Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR664693
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR664693/3
Regeling vervallen per 01-01-2023
Besluit van de raad van de gemeente Barneveld tot vaststelling van de verordening op de heffing en invordering van leges 2022 (Legesverordening 2022)
Geldend van 26-04-2022 t/m 31-12-2022
Intitulé
Besluit van de raad van de gemeente Barneveld tot vaststelling van de verordening op de heffing en invordering van leges 2022 (Legesverordening 2022)Nummer 1691 F
De raad van de gemeente Barneveld;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 1691 F;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;
besluit:
vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van leges 2022
Artikel 1. Definities
- a.
'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
'week': een aangesloten periode van zeven dagen;
- c.
’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- d.
'jaar': het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot de 1e dag in het volgende kalenderjaar;
- e.
'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2. Belastbaar feit
-
1. Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
- a.
Artikel 3. Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4. Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 5. Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of ander schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 6. Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving.
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 1 maand na de dagtekening van de kennisgeving.
- c.
langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 1 maand na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg.
- d.
langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 1 maand na dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 7. Vrijstellingen
De leges worden niet geheven voor het in behandeling nemen van aanvragen:
- a.
voor diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- b.
voor diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;
- c.
voor de afgifte van vergunningen voor het organiseren van evenementen en niet commerciële activiteiten op basis van de artikelen 16, 36, 104, 132, 134 en 135 van de Algemene plaatselijke verordening Barneveld.
Artikel 8. Teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 9. Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien
de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
- 2.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 3.
onderdeel 1.5.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 4.
onderdeel 1.5.2 (naturalisatie);
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11. Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel
-
1. De "Legesverordening 2021" van 11 november 2020, nr. 969F wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
3. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2022.
-
4. Deze verordening kan worden aangehaald als de “Legesverordening 2022”.
Ondertekening
Vastgesteld in de openbare vergadering van 10 november 2021.
de griffier,
de voorzitter,
Tarieventabel 2022, behorende bij de Legesverordening 2022
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap: |
|
1.1.1.1 |
met faciliteiten op maandag om 9.00 uur en 9.30 uur |
€ 186,00 |
1.1.1.2 |
op maandag tot en met vrijdag tijdens de uren zoals genoemd in het reglement van de burgerlijke stand |
€ 420,00 |
1.1.1.3 |
op zaterdag |
€ 559,00 |
1.1.1.4 |
op maandag tot en met vrijdag tijdens de uren zoals genoemd in het reglement van de burgerlijke stand, op een andere locatie dan de aangewezen trouwlocaties |
€ 580,00 |
1.1.1.5 |
op zaterdag op een andere locatie dan de aangewezen trouwlocaties |
€ 720,00 |
1.1.1.6 |
buiten de genoemde uren in het reglement van de burgerlijke stand vindt een toeslag plaats op de tarieven zoals genoemd in de subonderdelen 1.1.1.2 t/m 1.1.1.5 van |
€ 269,50 |
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk |
|
1.1.2.1 |
indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal |
€ 420,00 |
1.1.2.2 |
aan de balie |
€ 52,75 |
1.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
1.1.3.1 |
een trouwboekje of partnerschapboekje |
€ 24,00 |
1.1.3.2 |
een duplicaat trouwboekje of een duplicaat partnerschapboekje |
€ 24,00 |
1.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen bij de huwelijksvoltrekking of bij de registratie van een partnerschap, per getuige |
€ 24,00 |
1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het gebruik van het carillon voor en/of na afloop van de huwelijksplechtigheid |
€ 30,00 |
1.1.6 |
Voor het behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 75,80 |
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 57,30 |
