Regeling vervallen per 01-01-2023

Verordening logiesbelasting 2022

Geldend van 01-01-2022 t/m 31-12-2022

Intitulé

Verordening logiesbelasting 2022

De Raad van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 september 2021 (raadsvoorstel nr. 21bb011570; raadsstuk 21bb011555);

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

besluit:

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam 'logiesbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1.

  • 2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

  • 3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

Artikel 3 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • a.

    van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet toelating zorginstellingen;

  • b.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, onderdelen c, d, f, g, h, van deze wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

  • 1. De belasting wordt berekend over de vergoeding die voor het verblijf met overnachten in rekening wordt gebracht, de logiesbelasting daaronder niet begrepen.

  • 2. Als vergoeding kan worden aangemerkt het bedrag dat als verschuldigd wegens logies aan de heffing van omzetbelasting is onderworpen.

Artikel 5 Belastingtarief

Het tarief bedraagt 6,5% van de overnachtingsprijs.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderkwartaal.

Artikel 7 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte.

Artikel 8 Ontstaan en omvang van de belastingschuld

De belasting is verschuldigd uiterlijk één maand volgende op het belastingtijdvak waarin de belastingplicht is aangevangen.

Artikel 9 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige, bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.

Artikel 10 Nadere regels door het college

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de logiesbelasting.

Artikel 11 Intrekking oude verordening

De Verordening logiesbelasting 2021 wordt ingetrokken.

Artikel 12 Overgangsbepaling

De Verordening logiesbelasting 2021 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2022 hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening logiesbelasting 2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 9 en 11 november 2021.

De griffier,

I.C.M. Broeders

De voorzitter,

A. Aboutaleb

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 30 november 2021 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)

Toelichting op de Verordening logiesbelasting 2022

Art. 224 Gemeentewet maakt het mogelijk om een logiesbelasting (ook wel toeristenbelasting genoemd) te heffen voor het houden van verblijf door niet-ingezetenen. In Rotterdam wordt deze belasting Logiesbelasting genoemd. Het gaat hier om een algemene belasting waarvan de opbrengsten toevloeien aan de algemene middelen van de gemeente.

De opbrengst van de logiesbelasting is bedoeld voor dekking van het evenementenfonds van de gemeente Rotterdam.

Met de keuze voor overnachtingen tegen een vergoeding in welke vorm ook, sluit de verordening aan bij een in de praktijk bestaand afrekenmoment. Degene die gelegenheid biedt tot overnachting zal immers ervoor zorgdragen dat hij de afgesproken vergoeding ontvangt.

Daarnaast zal de ontvangen vergoeding in de (financiële) administratie worden verantwoord. De heffing van de logiesbelasting sluit daarmee aan bij een al bestaande wettelijke plicht tot het voeren van een administratie. Dit maakt de controle en handhaving uitvoerbaar.

Het sterk commerciële karakter van de verblijfssector maakt dat veel nieuwe benamingen voor nieuwe en bestaande verblijfsvormen worden geïntroduceerd. De afgelopen jaren zijn dan ook regelmatig bezwaarschriften ingediend omdat een bepaalde vorm van verblijf met betaalde overnachting niet in de verordening zou zijn genoemd en zodoende niet tot belastingplicht zou leiden.

Voor een goede spreiding van lasten is het wenselijk dat het belastbare feit niet onnodig wordt ingeperkt. Doel is alle overnachtingen waarvoor de verblijfhouder een vergoeding in welke vorm dan ook verschuldigd is, in de heffing te betrekken. Alleen dan kan het tarief per overnachting zo laag mogelijk worden gehouden.

In de verblijfssector zijn voornamelijk ondernemers actief. Op deze ondernemers rust op grond van fiscale wetgeving al een administratieplicht. Daarnaast zijn deze ondernemers op grond van het Wetboek van Strafrecht en de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012 verplicht een zogenoemd nachtregister bij te houden. Deze administraties bieden op zich al voldoende informatie om de hoogte van het belastingbedrag te bepalen. Door bij het bepalen van het belastingbedrag op deze administraties aan te sluiten, wordt voorkomen dat ondernemers onnodige aanvullende handelingen moeten verrichten. Daarnaast sluit het bepalen van het belastingbedrag beter aan bij de werkelijke overnachtingen, zodat ook hiermee een realistische spreiding wordt bereikt over alle verblijfhoudende niet-ingezetenen.