. Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat.

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid, en 174, eerste lid van de wet, zijn artikel 1,3 en 4 van deze verordening overeenkomstig van toepassing.

Artikel 6. Toezichthouders

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de personen werkzaam in de functies van:

    • a.

      Controleur en inspecteur openbare ruimte;

    • b.

      Afdelingshoofd;

    • c.

      Teamleider;

    • d.

      Senior, (ass.) havenmeester,

    • e.

      Medewerker projecten en data-analyse en

    • f.

      Juridisch medewerker kwaliteit en scholing van de afdeling Toezicht en Handhaving van het Cluster Veiligheid van de gemeente Delft;

    • g.

      BOA’s van ParkerenDelft;

    • h.

      Manager Projecten en Processen ParkerenDelft;

    • i.

      Directeur ParkerenDelft.

  • 2. Het college dan wel de burgemeester kan daarnaast andere personen belasten met dit toezicht.

  • 3. Onverminderd het eerste en tweede lid zijn de ambtenaren van politie, bedoeld in artikel 141, onder b, van het Wetboek van Strafvordering, eveneens belast met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften.

Artikel 7. Overgangsbepaling

Belastbare feiten die zich voor de inwerkingtreding van deze verordening hebben voorgedaan, worden afgedaan volgens de Wegsleepverordening gemeente Delft 2015.

Artikel 8. Intrekken uitvoeringsbesluit

Het Uitvoeringsbesluit Wegsleepverordening gemeente Delft wordt ingetrokken.

Artikel 9. inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking in het elektronische

Gemeenteblad.

Artikel 10. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Wegsleepverordening gemeente Delft”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2021.

,burgemeester.

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

,griffier.

Drs. R.G.R. Jeene CMC

Bijlage 1. Toelichting op de Wegsleepverordening gemeente Delft

TOELICHTING

ALGEMENE TOELICHTING

Sinds de Wegsleepverordening gemeente Delft uit 2015 is er een gemeentelijke uitbreiding geweest van het aantal personen/ functies die met toezicht op deze verordening belast zijn. Daar komt bij dat de in de tussentijd de plaats van bewaring gewijzigd is en de plaats van bewaring in noodgevallen is komen te vervallen.

Dit tezamen met het feit dat de model-Wegsleepverordening op onderdelen is gewijzigd, maakt dat de verordening aan herziening toe was. Van de gelegenheid is ook meteen gebruik gemaakt om de verordening op elementen leesbaarder te maken. Zo waren de kosten van het overbrengen en bewaren van voertuigen exclusief BTW waar deze nu inclusief zijn.

Het doel van de verordening is om in die gevallen waarin er sprake is van een noodzaak weg te kunnen slepen. Gedacht kan worden aan het met een andere auto parkeren op een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats of het laten staan van een auto waardoor op de weg gevaar of hinder wordt veroorzaakt, terwijl doorgaans geen sprake is van noodzaak bij het parkeren van een auto buiten een parkeervak midden in de nacht.

Een voertuig mag dus niet zonder meer worden weggesleept wanneer er alleen sprake is van een verkeersovertreding. De toezichthouder die met de uitvoering van de Verordening is belast, gaat dan ook per geval na of het wegslepen van het voertuig noodzakelijk is. Wanneer een geval als niet noodzakelijk wordt beschouwd, zal worden volstaan met het uitschrijven van een bekeuring door de opsporingsambtenaar.

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Toelichting

In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.

Ad d. voertuigen: fietsen, bromfietsen, gehandicaptenvoertuigen, motorvoertuigen, trams en wagens. Aangesloten is bij definitie uit het RVV 1990.

Ad e. motorrijtuigen: alle voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig dan wel door elektrische tractie met stroomtoevoer van elders, met uitzondering van fietsen met trapondersteuning.

Aangesloten is bij de definitie uit Betreft uit de WVW 1994.

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld.

De bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen is in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer hoeven geen wegen en weggedeelten te worden aangewezen. Van deze bevoegdheid kan op alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente gebruik worden gemaakt. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170, eerste lid, aanhef en onder c, en artikel 173, tweede lid, aanhef en onder c WVW 1994 bij gemeentelijke verordening wegen en weggedeelten worden aangewezen. In artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen is nader aangegeven om welke soorten van wegen en weggedeelten het kan gaan, zoals onder andere gehandicaptenparkeerplaatsen, taxistandplaatsen, laad- en loshavens, parkeerplaatsen voor vergunninghouders, voetgangersgebieden en dergelijke. Het is aan de gemeenteraad om in deze wegsleepverordening de wegen en weggedeelten aan te wijzen waar het college van burgemeester en wethouders van deze bevoegdheid gebruik kan maken. In de tekst van de verordening is de ruimste variant opgenomen: alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente zijn aangewezen. Kortom, een voertuig kan in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten slechts worden weggesleept wanneer deze wegen en weggedeelten én behoren tot de soorten van wegen en weggedeelten, zoals bedoeld in artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen, én zijn aangewezen in de wegsleepverordening. Voor de volledigheid wordt nog eens opgemerkt dat een parkeergedraging, zoals in deze bepaling bedoeld, op zich niet zonder meer voldoende is om over te gaan tot het wegslepen en in bewaring stellen van een voertuig. Per geval zal ook moeten worden beoordeeld of de specifieke parkeergedraging het wegslepen en in bewaring stellen van het desbetreffende voertuig ook rechtvaardigt. Indien bijvoorbeeld een voertuig midden in de nacht op een laad- en loshaven wordt geparkeerd terwijl alle winkels en bedrijven dicht zijn, zal het normaal gesproken niet weggesleept mogen worden. Het voertuig zal doorgaans pas mogen worden weggesleept wanneer de winkels en bedrijven weer opengaan of enige tijd daarvoor.

Artikel 3. Plaats van bewaring voertuigen en openingstijden

Het college kan een tijdelijke plaats van bewaring aanwijzen in het geval dat een specifieke situatie daartoe aanleiding geeft. De locatie van de bewaarplaats is bereikbaar met het openbaar vervoer. De openingstijden van de bewaarplaats zijn ook in dit artikel vastgesteld.

Artikel 4. Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

De opgenomen kosten zijn in overeenstemming met de genoemde kostencomponenten zoals in rekening gebracht door het wegsleepbedrijf. De gemeente dient voor zichzelf en eventueel derden inzicht te hebben in de wijze waarop de genoemde kosten zijn berekend. Deze berekening zal ook in eventuele bezwaar- en beroepsprocedures de gerechtelijke toets moeten kunnen doorstaan.

Artikel 5. Overbrengen en in bewaring stellen van motorvoertuigen in het geval van onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel ontbreken van een behoorlijke kentekenplaat

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid WVW 1994, waarin de bestuursdwangbevoegdheid is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt. Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X. Last onder bestuursdwang van de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard.

Artikel 6. Toezichthouders

In de verordening waren de handhavers niet benoemd.

Artikel 8. Intrekken uitvoeringsbesluit

Het Uitvoeringsbesluit Wegsleepverordening gemeente Delft was niet eerder ingetrokken.