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
|
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 75,80 |
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 57,30 |
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 75,80 |
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 57,30 |
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ 57,30 |
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 68,50 |
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 36,95 |
1.2.6 |
Van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
€ 33,35 |
1.2.7 |
voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen |
€ 51,60 |
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ 41,60 |
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met |
€ 34,10 |
1.3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een rijbewijs onder inlevering van een geldig certificaat Alcohol en Verkeerscursus (AVC) die op naam is gesteld van aanvrager |
€ 0,00 |
1.3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen |
€ 3,30 |
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen IN HET KADER VAN de basisregistratie personen
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan, verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ 14,30 |
1.4.3 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie of het register van de burgerlijke stand , voor elk uur of gedeelte daarvan, aan het zoeken besteed |
€ 38,50 |
Hoofdstuk 5 Overige publiekszaken
1.5.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.5.1.1 |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 41,35 |
1.5.1.2 |
Vervallen |
|
1.5.1.3 |
tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap |
€ 14,30 |
1.5.1.4 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening of het waarmerken van een foto |
€ 14,30 |
1.5.1.5 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een stuk door binnenlandse autoriteiten, exclusief porti, zegels, leges en andere kosten, welke in rekening worden gebracht |
€ 14,30 |
1.5.1.6 |
voor het waarmerken van een register |
€ 14,30 |
1.5.1.7 |
voor de verzending van de stukken per post |
€ 1,25 |
1.5.1.8 |
voor elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand |
€ 14,30 |
1.5.1.9 |
voor elk uittreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap of van overlijden |
€ 14,30 |
1.5.1.10 |
voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek |
€ 25,10 |
1.5.1.11 |
voor elk meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand |
€ 14,30 |
1.5.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot naturalisatie |
|
1.5.2.1 |
optie; enkelvoudig (code A) |
€ 200,00 |
1.5.2.2 |
optie; gemeenschappelijk (code B) |
€ 342,00 |
1.5.2.3 |
optie; medeopterende minderjarige (code C) |
€ 22,00 |
1.5.2.4 |
naturalisatie één persoon (code D) |
€ 945,00 |
1.5.2.5 |
naturalisatie samen met partner (code E) |
€ 1206,00 |
1.5.2.6 |
mee-naturalisatie van kind: per kind (code H) |
€ 139,00 |
Voor vluchtelingen en staatlozen: |
||
1.5.2.7 |
naturalisatie één persoon (code F) |
€ 703,00 |
1.5.2.8 |
naturalisatie samen met partner (code G) |
€ 965,00 |
1.5.2.9 |
mee-naturalisatie van kind: per kind (code H) |
€ 139,00 |
Hoofdstuk 6 Bestuursstukken
1.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.6.1.1 |
een afschrift van de programma begroting |
€ 26,10 |
1.6.1.2 |
een afschrift van de concern jaarrekening |
€ 14,20 |
1.6.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.6.2.1 |
tot het verstrekken van een afschrift van het verslag van een raadsvergadering of voorstellen van burgemeester en wethouders aan de raad (voor zover omtrent de inhoud dier voorstellen geen geheimhouding is opgelegd) |
€ 8,50 |
Hoofdstuk 7 Vastgoedinformatie
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.7.1.1 |
voor het raadplegen van een legger, inclusief het eventueel vervaardigen van een afdruk daarvan op het formaat A4, per legger per raadpleging |
€ 16,50 |
1.7.1.2 |
voor het raadplegen van kadastrale kaarten, inclusief het eventueel vervaardigen van een afdruk daarvan op het formaat A4, per kaart per raadpleging |
€ 16,50 |
1.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verstrekken van kadastrale gegevens met betrekking tot de exacte maten van grenzen van een perceel, voor zover deze gegevens bij de gemeente beschikbaar zijn, voor elk daaraan besteed uur |
€ 57,90 |
1.7.2.1 |
voor het toepassen van dit tarief wordt een aanvraag voor het verstrekken van kadastrale gegevens geacht in behandeling te zijn genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de kosten aan de aanvrager ter kennis zijn gebracht. |
|
1.7.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen |
€ 8,70 |
Hoofdstuk 8 Gemeentearchief en dienstverlening documentaire informatievoorziening
1.8 |
Voor het op aanvraag verrichten van onderzoek en voor het verstrekken van afbeeldingen, afschriften of uittreksels, gelden de tarieven die voor de Rijksarchieven zijn vastgesteld in de bijlage behorende bij de regeling tarieven Rijksarchiefbescheiden, of zoals deze laatstelijk is vervangen of gewijzigd, met uitzondering van de tarieven voor verzend- en verpakkingskosten. |
Hoofdstuk 9 Huisvestingswet
1.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.9.1.1 |
tot het verkrijgen van een urgentieverklaring woningzoekende |
€ 75,00 |
Hoofdstuk 10 Kabels en Leidingen
1.10.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden: |
|
1.10.1.1 |
indien het betreft tracés tot 250 m¹ |
€ 362,30 |
1.10.1.2 |
indien het betreft tracés vanaf 250 m¹ tot 1.500 m¹ |
€ 446,68 |
1.10.1.3 |
indien het betreft tracés vanaf 1.500 m¹ tot 5.000 m¹ |
€ 581,68 |
1.10.1.4 |
indien het betreft tracés vanaf 5.000 m¹ en meer, per m¹ tracé |
€ 0,12 |
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés tot 25 m¹ |
€ 57,50 |
1.10.3 |
Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere netbeheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in 1.10.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met |
€ 400,00 |
Hoofdstuk 11 Verkeer en vervoer
1.11.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.11.1.1 |
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten |
€ 33,90 |
1.11.1.2 |
tot het verkrijgen van een ontheffing van het berijden voetgangersgebied als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ 49,20 |
1.11.1.3 |
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigreglement |
€ 32,50 |
1.11.2. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.11.2.1 |
tot het afgeven of verlengen van een gehandicaptenparkeerkaart (GPK) of een gemeentelijke gehandicaptenparkeerkaart (GGPK) |
€ 128,00 |
1.11.2.2 |
tot het afgeven van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart (GPK) of een gemeentelijke gehandicaptenparkeerkaart (GGPK) |
€ 27,50 |
1.11.2.3 |
tot het afgeven van een vergunning voor de aanleg van een invalidenparkeerplaats bij een woning |
€ 74,50 |
Hoofdstuk 12 Diversen
1.12.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
1.12.1.1 |
per pagina op papier van A4-formaat of kleiner zwart wit druk |
€ 0,45 |
1.12.1.2 |
per pagina op papier van A4-formaat of kleiner kleurendruk |
€ 1,00 |
1.12.1.3 |
per pagina op papier van A3-formaat zwart wit druk |
€ 0,70 |
1.12.1.4 |
per pagina op papier van A3-formaat kleurendruk |
€ 1,50 |
1.12.1.5 |
voor de verzending van de stukken per post of verstrekking anders dan op papier |
€ 1,25 |
voor stukken, zoals bedoeld in subonderdeel 1.12.1.1 die bestaan uit meer dan 1 pagina bedraagt het tarief: |
||
1.12.1.6 |
voor de eerste 10 pagina's per pagina: |
€ 0,45 |
1.12.1.7 |
voor meer dan 10 doch ten hoogste 50 pagina's: |
€ 4,50 |
1.12.1.8 |
verhoogd met: |
€ 0,40 |
per pagina, voor elke pagina meer dan 10. |
||
1.12.1.9 |
voor meer dan 50, doch ten hoogste 100 pagina's: |
€ 20,50 |
1.12.1.10 |
verhoogd met: |
€ 0,35 |
per pagina, voor elke pagina meer dan 50. |
||
1.12.1.11 |
voor meer dan 100 pagina's: |
€ 38,00 |
1.12.1.12 |
verhoogd met: |
€ 0,30 |
per pagina, voor elke pagina meer dan 100 pagina's. |
||
1.12.1.13 |
voor een éénmalig fotokopie/afdruk groter dan het A3 formaat: |
|
1.12.1.14 |
per stuk of per verstrekking anders dan op papier |
€ 13,75 |
1.12.1.15 |
afdruk van twee en meer van hetzelfde document mits gelijktijdig gemaakt |
€ 10,00 |
1.12.1.16 |
voor de verzending van de stukken per post |
€ 2,50 |
1.12.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een huisnummer wanneer het vanwege de gemeente aangebrachte nummer ernstig is beschadigd of is weggeraakt |
€ 28,90 |
1.12.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor het verrichten van lokaal openbaar vervoer, als bedoeld in artikel 11 van de Wet personenvervoer |
€ 46,90 |
1.12.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 135, derde lid van de Algemene plaatselijke verordening (verbranden kap- en snoeihout), per ontheffing |
€ 59,35 |
1.12.4.1 |
Indien geen ontheffing wordt verleend, wordt op aanvraag teruggaaf van 75% van de leges verleend |
|
1.12.5 |
Het tarief bedraagt voor een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 30,50 |
1.12.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vervangende milieupas |
€ 10,00 |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Definities
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
|
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567) voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft. |
||
2.1.1.2 |
bouwkosten: het product van de normkosten voor het uit te voeren werk en de bruto inhoud van het bouwwerk conform het (online) rekenprogramma 'Basisbedragen Gebouwen' van het Nederlands Bouwkosten Instituut. Voor bouwwerken die niet passen binnen het regime van vaststelling van normatieve bouwkosten geldt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad 2699 (NEN 2699:2017), of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; Om de hoogte van de bouwleges te bepalen, moeten de bouwkosten per bouwwerk berekend worden. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk met hergebruik van materialen plaatsvindt, wordt bij het bepalen van de bouwkosten uitgegaan van de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor nieuwe materialen. Voor het bepalen van de bouwkosten is de datum van indiening van de aanvraag leidend. |
|
2.1.1.3 |
Als er bezwaar gemaakt wordt tegen de in rekening gebrachte leges op grond van de bouwkosten, dan dient door de vergunninghouder bewijs te worden aangeleverd van de werkelijke kosten. Er dient een definitieve en ondertekende aannemingsovereenkomst van de aannemingssom te worden overgelegd, voorzien van een gespecificeerde en volledige begroting (inclusief kopieën van offertes) zoals bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk. |
|
2.1.1.4 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
|
2.1.1.5 |
vooronderzoek: Een aanvraag om een indicatie te verkrijgen of medewerking aan een verzoek of vergunningsaanvraag naar verwachting mogelijk zal zijn. |
|
2.1.1.6 |
principeverzoek: een aanvraag bij burgemeester en wethouders om voor projecten waarvoor een ruimtelijke onderbouwing nodig is de haalbaarheid te beoordelen en te inventariseren welke onderzoeken en andere gegevens noodzakelijk zijn ten behoeve van de ruimtelijke onderbouwing. |
|
2.1.1.7 |
planatelier: bijeenkomst waarin in aanwezigheid van vertegenwoordigers van relevante vakdisciplines en desgewenst ook van verzoeker een verzoek om vooroverleg wordt besproken. |
|
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
|
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
Hoofdstuk 2 VOORONDERZOEK/PRINCIPEVERZOEK
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
2.2.1 |
om vooronderzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie of medewerking mogelijk is aan een verzoek om wijziging, uitwerking of herziening van het bestemmingsplan danwel voor een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is |
€ 343,00 |
2.2.1.2 |
om vooronderzoek met een bespreking in het Planatelier in verband met het verkrijgen van een indicatie of medewerking mogelijk is aan een verzoek om wijziging, uitwerking of herziening van het bestemmingsplan danwel voor een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is |
€ 573,00 |
2.2.1.3 |
Indien vooronderzoek met een bespreking in het Planatelier drie keer of vaker plaatsvindt, vindt geen verrekening van de leges plaats met een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in Hoofdstuk 3 of met het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een (gedeeltelijke) herziening van een geldend bestemmingsplan als bedoeld in Hoofdstuk 6. |
|
2.2.2 |
Tot beoordeling van een principeverzoek om wijziging, uitwerking of herziening van een bestemmingsplan, danwel om een omgevingsvergunning met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º van de Wabo |
€ 4.030,00 |
2.2.3 |
De in onderdelen 2.2.1 en 2.2.2 opgenomen tarieven worden met 100% verhoogd indien voorafgaand aan een uitnodiging tot het indienen van een vooronderzoek/principeverzoek, een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat in afwijking van de bestemming wordt gehandeld. |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
|
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
2.3.1.1.1 |
indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen: |
€ 337,00 |
verhoogd met 2,86% van de bouwkosten |
||
2.3.1.1.2 |
indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen: |
€ 6.057,00 |
vermeerderd met: |
2,52% |
|
van de bouwkosten boven € 200.000; |
||
2.3.1.1.3 |
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: |
€ 13.617,00 |
vermeerderd met: |
2,42% |
|
van de bouwkosten boven € 500.000; |
||
2.3.1.1.4 |
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen: |
€ 25.717,00 |
vermeerderd met: |
2,38% |
|
van de bouwkosten boven € 1.000.000; |
||
2.3.1.1.5 |
indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen: |
€ 49.517,00 |
vermeerderd met: |
2,38% |
|
van de bouwkosten boven € 2.000.000; |
||
2.3.1.1.6 |
indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen: |
€ 120.917,00 |
vermeerderd met: |
2,38% |
|
van de bouwkosten boven € 5.000.000; |
||
2.3.1.2 |
De in dit hoofdstuk opgenomen tarieven worden verhoogd indien voorafgaand aan de aanvraag een uitnodiging tot het indienen van een omgevingsvergunning, een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning is of wordt gebouwd. De verhoging bedraagt 50% van de geheven leges. |
|
2.3.1.3 |
Indien de aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op woningbouw en deze aanvraag vergezeld gaat van een gecertificeerde Bouwbesluittoets van een bedrijf waaraan een certificaat voor het toetsen van bouwplannen volgens BRL 5019 is uitgereikt, dan wordt op de op grond van 2.3.1.1 geheven leges een korting verleend van 20%, met dien verstande dat de korting niet meer bedraagt dan € 1.500,00 |
|
2.3.1.4 |
Indien de gevraagde omgevingsvergunning niet-ontvankelijk wordt verklaard, wordt 20% van de onder 2.3.1.1 genoemde leges in rekening gebracht met dien verstande dat minimaal verschuldigd is |
€ 337,00 |
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 337,00 |
|
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: |
||
2.3.3.1 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (binnenplanse afwijking): |
€ 524,00 |
2.3.3.2 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo (buitenplanse kleine afwijking): indien de bouwkosten minder dan € 250.000,-- bedragen: |
€ 524,00 |
indien de bouwkosten € 250.000,-- tot € 750.000,-- bedragen: |
€ 1.230,00 |
|
indien de bouwkosten € 750.000,-- of meer bedragen: |
€ 4.300,00 |
|
met dien verstande dat indien er tevens sprake is van een gebruikswijziging en toepassing van de criteria van artikel 2.3.4.2 zou leiden tot een hoger tarief dan deze bepaling, het tarief wordt toegepast dat overeenstemt met toepassing van de criteria van artikel 2.3.4.2. |
||
2.3.3.3 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo , bedraagt het tarief: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.3.4 |
Vervallen |
|
2.3.3.5 |
Vervallen |
|
2.3.3.6 |
Indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo (afwijking van exploitatieplan): |
10% |
van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; |
||
2.3.3.7 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
20% |
van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; |
||
2.3.3.8 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
30% |
van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; |
||
2.3.3.9 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
20% |
van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag. |
||
2.3.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
2.3.4.1 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (binnenplanse afwijking): |
€ 524,00 |
2.3.4.2 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo (buitenplanse kleine afwijking): indien het betreft het wijzigen van het gebruik (m.u.v. gebruik naar wonen) tot 250 m² bvo: |
€ 524,00 |
indien het betreft het wijzigen van het gebruik (m.u.v. gebruik naar wonen) van 250 m² bvo tot 1.500 m² bvo: |
€ 1.230,00 |
|
indien het betreft het wijzigen van gebruik naar wonen of het toevoegen van woning(en) binnen een bestaand pand ongeacht de oppervlakte en/of het wijzigen van het gebruik van 1.500 m² bvo of meer: |
€ 4.300,00 |
|
2.3.4.3 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo (buitenplanse afwijking, projectafwijkingsbesluit): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.4.3a |
indien een begroting als bedoeld in 2.3.4.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
2.3.4.4 |
Vervallen |
|
2.3.4.5 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo (afwijking van exploitatieplan): |
€ 524,00 |
2.3.4.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
€ 689,00 |
2.3.4.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
€ 1.027,00 |
2.3.4.8 |
indien slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ 689,00 |
2.3.4.9 |
De in onderdelen 2.3.4.1 en 2.3.4.2 opgenomen tarieven worden met 100% verhoogd indien voorafgaand aan de aanvraag een uitnodiging tot het indienen van een omgevingsvergunning, een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning is of wordt gebouwd. |
|
2.3.4.10 |
Bij het opstellen van de in artikel 2.3.4.3 genoemde begroting wordt in de begroting een 100% verhoging van de uren toegepast indien voorafgaand aan een aanvraag om een omgevingsvergunning een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat zonder of in afwijking van de bestemming wordt gehandeld. |
|
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor: |
|
Gebouwen met een woonfunctie |
||
2.3.5.1.1 |
Tehuizen |
€ 1.625,00 |
2.3.5.1.2 |
Kloosters/abdijen |
€ 1.625,00 |
2.3.5.1.3 |
Woongebouwen met inpandige gangen |
€ 1.085,00 |
2.3.5.1.4 |
Gevangenissen |
€ 3.255,00 |
2.3.5.1.5 |
Woningen niet-zelfstandige bewoners |
€ 1.085,00 |
2.3.5.1.6 |
Woningen niet-zelfredzame bewoners |
€ 1.085,00 |
2.3.5.1.7 |
Bejaardenoorden |
€ 3.255,00 |
Gebouwen met een logiesfunctie |
||
2.3.5.2.1 |
Hotel |
€ 3.255,00 |
Pension/nachtverblijf |
||
2.3.5.2.3 |
10 – 50 personen |
€ 2.170,00 |
2.3.5.2.4 |
> 50 personen |
€ 3.255,00 |
Dagverblijf |
||
2.3.5.2.5 |
10 – 50 personen |
€ 1.085,00 |
2.3.5.2.6 |
> 50 personen |
€ 2.170,00 |
Kampeerterrein/jachthaven |
||
2.3.5.2.7 |
50 – 100 personen |
€ 865,00 |
2.3.5.2.8 |
100 - 250 personen |
€ 1.300,00 |
2.3.5.2.9 |
>250 personen |
€ 1.735,00 |
Gebouwen met een onderwijsfunctie |
||
2.3.5.3.1 |
Onderwijsinstellingen (leerlingen jonger dan 12 jaar) |
€ 1.085,00 |
2.3.5.3.2 |
Kinderdagverblijf |
€ 1.085,00 |
2.3.5.3.3 |
Peuterspeelzaal |
€ 1.085,00 |
Gezondheidszorg-gebouwen |
||
2.3.5.4.1 |
Gezondheidsdiensten |
€ 1.085,00 |
2.3.5.4.2 |
Klinieken (poli-, psychiatrische.) |
€ 3.255,00 |
2.3.5.4.3 |
Ziekenhuizen |
€ 10.860,00 |
2.3.5.4.4 |
Verpleegtehuizen |
€ 5.425,00 |
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
|
2.3.6.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening gemeente Barneveld aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
|
2.3.6.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: |
€ 337,00 |
2.3.6.1.2 |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ 337,00 |
2.3.6.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening gemeente Barneveld aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
€ 337,00 |
2.3.7 |
Vervallen |
|
2.3.8 |
Aanleggen of veranderen weg |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 15 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 304,50 |
|
2.3.9 |
Uitweg/inrit |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 16 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 203,00 |
|
2.3.10 |
Kappen |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 99 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 101,50 |
|
2.3.11 |
Handelsreclame |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge artikel 107 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1, bedraagt het tarief: |
||
2.3.11.1 |
indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid onder h, van de Wabo: |
€ 203,00 |
2.3.11.2 |
Indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame aan de onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd, bedoeld in artikel 2.2., aanhef en eerste lid, onder i, van de Wabo: |
€ 203,00 |
2.3.12 |
Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming(bescherming van een Natura 2000-gebied) |
|
2.3.12.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 203,00 |
2.3.12.2 |
Vervallen |
|
2.3.13 |
Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten) |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in die andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 203,00 |
|
2.3.14 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
2.3.14.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
|
2.3.14.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
|
|
Advies |
|
2.3.15.1 |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.15.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
2.3.16 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
2.3.16.1 |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
|
2.3.16.1.1 |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
€ 203,00 |
2.3.16.1.2 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.16.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Hoofdstuk 4 Vermindering
2.4.1 |
Indien volgend op vooroverleg als bedoeld in artikel 2.2.1 en artikel 2.2.1.2 , binnen een jaar na de datum van verzending van het antwoord op het verzoek om vooronderzoek voor hetzelfde plan, een aanvraag om omgevingsvergunning in behandeling wordt genomen, bestaat aanspraak op vermindering van de leges met het op grond van artikel 2.2.1 en artikel 2.2.1.2 betaalde bedrag. |
|
2.4.1a |
Indien volgend op een principeverzoek als bedoeld in artikel 2.2.2, binnen een jaar na de datum van verzending van de beslissing op het principeverzoek voor hetzelfde plan, een aanvraag om omgevingsvergunning met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo in behandeling wordt genomen, wordt in de begroting als bedoeld in artikel 2.3.3.3 of artikel 2.3.4.3 het op grond van artikel 2.2.2 betaalde bedrag verrekend. |
|
2.4.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16. De vermindering bedraagt: |
|
2.4.2.1 |
bij 5 tot 10 activiteiten: |
2% |
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
||
2.4.2.2 |
bij 10 tot 15 activiteiten: |
3% |
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
||
2.4.2.3 |
bij 15 of meer activiteiten: |
5% |
van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning |
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
||
2.5.1.1 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan |
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
||
2.5.1.2 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan |
40% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
||
2.5.1.3 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken na het in behandeling nemen ervan |
30% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.1.4 |
indien een aanvraag om omgevingsvergunning op verzoek van de gemeente wordt ingetrokken, waarbij sprake is van het gelijktijdig indienen van een aanvraag om omgevingsvergunning voor dezelfde werkzaamheden dan wel het indienen van een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in artikel 2.2.1 dan wel het indienen van een principeverzoek als bedoeld in artikel 2.2.2, zal voor de in te trekken aanvraag geen leges in rekening worden gebracht. |
|
2.5.1.5 |
indien na de intrekking van de aanvraag binnen een ½ jaar een nieuwe aanvraag wordt ingediend voor hetzelfde plan, vindt verrekening plaats van de verschuldigde leges genoemd onder 2.5.1.1. t/m 2.5.1.3 met de nieuwe aanvraag. |
|
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten |
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.6, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
30% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten |
|
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 of 2.3.6 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
20% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
2.5.4 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
Minimaal blijft een bedrag van € 337,00 verschuldigd voor bouw- en aanlegactiviteiten. |
||
2.5.5 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend. |
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen
2.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een (gedeeltelijke) herziening van een geldend bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1 eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.6.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.6.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag eerst in behandeling genomen nadat de aanvrager schriftelijk akkoord is gegaan met de begroting. |
|
2.6.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b van de Wet ruimtelijke ordening: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.6.4 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.6.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag eerst in behandeling genomen nadat de aanvrager schriftelijk akkoord is gegaan met de begroting. |
|
2.6.5 |
Indien volgend op vooronderzoek als bedoeld in artikel 2.2.1 en artikel 2.2.1.2 en/of een principeverzoek als bedoeld in artikel 2.2.2, binnen een jaar na de datum van verzending van het antwoord op het verzoek om vooroverleg, danwel van de beslissing op het principeverzoek voor hetzelfde plan, een aanvraag tot het verkrijgen van een (gedeeltelijke) herziening, wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan in behandeling wordt genomen, wordt in de begroting als bedoeld in artikel 2.6.1 of artikel 2.6.3 het op grond van artikel 2.2.1 en artikel 2.2.1.2 en/of artikel 2.2.2 betaalde bedrag verrekend. |
|
2.6.6 |
Bij het opstellen van de begroting wordt in de begroting een 100% verhoging van de uren toegepast indien voorafgaand aan het verzoek om bestemmingsplanwijziging een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat zonder of in afwijking van de bestemming wordt gehandeld. |
Hoofdstuk 6a Inmeten bebouwing
6a.1 |
indien de oppervlakte aan gebouwen van een locatie moet worden ingemeten met het oog op de inzetbaarheid in het kader van het functieveranderingsbeleid: wanneer de oppervlakte aan gebouwen kleiner is dan of gelijk is aan 1.500 m²: |
€ 122,75 |
wanneer de oppervlakte aan gebouwen groter is dan 1.500 m²: |
€ 493,00 |
Hoofdstuk 7 Beoordeling rapporten
2.7 |
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 3 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift een rapport wordt beoordeeld: |
|
2.7.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ 134,00 |
2.7.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ 134,00 |
2.7.3 |
voor de beoordeling van een onderzoek inzake de waterhuishouding |
€ 134,00 |
2.7.4 |
voor de beoordeling van een onderzoek inzake de luchtkwaliteit |
€ 134,00 |
2.7.5 |
voor de beoordeling van een onderzoek inzake Flora- en fauna |
€ 134,00 |
2.7.6 |
voor de beoordeling van een akoestisch onderzoek |
€ 134,00 |
2.7.7 |
voor de beoordeling van een onderzoek externe veiligheid |
€ 134,00 |
2.7.8 |
voor de beoordeling van een verkeersrapportage |
€ 134,00 |
2.7.9 |
voor de beoordeling van een geuronderzoek |
€ 134,00 |
2.7.10 |
voor de beoordeling van een planschaderisicoanalyse |
€ 134,00 |
2.7.11 |
voor de beoordeling van een milieueffectrapportage |
€ 406,00 |
2.7.12 |
voor de beoordeling van een beplantingsplan |
€ 134,00 |
2.7.13 |
voor de beoordeling van een onderzoek milieuzonering |
€ 134,00 |
2.7.14 |
voor de beoordeling van een beeldkwaliteitsplan |
€ 134,00 |
2.7.15 |
voor de beoordeling van een financiële onderbouwing naar haalbaarheid bedrijfsvoering |
€ 134,00 |
2.7.16 |
voor het inwinnen van andere externe adviezen |
€ 134,00 |
Hoofdstuk 8 Handelingen in het kader van de Wet geluidhinder
2.8 |
Het tarief voor het verkrijgen van een vaststelling van hogere grenswaarde(n) op grond van de hoofdstukken V (zones rond industrieterreinen), VI (zones langs wegen) en/of VII (zones langs spoor-, tram- en metrowegen) van de Wet geluidhinder bedraagt |
€ 507,50 |
Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking
2.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking |
€ 203,00 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
3.1.1.1 |
het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet voor commerciële inrichtingen |
€ 283,00 |
3.1.1.2 |
het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet voor para-commerciële inrichtingen |
€ 209,50 |
3.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.1.2.1 |
tot het verkrijgen van een horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 23 van de Algemene plaatselijke verordening |
€ 209,50 |
3.1.2.2 |
tot het verkrijgen van een horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 23 van de Algemene plaatselijke verordening in combinatie met een vergunning aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.1.1 |
€ 58,75 |
3.1.2.3 |
tot het verkrijgen van een horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 23 van de Algemene plaatselijke verordening in combinatie met een vergunningaanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.1.2 |
€ 58,75 |
3.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het laten wijzigen van (een) leidinggevende(n) of wijziging inrichting als bedoeld in de Alcoholwet vergunning |
€ 107,00 |
3.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 26 van de Algemene plaatselijke verordening, tot het na het algemene sluitingsuur geopend hebben van cafés en dergelijke inrichtingen |
€ 58,75 |
3.1.4.1 |
verhoogd met |
|
per avond per extra uur open |
€ 1,70 |
|
3.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing gevelzitplaatsen als bedoeld in artikel 14, lid 4 van de Algemene plaatselijke verordening |
€ 58,75 |
3.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing sluitingstijd voor para- commerciële inrichtingen als bedoeld in de Drank en horecaverordening |
€ 58,75 |
3.1.7 |
Het tarief bedraagt jaarlijks voor het aanvragen en aanwezig hebben van maximaal twee kansspelautomaten |
€ 79,00 |
Hoofdstuk 2 Prostitutiebedrijven
3.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
3.2.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 74 van de Algemene plaatselijke verordening |
€ 279,50 |
Hoofdstuk 3 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
3.3.1.1 |
het verkrijgen van een vergunning voor een standplaats, een ballonopstijging, een verklaring van geen bezwaar voor het vliegen met een helikopter, het plaatsen van een tent, het gebruik van gemeentegrond en het ten gehore brengen van geluid |
€ 58,75 |
3.3.1.2 |
afgifte van een verklaring van geen bezwaar voor een bedrijfsgebonden helihaven en/of het vliegen met een parapente |
€ 182,00 |
3.3.1.3 |
Indien de aanvraag als bedoeld in de onderdelen 3.4.1 en 3.4.2. gepubliceerd dient te worden wordt het bedrag aan leges als bedoeld in de onderdelen 3.4.1 en 3.4.2. verhoogd met |
€ 30,50 |
3.3.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor het aanbrengen van reclame, als bedoeld in artikel 107, van de Algemene plaatselijke verordening |
€ 25,00 |
3.3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
€ 30,50 |
3.3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een papieren in- en verkoopregister als bedoeld in artikel 62 van de Algemene plaatselijke verordening |
€ 58,75 |
Hoofdstuk 4 Kinderopvang
3.4.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag zoals bedoeld in artikel 1.45 van de Wet kinderopvang tot opneming in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK): |
|
3.4.1.1 |
voor het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dag- of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau |
€ 1500,00 |
3.4.1.2 |
voor het bieden van gastouderopvang |
€ 200,00 |
Behorende bij raadsbesluit van 10 november 2021, nr. 1691 F.
De griffier van Barneveld,
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl