Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR668731
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR668731/1
Regeling vervalt per 31-12-2024
Verordening op de heffing en de invordering van leges Eemsdelta 2022
Geldend van 01-01-2022 t/m 30-12-2024
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges Eemsdelta 2022De raad van de gemeente Eemsdelta,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders
d.d. 26 oktober 2021,
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
BESLUIT
vast te stellen de volgende verordening:
Legesverordening Eemsdelta 2022
Artikel 1. Definities
Deze verordening verstaat onder:
- •
dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- •
jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
- •
kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;
- •
maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- •
week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;
- b.
het verlenen van een dienst op aanvraag; of
- c.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdelingen 13.6 en 13.7 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;
- c.
het in behandeling nemen van aanvragen omtrent inkomen of vermogen
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
- 1.
De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
- 3.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving
- c.
langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;
- d.
langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van kennisgeving.
- 1.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
- 1.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);
- 2.
paragraaf 1.3 (rijbewijzen);
- 3.
artikel 1.19 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
- 4.
artikel 1.27, onder a (verklaring omtrent het gedrag);
- 5.
artikel 1.33 (Wet op de kansspelen);
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
De verordeningen:
- a.
Legesverordening Appingedam 2021 van 29 oktober 2020
- b.
Legesverordening Delfzijl 2021 van 29 oktober 2020
- c.
Legesverordening Loppersum 2021 van 29 oktober 2020
worden ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 12 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Eemsdelta 2022.
Ondertekening
Aldus besloten in de openbare vergadering van 24 november 2021
De raad van de gemeente Eemsdelta
G. Beukema
Voorzitter
T.G.C. Kramer-Klein
Griffier
Tarieventabel behorende bij de Legesverordening Eemsdelta 2022
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING
Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand
Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:
a. |
Maandag (09.00 – 16.30 uur) |
€ |
475,50; |
b. |
Dinsdag (09.00 en 09.30 uur) Ingevolge artikel 4, 1e lid van de Wet van 23 april 1879, Stb. 72 |
€ |
0,00 |
c |
Dinsdag (10.00-16.30 uur) |
€ |
475,50 |
d |
Woensdag tot en met vrijdag (09.00-16.30 uur) |
€ |
475,50 |
e. |
Zaterdag (09.00 – 16.00 uur) |
€ |
725,50 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap als daarbij geen gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op: |
|||
f. |
Maandag tot en met vrijdag (09.00 – 16.30 uur) |
€ |
90,50 |
Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:
a. |
Maandag tot en met vrijdag (09.00 – 16.30 uur) |
€ |
475,50; |
b. |
Zaterdag (09.00 – 16.00 uur) |
€ |
725,50 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als daarbij geen gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op: |
|||
f. |
Maandag tot en met vrijdag (09.00 – 16.30 uur) |
€ |
52,90 |
Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap op een andere locatie |
|||
a. |
Het tarief genoemd in artikel 1.1 wordt, voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, verhoogd met: |
€ |
172,70 |
b. |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op andere uren dan genoemd in artikel 1.1. onder a tm d tot 20.30 uur op een andere eenmalig aangewezen locatie. |
||
€ |
502,90 |
Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek |
€ |
172,70 |
Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag: |
||
a. als beëdiging bij de rechtbank al heeft plaatsgevonden: |
€ |
180,80 |
b. als beëdiging bij de rechtbank nog niet heeft plaatsgevonden: |
€ |
271,30 |
Artikel 1.6 Gereserveerd
Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen binnen een periode van [veertien] dagen voorafgaand aan die gereserveerde datum: |
€ |
266,20. |
Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje
Het tarief bedraagt voor: |
|||
a. |
het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering |
€ |
14,20 |
b. |
het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering |
€ |
25,90 |
c. |
het verstrekken van een duplicaat trouwboekje of partnerschapsboekje |
€ |
29,45 |
d. |
het bijschrijven van een kind in een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering |
€ |
3,55 |
e. |
een kerkelijke bijschrijving in een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering |
€ |
5,10 |
Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van: |
|||
a. |
een nationaal paspoort: |
||
1. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
75,80* |
2. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
57,30* |
b. |
een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort): |
||
1. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
75,80* |
2. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
57,30* |
c. |
een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
||
1. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
75,80* |
2. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
57,30* |
d. |
een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ |
57,30* |
Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van: |
|||
a. |
een Nederlandse identiteitskaart: |
||
1. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ |
68,50** |
2. |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ |
36,95** |
b. |
een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
€ |
33,35* |
Artikel 1.11 Modaliteiten
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
a. voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.9 en 1.10 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen: € 51,60;* |
b. voor het bezorgen van een in de artikelen 1.9 en 1.10 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de artikelen 1.9 en 1.10 en onder a genoemde bedragen: € 16,25.* |
* Dit is het maximumtarief vanaf 1 januari 2022. |
** Dit is het maximumtarief vanaf 28 juni 2021 vanwege de introductie van de vingerafdruk op de Nederlandse identiteitskaart. |
Paragraaf 1.3 Rijbewijzen
Artikel 1.12 Rijbewijzen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ |
41,60.* |
Artikel 1.13 Modaliteiten
1. |
Het tarief genoemd in artikel 1.12 wordt: |
||
a. |
bij een spoedlevering vermeerderd met |
€ |
34,10;** |
2. |
De verhogingen genoemd in het eerste lid zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd. |
||
* Dit is vanaf 1 januari 2022 het maximumtarief van € |
31,30, vermeerderd met het rijkskostendeel van € |
9,70. |
|
** Let op: het rijkskostendeel van de verhoging bedraagt sinds 1 januari 2013 € |
34,10. |
Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens
Artikel 1.14 Definities
1. |
Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
2. |
Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen. |
Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
a. |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ |
14,50; |
b. |
tot het afsluiten van een abonnement op het wekelijks verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente |
€ |
610,40; |
c. |
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200) |
€ |
14,50. |
Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
a. |
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
€ |
4,90; |
Artikel 1.17 Papieren verstrekking
In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
€ |
7,50* |
Artikel 1.18 Op verzoek doornemen basisregistratie personen
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier € 31,00. |
* Dit is het maximumtarief. |
Paragraaf 1.5 Bestuursstukken
Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
a. |
een afschrift van de gemeentebegroting |
€ |
122,20; |
b. |
een afschrift van de gemeenterekening |
€ |
122,20; |
c. |
een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina |
€ |
0,90; |
d. |
een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina |
€ |
0,90; |
e. |
een afschrift van de Algemene Plaatselijke verordening |
€ |
48,35; |
f. |
Een afschrift van de Bouwverordening |
€ |
48,35. |
g. |
aanvullingen op bovengenoemde verordeningen alsmede overige verordeningen, per bladzijde |
||
€ |
0,85 |
||
h. |
Een exemplaar van een bestemmingsplan, inhoudende de voorschriften, toelichting en bijlagen (excl. tekening): |
||
- |
Bestaande uit meer dan 90 pagina's |
||
- |
Bestaande uit meer dan 45 pagina's, maar niet meer dan 90 pagina's |
||
- |
Bestaande uit minder dan 45 pagina's |
||
€ |
49,50 |
||
€ |
24,80 |
||
€ |
12,30 |
||
i. |
Een exemplaar van de Welstandsnota met 2 plankaarten ( in kleur) |
€ |
147,75 |
Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op:
a. |
de verslagen van de raadsvergaderingen |
€ |
120,60; |
b. |
de stukken behorende bij de raadsvergaderingen |
€ |
120,60; |
Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie
Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in artikel 1.22, onderdeel b:
a. |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ |
1,25 |
b. |
in formaat A3, per bladzijde |
€ |
2,35 |
c. |
in formaat A2, per bladzijde |
€ |
7,70 |
d. |
In formaat A1, per bladzijde |
€ |
11,20 |
e. |
In formaat A0, per bladzijde |
€ |
14,55 |
d. |
in digitale vorm |
€ |
2,50 |
Artikel 1.22 Informatie uit registers
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit:
a. |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object |
€ |
14,30 |
b. |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet |
€ |
14,30 |
c. |
een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet |
€ |
14,30 |
d. |
het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed |
€ |
14,30 |
Artikel 1.23 Overige Informatie
a. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie ten behoeve van taxatieopdrachten, per aanvraag |
€ |
110,60 |
b. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet |
€ |
14,30 |
c. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van een afschrift uit de kadastrale massale output |
€ |
14,30 |
d. |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in het gemeentelijke kadaster voor iedere daaraan bestede periode van vijf minuten |
