Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR668045
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR668045/1
Regeling vervallen per 01-01-2023
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022
Geldend van 01-01-2022 t/m 31-12-2022
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022De raad van de gemeente Doesburg;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 november 2021;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
besluit
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022
Artikel 1 Definities
Deze verordening verstaat onder:
- a.
‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt.
- b.
‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen.
- c.
‘maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is.
- d.
‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar.
- e.
‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
-
1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
- a.
-
2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- b.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
-
3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moeten de leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
onderdeel 1.1.8 (akten burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
- 5.
onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 6.
hoofdstuk 16 (kansspelen);
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Overgangsrecht
-
1. De Legesverordening 2021 gemeente Doesburg van 30 september 2021, nummer 6.3 3, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven de in het eerste lid genoemde verordeningen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.
Artikel 13 Citeerartikel
Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2022.
Ondertekening
Aldus besloten door de raad van de gemeente Doesburg in zijn openbare vergadering van 16 december 2021.
De griffier,
J.B. Voorhof
De voorzitter,
drs. L.W.C.M. van der Meijs
Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2022
2021 in € |
2022 in € |
||
Titel 1. |
Algemene dienstverlening |
||
Hoofdstuk 1.1. Burgerlijke stand |
|||
1.1.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.1.1.1. |
voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap en voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, met ceremonie, op andere tijden of andere wijze dan ingevolge artikel 4 van de wet van 23 april 1879 (Stbl. 72) voor de kosteloze voltrekking, is bepaald op: |
||
1.1.1.2. |
op maandag t/m vrijdag |
399,00 |
404,00 |
1.1.1.3. |
op zaterdag |
691,00 |
700,00 |
1.1.1.4. |
op zondag of op een algemeen erkende christelijke of nationale feestdag |
803,00 |
813,00 |
1.1.1.5. |
Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, zonder ceremonie |
28,90 |
29,30 |
1.1.2. |
Voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap en voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek gelden de tarieven genoemd onder 1.1.1.2 tot en met 1.1.1.4 |
||
1.1.2.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.1.2.2. |
het tijdelijk benoemen van een buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand (BABS) van buiten de gemeente Doesburg, voor een dag |
163,00 |
165,00 |
1.1.2.3. |
een verzoek tot het op locatie aanwijzen als huis der gemeente voor een dag |
136,00 |
138,00 |
1.1.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.1.3.1. |
het verstrekken van een trouw- of partnerschapsboekje |
35,45 |
35,90 |
1.1.3.2. |
het tarief genoemd onder 1.1.3.1 wordt bij het vermelden van een bijzonder schrifttype vermeerderd met |
13,90 |
14,10 |
1.1.3.3. |
Voor het bijschrijven van een kind in bijzonder schrift, per kind |
6,50 |
6,60 |
1.1.4. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.1.4.1. |
een verklaring van burgerlijke staat |
10,95 |
11,10 |
1.1.4.2. |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
||
1.1.5. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.1.5.1. |
het door of vanwege de gemeente beschikbaar stellen van getuigen voor het voltrekken van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap, per getuige |
32,60 |
33,00 |
1.1.5.2. |
het uitleggen van de loper op de dag of op het uur waarop de kosteloze huwelijksvoltrekking, zoals deze bij wet geregeld is, plaatsvindt |
20,05 |
20,30 |
1.1.5.3. |
Bij annulering of niet op komen dagen (no-show) na het voorbereidingsgesprek met de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand is het volgende tarief verschuldigd. Met uitzondering van annulering bij ziekte van een van de partners, acute ziekenhuisopname, en/of overlijden van familieleden tot de 3e graad |
