Beleidsregel 'Gebruik binnenstadstuinen voor evenementen'

Geldend van 09-12-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel 'Gebruik binnenstadstuinen voor evenementen'

Het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal;

gelet op het bepaalde in het Besluit Omgevingsrecht (bijlage II, artikel 4), de artikelen 4.81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 125 e.v. van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

de bij dit besluit behorende beleidsregel ‘Gebruik Binnenstadstuinen voor evenementen’ vast te stellen.

BELEIDSREGEL ‘GEBRUIK BINNENSTADSTUINEN VOOR EVENEMENTEN’

Oldenzaal is een levendige, energieke en bruisende stad met een uniek en attractief winkelaanbod, gezellige horeca, veel evenementen, recreatieve en culturele voorzieningen. De binnenstad nodigt uit tot ontmoeten, vermaken, genieten, beleven en tot het ondernemen van een scala aan activiteiten. De coalitie stimuleert het houden van evenementen in de binnenstad. In het bestuursakkoord 2014-2018 geeft de coalitie aan zich samen met de stad in te willen zetten op een creatieve, inspirerende en ondernemende aanpak om de stad te promoten.

De nu nog voor de binnenstad geldende bestemmingsplannen, waarin de gebruiksmogelijkheden van gebouwen en terreinen zijn vastgelegd, spelen hierop nog niet helemaal in. Afhankelijk van de concrete invulling (soort evenement) en het plan worden slechts (beperkte) mogelijkheden voor evenementen geboden. Vooruitlopende op het nieuwe Omgevingsplan ‘Stedelijk Kerngebied’ heeft de gemeente in deze beleidsregel spelregels geformuleerd. Het doel hiervan is om het (nieuwe) gebruik in goede banen te leiden en (ernstige) overlast voor de omgeving te voorkomen, maar ook om vast te leggen dat er sprake is van een gedeelde verantwoordelijkheid tussen gemeente en eigenaren/organisatoren van evenementen.

Afwijken van het bestemmingsplan

Per 1 november 2014 is het Besluit omgevingsrecht (Bor) gewijzigd en zijn onder meer de moge-lijkheden van het college om van het bestemmingsplan af te wijken verruimd. Het betreft hier de uitbreiding van de ‘kruimgevallenlijst’ uit bijlage II van het Bor.

Het gaat om de volgende onderdelen van artikel 4 bijlage II Bor.

  • 9.

    het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers.

  • 11.

    Ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 10 voor een termijn van ten hoogste tien jaar.

Met behulp van deze lijst wordt bepaald wanneer definitief of tijdelijk kan worden afgeweken van het bestemmingsplan.

Op de ‘kruimelgevallenafwijking’ is de reguliere Wabo-procedure van toepassing. Deze procedure duurt acht weken (met de mogelijkheid om deze met zes weken te verlengen). Ook geldt de lex silencio positivo: het van rechtswege goedkeuren van een aanvraag na overschrijding van de daarvoor geldende beslistermijn. Het kan dus voorkomen dat omvangrijk en langdurig strijdig gebruik van rechswege wordt goedgekeurd. Het wordt daardoor extra belangrijk dat het college een ‘kruimelgevallenbeleid’ opstelt. Dit beleid geeft een handvat om snel te kunnen beslissen op aanvragen om vergunning. Daarmee wordt voorkomen dat deze van rechtswege moet worden verleend.

Bestaande activiteiten/evenementen in de binnenstad zijn:

  • Haringparty

  • Straattheaterfestival

  • Zomercarnaval/Bombastival

  • Kunsten op straat

  • Oldenzaal Muzikaal

  • De Boeskool

  • Zaand, Zeep en Zoda

  • Koningsdag.

De gemaakte beleidsregel heeft betrekking op het type activiteiten, de geluidnormen, de tijdsduur en de communicatie.

Het gebied waarop de beleidsregel betrekking heeft is begrensd tot Palthehuis- en tuin, Bombazijnplein, tuin Soer, herdenkingstuin c.a; zie bijgevoegde tekening ‘Gebiedsbegrenzing beleidsregel ‘Gebruik binnenstadstuinen voor evenementen’.

Inhoud beleidsregel

1.Type activiteiten

Als uitgangspunt geldt dat de activiteiten een maatschappelijke betekenis voor de stad moeten hebben en moeten passen bij het historische karakter van het Palthehuis en –tuin en omgeving.

Jaarlijks mogen maximaal vijftien activiteiten/evenementen in strijd met het bestemmingsplan worden gehouden.

Toelichting

Uitgangspunt is dat het karakter van gebouwen en tuinen de aanleiding vormt om de betreffende activiteit hierin te houden; dit geldt in het bijzonder voor het Palthehuis en – tuin. De activiteit/het evenement – en dat mag een onderdeel zijn van een grotere activiteit/evenement – is op dit punt onderscheidend. Het nuttigen van alcohol als onderdeel van de activiteit is toegestaan.

In het nieuwe Omgevingsplan ‘Stedelijk Kerngebied’ wordt dit uitgangspunt onder het thema ‘ei-gentijds medegebruik van gebouwen, pleinen en tuinen’ nader ingevuld. Vooruitlopend hierop mogen er buiten het toegestane gebruik in de tuinen jaarlijks maximaal vijftien evenementen/activiteiten plaatsen die niet passen in het geldende bestemmingsplan Binnenstad.

2.Geluidnormen

De gevelbelasting op de gevel van omliggende woningen mag maximaal 75 dB(A) bedragen; per evenement kan een lagere maximale gevelbelasting worden vastgelegd.

Toelichting

De maatschappelijke acceptatie van een evenement/activiteit is mede afhankelijk van het soort evenement, wanneer het evenement plaatsvindt, de tijdsduur en het tijdstip, de frequentie van eve-nementen in de binnenstad, overeenkomst tussen buurt en publiek, soort muziek etc. Een geluid-norm van 60 dB(A) op de gevels van omliggende woningen is ’s avonds acceptabel. In veel gevallen is dit geen realistische norm.

Indien het evenement duidelijk bekend gemaakt is, niet te lang duurt, tot uiterlijk 23.00 uur wordt gehouden en op een breed draagvlak bij de omgeving kan rekenen is een geluidnorm van 75 dB(A) op de gevel meestal aanvaardbaar.

Naarmate er meer draagvlak is voor een evenement zijn er meer mogelijkheden. Het draagvlak wordt meegenomen in de belangenafweging of er wel of niet vergunning wordt verleend.

3.Tijden

Het evenement/de activiteit dient uiterlijk 23.00 uur te zijn afgelopen.

Toelichting

Het gaat hier niet om een zelfstandig horecabedrijf met de daarbij behorende openingstijden. Een eindtijd van 23.00 uur is maatschappelijk verdedigbaar/aanvaardbaar.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van 19 mei 2015,

het college van burgemeester en wethouders

de secretaris

de burgemeester