€ |
14,30 |
e. |
het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie |
€ |
14,30 |
Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken
Artikel 1.24 Gereserveerd
Artikel 1.25 Overige publiekszaken
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
a. tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag € 41,35*; |
b. tot het legaliseren van een handtekening € 14,45 |
c. Tot het waarmerken van een fotokopie € 14,45 |
d. Tot het verstrekken van een duplicaat containerpas € 14,45 |
e. Tot het verkrijgen van een verklaring van Nederlanderschap € 14,45 |
f. Voor het ter legalisatie opzenden van een stuk € 14,45 |
* Dit is het maximumtarief vanaf 1 maart 2016. |
Paragraaf 1.8 Gemeentearchief
Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ |
31,10. |
Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: |
€ |
5,70 |
Artikel 1.28 Gereserveerd
Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten
Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|||
1. |
het verstrekken van opgaven van verleende vergunningen tot het in gebruik nemen van woongelegenheid, wanneer deze wordt verstrekt: |
||
- |
Eenmaal per week, per jaar |
€ |
70,00 |
- |
Eenmaal per maand, per jaar |
€ |
42,70 |
- |
Eenmaal per kwartaal, per jaar |
€ |
25,35 |
Artikel 1.30 Leegstandswet
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
||
a. |
een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
€ |
84,10 |
b. |
om verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet |
€ |
19,50 |
2. |
Als aanvragen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b, gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die onderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. [Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.] |
Artikel 1.31 Wet op de kansspelen
1. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
a. voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat € 56,50;* |
b. voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat € 56,50;* |
en voor iedere volgende kansspelautomaat € 34,00;* |
c. voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd € 226,00;* |
d. voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat € 226,00;* |
en voor iedere volgende kansspelautomaat € 136,00.* |
2. Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden. |
3. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 7,20 |
4. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening € 17,70 |
* Dit is het maximumtarief. |
Artikel 1.32 Telecommunicatiewet
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet |
||
a. |
voor tracés tot en met een lengte van 10 meter |
€ |
162,85 |
b. |
voor tracés met een lengte van 10 tot en met 50 meter |
€ |
388,20 |
c. |
voor tracés met een lengte van meer dan 50 meter wordt het tarief onder b per 100 meter of een gedeelte daarvan verhoogd met |
||
€ |
93,35 |
||
d. |
voor een montagegat c.q. lasgat met een oppervlakte van minder dan 2 m2 |
€ |
162,85 |
e. |
voor een montagegat c.q. lasgat met een oppervlakte van 2 m2 of meer |
€ |
388,20 |
f. |
als met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met |
€ |
93,35 |
g. |
als de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, verhoogd met |
€ |
93,35 |
2. |
Het tarief genoemd onder a tm e wordt verminderd met 50% indien: |
||
|
op een aanvraag afwijzend wordt beschikt, |
||
|
een aanvraag wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen |
||
|
een aanvraag buiten behandeling wordt gesteld. |
||
3. |
In afwijking van de onder 1 genoemde tarieven bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een, na aanvang of gereedkomen van de werkzaamheden, ingediende melding 200% van de leges zoals deze op grond van de melding geheven zouden zijn bij een vooraf ingediende aanvraag. |
Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|||
a. |
een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ |
46,35 |
b. |
een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ |
46,35 |
c. |
verstrekking van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
€ |
108,35 |
d. |
verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het BABW zonder medische herkeuring of een aanvraag tot het verstrekken van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het BABW |
€ |
20,75 |
e. |
tot het verkrijgen en het voor de eerste keer laten aanbrengen van een gehandicaptenparkeerplaats voor particulieren per particulier |
€ |
503,75 |
f. |
Tot het wijzigen van het kenteken bij een bestaande gehandicaptenparkeerplaats voor particulieren per particulier |
€ |
114,00 |
g. |
Tot het verkrijgen van een ontheffing, of een tijdelijke ontheffing, van de parkeerduurregeling voor de parkeerterreinen: "de Ossendrift", de Paardewasch, de Wijkstraat, de Molenstraat en het terrein achter het hotel Wapen van Leiden te Appingedam |
€ |
41,35 |
h. |
Tot het wijzigen van de ontheffing van de parkeerduurregeling voor de onder g genoemde parkeerterreinen wegens het wijzigen van het kenteken van het motorvoertuig van de houder van de ontheffing |
€ |
14,55 |
i. |
Tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, inzake |
||
- |
Inrijverbod bord C1 |
||
- |
Parkeerverbod bord E1 |
||
€ |
12,00 |
||
€ |
12,00 |
Artikel 1.33a Verkeerstellingen etc.