100,00 |
101,00 |
Hoofdstuk 1.2. Reisdocumenten |
|||
1.2.1. |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen voor een aanvraag voor: |
||
1.2.1.1. |
een nationaal paspoort: |
||
1.2.1.1.1. |
een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
74,75 |
75,80 |
1.2.1.1.2. |
een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
56,55 |
57,30 |
1.2.1.2. |
een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1.1 (zakenpaspoort): |
||
1.2.1.2.1. |
een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
74,75 |
75,80 |
1.2.1.2.2. |
een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
56,55 |
57,30 |
1.2.1.3. |
een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
||
1.2.1.3.1. |
een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
74,75 |
75,80 |
1.2.1.3.2. |
een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
56,55 |
57,30 |
1.2.1.4. |
een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
56,55 |
57,30 |
1.2.1.5. |
een Nederlandse identiteitskaart: |
||
1.2.1.5.1. |
een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
64,00 |
68,50 |
1.2.1.5.2. |
een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
32,90 |
36,95 |
1.2.1.5.3. |
de levering van een kunststof omslag voor een Nederlandse identiteitskaart |
1,00 |
1,50 |
1.2.2. |
een spoedlevering van de in de 1.2.1.1. tot en met 1.2.1.5. genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met: |
50,90 |
51,60 |
1.2.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.2.3.1. |
het afleggen van een (huis)bezoek en het thuis laten bezorgen van een reisdocument bij hen die niet in staat zijn om zelf op het stadhuis te verschijnen omwille van een gebrek of leeftijd, per adres |
33,00 |
33,40 |
Hoofdstuk 1.3. Rijbewijzen |
|||
1.3.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.3.1.1. |
het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
41,00 |
41,60 |
1.3.2. |
Het tarief als genoemd in 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met |
34,10 |
34,10 |
1.3.3. |
Indien bij een aanvraag, genoemd onder 1.3.1.1, een reeds eerder afgegeven rijbewijs niet kan worden overgelegd, zoals blijkt uit een daartoe afgegeven schriftelijke verklaring, worden de hiervoor verschuldigde leges vermeerderd met |
24,90 |
25,20 |
1.3.4. |
Het tarief bedraagt voor het afgeven van een Gezondheidsverklaring ten behoeve van het afleggen van een rijexamen, bij vernieuwen om medische redenen of bij 75 jaar en ouder of groot rijbewijs |
41,90 |
42,45 |
Hoofdstuk 1.4. Verstrekkingen uit de basisregistratie personen (BRP) |
|||
1.4.1. |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
||
1.4.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.4.2.1. |
het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
10,95 |
11,10 |
1.4.2.2. |
Dit bedrag wordt verhoogd indien een specifieke selectie van het bestand moet worden gemaakt. Deze verhoging bedraagt per specifieke selectie |
121,00 |
123,00 |
1.4.2.3. |
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200) |
10,95 |
11,10 |
1.4.3. |
het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar, voor 100 verstrekkingen |
622,00 |
630,00 |
1.4.4. |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
8,35 |
8,45 |
1.4.5. |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier |
23,50 |
23,80 |
Hoofdstuk 1.5. (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 1.6. (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 1.7. Bestuursstukken |
|||
1.7.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.7.1.1. |
een afschrift van de programmabegroting |
25,90 |
26,25 |
1.7.1.2. |
een afschrift van de productenraming |
46,50 |
47,10 |
1.7.1.3. |
een afschrift van de gemeenterekening met jaarverslag |
54,85 |
55,55 |
1.7.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.7.2.1. |
een afschrift van de bouwverordening |
47,60 |
48,20 |
1.7.2.2. |
de algemene plaatselijke verordening |
16,25 |
16,45 |
Hoofdstuk 1.8. Vastgoedinformatie |
|||
1.8.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
1.8.1.1. |
het verstrekken van een afdruk van een plan (zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit etc.) |
||
1.8.1.1.1. |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
0,65 |
0,70 |
1.8.1.1.2. |
in formaat A3 |
1,35 |
1,35 |
1.8.1.1.3. |
in formaat A2 |
2,75 |
2,80 |
1.8.1.1.4. |
in formaat A1 |
5,45 |
5,50 |
1.8.1.1.5. |
in formaat A0 |
11,10 |
11,25 |
1.8.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
||
1.8.2.1. |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object |
10,95 |
11,10 |
1.8.2.2. |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet |
10,95 |
11,10 |
1.8.2.3. |
een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet |
10,95 |
11,10 |
1.8.2.4. |
het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed |
10,95 |
11,10 |
1.8.2.5. |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet |
10,95 |
11,10 |
1.8.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: |
||
1.8.3.1. |
het gemeentelijke adressenbestand, per adres |
0,60 |
0,70 |
1.8.3.2. |
het relatiebestand adres kadastraal perceel, per gelegde relatie |
0,60 |
0,70 |
1.8.3.3. |
het adrescoördinatenbestand, per adrescoördinaat |
0,60 |
0,70 |
1.8.3.4. |
de gebouwenregistratie |
0,60 |
0,70 |
1.8.4. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een informatiescan makelaars, voor ieder daaraan besteed kwartier |
25,80 |
26,15 |
Hoofdstuk 1.9. Overige publiekszaken |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
|||
1.9.1. |
het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
41,35 |
41,35 |
1.9.2. |
het verstrekken van een attestatie de vita |
10,95 |
11,10 |
1.9.3. |
het verstrekken van een legalisatie van een handtekening |
10,95 |
11,10 |
1.9.4. |
het ter legalisatie opzenden van een stuk |
10,95 |
11,10 |
1.9.5. |
het verstrekken van een afgifte van bewijs van Nederlanderschap, niet bestemd voor reispapier |
10,95 |
11,10 |
1.9.6. |
het verstrekken van een uitnodigingsbrief, welke nodig is voor het verkrijgen van een visum voor een kortstondig verblijf van familie in Nederland |
21,65 |
21,95 |
1.9.7. |
het waarmerken van stukken |
10,95 |
11,10 |
1.9.8. |
elke, niet elders in dit onderdeel genoemde verklaring omtrent bepaalde personen |
10,95 |
11,10 |
1.9.9. |
het voeren van onderzoek ten behoeve van nalatenschappen en genealogie in de registers van de burgerlijke stand en in de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier, ongeacht het resultaat |
20,00 |
20,25 |
1.9.10. |
het verstrekken van een bewijs van in leven zijn |
10,95 |
11,10 |
Hoofdstuk 1.10. Gemeentearchief |
|||
1.10.1. |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier, ongeacht het resultaat |
26,85 |
27,20 |
1.10.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.10.2.1. |
een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina |
10,95 |
11,10 |
1.10.2.2. |
een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk |
10,95 |
11,10 |
Hoofdstuk 1.11. Huisvestingswet 2014 – niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 1.12. Leegstandwet |
|||
1.12.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.12.1.1. |
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
123,00 |
125,00 |
1.12.1.2. |
tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet |
40,45 |
41,00 |
1.12.2. |
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven |
||
Hoofdstuk 1.13. Gemeentegarantie – niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 1.14. Huisvestingswet |
|||
1.14.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.14.1.1. |
tot het verkrijgen van een noodurgentieverklaring als bedoeld in artikel 10b, lid 3 van de Huisvestingsverordening Doesburg 2020 |
56,00 |
58,00 |
Hoofdstuk 1.15. (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 1.16. Kansspelen |
|||
1.16.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
||
1.16.1.1. |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat (wettelijk maximum) |
56,50 |
56,50 |
1.16.1.2. |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
56,50 |
56,50 |
1.16.1.2.1. |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
34,00 |
34,00 |
1.16.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
64,80 |
65,60 |
1.16.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning) |
64,80 |
65,60 |
Hoofdstuk 1.17. Telecommunicatie – niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 1.18. Verkeer en vervoer |
|||
1.18.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.18.1.1. |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
40,45 |
41,00 |
1.18.1.2. |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van het Voertuigreglement |
40,45 |
41,00 |
1.18.1.3. |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5:8 van de Algemene plaatselijke verordening |
96,80 |
98,10 |
1.18.1.4. |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5:6 van de Algemene plaatselijke verordening |
98,10 |
|
1.18.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.18.2.1. |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
||
1.18.2.2. |
inclusief medische keuring |
124,00 |
126,00 |
1.18.2.3. |
exclusief medische keuring |
89,60 |
90,80 |
1.18.2.4. |
tot het verstrekken van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart bij vermissing of diefstal |
