Regeling vervallen per 01-01-2024

Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord 2021

Geldend van 03-12-2021 t/m 31-12-2023

Intitulé

Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord 2021

Zaaknummer: 1897658

gelet op:

  • het bepaalde in artikel 8 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Noord-Holland Noord;

  • het bepaalde in afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn besluit:

1. het Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord 2021 vast te stellen;

2. het Mandaatbesluit Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord 2014 in te trekken.

Artikel 1 Definities

Dit mandaatbesluit verstaat onder:

  • a.

    de directeur: de directeur van de omgevingsdienst als bedoeld in artikel 31 van de regeling;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn;

  • c.

    inrichting: elke door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid die binnen een zekere begrenzing pleegt te worden verricht.

Artikel 2 Taken/ Bevoegdheden

  • 1.

    De omgevingsdienst voert de taken uit die door het college aan de omgevingsdienst zijn opgedragen. Deze zijn vastgelegd in de geldende dienstverleningsovereenkomst tussen de gemeente en Omgevingsdienst Noord-Holland Noord (OD NHN).

  • 2.

    Ter uitvoering van de in artikel 2, eerste lid, opgedragen taken is de directeur bevoegd om namens het college beslissingen te nemen of handelingen te verrichten, die zijn vermeld in bijlage A behorend bij dit besluit voor zover het de door de gemeente aan de omgevingsdienst opgedragen taken betreft.

  • 3.

    Bevoegdheden die in bijlage A met Mt (mandaat) worden aangeduid, worden - met inbegrip van ondertekening van stukken - opgedragen aan de directeur. Het gaat daarbij om de bevoegdheid om in naam van het college besluiten te nemen.

  • 4.

    Voor aangelegenheden die in bijlage A met Mg (machtiging) worden aangeduid, wordt de directeur als gemachtigde van het college aangewezen. Het gaat daarbij om een machtiging tot het verrichten van feitelijke handelingen.

  • 5.

    In geval van afwezigheid van de directeur, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger(s).

Artikel 3 Kaders uitoefening bevoegdheden

De directeur betrekt bij de uitoefening van de aan hem opgedragen taken en bevoegdheden het beleid van het college ter zake, alsmede de door de gemeenteraad van de gemeente vastgestelde kaders.

  • 1.

    Het college treedt bij voorgenomen nieuw beleid of beleidswijzigingen in overleg met de omgevingsdienst betreffende uitvoeringsaspecten indien dat beleid raakt aan de taken en bevoegdheden die de omgevingsdienst uitvoert dan wel uitoefent.

  • 2.

    Het college zendt de directeur alle benodigde informatie noodzakelijk voor de uitvoering van het bepaalde in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de directeur in afwijking van het bepaalde in het eerste lid wenst te besluiten, treedt hij hierover in overleg met het college.

Artikel 4 Betrekken college bij besluitvorming

Indien namens het college uit te oefenen bevoegdheden of taken, zoals bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, van dit mandaatbesluit, het beleid van dit college is betrokken op de manier zoals omschreven in het tweede lid van dit artikel dan wel indien de mandataris van mening is dat ter zake beleidsaspecten aan de orde zijn die buiten het werkterrein van de omgevingsdienst vallen, legt de mandataris de zaak vooraf voor aan de betrokken portefeuillehouder. Indien deze dit nodig acht, wordt de zaak ter verdere besluitvorming aan het college voorgelegd.

Voor de toepassing van het bepaalde in het eerste lid wordt in elk geval geacht het beleid van het college bij een te nemen besluit te zijn betrokken:

  • a.

    indien het voorgenomen besluit een aanvulling of afwijking van het tot dan gevoerde beleid inhoudt, indien precedentwerking te verwachten is dan wel indien beleid ter zake moet worden vastgesteld;

  • b.

    indien er rekening mee gehouden moet worden, dat de betrokken portefeuillehouder en/of het college op zijn of haar verantwoordelijkheid voor het te nemen besluit zal worden aangesproken;

  • c.

    indien uit het te nemen besluit financiële, politieke of andere belangrijke consequenties kunnen voortvloeien.

Artikel 5 Afspraken bij relatie met ander beleidsterrein

Indien bij de uitoefening van bevoegdheden, zoals bedoeld in artikel 2, tweede lid, een ander gemeentelijk beleidsterrein dan milieu belang heeft of de betreffende zaak een ander beleidsterrein raakt, legt de functionaris aan wie de bevoegdheid ter zake is toegekend, de zaak vooraf voor aan het hoofd van de sector, de afdeling, het bureau of taakveld waarbinnen dit beleidsterrein valt. Indien met dit hoofd geen overeenstemming wordt bereikt, legt de functionaris aan wie de bevoegdheid is toegekend, de zaak voor aan de portefeuillehouder van de gemeente. Indien laatstgenoemde dit nodig acht, wordt de zaak ter verdere besluitvorming aan het college voorgelegd.

Artikel 6 Ondertekening

In geval van gebruikmaking van de bevoegdheid om namens het college besluiten te nemen of taken uit te oefenen, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend: “Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn namens deze” gevolgd door de functieaanduiding van de mandataris en zijn of haar handtekening en naam”.

Artikel 7 Ondermandaat

  • 1.

    De directeur is bevoegd ten aanzien van de bevoegdheden en taken zoals vermeld in de bij dit besluit behorende bijlagen, met inbegrip van de ondertekening van stukken, ondermandaat/-machtiging te verlenen.

  • 2.

    De ondermandatering/-machtiging gebeurt schriftelijk en wordt ter kennis van het college gebracht.

  • 3.

    Ingeval van uitoefening van ondermandaat/-machtiging als bedoeld in het eerste lid, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend: “Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn, namens deze” gevolgd door de functieaanduiding van de ondermandataris en zijn of haar handtekening en naam.

Artikel 8 Overgangsbepalingen en intrekking eerdere besluiten

  • 1.

    Voor procedures voor afhandeling van milieuvergunningen, meldingen of handhavingstrajecten die zijn gestart vóór inwerkingtreding van het Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord blijft het onmiddellijk vóór dat tijdstip geldende recht met betrekking tot mandatering en machtiging van toepassing.

  • 2.

    Voor het overige worden de voorafgaande mandaatbesluiten van de afzonderlijke milieudiensten (Kop van Noord-Holland, Regio Alkmaar en West-Friesland) ingetrokken met ingang van de dag van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 9 Bekendmaking en inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit wordt op de gebruikelijke wijze bekend gemaakt.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na die waarop het bekend is gemaakt.

Artikel 10 Citeertitel

Het mandaatbesluit wordt aangehaald als “Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord 2021”.

Aldus vastgesteld, 16 november 2021

College van burgemeester en wethouders

de secretaris,                                             de burgemeester,

Bijlage A

Behorend bij artikel 2 van het Mandaatbesluit Omgevingsdienst Noord-Holland Noord 2021

AFKORTINGEN

In deze bijlage wordt verstaan onder:

Awb : Algemene wet bestuursrecht

Wm : Wet milieubeheer

Wabo : Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

APV : Algemene plaatselijke verordening

Wbb : Wet bodembescherming

Wgh : Wet geluidhinder

ADR: Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg

ISV: Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing

Mg : Machtiging

Mt : (Onder) Mandaat

ONDERDEEL A BASISTAKEN

Algemene wet bestuursrecht

Omschrijving/Bevoegdheid

Mandataris/Gemachtigde

Soort

1

Het verschaffen van schriftelijke informatie van feitelijke aard aan derden en het voeren van correspondentie, voor zover het de opgedragen taken van de Omgevingsdienst betreft.

Directeur

Mg/Mt

2

Het vaststellen van alle binnen de Omgevingsdienst benodigde aanvraagformulieren ingevolge artikel 4:4 van de Awb.

Directeur

Mt

3

Het uitoefenen van de doorzendplicht c.q. terugzendplicht ingevolge de artikelen 2:3 en 6:15 van de Awb

Directeur

Mg

4

Het stellen van een termijn om een aanvraag met gegevens en bescheiden dan wel met een vertaling of een samenvatting aan te vullen, alsmede beslissen om een aanvraag niet te behandelen als bedoeld in artikel 4:5 in samenhang met artikel 4:15 van de Awb

Directeur

Mt

5

De bevoegdheid een aanvraag af te wijzen ingevolge artikel 4:6, tweede lid, Awb.

Directeur

Mt

6

Het conform afdeling 4.1.2 van de Awb horen van betrokkenen bij het tot stand komen van een beschikking op het werkterrein van de Omgevingsdienst.

Directeur

Mg

7

Het opstellen van een verweerschrift in het kader van een bezwaarschriftprocedure of (hoger) beroepsprocedure op grond van de Awb met betrekking tot beschikkingen/besluiten die in mandaat namens het college zijn genomen.

Directeur

Mt

8

Het vertegenwoordigen van en voeren van het woord namens het college bij het horen van belanghebbenden in verband met een bezwaarschrift tegen een besluit in de situatie als omschreven in artikel 7:5 van de Awb respectievelijk in de situatie, als omschreven in artikel 7:13 van de Awb.

Directeur

Mg

9

Het vertegenwoordigen van en voeren van het woord namens het college in het kader van een (hoger) beroepsprocedure op grond van de Awb bij de rechtbank respectievelijk Raad van State met betrekking tot beschikkingen dan wel besluiten die in mandaat namens het college zijn genomen.

Directeur

Mg

10

Het aanwijzen van toezichthouders die zijn belast met het toezicht op de naleving van wettelijke bepalingen voor zover dit door de gemeente aan de Omgevingsdienst opgedragen taken of verstrekte opdrachten betreft alsmede het intrekken van een gegeven aanwijzing.

Directeur

Mt

11

Het beslissen op een verzoek tot handhaving met betrekking tot een inrichting of een Milieu gerelateerde klacht of voor zover dit betrekking heeft op andere aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mt

12

Het beslissen omtrent bestuursrechtelijke sancties op grond van de Gemeentewet in samenhang met de Awb en bij of krachtens de Wm en de Wabo, zoals het toepassen van een last onder bestuursdwang en het opleggen van een last onder dwangsom (de beschikkingen) met betrekking tot een inrichting of voor zover dit betrekking heeft op andere aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mt

13

Het verzamelen en registreren van de gegevens die met het oog op de uitoefening van de taak als bedoeld onder 12 van belang zijn.

Directeur

Mg

14

Het schriftelijk mededelen dat een dwangsom is respectievelijk dat dwangsommen zijn verbeurd en het beslissen tot het geven van een invorderingsbeschikking en de afhandeling van het invorderingstraject ervan.

Directeur

Mt

15

Het uitvoeren en coördineren van werkzaamheden in verband met aanzegging toepassing bestuursdwang op grond van de Wm, de Wabo, de Wet bodembescherming en de Awb.

Directeur

Mg

16

Het beslissen tot het geheel of gedeeltelijk intrekken of het opschorten van een dwangsombesluit.

Directeur

Mt

17

Het behandelen van klachten met betrekking tot een inrichting of een milieu gerelateerde klacht of voor zover dit betrekking heeft op andere aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mg

Wet milieubeheer

18

Het uitoefenen van de bevoegdheden die bij of krachtens de Wet milieubeheer aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken om vergunning of ontheffing ingevolge deze wet met betrekking tot een inrichting of een (milieu gerelateerde) aangelegenheid of klacht of voor zover dit betrekking heeft op aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mt

19

Uitvoering geven aan de artikelen, als gesteld in hoofdstuk 17 Wet milieubeheer ‘maatregelen in bijzondere omstandigheden‘ voor zover het werkterrein van de Omgevingsdienst betreft

Directeur

Mg

Overige milieuwetgeving

20

Het uitoefenen van de bevoegdheden die op grond van de Wet bodembescherming aan het college toekomen alsmede het uitoefenen van handhavingsbevoegdheden en het accepteren van meldingen op grond van het Besluit bodemkwaliteit.

Directeur

Mt

21

Het uitoefenen van de bevoegdheden die op grond van de Waterwet aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken om vergunning of ontheffing ingevolge de Waterwet voor zover dit door de gemeente aan de Omgevingsdienst opgedragen taken of verstrekte opdrachten betreft.

Directeur

Mt

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo)

22

Het uitoefenen van de bevoegdheden die bij of krachtens de Wabo aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken om vergunning of ontheffing ingevolge deze wet voor zover het betreft een inrichting of een milieu gerelateerde klacht of voor zover dit betrekking heeft op andere aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mt

Overige wetgeving

23

Het uitoefenen van de bevoegdheden die bij of krachtens de Woningwet, het Bouwbesluit en de Wet milieubeheer met betrekking tot milieu en asbest (sloop) aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken.