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
a. Het beschikbaar stellen van gegevens van beschikbaar zijnde verkeerstellingen |
1. op verzoek van politie |
2. op verzoek van burgers i.v.m. overlastklachten |
3. op verzoek van (semi)overheid |
4. op verzoek van commerciële bedrijven |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 219,95 |
b. het doen van verkeerstellingen bedraagt: |
1. op verzoek van politie |
2. op verzoek van burgers i.v.m. overlastklachten |
3. op verzoek van (semi)overheid binnen de gemeente |
4. op verzoek van (semi)overheid buiten de gemeente |
5. op verzoek van commerciële bedrijven |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 440,00 |
€ 880,00 |
€ 880,00 |
c. voor het verstrekken van inlichtingen betreffende plaats gehad hebbende aanrijdingen en andere ongevallen per inlichting |
€ 13,70 |
Paragraaf 1.10 Diversen
Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|||
a. |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
7,50 |
b. |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ |
17,70 |
c. |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ |
13,90 |
d. |
kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
||
1. |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ |
1,25 |
2. |
in formaat A3, per bladzijde |
€ |
2,35 |
3. |
in formaat A2 of groter |
€ |
7,70 |
4. |
In formaat A1 |
€ |
11,20 |
5. |
In formaat A0 |
€ |
14,55 |
4. |
in digitale vorm |
€ |
2,50 |
e. |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een foto van de Beeldbank per foto in oorspronkelijk formaat |
||
€ |
7,40 |
||
f. |
Tot het verstrekken van een digitaal bestand van uitsnede van een digitale kaart, per bestand via e-mail, op eigen usb-stick, op CD Rom of DVD |
||
€ |
7,70 |
||
g. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kadastraal gegeven |
||
€ |
9,85 |
Artikel 1.35 Diverse vergunningen of beschikkingen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
a. |
tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking |
€ |
17,50 |
b. |
Tot het verkrijgen van een vaststelling van hogere grenswaarde(n) op grond van de hoofstukken V (zones rond industrieterreinen), VI (zones langs wegen) en VII (zones langs spoor-, tram- en metrowegen) van de Wet geluidhinder |
€ |
812,80 |
HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER FYSIEKE LEEFOMGEVING/ OMGEVINGSVERGUNNING
Paragraaf 2.1 Begripsomschrijvingen
2.1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
2.1.1.1 aanlegkosten: |
het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen |
2.1.1.2 bouwkosten:het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen |
2.1.1.3 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
2.1.2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
2.1.3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
Paragraaf 2.2 Gereserveerd
Paragraaf 2.3 Omgevingsvergunning
2.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: |
de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
2.3.1 Bouwactiviteiten |
2.3.1.1 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
2.3.1.1.1 indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen: 2,60% |
van de bouwkosten, met een minimum van: € 89,40 |
2.3.1.1.2 indien de bouwkosten € 50.000 tot en met € 500.000 bedragen: 2,47% |
van de bouwkosten; |
2.3.1.1.3 indien de bouwkosten meer dan € 500.000 tot en € 1.000.000 bedragen: 2,23% |
van de bouwkosten; |
2.3.1.1.4 indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 tot en met € 2,500.000 bedragen: 2,18% |
van de bouwkosten; |
2.3.1.1.5 indien de bouwkosten meer dan € 2.500.000 tot en met € 4,000.000 bedragen: 2,12% |
van de bouwkosten; |
2.3.1.1.6 indien de bouwkosten meer dan € 4.000.000 of meer bedragen: 2,04% |
van de bouwkosten, met een maximum van: |
2.3.1.1.7 Het tarief, genoemd in de onderdelen 2.3.1.1.1 tot en met 2.3.1.1.6 van deze tarieventabel, wordt verhoogd met een bedrag van (zie 2.5.6) € 50,00 |
Extra welstandstoets |
2.3.1.2 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1wordt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
2.3.1.3 Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Achteraf ingediende aanvraag |
2.3.1.4 Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: 10% |
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een maximum van € 1.000,00 |
2.3.2 Aanlegactiviteiten |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 120,90 |
2.3.3 Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
2.3.3.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 433,55 |
2.3.3.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): € 532,70 |
2.3.3.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 1.466,80 |
2.3.3.4 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 633,80 |
2.3.3.5 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 1.211,40 |
2.3.3.6 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 1.329,35 |
2.3.3.7 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 1.228,25 |
2.3.4 Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
2.3.4.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 433,55 |
2.3.4.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): € 534,60 |
2.3.4.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 1.466,60 |
2.3.4.4 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 633,80 |
2.3.4.5 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 1.211,40 |
