Regeling vervallen per 01-01-2026

Projectsubsidieregeling activiteiten sport en bewegen

Geldend van 01-12-2022 t/m 31-12-2025 met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2022

Intitulé

Projectsubsidieregeling activiteiten sport en bewegen

Burgemeester en Wethouders van Amersfoort;

gelezen de nota ‘Samenspel voor een gezond groeiend Amersfoort’ van 3 december 2019;

de peilnota over de Projectsubsidieregelingen Sport en Bewegen 2021 met bijbehorende besluitenlijst uit de Ronde van 6 oktober 2020;

de nota ‘Amersfoort Inclusieve Stad – beleidskader 2021 – 2026’ van 21 maart 2021;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening Amersfoort 2019;

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de realisatie van de ambities en doelstellingen van het sportbeleid van de gemeente Amersfoort;

besluit vast te stellen de volgende regeling:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening Amersfoort 2019;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort;

  • c.

    side-events: activiteiten die op zichzelf niet subsidiabele activiteiten zijn, maar die een directe bijdrage leveren aan en verband houden met de subsidiabele activiteit;

  • d.

    sportaanbieder: rechtspersoon of natuurlijke persoon die structurele activiteiten op het gebied van sport aanbiedt;

  • e.

    beweegaanbieder: rechtspersoon of natuurlijke persoon die structurele activiteiten op het gebied van bewegen aanbiedt;

  • f.

    commerciële sport- of beweegaanbieder: een bedrijfsmatige, of beroepsmatige sport- of bewegingsaanbieder.

Artikel 2. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Het college verstrekt uitsluitend subsidie voor activiteiten die bijdragen aan:

    • a.

      het realiseren van (duurzaam) toegankelijk en laagdrempelig sport- en beweegaanbod, dichtbij de eigen woonomgeving en afgestemd op de behoefte van de inwoners; en / of

    • b.

      de organisatie en het (laten) plaatsvinden van een sport- of beweegevenement; en / of

    • c.

      het door sportverenigingen ontwikkelen van nieuw sport- en beweegaanbod, aanvullend op het reguliere verenigingsaanbod, al dan niet in de vorm van een bijdrage aan een wijkplan vastgesteld in het kader van welzijnsbeleid; en / of

    • d.

      de samenwerking of fusie tussen twee of meer, niet commerciële sport- en beweegaanbieders; en / of

    • e.

      de samenwerking tussen niet commerciële sport- en beweegaanbieders en commerciële sportaanbieders; en / of

    • f.

      de samenwerking tussen sport- en beweegaanbieders en maatschappelijke organisaties zoals bijvoorbeeld welzijnsorganisaties en cultuuraanbieders; en / of

    • g.

      de totstandkoming van een programmering op openbaar toegankelijke sport- en beweeginfrastructuur.

  • 2. Het college verstrekt onder deze regeling geen subsidie voor activiteiten die verband houden met marathons.

Artikel 3. Indieningstermijn aanvraag

  • 1. Er zijn verschillende categorieën activiteiten met elk hun eigen tijdvakken die de aanvraagtermijn bepalen. Dat zijn:

    • a.

      activiteiten waarvoor niet meer dan €2.500,00 mag worden aangevraagd en die plaatsvinden in het tijdvak van de kalendermaanden januari tot en met juni; of

    • b.

      activiteiten waarvoor niet meer dan €2.500,00 mag worden aangevraagd en die plaatsvinden in het tijdvak van de kalendermaanden juli tot en met december; of

    • c.

      activiteiten waarvoor méér dan €2.500,00 moet worden aangevraagd, maar minder dan €40.000,00 en die plaatsvinden in het tijdvak van de kalendermaanden januari tot en met december;

  • 2. In afwijking van artikel 8, eerste lid, van de Asv, dient een aanvrager de subsidieaanvraag niet eerder in dan drie maanden voor het tijdvak waarin de activiteit plaatsvindt, doch niet later dan drie maanden na het begin van dat tijdvak.

Artikel 4. Eisen aan de aanvrager

Subsidie kan enkel worden aangevraagd door een sportaanbieder, beweegaanbieder, of een commerciële sport- of beweegaanbieder.

Artikel 5. Eisen aan de aanvraag

  • 1. In afwijking van artikel 9, derde lid, van de Asv verstrekt het college slechts subsidie als uit de aanvraag blijkt:

    • a.

      dat een prestatievoorstel is bijgevoegd waarin wordt omschreven hoe de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd bijdraagt aan de realisatie van de ambities en doelstellingen van het sportbeleid van de gemeente Amersfoort; en

    • b.

      of voor de activiteit een vergunning nodig is en zo ja, welke vergunning(en); en

    • c.

      in welke mate en op welke wijze de aanvrager stimuleert dat de activiteit toegankelijk is voor mensen met een beperking; en

    • d.

      in welke mate en op welke wijze de aanvrager stimuleert dat de activiteit bijdraagt aan de doelen uit ‘Amersfoort Inclusieve Stad, beleidskader 2021 – 2026’; en

    • e.

      dat niet meer gemeentelijke subsidie wordt aangevraagd dan exact 40% van de subsidiabele kosten in het geval van een aanvraag zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c; en

    • f.

      een sluitende exploitatiebegroting is bijgevoegd.

  • 2. Artikel 9, negende lid, van de Asv blijft buiten toepassing.

Artikel 6. Subsidiabele kosten

  • 1. In aanvulling op artikel 10 Asv komen de volgende kosten in aanmerking voor subsidie:

    • a.

      kosten van huur van apparatuur;

    • b.

      kosten van huur van materialen;

    • c.

      kosten van aanschaf van verbruiksmaterialen, maar alleen ten behoeve van de subsidiabele activiteit.

    • d.

      kosten voor inhuur van derden;

    • e.

      kosten van huur van accommodatie, maar alleen ten behoeve van de subsidiabele activiteit;

    • f.

      de kosten van side-events;

    • g.

      kosten voor organisatie, promotie, pr, communicatie;

    • h.

      kosten van vrijwilligers;

    • i.

      Kosten van herinneringsmedailles, -vaantjes en dergelijke.

  • 2. In aanvulling op artikel 10 van de Asv verstrekt het college in ieder geval geen subsidie voor:

    • a.

      kosten ten behoeve van het opstellen van de aanvraag;

    • b.

      kosten van prijzen, prijzengeld

    • c.

      kosten van catering voorafgaand, tijdens, of na afloop van de activiteit;

    • d.

      kosten van een (afsluitend) feest;

    • e.

      kosten die worden gemaakt voordat de aanvraag is ingediend;

    • f.

      kosten die worden gemaakt, of zijn opgekomen, na het verstrijken van het tijdvak waar de subsidie betrekking op heeft;

    • g.

      kosten die uit anderen hoofde worden gesubsidieerd;

    • h.

      verrekenbare of compensabele belastingen, heffingen of lasten;

    • i.

      kosten van rente, bankdiensten, financieringen, gerechtelijke procedures, boetes en sancties;

    • j.

      legeskosten indien de aanvrager een bestuursorgaan is;

    • k.

      kosten van activiteiten die redelijkerwijs kunnen worden gedekt uit de opbrengsten die met de activiteiten verband houden;

    • l.

      kosten om te voldoen aan wettelijke verplichtingen of aan gangbare minimumkwaliteitseisen;

    • m.

      kosten van reguliere werkzaamheden van de aanvrager;

    • n.

      kosten gemaakt na beëindiging van activiteiten met uitzondering van accountantskosten die direct verband houden met de activiteit waarvoor wel subsidie is verstrekt;

    • o.

      kosten van in natura geleverde diensten en goederen;

    • p.

      kosten van gelieerde rechtspersonen die onderling in rekening worden gebracht;

    • q.

      fooien, geschenken, gratificaties en bonussen;

    • r.

      kosten voor representatie, personeelsactiviteiten, overboekingen, annuleringen en outplacementtrajecten.

Artikel 7. Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie van de gemeente Amersfoort bedraagt in totaal:

    • a.

      ten hoogste 100% van de subsidiabele kosten met een maximum zoals geregeld in artikel 3, eerste lid, onder a. en onder b., van deze regeling.

    • b.

      ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten met een maximum zoals geregeld in artikel 3, eerste lid, onder c, van deze regeling.

  • 2. In aanvulling op artikel 10 van de Asv geldt daarbij voor de gevallen zoals bedoelt in artikel 3, eerste lid, onder a. en b. van deze regeling een maximum van exact 15% van de subsidiabele kosten voor zo ver het gaat om kosten voor organisatie, promotie, pr, communicatie, en een maximum van 10% van de subsidiabele kosten voor zo ver het gaat om de kosten van vrijwilligers.

  • 3. In aanvulling op artikel 10 van de Asv geldt daarbij voor de gevallen zoals bedoelt in artikel 3, eerste lid, onder c. van deze regeling een maximum van exact 25% van de subsidiabele kosten voor zo ver het gaat om kosten voor organisatie, promotie, pr, communicatie, en een maximum van 5% van de subsidiabele kosten voor zo ver het gaat om de kosten van vrijwilligers.

Artikel 8. Subsidieplafond

  • 1. Het college stelt jaarlijks bij afzonderlijk besluit een subsidieplafond vast voor de activiteiten bedoeld in artikel 2, eerste lid van deze regeling. Het college stelt daarbij afzonderlijke subsidieplafonds vast voor categorieën zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid van deze regeling.

  • 2. Het college kan een subsidieplafond verlagen als:

    • a.

      het plafond wordt vastgesteld voordat de begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld of goedgekeurd, en

    • b.

      de subsidieaanvragen waarop het subsidieplafond betrekking heeft, moeten worden ingediend voordat de begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld of goedgekeurd.

  • 3. Bij de bekendmaking van een subsidieplafond dat kan worden verlaagd overeenkomstig het vorige lid, wordt gewezen op de mogelijkheid van verlaging en de gevolgen daarvan voor reeds ingediende aanvragen.

  • 4. Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld of goedgekeurd, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld. Bij de verleningsbeschikking wordt daarop gewezen.

Artikel 9. Weigeringsgronden

  • 1. Het college maakt in alle gevallen gebruik van zijn bevoegdheden zoals omschreven in artikel 12 van de Asv en beslist afwijzend op de aanvraag als één of meer van de daarin vermelde weigeringsgronden van toepassing is.

  • 2. Overeenkomstig artikel 12, eerste lid, onderdeel f, van de Asv beslist het college afwijzend op de aanvraag als:

    • a.

      door verstrekking van subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden en de aanvraag daardoor slechts gedeeltelijk zou kunnen worden gehonoreerd;

    • b.

      als de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien, die in strijd zijn met het algemeen belang of de openbare orde;

    • c.

      als aannemelijk is dat de activiteiten ook zonder subsidie zonder belangrijke vertraging zouden worden uitgevoerd.

    • d.

      de aanvrager, of zijn familielid in eerste en tweede graad, of een aan hem gelieerde (rechts)persoon, of bestuurders van een aan hem gelieerde (rechts)persoon, direct of indirect, persoonlijk of financieel belang heeft bij subsidieverstrekking op grond van deze regeling.

Artikel 10. Wijze van verdeling

  • 1. Verstrekking van subsidie vindt plaats totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Verstrekking van subsidie vindt plaats op basis van een bijzondere regeling waarbij de volgorde van ontvangst van complete aanvragen een belangrijke rol speelt maar, voor aanvragen ontvangen in de eerste maand van de indieningstermijn, niet steeds doorslaggevend is, zoals hieronder wordt beschreven:

    • a.

      De rangschikking voor de eerste verdelingsronde vindt plaats nadat de eerste maand van de indieningstermijn is verstreken.

    • b.

      Voor de categorieën voor zoals bedoeld in artikel 3, onder a. en b., van deze regeling worden in de rangschikking voor de eerste verdelingsronde slechts de eerste drie ontvangen aanvragen van, namens, of ten behoeve van een gelieerde (rechts)persoon meegenomen, waarbij de volgorde van ontvangst de rangschikking bepaalt. De vierde en volgende aanvragen worden gerangschikt voor de volgende verdelingsronde(s).

    • c.

      Voor categorieën voor zoals bedoeld in artikel 3, onder c., van deze regeling wordt in de rangschikking voor de eerste verdelingsronde slechts de eerste ontvangen aanvraag van, namens, of ten behoeve van een gelieerde (rechts)persoon meegenomen, waarbij volgorde van ontvangst de rangschikking bepaalt. De tweede en volgende aanvragen worden gerangschikt voor de volgende verdelingsronde(s).

    • d.

      Als na een verdelingsronde nog aanvragen resteren die niet zijn meegenomen in een rangschikking voor een verdelingsronde, vindt steeds een nieuwe rangschikking voor een volgende verdelingsronde plaats, waarbij slechts één van de eerstvolgende aanvragen van, namens, of ten behoeve van een gelieerde (rechts)persoon wordt meegenomen, waarbij volgorde van ontvangst de rangschikking bepaalt voor de betreffende verdelingsronde.

  • 3. Verstrekking van subsidie voor aanvragen die zijn ontvangen na afloop van de eerste maand van de indieningstermijn vindt volledig plaats op volgorde van ontvangst, zonder verdere verdelingsrondes.

  • 4. Als de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, of een gebrek te herstellen, geldt met betrekking tot de verdeling als moment van ontvangst van de aanvraag het moment waarop de aangevulde, of herstelde aanvraag is ontvangen.

  • 5. Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op hetzelfde moment is ontvangen, worden de aanvragen die op dat moment ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

Artikel 11. Bevoorschotting

Het subsidiebedrag wordt voor maximaal 50% bevoorschot.

Artikel 12. Verplichtingen

In aanvulling op de verplichtingen op grond van de Asv is de subsidieontvanger verplicht de verkregen subsidie ook daadwerkelijk in te zetten voor de uitvoering van de activiteit waarvoor de subsidie is verstrekt.

Artikel 13. Aanvraag tot vaststelling

In afwijking van artikel 19, tweede lid, van de Asv dient de subsidieontvanger de aanvraag tot vaststelling voor binnen drie maanden na uitvoering van de activiteit in.

Artikel 14. Directe vaststelling subsidie

  • 1. Overeenkomstig artikel 6, tweede lid, van de Asv stelt het college een subsidie op grond van deze regeling zonder voorafgaande verlening vast indien het subsidiebedrag niet meer bedraagt dan exact € 2.500,00.

  • 2. De subsidieontvanger van een direct vastgestelde subsidie is verplicht binnen vier weken na afloop van de activiteit een beknopt verslag in te dienen. Het verslag vermeldt ten minste hoeveel deelnemers hebben deelgenomen, wat goed is gegaan en waar leerpunten liggen. Waar mogelijk bevat het verslag beeldmateriaal van de activiteit, in de vorm van bijvoorbeeld foto’s, video’s, weblinks van verslagen op social media, of kranten artikelen. Als dit niet mogelijk is, wordt in het verslag vermeld waarom.

Artikel 15. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking één week na de dag van bekendmaking.

  • 2. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Projectsubsidieregeling activiteiten sport en bewegen.

  • 3. Indien van toepassing: Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026, maar blijft van kracht op subsidies die onder deze regeling zijn verstrekt.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van 2 november 2021.

De secretaris,

De burgemeester,

Toelichting subsidieregeling

Uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) volgt dat een bestuursorgaan slechts subsidie verstrekt op grond van een wettelijk voorschrift waarin wordt geregeld voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt. Voor de gemeente Amersfoort geldt dat in de Algemene Subsidieverordening Amersfoort 2019 (Asv) de algemene procedureregels voor het verstrekken van subsidies zijn opgenomen. Het college is op grond van artikel 2, vijfde lid, Asv bevoegd nadere regels (subsidieregelingen) vast te stellen.

Artikel 6 van de Asv stelt eisen aan de inhoud van de subsidieregeling en dit model is daar dan ook op afgestemd. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten van belang:

  • De Asv is leidend en geldt naast deze subsidieregeling.

  • De Asv biedt op sommige onderwerpen de mogelijkheid om in de subsidieregeling af te wijken van de Asv. Hiervan is zo min mogelijk gebruik gemaakt om te zorgen voor een uniforme werkwijze in de gemeente bij subsidieverstrekking. Dit element speelt mee bij de regelgevingstoets: hoe meer variatie, hoe hoger de administratieve lasten.

Inleiding

Deze regeling betreft een projectsubsidieregeling zoals bedoeld in de Asv.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Alleen de activiteiten die in dit artikel zijn benoemd komen voor subsidiëring in aanmerking. Aanvragen die op andere activiteiten zien niet en worden afgewezen.

Artikel 3 Indieningstermijn aanvraag

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 4 Eisen aan de aanvrager

Als een aanvrager niet aan de eisen voldoet, komt deze niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 5 Eisen aan de aanvraag

Als de aanvraag niet aan de eisen voldoet, komt deze niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

Alleen de kosten die in het eerste lid zijn opgesomd, zijn subsidiabel. Kosten die hier niet genoemd worden zijn dus niet subsidiabel.

Voor de duidelijkheid staan in lid 2 enkele kostenposten opgesomd die niet subsidiabel zijn als deze in de kosten zouden worden opgevoerd. Dit overzicht is niet uitputtend, en dat is ook niet noodzakelijk: als kosten niet onder lid 1 vallen, dan geldt sowieso dat deze niet subsidiabel zijn.

Artikel 7 Hoogte subsidie

In dit artikel worden verschillende maxima geregeld ten aanzien van de hoogte van de subsidie en de verschillende kostensoorten en/of categorieën en/of tijdvakken.

Artikel 8 Subsidieplafond

Eerste lid: het college neemt het beschikbare budget op in een apart besluit.

Tweede tot en met vierde lid: om te waarborgen dat het college alleen overgaat tot verlaging van subsidieplafonds als die verlaging ook daadwerkelijk kan worden gebruikt, zijn deze leden opgenomen. Het komt er op neer dat een subsidieplafond alleen kan worden verlaagd als het oorspronkelijke subsidieplafond is vastgesteld voordat de begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld en de aanvragen voor de vaststelling van de begroting moesten zijn ingediend, en er bovendien op de mogelijke verlaging wordt gewezen bij de bekendmaking van het plafond.

Artikel 9 Weigeringsgronden

Naast de gronden opgenomen in de Asv worden subsidieaanvragen die voldoen aan één van de hier opgesomde redenen afgewezen.

Artikel 10 Wijze van verdeling

Bij de verdeling van het subsidieplafond gaat het in feite om verdeling van schaarse rechten (subsidiegeld). Dat heeft tot gevolg dat de rechtsnorm die ertoe strekt dat bij de verdeling van schaarse vergunningen aan (potentiële) gegadigden ruimte moet worden geboden om naar de beschikbare vergunning(en) mee te dingen, ook van toepassing is op de verdeling van het subsidieplafond. De beschikbaarheid van de schaarse subsidie, de verdelingsprocedure, het aanvraagtijdvak en de toe te passen criteria moeten daarom allemaal tijdig bekend zijn.

In deze regeling is gekozen voor een afwijkende variant van het verdeelmechanisme “op volgorde van ontvangst van de aanvragen”, waarbij aanvragen in volgorde van ontvangst van de volledige aanvraag worden behandeld, maar waarbij maxima worden gesteld aan het aantal aanvragen dat per aanvrager en verdelingsronde kan worden gehonoreerd. Als het subsidieplafond wordt bereikt, worden de volgende aanvragen afgewezen.

Artikel 11 Bevoorschotting

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 12 Verplichtingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 13 Aanvraag tot vaststelling

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 14 Aantonen verrichten prestatie direct vastgestelde subsidie

Eerste lid: behoeft geen toelichting,

Tweede lid: Voor direct vastgestelde subsidies is het mogelijk voor het college om andere bewijsmiddelen te verlangen dan de gebruikelijke.

Artikel 15 Slotbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.