Directeur

Mt

ONDERDEEL B OVERIGE MILIEUTAKEN

Festiviteitenregeling

24

Het kennis nemen en publiceren van een kennisgeving voor een incidentele festiviteit in het kader van de festiviteitenregeling die op grond van regels bij of krachtens de Wm zijn vastgesteld in de APV.

Directeur

Mg

(Knal)apparaten

25

Het verlenen of weigeren van een ontheffing om in de open lucht een (knal)apparaat in werking te hebben op grond van het desbetreffende artikel van de APV respectievelijk daarvoor in de plaats tredende regelgeving alsmede de handhaving ervan.

Directeur

Mt

Gevelreiniging

26

Het uitoefenen van de bevoegdheden die bij of krachtens het Bouwbesluit en de Wet milieubeheer met betrekking tot gevelreiniging aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken.

Directeur

Mt

M.e.r.-beoordelingsbesluit

27

Het nemen van besluiten met betrekking tot inrichtingen omtrent de vraag of bij de voorbereiding van een besluit voor de betrokken activiteit, vanwege de belangrijke nadelige gevolgen die zij voor het milieu kan hebben, een milieueffectrapport moet worden gemaakt als bedoeld in art. 7.17 en 7.19 van de Wm (m.e.r.-beoordelingsbesluit).

Directeur

Mt

Afval

28

Het verlenen of weigeren van ontheffingen op grond van het Besluit lozen buiten inrichtingen milieubeheer (lozing van afvalwater op de riolering buiten inrichtingen).

Directeur

Mt

29

Het in ontvangst nemen en behandelen/accepteren van meldingen op grond van het Besluit mobiel breken.

Directeur

Mg

30

Het verlenen of weigeren van ontheffingen op grond van artikel 10.63, eerste lid, Wm van het in artikel 10.30, eerste lid, Wm gestelde verbod op lozingen op de riolering.

Directeur

Mt

31

Het verlenen of weigeren van ontheffingen op grond van artikel 10.63, tweede lid, Wm van het in artikel 10.2, eerste lid, Wm gestelde verbod op het verbranden van afvalstoffen buiten een inrichting.

Directeur

Mt

Vuurwerktransport- / -verkoopvergunning

32

Het verlenen of weigeren van een verkoopvergunning voor vuurwerk op grond van het desbetreffende artikel van de APV.

Directeur

Mt

32

Het (voorwaardelijk) verlenen dan wel onthouden van de vereiste toestemming voor het laden en lossen van consumentenvuurwerk ingevolge de ADR in samenhang met de Wet vervoer gevaarlijke stoffen.

Directeur

Mt

Vergunning/ontheffing /Subsidie incl. ISV

33

Het aanvragen van een vergunning en/of ontheffing en/of subsidie bij een ander bestuursorgaan voor zover het het werkterrein van de Omgevingsdienst betreft.

Directeur

Mg

34

Het uitvoeren van alle werkzaamheden in het kader van het gemeentelijk ISV programma voor de onderdelen bodem en geluid, inclusief besluitvorming richting burgers.

Directeur

Mg/Mt

35

Het uitvoeren van alle werkzaamheden in het kader van de regeling duurzame energiepakket Noord-Holland, alsmede het optreden als contactpersoon namens de gemeente inclusief besluitvorming richting burgers, het afhandelen van betalingen en eventuele terug stortingen.

Directeur

Mg/Mt

36

Het beheren van aan subsidies gerelateerde budgetten, voor zover deze budgetten aan de Omgevingsdienst worden overgedragen inclusief het verlenen van opdrachten aan derden ter uitvoering van vastgestelde programma’s voor zover de beschikbare budgetten niet worden overschreden.

Directeur

Mg/Mt

ONDERDEEL C OVERIGE WABOTAKEN

37

Het uitoefenen van de bevoegdheden die bij of krachtens de Woningwet, het Bouwbesluit, de Wet milieubeheer en de APV (BRIKS-taken) aan het college toekomen alsmede het adviseren en briefwisseling voeren op eigen initiatief dan wel naar aanleiding van aan het college ter advisering voorgelegde verzoeken voor zover het betreft aan de Omgevingsdienst opgedragen taken.

Directeur

Mt

Ondertekening