34,60 |
35,05 |
1.18.2.5. |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerplaats |
||
1.18.2.6. |
inclusief medische keuring |
124,00 |
126,00 |
1.18.2.7. |
exclusief medische keuring |
89,60 |
90,80 |
1.18.2.8. |
tot het aanbrengen van een wijziging van een kenteken op een bord bij een gehandicaptenparkeerplaats |
74,70 |
75,70 |
1.18.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.18.3.1. |
tot het verlenen van elke andere vergunning of ontheffing verleend op grond van het Wegenverkeersreglement, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens of een daarop steunende regeling: |
||
1.18.3.2. |
met een geldigheidsduur van één maand of minder |
11,70 |
11,85 |
1.18.3.3. |
met een geldigheidsduur van meer dan één maand en ten hoogste zes maanden |
16,15 |
16,35 |
1.18.3.4. |
met een geldigheidsduur van meer dan zes maanden |
23,75 |
24,05 |
1.18.4. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.18.4.1. |
tot het verstrekken van een parkeerschijf |
1,60 |
1,60 |
Hoofdstuk 1.19. Diversen |
|||
1.19.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor: |
||
1.19.1.1. |
het plaatsen van toeristische bewegwijzering |
88,00 |
89,10 |
1.19.1.2. |
een inzamel- of collectevergunning als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening Doesburg 2012 |
43,15 |
43,70 |
1.19.1.2.1. |
een melding voor het houden van inzamelingen of collectes door plaatselijke verenigingen |
0,00 |
0,00 |
1.19.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.19.2.1. |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
2,55 |
2,60 |
1.19.2.2. |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
||
1.19.2.2.1. |
per pagina op papier van A4-formaat |
0,65 |
0,65 |
1.19.2.2.2. |
per pagina op papier van een ander formaat |
1,35 |
1,35 |
1.19.2.3. |
Indien de stukken bedoeld in 1.20.2.2.1. en 1.20.2.2.2. worden verstrekt in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur |
||
1.19.2.3.1. |
per pagina op papier van A4-formaat |
0,75 |
0,75 |
1.19.2.3.2. |
per pagina op papier van een ander formaat |
1,55 |
1,55 |
1.19.2.4. |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk |
||
1.19.2.4.1. |
vermeerderd met |
2,55 |
2,60 |
1.19.2.4.2. |
voor elke dm² waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk de 1.000 cm² te boven gaat; |
2,55 |
2,60 |
1.19.2.5. |
een afschrift of uittreksel, als bedoeld in artikel 9 van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen |
16,20 |
16,40 |
1.19.2.6. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.19.2.6.1. |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
51,65 |
52,30 |
1.19.2.6.2. |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
10,95 |
11,10 |
Titel 2. |
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning |
||
Hoofdstuk 2.1. Begripsomschrijvingen |
|||
2.1.1.1. |
aanlegkosten: de aannemingssom (exclusief omzetbelasting) bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voorvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid gebeuren, de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. Als minimale ondergrens voor de beoordeling en vaststelling van de bouwkosten wordt het softwareprogramma MBCP (Moors Bouw Calculatie Prijzen) prijzen gehanteerd met daarin opgenomen de meest actuele prijzen van het Nederlands Bouwkosten Instituut. |
||
2.1.1.2. |
bouwkosten: de aannemingssom (exclusief omzetbelasting), bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voorvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid gebeurt, de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. |
||
2.1.1.3. |
sloopkosten: de aannemingssom (exclusief omzetbelasting), bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten die voorvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het slopen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid gebeurt, de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. |
||
2.1.1.4. |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
||
2.1.2. |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
||
2.1.3. |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
||
Hoofdstuk 2.2. Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
2.2.1. |
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo te vergunnen is, door telefonisch of fysiek overleg met de medewerkers van het Wabo-loket |
0,00 |
0,00 |
2.2.2. |
om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning of een vooroverleg waarbij een schriftelijke bevestiging wordt afgegeven of een voorgenomen plan of gebruik al dan niet past binnen de geldende voorschriften: |
