Beleidsregel inzake bestuursrechtelijke handhaving van overtredingen van de Afvalstoffenverordening Boxtel

Geldend van 06-11-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel inzake bestuursrechtelijke handhaving van overtredingen van de Afvalstoffenverordening Boxtel

College van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel;

overwegende dat:

het van belang is dat een handhavingsbeleid ten aanzien van overtredingen met betrekking tot afval wordt vastgesteld;

gelet op de Afvalstoffenverordening Boxtel en de krachtens deze verordening vastgestelde nadere regels alsmede art. 125 lid 2 Gemeentewet en afdeling 5.3.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

b e s l u i t :

  • 1.

    Het beleid inzake bestuursrechtelijke handhaving van overtredingen van de Afvalstoffenverordening Boxtel en de krachtens deze verordening vastgestelde nadere regels vast te stellen;

  • 2.

    Het hoofd van het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) alsmede de medewerkers die op of namens deze afdeling werkzaam zijn en aangewezen als toezichthouder van de Afvalstoffenverordening voor zover het gaat om de daadwerkelijke uitvoering van de (spoedeisende) bestuursdwang te belasten met de uitvoering van deze beleidsregel;

  • 3.

    Het beleid kan worden aangehaald als: “Beleid handhaving afvalstoffenverordening Boxtel”;

  • 4.

    Het besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

1. Algemeen

In de Afvalstoffenverordening Boxtel zijn regels opgenomen ten aanzien van het aanbieden van afval. De omgang met afval is verder uitgewerkt in de bij of krachtens deze verordening vastgestelde nadere regelgeving.

1.1 Afvalstoffenverordening Boxtel

In de Afvalstoffenverordening Boxtel is het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in artikel 10 geregeld. Verder is in artikel 15 en 16 het een en ander vastgelegd ten aanzien van zwerfafval.

In artikel 11 t/m 13 van deze verordening zijn bepalingen opgenomen ten aanzien van de inzameling van bedrijfsafvalstoffen.

Naast de bepalingen in de Afvalstoffenverordening is het ook van belang dat handhavingsbeleid wordt opgesteld om te komen tot een effectieve en efficiënte handhaving ten behoeve van de naleving van gestelde regels. In deze nota wordt met name dit laatste aspect geregeld.

1.2 Bestaand beleid

Ten aanzien van de bestuursrechtelijke handhaving van de afvalstoffenverordening is er momenteel geen beleid opgesteld. Deze situatie is onwenselijk omdat vastgesteld beleid consequente handhaving bevordert en rechtsongelijkheid tegengaat.

1.3 Bevoegdheid Teammanager Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH)

De teammanager van het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) is gemandateerd voor wat betreft het opleggen van een bestuursrechtelijke sanctie, het kostenverhaal en de invordering van de kosten.

De in de afvalstoffenverordening genoemde toezichthouders, tevens Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA) voeren – namens de teammanager van het team VTH – feitelijk de (spoedeisende) bestuursdwang uit bestaande uit het verwijderen van het afval of andere objecten.

2. Huishoudelijk afval

De kosten per overtreding worden vastgesteld op een bedrag van € 150,- per overtreding. In de bijgevoegde bijlage ‘Kostenberekening handhaving afvalstoffenverordening Boxtel’ wordt dit bedrag nader gespecificeerd en onderbouwd.

Op grond van dit handhavingsbeleid kan in geval van een overtreding van de Afvalstoffenverordening Boxtel (spoedeisende) bestuursdwang worden toegepast. In de regel gaat het hierbij om huishoudelijk afval, al dan niet verpakt in een huisvuilzak, dat in strijd met de afvalstoffenverordening wordt aangetroffen in de openbare ruimte.

Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State is toepassing van spoedeisende bestuursdwang bij het illegaal dumpen van afval toegestaan, omdat dumpingen kunnen leiden tot (meer) vervuiling, overlast en verloedering van de openbare ruimte (ECLI:NL:RVS:2015:1951). Tevens kan het stankoverlast tot gevolg hebben of ongedierte en andere vervuiling aantrekken. Als overtreder kan worden aangemerkt de persoon naar wie het afval herleidbaar is, op basis van de in het huishoudelijk afval aangetroffen persoonlijke gegevens. Dit hoeft niet altijd de persoon te zijn die het afval daadwerkelijk illegaal heeft gedumpt (ECLI:NL:RVS:2015:3447).

De toepassing van spoedeisende bestuursdwang in deze context geschiedt in grote lijnen op de navolgende wijze. Een hiermee belaste medewerker van het team VTH voert controles uit in de gehele gemeente. Doorgaans wordt een dag of dagdeel afgestemd met medewerkers van de buitendienst om gezamenlijk tijd hieraan te besteden. Het is praktisch gezien niet altijd uitvoerbaar of wenselijk om tijdens een BOA-dienst bij iedere aangetroffen vuilniszak hier tijd voor in te ruimen. Zodra huishoudelijk afval in de openbare ruimte wordt aangetroffen doorzoekt de medewerker het afval op persoonlijke gegevens. Vervolgens wordt het afval afgevoerd. In het geval dat op basis van de aangetroffen informatie het afval naar iemand herleid kan worden, wordt de volgende procedure opgestart. Degene die als overtreder wordt aangemerkt wordt schriftelijk in kennis gesteld van de door de medewerker gedane constatering. De als overtreder aangemerkte persoon heeft de mogelijkheid om schriftelijk op de kennisgeving te reageren. Vervolgens wordt een last onder bestuursdwang opgesteld, waarin ook de eventuele opmerkingen van de overtreder worden meegenomen. Tegen de last onder bestuursdwang kan bezwaar worden aangetekend. De kosten van het toepassen van spoedeisende bestuursdwang zijn zoals gezegd vastgesteld op een bedrag van € 150,-.

Bij andere overtredingen van de Afvalstoffenverordening Boxtel dan het illegaal dumpen van huishoudelijk afval kan niet-spoedeisende bestuursdwang worden toegepast in aanvulling op hetgeen bepaald in artikel 20 van de afvalstoffenverordening. Het betreft hier dus ook het anders aanbieden van categorieën huishoudelijke afvalstoffen dan afzonderlijk, aan anderen dan de door het college aangewezen inzamelaar of het aanbieden, op welke wijze dan ook, in strijd met hetgeen bepaald in de Afvalstoffenverordening Boxtel. De kosten voor het herstellen van deze overtredingen worden eveneens vastgesteld op € 150,- per overtreding tenzij de werkelijk gemaakte kosten lager zullen zijn. In dit geval worden de werkelijke kosten in rekening gebracht.

3. Huisraad

Deze beleidsregel is eveneens van toepassing op het illegaal dumpen van overige huisraad in de openbare ruimte. Hiervan is er sprake als er huisraad, dat zich niet definieert als huishoudelijk afval, in strijd met de Afvalstoffenverordening Boxtel wordt aangetroffen in de openbare ruimte. Doorgaans gaat het hier om afval dat redelijkerwijs niet in een vuilniszak past maar afkomstig is uit een particulier huishouden. Het kan dus bijvoorbeeld meubelstukken, wasmachines en vergelijkbare zaken betreffen. In het geval dat er huisraad in de openbare ruimte wordt aangetroffen kan er niet-spoedeisende bestuursdwang worden toegepast. De toepassing van niet-spoedeisende bestuursdwang vindt plaats door de hiermee belaste medewerker van het team VTH. Om tot uitvoering te komen zal deze medewerker de overtreder proberen te achterhalen op basis van een buurtonderzoek of andere beschikbare middelen.

4. Bedrijfsafval

Bedrijfsafvalstoffen zijn afvalstoffen, niet zijnde huishoudelijke afvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen, die in een bedrijf worden geproduceerd en waar dit bedrijf zich van wil ontdoen. In de afvalstoffenverordening zijn ongewenste en verboden handelingen met bedrijfsafval vastgelegd. Het gaat hierbij onder andere om het verbod om bedrijfsafvalstoffen naast of in de nabijheid van een inzamelmiddel of inzamelvoorziening te plaatsen, te doen of te laten plaatsen en daar te laten staan. Indien de in dit handhavingsbeleid omschreven herstelsancties niet het gewenste effect hebben en dus geen einde maken aan een illegale situatie wordt – afhankelijk van de aangetroffen situatie – gebruik gemaakt van andere bestuursrechtelijke of strafrechtelijke middelen.

Bedrijven en dan met name horecabedrijven kunnen gebruik maken van de (semi-)ondergrondse containers. Bij herhaling wordt echter ook bedrijfsafval nabij een (semi-)ondergrondse container of elders in de openbare ruimte aangetroffen. Omdat het hierbij gaat om een vergelijkbare situatie als bij het huishoudelijk afval wordt in het geval dat bedrijfsafval op onjuiste wijze wordt aangeboden ook (spoedeisende) bestuursdwang toegepast. Het handhavingsbeleid, dat wordt toegepast bij huishoudelijk afval, wordt dus gelijkelijk toegepast ten aanzien van het op illegale wijze aanbieden van bedrijfsafval. In principe worden de kosten, die op de overtreder worden verhaald, ook vastgesteld op een bedrag van € 150,- per overtreding. In het geval dat er als gevolg van het aangetroffen afval (veel) meer kosten moeten worden gemaakt dan kan ervoor gekozen worden om deze in rekening te brengen. Hiervan kan sprake zijn als de betreffende ondernemer een hoeveelheid afval op illegale wijze heeft aangeboden die zich qua omvang niet meer verhoudt tot huishoudelijk afval.

Ondertekening

Kostenberekening handhaving afvalstoffenverordening Boxtel

Ter onderbouwing van het handhavingsbeleid zoals opgenomen in het ‘Beleid handhaving afvalstoffenverordening Boxtel’ wordt bijgaande berekening ter inzage aangeboden.

Om de afvalstoffenverordening van de gemeente Boxtel effectief te handhaven zoals neergelegd in de hierboven genoemde beleidsregel is het noodzakelijk dat hier iedere week een team beschikbaar voor wordt gesteld. Een dienst ter handhaving van de afvalstoffenverordening zal samengesteld zijn uit een BOA, een medewerker Wijkbeheer en een bus. De kosten voor dit team bedragen € 85,- per uur.

Voor een dienst van 6 uur geeft dit een bedrag van € 510,- per week. Op jaarbasis dus een bedrag van € 26.520,-. Hiernaast is er financiële en juridische ondersteuning nodig. Deze inzet wordt geschat op een totaal van 25 uur per jaar tegen een kostentarief van € 70,- per uur. Dit geeft dus een aanvullende kostenpost van € 1750,-. Hier tegenover staat een geschat aantal van 15 uitgeschreven (spoedeisende) lasten onder bestuursdwang per maand binnen deze context. Op jaarbasis worden er dus 180 handhavingsacties uitgevoerd.

Van belang bij het opleggen van een (spoedeisende) last onder bestuursdwang is dat alleen de werkelijk gemaakte kosten in rekening gebracht worden. Het is echter wel toegestaan om ten gunste van degene die de last opgelegd krijgt hiervan af te wijken. Met andere woorden, er mogen wel minder kosten in rekening gebracht worden maar zeker niet meer. De werkelijk gemaakte kosten kunnen berekend worden door de totale kosten per jaar te delen door het aantal handhavingsacties per jaar. De totale kosten bedragen € 28.270,- per jaar op 180 handhavingsacties. Dit geeft een kostprijs van € 157,- per handhavingsactie. De kosten per overtreding worden echter gesteld op een bedrag van € 150,-.

Hieronder volgt een overzicht:

  • Kosten handhavingsteam € 85,- per uur

  • Inzet handhavingsteam 312 uur per jaar

  • Kosten ondersteuning € 70,- per uur

  • Inzet ondersteuning 25 uur per jaar

Totale kosten: (85x312) + (70x25) = € 28.270

  • Aantal handhavingsacties per jaar 180

  • Kosten per opgelegde last onder dwangsom = Totale kosten / aantal handhavingsacties

Kosten per opgelegde last onder dwangsom = € 28.270 / 180 = 157 ≈ € 150,-