2.3.4.6 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 1.329,35 |
2.3.4.7 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 1.228,25 |
2.3.5 In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 465,45 |
2.3.6 Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
2.3.6.1 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 10 tweede lid van de gemeentelijke Erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
2.3.6.1.1 voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: € 195,05 |
2.3.6.1.2 voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: € 195,05 |
2.3.6.2 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of de gemeentelijke Erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 195,05 |
2.3.7 Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 270,65 |
2.3.8 Aanleggen of veranderen weg |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met wegenreglement provincie Groningen of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 120,90 |
2.3.9 Uitweg/inrit |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met wegenreglement der provincie Groningen of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 94,40 |
2.3.10 Kappen |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 2 lid 1 van de gemeentelijke Bomenverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 46,95 |
2.3.12 Natura 2000-activiteiten |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 217,65 |
2.3.13 Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 217,65 |
2.3.14 Andere activiteiten |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
2.3.14.1 behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 201,35 |
2.3.14.2 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
2.3.14.2.1 als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 201,35 |
2.3.14.2.2 als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
2.3.14.2.3 Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
2.3.15 Omgevingsvergunning in twee fasen |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
2.3.15.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
2.3.15.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
2.3.16 Beoordeling bodemrapport |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
2.3.16.1 voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport € 119,50 |
2.3.16.2 voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport € 119,50 |
2.3.17 Advies |
2.3.17.1 Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
2.3.17.2 Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
2.3.18 Verklaring van geen bedenkingen |
2.3.18.1 Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
2.3.18.1.1 indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 384,75 |
2.3.18.1.2 indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
2.3.18.1.3 Indien een begroting als bedoeld in subsubonderdeel 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Paragraaf 2.4 gereserveerd
Paragraaf 2.5 Teruggaaf
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
||
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|||
2.5.1.1 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van drie weken na het in behandeling nemen ervan |
75% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|||
2.5.1.2 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 3 weken en binnen 26 weken na het in behandeling nemen ervan |
50% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|||
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
||
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
50% |
||
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
||
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
50% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
||
2.5.4 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
||
Een bedrag minder dan |
|||
wordt niet teruggegeven. |
€ |
39,00 |
|
2.5.5 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
||
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
|||
2.5.6 |
Teruggaaf bij melding begin der werkzaamheden en gereedmelding |
||
Indien binnen twee weken na aanvang respectievelijk voltooiing van de bouwwerkzaamheden schriftelijk melding is gedaan van zowel de aanvang als het gereed zijn van de bouw, wordt een teruggaaf verleend van (zie 2.3.1.1.7) |
€ |
50,00 |
Paragraaf 6 Gereserveerd
Paragraaf 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ |
82,70 |
Paragraaf 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
2.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
|
Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van een bestemmingsplan en de oplevering conform digitale vereisten. |
€ |
871,75 |
2.8.1.1 |
Indien, er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een wijzigingsplan gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld |
|
2.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening |
|
Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van een bestemmingsplan en de oplevering conform digitale vereisten. |
€ |
871,75 |
2.8.2.1 |
Indien, er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een wijzigingsplan gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld |
|
2.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het , op verzoek, door de gemeente opstellen van een bestemmingsplan, wijzigingsplan of uitwerkingsplan ten behoeve van een planologische afwijking: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld |
|
Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing middels een bestemmingsplan en de oplevering conform digitale vereisten. |
||
2.8.4 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdelen 2.8.1.1, 2.8.2.1 en 2.8.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Paragraaf 9 [Vervallen]
Paragraaf 10 In deze titel niet benoemde beschikking
2.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ |
71,70 |
2.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot aanwijzen gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 3 lid 1 van de gemeentelijke Erfgoedverordening |
€ |
263,75 |
HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING WAAROP DE DIENSTENRICHTLIJN VAN TOEPASSING IS
Paragraaf 3.1 Horeca
Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|||
b. |
een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel [2:29, tweede lid,] van de Algemene plaatselijke verordening: |
€ |
21,15 |
Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|||
a. |
een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet |
€ |
311,80 |
b. |
een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet |
€ |
27,65 |
c. |
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
€ |
93,25 |
d. |
een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet |
€ |
145,20 |
e. |
een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet |
€ |
27,65 |
f. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een gemeentelijk verlof voor het verstrekken van alcoholvrije drank voor het gebruik ter plaatse, als er sprake is van vestiging van een nieuwe onderneming of overname van een bestaande onderneming: |
€ |
145,20 |
Paragraaf 3.2 Seksbedrijven
Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel [3:3] van de Algemene plaatselijke verordening: |
||
a. |
voor een escortbedrijf: |
€ |
837,80 |
b. |
voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in onderdeel a: |
€ |
837,80 |
c. |
voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de onderdelen a en b: |
€ |
837,80 |
Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een in artikel 3.3 bedoelde vergunning in verband met een wijziging van: |
|||
a. |
de exploitant aan wie de vergunning is verleend: |
€ |
837,80 |
b. |
de op de vergunning vermelde of te vermelden beheerder of beheerders: |
€ |
837,80 |
c. |
de activiteit waarvoor de vergunning is verleend: |
€ |
837,80 |
d. |
het adres waar het seksbedrijf wordt uitgeoefend: |
€ |
837,80 |
Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet
Artikel 3.5 Gereserveerd
Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt
Artikel 3.6 Organiseren evenement
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft: |
|||
a. |
een nieuw grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel: |
€ |
169,65 |
b. |
een bestaand grootschalig evenement: |
€ |
29,95 |
f. |
een klein evenement dat niet voldoet aan de eis bedoeld in artikel [2:25, derde lid,] van de Algemene plaatselijke verordening: |
€ |
12,30 |
Artikel 3.7 Gereserveerd
Paragraaf 3.5 Standplaatsen
Artikel 3.8 Gereserveerd
Artikel 3.9 Gereserveerd
Artikel 3.10 Losse standplaatsen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening: |
|||
a. |
Voor de duur van een dag |
€ |
9,85 |
b. |
Voor de duur van een maand |
€ |
20,15 |
c. |
Voor de duur van een jaar |
€ |
114,80 |
Paragraaf 3.6 Gereserveerd
Paragraaf 3.7 Woonschepenverordening
Artikel 3.17 Ligplaastsvergunning woonschepen
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als genoemd in artikel 5:25 (ligplaats woonboten) van de Algemene Plaatselijke verordening: |
€ |
356,80 |
2. |
Onverminderd het bepaalde in het voorgaande lid bedraagt het tarief, indien toetsing aan de welstandcriteria moet plaatsvinden: |
||
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van de vergunning als genoemd in artikel 6 aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld |
|||
3. |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 6.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Paragraaf 3.8 Kinderopvang
Artikel 3.18 Kinderopvang
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1:45, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen |
€ |
685,30 |
2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1:45, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen |
||
a. |
indien het een eerste opvanglocatie betreft |
€ |
581,65 |
b. |
indien het een tweede of volgende locatie betreft |
€ |
370,45 |
3 |
Indien de in 1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan en er nog geen inspectie heeft plaatsgevonden, bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges |
75% |
|
4. |
Indien de in 3.4.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van tien weken na het in behandeling nemen ervan, of wordt afgewezen op grond van de inspectie voor aanvang exploitatie, bedraagt de teruggaaf van de op grond van dit onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges |
50% |
|
5. |
Indien de in 3.4.2.1 en 3.4.2.2 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan en er nog geen inspectie heeft plaatsgevonden, bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges |
75% |
Paragraaf 3.9 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit
Artikel 3.19 Niet benoemd besluit op aanvraag
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking: |
€ |
17,60 |
Behorende bij raadsbesluit van 24 november 2021
T.G.C. Kramer-Klein
Griffier
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl