Regeling Bezwarencommissie Orionis Walcheren Ambtenaren

Geldend van 01-10-2014 t/m heden

Intitulé

Regeling Bezwarencommissie Orionis Walcheren Ambtenaren

Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen

gehoord de Ondernemingsraad

gelet op de bepalingen van de Gemeenschappelijke regeling van Orionis Walcheren, de

Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet

b e s l u i t:

vast te stellen de Regeling Bezwarencommissie Orionis Walcheren Ambtenaren

Tekst van de regeling:

Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1. Orionis Walcheren: Zoals bedoeld in de door de gemeenten Vlissingen, Middelburg en Veere daartoe vastgestelde Gemeenschappelijke Regeling;

  • 2. Commissie: Bezwarencommissie Orionis Walcheren Ambtenaren;

  • 3. Bezwaarschrift: Een op schrift gesteld en gemotiveerd bezwaar gericht tegen een

  • besluit van het bestuur voortvloeiende uit de arbeidsrelatie;

  • 4. Bestuur: Dagelijks bestuur van Orionis Walcheren;

  • 5. Directeur: Algemeen directeur Orionis Walcheren;

  • 6. Ambtenaar: Hij die door of vanwege Orionis Walcheren is aangesteld om in

  • openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met wie een

  • arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan;

  • 7. Besluit: Een schriftelijke beslissing van het bestuur, die niet van algemene

  • strekking is;

  • 8. Wet: Algemene wet bestuursrecht.

Algemene bepalingen

Artikel 2

Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren als

bedoeld in art. 1.5 1e lid van de wet.

Artikel 3

De commissie adviseert het bestuur op een schriftelijk bezwaar van een ambtenaar, met

uitzondering van de situaties zoals genoemd in artikel 7:3 van de wet.

Artikel 4

  • 1. Een bezwaarschrift kan slechts worden ingediend tegen een besluit van het bestuur door

  • de ambtenaar die het betreft of door diens gemachtigde.

  • 2. Geen bezwaar kan worden ingesteld tegen een beoordeling over een bepaald kennen

  • of kunnen van een ambtenaar, wanneer daarnaar een toetsing is gedaan.

Commissie

Artikel 5 Samenstelling

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en twee leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het bestuur benoemd.

  • 3. Voor elk van de twee leden wordt tevens een plaatsvervanger aangewezen.

  • 4. Degenen die deel uitmaken van de commissie mogen op geen enkele wijze binding hebben met het bestuur van een van de gemeenten.

  • 5. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 6 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door het bestuur aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het bestuur wijst zonodig één of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

  • 3. Voor het maken van een concept-verslag ter zitting tijdens het horen als bedoeld in art.

  • 17, kan de secretaris zich laten bijstaan door een notulist.

Artikel 7 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van vier jaar.

  • 2. Herbenoeming is voor maximaal twee termijnen mogelijk.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen.

  • 4. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie

  • vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Procedure

Artikel 8 Indiening bezwaarschrift

Op de wijze van indiening, indieningstermijn van een bezwaarschrift alsmede de te volgen

procedure, zijn de bepalingen in de Hoofdstukken 6 en 7 van de wet overeenkomstige

toepassing.

Artikel 9

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overlegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld, dat

  • een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 10 Overdracht bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hieronder vermelde artikelen

  • 2:1, tweede lid (machtiging vertegenwoordiger);

  • 6:6, voor wat betreft het stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet

  • voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet, door de indiener kan

  • worden hersteld;

  • 6:17, voor zover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de

  • commissie;

  • 7:4, tweede lid (inzagerecht);

  • 7:6, vierde lid (geheimhouding);

  • van de wet worden voor de toepassing van deze regeling uitgeoefend door de secretaris

  • van de commissie.

Artikel 11 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling

  • van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te

  • doen inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen

  • advies of inlichtingen inwinnen en deze zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te

  • verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het bestuur

  • vereist voor zover het budget, dat in de begroting van Orionis Walcheren aan de

  • commissie voor bezwaarschriften is toegekend voor het inwinnen van advies of

  • inlichtingen, niet toereikend is.

Artikel 12 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de partijen

  • in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

  • 2. Het bestuur beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de wet.

  • 3. Indien het bestuur op grond van de in het tweede lid genoemde artikel besluit van het

  • horen af te zien doet hij daarvan mededeling aan partijen.

Artikel 13 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter deelt partijen ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in

  • de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

  • 2. Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de bezwaarde

  • en/of gemachtigde, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van

  • de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo

  • spoedig mogelijk, doch in ieder geval twee weken voor het tijdstip van de zitting aan de

  • partijen meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te

  • staan van de termijnen als genoemd in het eerste, tweede en derde lid.

  • 5. Indien de ambtenaar heeft aangegeven zich te doen vergezellen van een gemachtigde

  • of raadspersoon wordt ook aan deze gemachtigde uitnodigingen verzonden.

Artikel 14 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat tenminste één lid van de in artikel 5 genoemde

leden naast de voorzitter dan wel zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 15 Niet deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een

bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 16 Openbaarheid

De zitting van de commissie is niet openbaar.

Artikel 17 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen,

  • met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een korte vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en

  • overigens ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Het verslag verwijst naar de op de zitting overlegde bescheiden, die aan het verslag

  • worden gehecht.

  • 4. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 18 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader

  • onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van

  • de commissie dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de

  • commissie en de betrokken partijen toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie en de betrokken partijen kunnen binnen een week na

  • verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de

  • commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter

  • beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze

  • regeling, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige

  • toepassing.

Artikel 19 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te

  • brengen advies.

  • 2. Naast het horen van de werknemer, hoort de commissie naar gelang van het onderwerp

  • van het bezwaar andere belanghebbenden, leidinggevenden of stafpersoneel om tot

  • een zo goed mogelijk afgewogen standpunt te komen.

  • 3. Bij de besluitvorming hebben de voorzitter en de leden ieder één stem.

  • 4. De commissie kan slechts tot een advies besluiten, indien tenminste twee leden, onder wie

  • de voorzitter, aanwezig zijn.

  • 5. Indien op grond van de verschillen van inzicht van de commissieleden meer dan één

  • standpunt wordt bepaald, kan het lid met het minderheidsstandpunt verlangen, dat zijn

  • standpunt mede wordt overgebracht aan het bestuur.

  • Indien slechts twee personen met stemrecht in de commissievergadering aanwezig zijn en

  • zij niet tot een eensluidend standpunt komen, worden beide standpunten als advies aan

  • het bestuur overgebracht.

  • 6. Het advies wordt van een uitgebreide motivering en een voorstel voor de te nemen

  • beslissing op het bezwaarschrift voorzien.

  • 7. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 20 Uitbrengen advies

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 17 en

  • eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het

  • bestuur, die op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van twaalf weken,

  • als bedoeld in artikel 7:10 van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het

  • uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing, verzoekt

  • hij het bestuur tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de bezwaarde een afschrift.

Artikel 21

De leden en adviseurs van de commissie mogen slechts vertrouwelijk en voor de juiste

taakvervulling passend geacht gebruik maken van de gegevens over personen en zaken,

waarvan zij als commissiedeelnemer kennis nemen.

Slotbepalingen

Artikel 22

Het bestuur regelt in overleg met de commissie de werkwijze van de commissie inzake

aangelegenheden, waarin dit reglement niet voorziet dan wel de toepassing van dit reglement

tot verschillende uitleg aanleiding geeft.

Artikel 23 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op:

Artikel 24 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling Bezwarencommissie Orionis Walcheren

ambtenaren.

Ondertekening

Vastgesteld door het Dagelijks Bestuur op

, voorzitter , secretaris

Vastgesteld door het Algemeen Bestuur op

, voorzitter , secretaris