25% |
25% |
van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld met een minimumbedrag van € 94,50. |
|||
Hoofdstuk 2.3. Omgevingsvergunning |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 2.4. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|||
2.3.1. |
Bouwactiviteiten |
||
2.3.1.1. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
2.3.1.1.1. |
indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen: |
93,30 |
94,50 |
vermeerderd met: |
2,85% |
2,89% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.1.2. |
indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen: |
714,00 |
723,00 |
vermeerderd met: |
2,58% |
2,61% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.1.3. |
indien de bouwkosten € 500.000 tot 1.000.000 bedragen: |
2.275,00 |
2.305,00 |
vermeerderd met: |
2,30% |
2,33% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.1.4. |
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen: |
5.380,00 |
5.450,00 |
vermeerderd met: |
2,03% |
2,05% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.1.5. |
indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen: |
11.600,00 |
11.750,00 |
vermeerderd met: |
1,70% |
1,72% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.1.6. |
indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen: |
27.170,00 |
27.525,00 |
vermeerderd met: |
1,43% |
1,44% |
|
Van de bouwkosten; |
|||
2.3.1.2. |
Beoordeling bodemrapport Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
||
2.3.1.2.1. |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
132,00 |
134,00 |
2.3.1.2.2. |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
132,00 |
134,00 |
2.3.1.3. |
Verplicht advies agrarische commissie Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
0,00 |
0,00 |
2.3.1.4. |
Achteraf ingediende aanvraag Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: |
150% |
150% |
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. |
|||
2.3.1.5. |
Beoordeling aanvullende gegevens Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: |
0,00 |
0,00 |
2.3.2. |
Aanlegactiviteiten |
||
2.3.2.1. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
291,00 |
295,00 |
2.3.2.2. |
Beoordeling bodemrapport Onderdeel 2.3.1.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.2.1 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.2 zelf toepassing vindt. |
||
2.3.3. |
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1 en 2.3.2 indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
2.3.3.1. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
367,00 |
372,00 |
2.3.3.2. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): |
367,00 |
372,00 |
2.3.3.3. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
3.850,00 |
3.900,00 |
2.3.3.4. |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
0,00 |
0,00 |
2.3.3.5. |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
0,00 |
0,00 |
2.3.3.6. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
367,00 |
372,00 |
2.3.4. |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouw- en/of aanlegactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1 en 2.3.2. indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
2.3.4.1. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
367,00 |
372,00 |
2.3.4.2. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking): |
367,00 |
372,00 |
2.3.4.3. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
3.850,00 |
3.900,00 |
2.3.4.4. |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
0,00 |
0,00 |
2.3.4.5. |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
0,00 |
0,00 |
2.3.4.6. |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
367,00 |
372,00 |
2.3.5. |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
||
2.3.5.1. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
323,00 |
327,00 |
verhoogd met, voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) |
|||
2.3.5.1.1. |
tussen 0 tot en met 100 m² |
1.069,00 |
1.083,00 |
2.3.5.1.2. |
tussen 101 tot en met 500 m², |
891,00 |
903,00 |
vermeerderd met, per m² |
1,60 |
1,60 |
|
2.3.5.1.3. |
tussen 501 tot en met 1.000 m², |
1.185,00 |
1.200,00 |
vermeerderd met, per m² |
1,05 |
1,05 |
|
2.3.5.1.4. |
tussen 1.001 tot en met 2.000 m², |
1.495,00 |
1.515,00 |
vermeerderd met, per m² |
0,75 |
0,75 |
|
2.3.5.1.5. |
tussen 2.001 tot en met 4.000 m², |
2.275,00 |
2.305,00 |
vermeerderd met, per m² |
0,40 |
0,40 |
|
2.3.5.1.6. |
tussen 4.001 tot en met 6.000 m², |
3.330,00 |
3.375,00 |
vermeerderd met, per m² |
0,15 |
0,15 |
|
2.3.5.1.7. |
meer dan 6.000 m², |
4.410,00 |
4.485,00 |
vermeerderd met, per m² |
0,05 |
0,05 |
|
2.3.5.2. |
Indien een aanvraag om een vergunning betrekking heeft op een vergunning tot wijziging dan wel uitbreiding van een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 bedraagt het tarief, indien het betreft: |
||
2.3.5.2.1. |
a. uitbreiding van een inrichting: het legesbedrag vermeld in onderdeel 2.3.5.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding; |
||
2.3.5.2.2. |
b. gewijzigd gebruik van de gehele inrichting: 40% van het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.5.1; |
||
2.3.5.2.3. |
c. gewijzigd gebruik van een gedeelte van de inrichting: 40% van het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.5.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte. |
||
2.3.5.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een wijziging van de tenaamstelling inzake de verleende gebruiksvergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 voor zover er geen wijzigingen zijn opgetreden in het gebruik van de inrichting of de inrichting zelf niet is gewijzigd: |
83,40 |
84,50 |
2.3.6. |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
||
2.3.6.1. |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo in samenhang met de Erfgoedverordening 2010 gemeente Doesburg, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
2.3.6.1.1. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument: |
291,00 |
295,00 |
2.3.6.1.2. |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
n.v.t. |
n.v.t. |
2.3.6.2. |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 20 van de Erfgoedverordening 2010 gemeente Doesburg, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
194,00 |
197,00 |
2.3.6.3. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een in de Erfgoedverordening 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
||
2.3.6.3.1. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een gemeentelijk monument |
0,00 |
0,00 |
2.3.6.3.2. |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
0,00 |
0,00 |
2.3.6.4. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een krachtens de gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
n.v.t. |
n.v.t. |
2.3.7. |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
||
2.3.7.1. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheerverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
193,00 |
196,00 |
2.3.8. |
Aanleggen of veranderen weg Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
166,00 |
168,00 |
2.3.9. |
Uitweg/inrit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
93,30 |
94,50 |
2.3.10. |
Kappen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling van de Bomenverordening 2010 gemeente Doesburg een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
33,15 |
33,60 |
2.3.11. |
Handelsreclame Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken of voeren van handelsreclame op of aan een onroerende zaak met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in artikel 2.2., eerste lid, aanhef en onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief |
154,00 |
156,00 |
2.3.12. |
Opslag van roerende zaken Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor ingevolge een bepaling de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
||
2.3.12.1. |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: |
p.m. |
p.m. |
2.3.12.2. |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: |
p.m. |
p.m. |
2.3.13. |
Natura 2000-activiteiten Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
0,00 |
0,00 |
2.3.14. |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
0,00 |
0,00 |
2.3.15. |
Andere activiteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
||
2.3.15.1. |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
0,00 |
0,00 |
2.3.15.2. |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
0,00 |
0,00 |
2.3.15.2.1. |
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning, verhoogd met: |
50% |
50% |
2.3.15.2.2. |
als het een provinciale of waterschapverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.15.3. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder |
670,00 |
679,00 |
2.3.16. |
Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
2.3.16.1. |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: 50% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
||
2.3.16.2. |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: 50% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
||
2.3.17. |
Advies |
||
2.3.17.1. |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift, algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
2.3.17.2. |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.18. |
Adviescommissie Milieueffectrapportage (MER) |
||
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 2 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de commissie voor de milieueffect rapportage (MER) nodig is en wordt afgegeven: 100% van de externe advieskosten. |
|||
2.3.18.1. |
Beoordeling van een vormvrije m.e.r. |
164,00 |
166,00 |
2.3.18.2. |
Beoordeling van een MER rapport |
1.227,00 |
1.243,00 |
2.3.19. |
Verklaring van geen bedenkingen |
||
2.3.19.1. |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
||
2.3.19.1.1. |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
834,00 |
845,00 |
2.3.19.1.2. |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
2.3.19.2. |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.19.3. |
Verhoging in verband met toetsing aan welstandscriteria Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit, genoemd in Hoofdstuk 2.2 en/of Hoofdstuk 2.3. waarvoor toetsing aan welstandscriteria plaatsvindt, worden de leges verhoogd met het bedrag dat door het Gelders Genootschap in rekening wordt gebracht volgens de “Welstandsregeling Gelders Genootschap”. |
||
Hoofdstuk 2.4. Vermindering |
|||
2.4.1. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 2.3. Er vindt geen verrekening plaats wanneer de aanvraag buiten de periode van 1 jaar wordt ingediend. |
||
2.4.2. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17. De vermindering beloopt: |
||
2.4.2.1. |
bij 5 tot 10 activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
2% |
2% |
2.4.2.2. |
bij 10 tot 15 activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
3% |
3% |
2.4.2.3. |
bij 15 of meer activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
5% |
5% |
2.4.3. |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project voor het plaatsen van zonnepanelen en -collectoren op daken, wordt het tarief aan de leges verminderd met: |
50% |
|
Hoofdstuk 2.5. Teruggaaf |
|||
2.5.1. |
Teruggaaf als gevolg van intrekking of het niet-ontvankelijk verklaren van een aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
||
2.5.1.1. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 1 week na het in behandeling nemen ervan of niet-ontvankelijk wordt verklaard |
75% |
75% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|||
2.5.1.2. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 1 week en binnen 4 weken na het in behandeling nemen ervan |
50% |
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|||
2.5.1.3. |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
25% |
25% |
2.5.2. |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning Als de gemeente een onherroepelijk verleende omgevingsvergunning voor een project, dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits het verzoek om teruggaaf is ingediend binnen 2 maanden na intrekking van de omgevingsvergunning. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
25% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges met uitzondering van de welstandsleges. |
|||
2.5.3. |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
75% |
75% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.4. |
Minimumbedrag voor teruggaaf Een bedrag minder dan € 75,00 wordt niet teruggegeven. |
||
2.5.5. |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend. |
||
Hoofdstuk 2.6. Intrekking omgevingsvergunning |
|||
2.6.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: |
0,00 |
0,00 |
Hoofdstuk 2.7. Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|||
2.7.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
42,30 |
42,85 |
Hoofdstuk 2.8. Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|||
2.8.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
4.675,00 |
4.735,00 |
2.8.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
3.650,00 |
3.695,00 |
Hoofdstuk 2.9. Sloopmelding |
|||
2.9.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 1.26 van het Bouwbesluit 2012 |
0,00 |
0,00 |
Hoofdstuk 2.10. Principebesluit |
|||
2.10.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een principebesluit tot het al dan niet verlenen van medewerking aan een procedure als bedoeld in de onderdelen 2.33 en 2.34, met dien verstande dat geen restitutie plaatsvindt als het principebesluit voor de aanvrager negatief luidt |
93,30 |
94,50 |
Hoofdstuk 2.11. In deze titel niet benoemde beschikking |
|||
2.11.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking |
207,00 |
210,00 |
Titel 3. |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
||
Hoofdstuk 3.1. Horeca |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|||
3.1.1. |
een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge de artikelen 3 en 4 van de Alcoholwet |
332,00 |
336,00 |
3.1.2. |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening |
332,00 |
336,00 |
3.1.3. |
een aanvraag tot het wijzigingen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening |
76,70 |
77,70 |
3.1.4. |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, derde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening |
76,70 |
77,70 |
3.1.5. |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet |
76,70 |
77,70 |
3.1.6. |
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
76,70 |
77,70 |
3.1.7. |
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet |
76,70 |
77,70 |
3.1.8. |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet |
76,70 |
77,70 |
Hoofdstuk 3.2. Organiseren evenementen of markten |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|||
3.2.1. |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (evenementenvergunning) en behorend tot één van de onderstaande categorieën als bedoeld in het Regionaal Kader Evenementenveiligheid: |
||
3.2.1.1. |
Klasse A: (regulier), per evenement |
76,70 |
77,70 |
3.2.1.2. |
Klasse B: (aandacht), per evenement |
153,00 |
155,00 |
3.2.1.3. |
Klasse C: (risicovol), per evenement |
307,00 |
311,00 |
3.2.2. |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening |
76,70 |
77,70 |
Hoofdstuk 3.3. Seksbedrijven |
|||
3.3.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
3.3.1.1. |
tot het verlenen of verlengen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening |
||
3.3.1.1.1. |
voor een escortbedrijf |
696,00 |
705,00 |
3.3.1.1.2. |
voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in subonderdeel 3.3.1.1.1. |
1.037,00 |
1.050,00 |
3.3.1.1.3. |
voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de subonderdelen 3.3.1.1.1. en 3.3.1.1.2. |
1.037,00 |
1.050,00 |
3.3.2. |
tot het wijzigen van de in subonderdeel 3.3.1.1. bedoelde vergunning |
177,00 |
179,00 |
3.3.2.1. |
Het bedrag dat op grond van subonderdeel 3.3.1.1. verschuldigd is bij een aanvraag als in dat subonderdeel bedoeld wordt: |
||
3.3.2.1.1. |
voor iedere beheerder die zal worden aangesteld bij het seksbedrijf vermeerderd met |
88,00 |
89,10 |
3.3.2.1.2. |
als de aanvraag tot het verlenen van de vergunning mede ziet op een seksinrichting vermeerderd met |
88,00 |
89,10 |
3.3.2.2. |
Indien meerdere aanvragen als bedoeld in subonderdeel 3.3.1.1. gelijktijdig worden ingediend en betrekking hebben op hetzelfde seksbedrijf en dezelfde exploitant, worden de op grond van dat subonderdeel verschuldigde leges voor iedere tweede en volgende van die aanvragen verminderd met: |
25% |
25% |
3.3.2.3. |
Indien een vergunning als bedoeld in de subonderdelen 3.3.1.1.1 of 3.3.1.1.2 is verleend onder de voorwaarde dat er ten hoogste één prostituee voor of bij het prostitutiebedrijf mag werken, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. Van de op grond van die subonderdelen voor het betreffende prostitutiebedrijf verschuldigde leges bedraagt de teruggaaf: |
25% |
25% |
Hoofdstuk 3.4. Huisvestingswet 2014 – niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 3.5. Marktstandplaatsen – niet van toepassing |
|||
Hoofdstuk 3.6. Winkeltijdenwet |
|||
3.6.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
3.6.1.1. |
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet |
76,70 |
77,70 |
3.6.1.2. |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander |
76,70 |
77,70 |
3.6.1.3. |
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1.1 bedoelde ontheffing |
76,70 |
77,70 |
Hoofdstuk 3.7. Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren |
|||
3.7.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: |
||
3.7.1.1. |
het afgeven van een instemmingsbesluit voor reguliere werkzaamheden binnen het grondgebied van de gemeente |
527,00 |
534,00 |
3.7.1.2. |
het afgeven van een instemmingsbesluit voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard binnen het grondgebied van de gemeente |
104,30 |
105,70 |
3.7.2. |
voor beheers-, degeneratie- en onderhoudskosten worden de onder 3.7.1.1 en 3.7.1.2 genoemde tarieven per meter sleuf verhoogd conform de tarieven van de UNOG (Uniformiteit Nutsbedrijven Oostelijk Gelderland) |
||
Hoofdstuk 3.8. In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|||
3.8.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
76,70 |
77,70 |
Behoort bij raadbesluit van 16 december 2021.
De griffier van Doesburg,
J.B. Voorhof
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl